De gemeenteraad gaat akkoord met de vacantverklaring van vier betrekkingen van inspecteur van politie (melding en interventie) in statutair verband vanaf de mobiliteitscyclus 2022-05, te begeven via de klassieke mobiliteit. Indien deze plaatsen niet ingevuld worden via de klassieke mobiliteit, worden de betrekkingen gepubliceerd voor de laureaten in de wervingsreserve.
De gemeenteraad stelde op 12 november 2020 de formatie vast voor het operationeel personeel en van het administratief en logistiek personeel van de lokale politiezone Aarschot.
Deze formatie werd door de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant goedgekeurd op 15 december 2020.
We stellen vast dat:
Om de continuïteit van de dienstverlening te waarborgen, wordt aan de gemeenteraad voorgesteld vier voltijdse betrekkingen van inspecteur van politie (melding en interventie) vacant te verklaren in statutair verband en de betrekkingen te begeven via de klassieke mobiliteit. Indien deze plaatsen niet ingevuld worden via de klassieke mobiliteit, publiceren we de betrekkingen voor de laureaten in de nationale wervingsreserve (pool met geslaagden in de selectieproeven om te mogen starten aan de politie-opleiding).
Verder vermeldt de ontwerpbeslissing de inhoud van de mededeling van de vacature die aan de algemene directie van het middelenbeheer en de informatie, directie van het personeel (DGR/DRP-P) van de federale politie dient overgemaakt te worden (wie mag zich inschrijven, functiebeschrijving, samenstelling selectiecommissie).
Er wordt geen lokale wervingsreserve aangelegd.
Gelet op
de jaarkalender van DGR/DRP-DPP betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus;
het feit dat momenteel:
het advies van de korpschef om vier betrekkingen van inspecteur melding en interventie vacant te verklaren om de continuïteit van de dienstverlening te waarborgen;
het advies van de korpschef om, naar aanleiding van de selectie, geen wervingsreserve bedoeld in artikel VI.II.27bis van het RPPol aan te leggen.
De personeelskosten zijn ingeschreven in de politiebegroting 2023.
Artikel 1
Vier betrekkingen van inspecteur van politie (melding en interventie) worden vacant verklaard in statutair verband vanaf de mobiliteitscyclus 2022-05. Deze betrekkingen zijn te begeven via de klassieke mobiliteit. Indien deze plaatsen niet ingevuld worden via de klassieke mobiliteit, publiceren we de betrekkingen voor de laureaten in de wervingsreserve.
Artikel 2
De inhoud van de mededeling van de vacatures aan de algemene directie van het middelenbeheer en de informatie, directie van het personeel (DGR/DRP-P) van de federale politie bestaat minimum uit de volgende gegevens:
1° De categorieën van het personeel die zich voor de vacature mogen inschrijven:
2° Functiebeschrijving:
Als lid van de lokale politie is hij/zij een polyvalent medewerker welke ingezet wordt voor de verschillende functionaliteiten: interventie, melding, openbare orde, hycap, hulpverlening, toezicht en controle, verkeerstaken, slachtofferbejegening.
Naast deze algemene taken kan hij/zij zich specialiseren in andere taakaccenten van de politiezorg. Deze taakaccenten kunnen zowel operationeel, bestuurlijk of administratief van aard zijn.
Hierna volgt een niet limitatieve lijst: actieplannen, verkeersveiligheid, drugs, diefstalpreventie, projectwerking, functioneel systeembeheer, jeugd en gezin, slachtofferbejegening, vertrouwenspersoon, onderzoek, kantschriften,….
Polyvalente inzet met inbegrip van weekprestaties, weekendprestaties en nachtprestaties.
3° Gewenst profiel:
Kennis:
Attitude:
Beschikt over goede sociale vaardigheden waaronder assertiviteit, conflicthantering, goede contactuele en communicatieve vaardigheden.
Bevordert de goede verstandhouding en de samenwerking binnen de dienst.
Kan zowel zelfstandig als in teamverband werken.
4° Gewone plaats van het werk: Politiezone Aarschot, Demervallei 6, 3200 Aarschot.
5° Bijkomende inlichtingen betreffende de vacature: Teamchef melding en interventie: Stefan Vanderbruggen (jobinhoud) – tel. 016/550.220- Demervallei 6, 3200 Aarschot - mail: pz.aarschot@police.belgium.eu;
6° Vereiste bijzondere bekwaamheden: nihil.
7° Vacant ambt.
8° Samenstelling van de selectiecommissie:
9° Kennistest: nihil.
Artikel 3
Er zal één exemplaar van dit besluit aan de algemene directie van het middelenbeheer en de informatie, directie van het personeel (DGR/DRP-P) van de federale politie bezorgd worden.
De gemeenteraad gaat akkoord met het aanvullend politiereglement met betrekking tot het signaleren van een intergemeentelijke zone tonnagebeperking +3,5 t UPV in de Bloemsehoeve en Nonnenhoefstraat.
Dit aanvullend politiereglement kadert in de vraag van gemeente Begijnendijk om een zone tonnagebeperking +3,5 t UPV sluitend te maken op ons grondgebied.
Gelet op
Overwegende dat
Artikel 1
In de Bloemsehoeve en Nonnenhoefstraat geldt een zone tonnagebeperking +3,5 t met uitzondering van het plaatselijk verkeer.
Artikel 2
De in artikel 1 genoemde verkeerssituatie wordt als volgt aangeduid:
Artikel 3
Onderhavig reglement wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid, Departement van Mobiliteit en Openbare werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II laan 20 bus 2, 1000 Brussel.
De gemeenteraad gaat definitief akkoord met de plaatselijke verbreding van de gemeenteweg zoals voorgesteld op het verkavelingsplan van de landmeter-expert.
Het perceel aangeduid op het verkavelingsplan als lot 3 met een oppervlakte van 51ca, waarvan de inlijving in het openbaar domein nodig is voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg, zal kosteloos aangeschaft worden door de stad Aarschot bij wijze van gratis grondafstand en om reden van openbaar nut.
Op 25/07/2022 diende Van den Vonder Marcel gevestigd te Grote Baan 138 2235 Hulshout, een omgevingsvergunningsaanvraag in met als onderwerp het creëren van 1 kavel voor een eengezinswoning met gratis grondafstand. Deze aanvraag heeft als referentie OMV_2022102424, vindt plaats op de percelen kadastraal gekend als 24092C0025/00A002, 24092C0025/00R000, 24092C0025/00Z000 en is gelegen langs de Wijnberg 63, 3202 Aarschot. In deze omgevingsvergunningsaanvraag wordt een aanpassing van de gemeenteweg aangevraagd volgens het verkavelingsplan in bijlage opgesteld door landmeter-expert Landmeterbureel Van den Vonder Marcel BV gevestigd te Grote Baan 138 2235 Hulshout.
Voor de verwezenlijking van de handelingen in de omgevingsvergunningsaanvraag dient het perceel aangeduid op het verkavelingsplan als lot 3 met een oppervlakte van 51ca ingelijfd te worden in het openbaar domein voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg.
In bijlage zijn de relevantste documenten en plannen m.b.t. de omgevingsvergunningsaanvraag mee opgenomen. Het volledige dossier kan geraadpleegd worden bij het Departement Omgeving.
Voorstel van besluit:
Het perceel aangeduid op het verkavelingsplan als lot 3 met een oppervlakte van 51ca, waarvan de inlijving in het openbaar domein nodig is voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg, zal kosteloos aangeschaft worden door de stad Aarschot bij wijze van gratis grondafstand en om reden van openbaar nut.
Gelet op
Overwegende dat
Artikel 1
De gemeenteraad stelt vast dat er geen bezwaarschriften werden ingediend.
Artikel 2
De gemeenteraad is definitief akkoord met de plaatselijke verbreding van de gemeenteweg zoals voorgesteld op het bijgevoegd verkavelingsplan van landmeter-expert Landmeterbureel Van den Vonder Marcel BV.
Artikel 3
Het perceel aangeduid op het verkavelingsplan als lot 3 met een oppervlakte van 51ca, waarvan de inlijving in het openbaar domein nodig is voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg, zal kosteloos aangeschaft worden door de stad Aarschot bij wijze van gratis grondafstand en om reden van openbaar nut.
Artikel 4
Bij het verlijden van de notariële akte zal de stad Aarschot vertegenwoordigd worden door de algemeen directeur en de burgemeester.
De gemeenteraad geeft goedkeuring aan de ontwerpakte houdende de verkoop aan IVERLEK van een perceel, met een oppervlakte van 25,62 m² gelegen te Aarschot, in Gaston Geenslaan, kadastraal gekend als afdeling 2, sectie F, 227/K (deel).
In functie van de plaatsing van een nieuwe cabine verzoekt IVERLEK de stad Aarschot tot de verkoop van een perceel, met een oppervlakte van 25,62 m² gelegen te Aarschot, in Gaston Geenslaan, kadastraal gekend als afdeling 2, sectie F, 227/K (deel), zoals aangeduid op het opmetingsplan van meetkundige-schatter Francis Koyen van het landmeetbureel Drawing Assistance bv, Ceulemansstraat 10, 2235 Hulshout.
Het perceel kan verkocht worden ten algemene nutte aan IVERLEK voor een waarde zoals geraamd in het schattingsverslag van Francis Koyen, meetkundige-schatter van landmeetbureel Drawing Assistance bv d.d. 3 februari 2021, zijnde 1.238,75 euro.
De gemeenteraad ging in zitting van 11.03.2021 akkoord met de verkoop aan IVERLEK van een perceel met een oppervlakte van 25,62 m² gelegen te Aarschot, in Gaston Geenslaan, kadastraal gekend als afdeling 2, sectie F, 227/K (deel), zoals aangeduid op het opmetingsplan van meetkundige-schatter Francis Koyen van het landmeetbureel Drawing Assistance bv, Ceulemansstraat 10, 2235 Hulshout, voor een bedrag zoals geraamd in het schattingsverslag van de gelijknamige beëdigde landmeter-expert d.d. 3 februari 2021, zijnde 1.238,75 euro.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld akkoord te gaan met de ontwerpakte opgesteld door notaris Erik Lerut.
In functie van de plaatsing van een nieuwe cabine verzoekt IVERLEK de stad Aarschot tot de verkoop van een perceel, met een oppervlakte van 25,62 m² gelegen te Aarschot, in Gaston Geenslaan, kadastraal gekend als afdeling 2, sectie F, 227/K (deel), zoals aangeduid op het opmetingsplan van meetkundige-schatter Francis Koyen van het landmeetbureel Drawing Assistance bv, Ceulemansstraat 10, 2235 Hulshout.
Het perceel kan verkocht worden ten algemene nutte aan IVERLEK voor een waarde zoals geraamd in het schattingsverslag van Francis Koyen, meetkundige-schatter van landmeetbureel Drawing Assistance bv d.d. 3 februari 2021, zijnde 1.238,75 euro.
De gemeenteraad ging in zitting van 11.03.2021 akkoord met de verkoop aan IVERLEK van een perceel met een oppervlakte van 25,62 m² gelegen te Aarschot, in Gaston Geenslaan, kadastraal gekend als afdeling 2, sectie F, 227/K (deel), zoals aangeduid op het opmetingsplan van meetkundige-schatter Francis Koyen van het landmeetbureel Drawing Assistance bv, Ceulemansstraat 10, 2235 Hulshout, voor een bedrag zoals geraamd in het schattingsverslag van de gelijknamige beëdigde landmeter-expert d.d. 3 februari 2021, zijnde 1.238,75 euro.
Door notaris Erik Lerut werd een ontwerpakte opgemaakt voor de verkoop van bedoeld perceel.
De ontwerpakte gaat als bijlage.
Artikel 1
De gemeenteraad geeft de goedkeuring aan de ontwerpakte, zoals opgemaakt door notaris Erik Lerut, tot verkoop aan IVERLEK van een perceel met een oppervlakte van 25,62 m² gelegen te Aarschot, in Gaston Geenslaan, kadastraal gekend als afdeling 2, sectie F, 227/K (deel), zoals aangeduid op het opmetingsplan van meetkundige-schatter Francis Koyen van het landmeetbureel Drawing Assistance bv, Ceulemansstraat 10, 2235 Hulshout, voor een bedrag zoals geraamd in het schattingsverslag van de gelijknamige beëdigde landmeter-expert d.d. 3 februari 2021, zijnde 1.238,75 euro.
Artikel 2
Bij het verlijden van de notariële akte zal de stad Aarschot vertegenwoordigd worden door de algemeen directeur en de voorzitter van de gemeenteraad (of hun afgevaardigden).
Artikel 3
Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de verdere dossiervorming.
De gemeenteraad gaat akkoord met het aangepaste gemeentelijk subsidiereglement voor de sterilisatie, de castratie of euthanasie van zwerfkatten.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld akkoord te gaan met de aanpassing van het gemeentelijk subsidiereglement voor de sterilisatie, de castratie of euthanasie van zwerfkatten. De aanpassingen op het bestaande reglement zijn ingegeven door volgende overwegingen:
Overwegende dat:
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld het gemeentelijk subsidiereglement voor de sterilisatie, de castratie of euthanasie van zwerfkatten aan te passen.
De aanpassingen op het bestaande reglement zijn ingegeven door volgende overwegingen:
De vergoeding voor de sterilisatie/castratie van de zwerfkittens valt onder MJP102482 waarvoor kredieten beschikbaar zijn.
Hoofdstuk 1- Definities
Artikel 1
Voor de toepassing van huidig reglement wordt verstaan:
Artikel 2
De sterilisatie, castratie en in uitzonderlijke gevallen de euthanasie van zwerfkatten, zoals gedefinieerd in artikel 1, kan door de stad Aarschot worden gesubsidieerd binnen de perken van de goedgekeurde begrotingskredieten.
Artikel 3
Het steriliseren en het castreren van huiskatten, alsook het uitvoeren van euthanasie op huiskatten kunnen niet in aanmerking komen voor het verkrijgen van een subsidie.
Artikel 4
§1. De subsidie kan enkel en alleen uitgekeerd worden aan een dierenarts die een sterilisatie, een castratie of een euthanasie heeft uitgevoerd op zwerfkatten die werden gevangen op het grondgebied Aarschot.
§2. In afwijking op art. 4 §1 kan in het kader van socialisering van zwerfkittens bij opvanggezinnen verbonden aan een vereniging voor dierenwelzijn waarmee de stad Aarschot een samenwerkingsovereenkomst heeft afgesloten, de subsidie worden uitgekeerd aan deze Vereniging voor Dierenwelzijn. Deze vereniging betaalt hiervan de dierenartsen die voor haar de ingrepen uitvoeren.
Hoofdstuk 3 - Algemene bepalingen
AFDELING A - HET ONTLENEN VAN VANGKOOIEN EN HET VANGEN VAN ZWERFKATTEN DOOR INWONERS
Artikel 5
Indien een inwoner van de stad Aarschot zwerfkatten wenst te vangen in het kader van het zwerfkattenproject, dient hij/zij dit vooraf bij de dienst leefmilieu te melden. De medewerkers van deze dienst kunnen een eerste controle uitvoeren op de locatie waar de zwerfkatten gevangen zullen worden.
Artikel 6
Inwoners kunnen bij de dienst leefmilieu van de stad Aarschot, in het kader van het zwerfkattenproject, een vangkooi en overzetkooi(en) ontlenen mits betaling van een waarborg. Deze waarborg wordt vastgesteld op 40,- € per vangkooi.
Het ontlenen van de kooien wordt geregeld door het gebruiksreglement uitlenen van kattenvangkooien als in bijlage aan voorliggend besluit gevoegd.
Artikel 7
De dieren dienen ten allen tijde gevangen te worden op een diervriendelijke wijze, opdat geen enkel lijden zou kunnen veroorzaakt worden.
Artikel 8
De door een inwoners opgezette kooi moet na maximaal 12 u worden gecontroleerd op vangst. Indien een controle niet mogelijk is, mag de inwoner de kooi niet opstellen. Kooien mogen niet opgesteld worden indien er binnen de 12 uren geen contact kan genomen worden met de milieudienst.
Artikel 9
Indien er huiskatten worden gevangen, moeten de gevangen dieren onmiddellijk worden vrijgelaten.
Artikel 10
Een inwoner kan de keuze maken om zelf in te staan voor de behandeling van de zwerfkatten die worden gevangen op zijn eigendom. In dit geval neemt de inwoner rechtstreeks contact op met een dierenarts. De inwoner draagt in dit geval zelf de kosten voor de behandeling van de gevangen dieren. Voor deze dieren kunnen de dierenartsen (of verenigingen actief in de dierenbescherming) geen subsidie verkrijgen.
Artikel 11
§1. Nadat de inwoner, in kader van dit project, een zwerfkat heeft gevangen, neemt hij/zij onmiddellijk contact op met de dienst leefmilieu: Er wordt de inwoner voor elk gevangen dier een uniek volgnummer toegekend. Er wordt de inwoner toegelicht bij welke sterilisator hij de gevangen dieren kan aanleveren. De persoonsgegevens van de inwoner, de hem toegekende volgnummers voor katten en de aangewezen dierenarts, worden in de registers van de dienst leefmilieu ingeschreven. De inwoner neemt contact met de aangewezen dierenarts, geeft de unieke volgnummers door en spreekt met de behandelende dierenarts of sterilisator af wanneer de kat gebracht mag worden. De kat moet binnen de 12 uren naar deze dierenarts gebracht worden. De inwoner staat zelf in voor het vervoer van de dieren naar de dierenarts en voor het terugbrengen van de dieren naar de plaats waar ze werden afgevangen.
§2. Wanneer de inwoner om één of andere reden niet in staat is de zwerfkatten te vangen, kan de stad Aarschot beroep doen op een vereniging voor dierenwelzijn waarmee ze een samenwerkingsovereenkomst heeft, om kosteloos de katten te vangen en te transporteren naar en van de dierenarts. De verenigingen eerbiedigen de bepalingen vermeld onder de artikelen 6 tot en met 9 en artikel 11.
§3. Verwilderde zwerfkittens jonger dan 10 weken kunnen in onderling overleg met de stad door de vereniging voor dierenwelzijn tijdelijk bij opvanggezinnen geplaatst worden met het oog op socialisering. Deze kittens kunnen bij geslaagde socialisering ter adoptie worden aangeboden na ontwormen, ontvlooien, chippen, registreren en vaccineren (op kosten van de vereniging voor dierenwelzijn). De sterilisatie of castratie van deze kittens valt onder de subsidievoorwaarden van dit besluit. In dit geval kunnen de kittens gesteriliseerd of gecastreerd worden door een dierenarts die samenwerkt met de vereniging voor dierenwelzijn. De stad Aarschot behoudt zich het recht voor hierop controles uit te voeren.
AFDELING B - HANDELINGEN DOOR DIERENARTSEN (of verenigingen werkzaam in dierenbescherming) DIE AANSPRAAK WENSEN TE MAKEN OP EEN SUBSIDE VOOR STERILISATIE, CASTRATIE OF EUTHANASIE VAN ZWERFKATTEN
Artikel 12
De behandelende dierenarts controleert of het van de inwoner ontvangen dier al dan niet een zwerfkat is. Hij/zij controleert of de kat een chipnummer heeft en, of de kat geregistreerd is. De dierenarts voert enkel heelkundige ingrepen uit op zwerfkatten. Geïdentificeerde katten worden beschouwd als huiskatten. Indien wordt vastgesteld dat het een huiskat betreft of indien er twijfel bestaat of het gevangen dier een huiskat of zwerfkat is, dient de dierenarts de dienst leefmilieu hiervan onverwijld in kennis te stellen. Hij/zij deelt de dienst leefmilieu het unieke volgnummer mee, waarna deze besluit om de kat uit te sluiten uit het sterilisatieproject. Dit teneinde huiskatten te beschermen of misbruik te voorkomen. De dienst leefmilieu kan ten alle tijde beslissen een kat opgenomen in het zwerfkattenproject op een andere plaats dan de vangplaats uit te zetten of ter adoptie aan te bieden.
Katten die door verenigingen voor dierenwelzijn bestemd worden voor adoptie kunnen niet in het kader van het project gesteriliseerd of gecastreerd worden. Hiervan kan enkel afgeweken worden onder de bepalingen in artikel 11, §3 van dit besluit.
Na het vangen van de kat gaat de dierenarts na of deze gezond genoeg is voor sterilisatie en terugplaatsen zonder gevaar voor de zwerfkattenpopulatie. Hiervoor ondergaat de kat een klinisch onderzoek.
Artikel 13
De sterilisatie, castratie en euthanasie van zwerfkatten dienen steeds uitgevoerd te worden conform al de bestaande wetten en reglementen op diergeneeskundige handelingen (o.m. de uitoefening van de diergeneeskunde, de wet op dierenbescherming).
Een sterilisatie/castratie moet steeds uitgevoerd worden door een dierenarts, onder volledige anesthesie en met inachtneming van de gangbare regels voor hygiëne bij operatieve ingrepen. De operatiewonde moet gehecht worden met resorbeerbare huidhechtingen om te voorkomen dat hechtingen achteraf nog verwijderd moeten worden.
Na de operatie moet een driehoek uit de onderrand van de oorschelp geknipt worden om de geopereerde katten herkenbaar te maken zodat ze geen tweede maal behandeld worden. Hiervan kan enkel afgeweken worden voor kittens onder de bepalingen in artikel 11, §3 van dit besluit.
Voor het welzijn van de katten wordt bij de operatie een injectie met een pijnstiller/ontstekingsremmer en een injectie met antibiotica toegediend.
Artikel 14
Na de operatie dienen de katten minimaal 12 uren gehospitaliseerd te worden, met de nodige verzorging om onderkoeling, en dienen alle maatregelen genomen teneinde infectie van de operatiewonde te voorkomen. De dieren mogen enkel terug worden uitgezet wanneer al hun reflexen terug in orde zijn.
Artikel 15
In uitzonderlijke gevallen kan om medische redenen euthanasie worden uitgevoerd. Deze beslissing wordt overgelaten aan de deskundigheid van de dierenarts. De reguliere ophaling en/of verwijdering van het kadaver is ten laste van de dierenarts.
Artikel 16
De dierenarts brengt de inwoner op de hoogte van het einde van de behandeling opdat deze de zwerfkatten terug zou kunnen uitzetten op de plaats waar deze gevangen werden. Indien de inwoner geen gehoor geeft aan deze oproep, stelt de sterilisator onverwijld de dienst Leefmilieu hiervan in kennis.
AFDELING C - SUBSIDIEAANVRAGEN
Artikel 17
De volgende subsidiebedragen kunnen toegekend worden:
De subsidiebedragen worden jaarlijks geïndexeerd en afgerond naar het hogerliggende tiende van de eenheid (€). Voor de indexatie wordt rekening gehouden met de gezondheidsindex op 31 januari van het lopende jaar ten opzichte van deze van 31 januari 2018.
*Een cryptorch is een kater met een verborgen teelbal in de buikholte.
Hoofdstuk 4 - Sterilisatie van huiskatten toebehorend aan inwoners die deel uitmaken van bijzondere doelgroepen
Artikel 18
In afwijking op artikel 3 van voorliggend reglement kan onder volgende voorwaarden de sterilisatie/castratie van huiskatten in het project worden opgenomen:
Hoofdstuk 5 - Procedure tot aanvraag van subsidies
Artikel 19
Elke subsidieaanvraag dient te gebeuren op het daartoe voorziene formulier zoals in bijlage 1 opgenomen.
Artikel 20
Het college van burgemeester en schepenen beslist of de aanvrager voor de subsidie in aanmerking kan komen, na advies van de toezichthoudende ambtenaar. Het College van Burgemeester en Schepenen levert, indien akkoord, een principiële goedkeuring af en beantwoordt schriftelijk alle aanvragen.
Artikel 21
Het college van burgemeester en schepenen behoudt zich het recht voor om subsidieaanvragen te weigeren indien ze niet beantwoorden aan de geest van het voorstel tot subsidie van de sterilisatie, castratie of euthanasie van zwerfkatten. Eventuele weigeringen worden schriftelijk betekend aan de aanvrager.
Artikel 22
De toelagen zullen jaarlijks op de begroting voorzien worden. Indien het aantal aanvragen het totaal voorziene bedrag in de begroting overstijgt, zal de subsidietoekenning chronologisch verlopen in functie van de datum van aanvraag tot uitputting van het totaal voorziene bedrag van het betreffende dienstjaar.
Artikel 23
De aanvrager van de subsidie verbindt er zich toe op weekdagen binnen de 12 uren gevolg te geven aan de oproep. Dit behoudens vakanties die vooraf aan de dienst leefmilieu worden meegedeeld.
Artikel 24
Indien bij controle frauduleuze praktijken worden vastgesteld, vervalt de gehele subsidie. Alle betwistingen aangaande dit reglement worden beslecht door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 25
Het college van burgemeester en schepenen kent de subsidie slechts voorwaardelijk toe.
Indien één of meerdere bepalingen van dit subsidiereglement niet worden nageleefd, of indien onjuiste of onvolledige gegevens aan de gemeentelijke administratie werden meegedeeld, kan het college van burgemeester en schepenen één of meerdere van volgende sancties opleggen:
Artikel 26
De dierenarts of vereniging actief in de dierenbescherming stuurt - na ontvangst van de principiële goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen - maandelijks of per contingent van minimaal 5 dieren, de nodige bewijsstukken in bij de dienst Leefmilieu. Dit is een verklaring op eer waarin minimaal de volgende gegevens worden vermeld:
Ná ontvangst van voormelde bewijsstukken wordt de opdracht gegeven tot de uitbetaling van het verschuldigde subsidiebedrag.
Artikel 27
Het voorliggende subsidiereglement gaat in voege vanaf 1 januari 2022 en is geldig tot en met 31 december 2023. Het vervangt alle versies van het subsidiereglement voor zwerfkatten die voordien verschenen zijn.
Artikel 28
Een afschrift van dit besluit zal ter kennisgeving gezonden worden naar:
De gemeenteraad stemt in met het reglement betreffende de voorwerpen, gevonden op de openbare weg of er geplaatst ter uitvoering van vonnissen tot uitzetting.
Het afhandelen van verloren en achtergelaten voorwerpen was gebaseerd op de wet van 30 december 1975 betreffende de goederen, buiten particuliere eigendommen gevonden of op de openbare weg geplaatst ter uitvoering van vonnissen tot uitzetting en de wet van 21 februari 1983 betreffende de verkoop van sommige achtergelaten voorwerpen.
Beide wetten zijn opgeheven door de wet van 4 februari 2020 houdende boek 3 “Goederen” van het Burgerlijk Wetboek [titel 3 Eigendomsrecht] vanaf 1 september 2021 waardoor de procedures die de gemeente tot nu toe toepaste, moeten wijzigen.
De gemeente zal hierbij veel meer rekening moeten houden met de rechten van de eigenaars.
Wat houdt de nieuwe regelgeving concreet in?
De vinder moet een redelijke poging ondernemen om de eigenaar van het gevonden voorwerp terug te vinden. Vindt deze de eigenaar niet terug, dan moet de vinder binnen de zeven dagen aangifte doen bij de gemeente waar de zaak gevonden is, of een andere gemeente naar keuze.
De gemeente neemt de zaak dan op in haar register van gevonden zaken en laat dit desgevallend weten aan de gemeente waar de zaak gevonden werd. Deze laatste gemeente maakt daar dan ook melding van in haar eigen register. Neemt de gemeente de zaak in bewaring, is zij daar dan ook aansprakelijk voor. (Houdt de vinder de zaak in bewaring, dan is hij ervoor aansprakelijk.)
Ondertussen doet de gemeente de nodige inspanningen om de eigenaar te bereiken. Indien de eigenaar gekend is, brengt de gemeente hem of haar binnen de maand na ontvangst van de aangifte op de hoogte per aangetekende zending. Tal van gemeenten doen ook inspanningen om rechtmatige eigenaars via sociale media te bereiken.
De gemeente of vinder is in elk geval verplicht de goederen 6 maanden te bewaren, tenzij het gaat om goederen die snel bederven of schadelijk zijn voor de openbare hygiëne, gezondheid of veiligheid óf fietsen. Fietsen moeten maar 3 maanden worden bijgehouden. Is de termijn verstreken, kan de gemeente of de vinder op een economisch verantwoorde wijze beschikken over de zaak. Dit kan verschillende zaken betekenen:
Ingeval van verkoop moet de gemeente de opbrengst ter beschikking van de eigenaar of van zijn rechtverkrijgenden houden.
Het voorwerp blijft toebehoren aan zijn oorspronkelijke eigenaar en de gemeente of vinder wordt slechts eigenaar vijf jaar na de opname in het register voor zover de oorspronkelijke eigenaar zich niet kenbaar heeft gemaakt.
De gemeente heeft een retentierecht, zolang de eigenaar de verplichting tot vergoeding van de redelijke kosten van bewaring, behoud en opsporing niet heeft nagekomen.
Het afhandelen van verloren en achtergelaten voorwerpen was gebaseerd op de wet van 30 december 1975 betreffende de goederen, buiten particuliere eigendommen gevonden of op de openbare weg geplaatst ter uitvoering van vonnissen tot uitzetting en de wet van 21 februari 1983 betreffende de verkoop van sommige achtergelaten voorwerpen.
Beide wetten zijn opgeheven door de wet van 4 februari 2020 houdende boek 3 “Goederen” van het Burgerlijk Wetboek [titel 3 Eigendomsrecht] vanaf 1 september 2021 waardoor de procedures die de gemeente tot nu toe toepaste, moeten wijzigen.
De gemeente zal hierbij veel meer rekening moeten houden met de rechten van de eigenaars.
Wat houdt de nieuwe regelgeving concreet in?
De vinder moet een redelijke poging ondernemen om de eigenaar van het gevonden voorwerp terug te vinden. Vindt deze de eigenaar niet terug, dan moet de vinder binnen de zeven dagen aangifte doen bij de gemeente waar de zaak gevonden is, of een andere gemeente naar keuze.
De gemeente neemt de zaak dan op in haar register van gevonden zaken en laat dit desgevallend weten aan de gemeente waar de zaak gevonden werd. Deze laatste gemeente maakt daar dan ook melding van in haar eigen register. Neemt de gemeente de zaak in bewaring, is zij daar dan ook aansprakelijk voor. (Houdt de vinder de zaak in bewaring, dan is hij ervoor aansprakelijk.)
Ondertussen doet de gemeente de nodige inspanningen om de eigenaar te bereiken. Indien de eigenaar gekend is, brengt de gemeente hem of haar binnen de maand na ontvangst van de aangifte op de hoogte per aangetekende zending. Tal van gemeenten doen ook inspanningen om rechtmatige eigenaars via sociale media te bereiken.
De gemeente of vinder is in elk geval verplicht de goederen 6 maanden te bewaren, tenzij het gaat om goederen die snel bederven of schadelijk zijn voor de openbare hygiëne, gezondheid of veiligheid óf fietsen. Fietsen moeten maar 3 maanden worden bijgehouden. Is de termijn verstreken, kan de gemeente of de vinder op een economisch verantwoorde wijze beschikken over de zaak. Dit kan verschillende zaken betekenen:
Ingeval van verkoop moet de gemeente de opbrengst ter beschikking van de eigenaar of van zijn rechtverkrijgenden houden.
Het voorwerp blijft toebehoren aan zijn oorspronkelijke eigenaar en de gemeente of vinder wordt slechts eigenaar vijf jaar na de opname in het register voor zover de oorspronkelijke eigenaar zich niet kenbaar heeft gemaakt.
De gemeente heeft een retentierecht, zolang de eigenaar de verplichting tot vergoeding van de redelijke kosten van bewaring, behoud en opsporing niet heeft nagekomen.
Artikel 1. GEVONDEN VOORWERPEN OP HET OPENBAAR DOMEIN
1.1. Concreet
Een voorwerp wordt gevonden op het openbaar domein. De vinder moet een redelijke poging ondernemen om de eigenaar van het gevonden voorwerp terug te vinden. Vindt deze de eigenaar niet terug, dan moet hij binnen de 7 dagen een aangifte doen bij de gemeente waar het voorwerp gevonden is, of een ander lokaal bestuur naar keuze. De gemeente neemt de zaak dan op in haar register van gevonden voorwerpen en laat dit desgevallend weten aan de gemeente waar de zaak gevonden werd. Deze laatste maakt hiervan melding in het eigen register.
Verloren voorwerpen kunnen tijdens de openingsuren van het stadhuis afgeleverd worden aan het onthaal of op het politiekantoor.
De gemeente doet de nodige inspanningen om de eigenaar te vinden. Als de eigenaars of rechtverkrijgenden gekend zijn, worden zij binnen de maand na de aangifte per aangetekend schrijven aangemaand om hun eigendommen te komen ophalen.
1.2. Registratie
Het secretariaat staat in voor de registratie van de voorwerpen.
In het register zijn minstens volgende velden opgenomen:
Dit register kan geraadpleegd worden op het secretariaat tijdens de openingsuren van het stadhuis (na afspraak).
1.3. Bewaring
De wettelijke bewaartermijn bedraagt 6 maanden. Uitzonderingen hierop zijn:
Minder dan zes maanden geleden verloren voorwerpen kunnen afgehaald worden op het secretariaat tijdens de openingsuren van het stadhuis.
Als het voorwerp wordt afgehaald, wordt in het register de datum van ophaling en de gegevens van de ophaler genoteerd. De ophaler tekent voor ontvangst.
1.4. Verwijdering
Na 6 maanden kan de gemeente op een economisch verantwoorde wijze beschikken over het voorwerp.
De gemeente kan na afloop van deze termijn afhankelijk van de waarde van het goed (waardevol, van geringe waarde, niet bruikbaar, vuil of onhygiënisch):
Ingeval van VERKOOP moet het gaan om een redelijke prijs zodat de eigenaar die het goed eventueel toch op een later tijdstip komt ophalen een redelijke verkoopopbrengst kan krijgen.
Het voorwerp blijft toebehoren aan zijn oorspronkelijke eigenaar. De gemeente of vinder wordt slechts eigenaar vijf jaar na de opname in het register voor zover de oorspronkelijke eigenaar zich niet kenbaar heeft gemaakt.
De gemeente heeft een retentierecht zolang de eigenaar de verplichting tot vergoeding van de kosten van bewaring en transport (door externe diensten) niet heeft nagekomen.
Na 6 maanden kan de gemeente op een economisch verantwoorde wijze beschikken over de auto/wrak.
Afhankelijk van de waarde (waardevol, van geringe waarde, niet bruikbaar) zal de gemeente:
Ingeval van VERKOOP moet het gaan om een redelijke prijs zodat de eigenaar die de auto eventueel toch op een later tijdstip komt ophalen een redelijke verkoopopbrengst kan krijgen.
Gevonden gelden op het openbaar domein kunnen afgeleverd worden aan het onthaal van het stadhuis tijdens de openingsuren of op het politiekantoor.
Het secretariaat staat in voor de registratie en bezorgt de gelden aan de financieel directeur. De geldsommen worden in de stadskas gestort en worden dan eigendom van de gemeente.
Artikel 5. UITHUISZETTINGEN
5.1. Concreet
De deurwaarder maakt bij binnenkomst een opdeling van goederen die hijzelf in beslag neemt, en goederen die door de gemeente mogen worden meegenomen.
Meestal gaat het hier over goederen van weinig of geen waarde aangezien de deurwaarder de goederen van waarde meeneemt.
5.2. Waarde van het goed
Bruikbare goederen
De goederen worden 6 maanden bewaard in het magazijn van de uitvoeringsdienst
De eigenaar wordt gecontacteerd met de vraag om goederen op te halen voor het verstrijken van de ophaaltermijn.
Bij niet-ophaling na 6 maanden worden bruikbare goederen ter beschikking gesteld van de kringloopwinkel.
Niet-bruikbare, vuile of onhygiënische goederen
Deze goederen worden door de uitvoeringsdienst niet in bewaring genomen maar onmiddellijk vernietigd.
Meestal gaat het over goederen van weinig of geen waarde.
5.3. Registratie
De nog bruikbare goederen die in bewaring worden genomen, worden geregistreerd.
5.4. Kosten
De gemaakte kosten door externe diensten omtrent bewaring, transport en mogelijke vernietiging van het goed kunnen rechtstreeks verhaald worden op de eigenaar.
De gemeente heeft een retentierecht zolang de eigenaar de verplichting tot vergoeding van de kosten van bewaring en transport (door externe diensten) niet heeft nagekomen.
Artikel 6. AANPASSING ALGEMEEN POLITIEREGLEMENT
Artikel 21, afdeling 4. Privatieve ingebruikneming van de openbare ruimte, Hoofdstuk III. De openbare veiligheid en vlotte doorgang van het Algemeen Politiereglement van de stad Aarschot wordt gewijzigd als volgt:
'Indien om welke reden dan ook een persoon uit het huis dat hij/zij bewoont, wordt gedreven en diens meubels op de openbare weg worden gezet, moet deze persoon ze op het moment van de uitzetting verwijderen. Indien de eigenaar zijn goederen niet onmiddellijk verwijdert, zullen ze door de gemeente gedurende zes maanden worden bewaard.'
De gemeenteraad geeft goedkeuring aan de ontwerpakte houdende verkoop van een perceel grond gelegen stad Aarschot, 3e afdeling Langdorp, sectie A nr. 427 Z5/deel (176 m²) - lot 1.
De gemeenteraad ging in zitting van 12 mei 2022 principieel akkoord met de onderhandse verkoop van
De loten worden onderhands verkocht rekening houdend met artikel 293 van het decreet lokaal bestuur en de omzendbrief KB/ABB 2019/3 van 03.05.2019 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van erkende erediensten.
De oude wegzate van buurtweg 66 werd te koop aangeboden aan de aangelanden voor de prijs van 26.400 euro voor lot 1, zijnde de meerwaarde op basis van het gemeenteraadsbesluit van 18.05.2015 houdende de bepaling van de te betalen (meer)waarde bij afschaffing, wijziging of verlegging van buurt- en voetweg.
Geen enkele aangelande is geïnteresseerd in de aankoop van bedoeld lot 1, de koper van het woonhuis gelegen Wolfsdonksesteenweg 27 daarentegen wel.
Door het kantoor van notaris Kurt Geysels werd een ontwerpakte opgemaakt voor de verkoop van bedoeld lot.
VOORSTEL aan de gemeenteraad om akkoord te gaan met de ontwerpakte voor de verkoop van lot 1.
De gemeenteraad ging in zitting van 12 mei 2022 principieel akkoord met de onderhandse verkoop van
De loten worden onderhands verkocht rekening houdend met artikel 293 van het decreet lokaal bestuur en de omzendbrief KB/ABB 2019/3 van 03.05.2019 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van erkende erediensten.
De oude wegzate van buurtweg 66 werd te koop aangeboden aan de aangelanden voor de prijs van 26.400 euro voor lot 1, zijnde de meerwaarde op basis van het gemeenteraadsbesluit van 18.05.2015 houdende de bepaling van de te betalen (meer)waarde bij afschaffing, wijziging of verlegging van buurt- en voetweg.
Geen enkele aangelande is geïnteresseerd in de aankoop van bedoeld lot 1.
De toekomstige eigenaar van het woonhuis gelegen Wolfsdonksesteenweg 27 wenst het lot wel aan te kopen.
Door het kantoor van notaris Kurt Geysels werd een ontwerpakte opgemaakt voor de verkoop van lot 1.
Artikel 1
De gemeenteraad geeft goedkeuring aan de ontwerpakte, opgesteld door het kantoor van notaris Kurt Geysels houdende verkoop van een perceel grond gelegen stad Aarschot, 3e afdeling Langdorp, sectie A nr. 427 Z5/deel (176 m²) - lot 1, voor een waarde van 26.400 euro.
Artikel 2
Bij het verlijden van de notariële akte zal de stad Aarschot vertegenwoordigd worden door de algemeen directeur en de voorzitter van de gemeenteraad (of hun afgevaardigden).
Artikel 3
Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de verdere dossiervorming.
De gemeenteraad gaat akkoord met de definitieve aanvaarding van de schenking van het historisch archief van het Sint-Jozefscollege Aarschot onder de voorwaarden zoals bepaald in bijgevoegde schenkingsovereenkomst.
Het Sint-Jozefscollege Aarschot wenst haar historisch archief te schenken aan de stad.
In onderling overleg werd hiervoor een overeenkomst opgesteld.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om de schenking definitief te aanvaarden onder de voorwaarden zoals bepaald in de overeenkomst.
Het Sint-Jozefscollege Aarschot wenst haar historisch archief te schenken aan de stad.
In onderling overleg werd hiervoor een overeenkomst opgesteld.
De definitieve aanvaarding van de schenking wordt voorgelegd overeenkomstig artikel 41 lid 2, 12° van het decreet lokaal bestuur dat bepaalt dat het definitief aanvaarden van schenkingen tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoort.
De gemeenteraad gaat akkoord met de definitieve aanvaarding van de schenking van het historisch archief van het Sint-Jozefscollege Aarschot onder de voorwaarden zoals bepaald in bijgevoegde schenkingsovereenkomst.
De gemeenteraad gaat akkoord met de verlenging van de opdrachthoudende vereniging IGS voor de maximale duur van 18 jaar. Dit besluit is te beschouwen als een verzoek tot verlenging van IGS Hofheide en wordt overgemaakt aan de raad van bestuur van IGS Hofheide, met de vraag om de verlenging van IGS Hofheide te agenderen op de algemene vergadering.
De opdrachthoudende vereniging voor crematoriumbeheer in het arrondissement Leuven (IGS Hofheide) werd opgericht bij akte van 28 januari 2005 voor een duur van 18 jaar, welke verstrijkt op 28 januari 2023.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om IGS Hofheide te verlengen en dit voor de maximale duur van 18 jaar.
De opdrachthoudende vereniging voor crematoriumbeheer in het arrondissement Leuven (IGS Hofheide) werd opgericht bij akte van 28 januari 2005 voor een duur van 18 jaar, welke verstrijkt op 28 januari 2023.
Art. 423 Decreet Lokaal Bestuur bepaalt:
“Na afloop van de statutair bepaalde duur kan de dienstverlenende of opdrachthoudende vereniging opeenvolgende keren verlengd worden voor een termijn die telkens niet langer mag zijn dan achttien jaar.
Op verzoek van de gewone meerderheid van het totale aantal deelnemers en op voorwaarde dat het verzoek gedragen wordt door een drievierdemeerderheid van het aantal deelnemende gemeenten, kan de laatste algemene vergadering vóór het verstrijken van de duur, tot de verlenging beslissen met een drievierdemeerderheid van het aantal stemmen. De gemeenteraadsbeslissingen die daarvoor worden genomen, worden bij het verslag van de algemene vergadering gevoegd en zijn gebaseerd op een onderzoek, in voorkomend geval op basis van een vergelijkend onderzoek als er zich verschillende beheersvormen reëel aanbieden.
Uiterlijk negentig dagen voor de algemene vergadering die beslist over de verlenging wordt de agenda door de raad van bestuur aan alle deelnemers toegezonden.
De deelnemers die niet willen verlengen, kunnen daartoe niet verplicht worden en houden op deel uit te maken van de dienstverlenende of opdrachthoudende vereniging op het einde van het jaar waarin de algemene vergadering tot de verlenging heeft beslist. Vooraf leggen ze hun beslissing daartoe voor, die wordt gevoegd bij het verslag van de algemene vergadering. Ze leven de door hen aangegane contractuele verbintenissen na, maar zijn voor het overige geen schadevergoeding verschuldigd. Artikel 425, vierde en vijfde lid, zijn op hen van toepassing.
Deelnemers die nalaten over de verlenging te beslissen of hun beslissing mee te delen, worden geacht verder deel uit te maken van de dienstverlenende of opdrachthoudende vereniging.”
De gemeenteraad dient bijgevolg te onderzoeken of zij al dan niet een verzoek wenst te richten aan IGS Hofheide om de opdrachthoudende vereniging te verlengen, in voorkomend geval op basis van een vergelijkend onderzoek als er zich verschillende beheersvormen reëel aanbieden.
Er bieden zich niet reëel verschillende beheersvormen aan o.w.v. volgende redenen:
De opdrachthoudende vereniging is de enige vorm van intergemeentelijke samenwerking met beheersoverdracht, zodat deze samenwerkingsvorm duidelijk de meest geschikte is in het belang van de deelnemende gemeenten en van IGS Hofheide.
Uit onderzoek blijkt dat het aangewezen is om IGS Hofheide te verlengen. Dit blijkt meer bepaald uit volgende feiten:
IGS Hofheide zorgt ervoor dat voor de gemeenten in de regio Oost Vlaams-Brabant een dichtbij gelegen locatie beschikbaar is voor crematie van overledenen. Binnen het aanbod aan crematoria in Vlaanderen vormt IGS Hofheide een uniek kader qua dienstverlening gekoppeld aan afscheid nemen van een overledene.
Enerzijds maken de buitengewone architectuur en locatie dat Hofheide ook buiten Oost Vlaams-Brabant gekend is, anderzijds vormen het aanbod en niveau aan dienstverlening dat Hofheide een uitzonderlijke speler is binnen de crematoria.
In de mooie omgeving die naadloos overgaat in een eenvoudige en toch imposante architectuur wordt een dienstverlening aangeboden op gebied van crematies, afscheidsplechtigheden, begraafplaats en rouwmaaltijden.
Hofheide biedt een kwaliteitsvolle dienstverlening aan, afgestemd op de regiobehoeften en de wensen van de uitvaartondernemers en nabestaanden, wat blijkt uit de tevredenheid van de betrokkenen.
Hofheide wil een vooruitstrevende rol opnemen inzake het totale gegeven van lijkbezorging, afscheid en herdenking wat tot uiting komt in o.a. de persoonlijke afscheidsplechtigheden en unieke concepten qua asbestemming zoals het urnenbos en gedenkbos.
Deelname in IGS Hofheide biedt voordelen aan de inwoners van de aangesloten gemeenten. Er is een belangrijk tariefverschil voor crematies in vergelijking met deze voor inwoners van niet-aangesloten gemeenten:
Prijzen 2022 |
aangesloten gemeente |
niet-aangesloten gemeente |
Crematie weekdag |
500 € |
575 € |
Crematie zaterdag |
550 € |
625 € |
Crematie OCMW-behoeftige |
150 € |
350 € |
Bovendien neemt het aantal crematies steeds toe: de voorbije 20 jaren is het aantal overledenen dat gecremeerd werd verdubbeld. In het eerste operationele jaar (2013) werden in Hofheide 935 crematies uitgevoerd, in 2021 waren dit er 4.396.
Ook het aandeel van het aantal crematies tegenover het aantal overlijdens vertoont een stijgende tendens: in 2010 werd in ongeveer de helft van de overlijdens gekozen voor crematie, in 2020 was dit bij bijna drie vierde van de overlijdens het geval.
De deelname is IGS Hofheide betekent bijgevolg een financieel voordeel voor steeds meer inwoners (of hun nabestaanden) van de aangesloten gemeenten.
Postcode overledene: 3200, 3201, 3202
|
aantal crematies in Hofheide |
2020 |
283 |
2021 |
273 |
1-6 2022 |
140 |
Deelname in IGS Hofheide resulteert op jaarbasis in een bedrag van 21.000 euro (gerekend met 280 crematies aan 75 euro prijsverschil) dat door de inwoners van Aarschot kan bespaard worden aan crematiekosten.
De gemeenteraad wenst bijgevolg IGS Hofheide te verlengen en dit voor de maximale duur van 18 jaar.
Artikel 1
De gemeenteraad gaat akkoord om de samenwerkingsovereenkomst met IGS Hofheide te verlengen voor de maximale duur van 18 jaar.
Artikel 2
Onderhavig besluit is te beschouwen als een verzoek tot verlenging van IGS Hofheide en wordt overgemaakt aan de raad van bestuur van IGS Hofheide, met de vraag om de verlenging van IGS Hofheide te agenderen op de algemene vergadering.
De gemeenteraad keurt de samenwerkingsovereenkomst met de vzw Arcadia en de schoolinstellingen (VBS Sint-Jozefscollege, Damiaaninstituut, Instituut Sancta Maria, Vrije Basisschool Sancta Maria, Vrije Basisschool Ourdenberg, Vrije Basisschool Pastoor Dergent) goed.
De vzw Arcadia wenst de archieven van de hierna vermelde scholen in eigendom over te dragen aan het Stedelijk Archief en Documentatiecentrum Aarschot (SADA).
In onderling overleg werd voor de schenkingen in de toekomst een samenwerkingsovereenkomst opgesteld.
De vzw wenst de schenking van het archief van het Damiaaninstituut dd. 27.08.2021 aan het Stedelijk Archief en Documentatiecentrum Aarschot, eveneens onder deze overeenkomst te brengen.
De schenking van het historisch archief van het Sint-Jozefscollege staat op de agenda van de gemeenteraad van heden.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om de samenwerkingsovereenkomst met de vzw Arcadia en de 6 schoolinstellingen goed te keuren.
De vzw Arcadia wenst de archieven van de hierna vermelde scholen in eigendom over te dragen aan het Stedelijk Archief en Documentatiecentrum Aarschot (SADA).
In onderling overleg werd voor de schenkingen in de toekomst een samenwerkingsovereenkomst opgesteld.
De vzw wenst de schenking van het archief van het Damiaaninstituut dd. 27.08.2021 aan het Stedelijk Archief en Documentatiecentrum Aarschot, eveneens onder deze overeenkomst te brengen.
De schenking van het historisch archief van het Sint-Jozefscollege staat op de agenda van de gemeenteraad van heden.
Enig artikel
De gemeenteraad keurt bijgevoegde samenwerkingsovereenkomst met de vzw Arcadia en de schoolinstellingen (VBS Sint-Jozefscollege, Damiaaninstituut, Instituut Sancta Maria, Vrije Basisschool Sancta Maria, Vrije Basisschool Ourdenberg, Vrije Basisschool Pastoor Dergent) goed.
Het agendapunt is afgevoerd op verzoek van Iverlek:
Iverlek bezorgde een aangepaste ontwerpbeslissing met het verzoek dit aangepaste besluit voor te leggen aan de raad in de vergadering van november.
De opdrachthoudende vereniging Iverlek organiseert op 22 december 2022 om 17.00 uur een buitengewone algemene vergadering die zal plaatsvinden in het stadion van voetbalclub Oud-Heverlee Leuven, Kardinaal Mercierlaan 46 te 3001 Heverlee.
De agenda werd door de Raad van Bestuur op 19 september 2022 als volgt samengesteld
Gelet op het feit dat de contracten overeengekomen met Telenet gevoelige informatie bevatten die de economische, financiële en commerciële belangen van zowel Fluvius als Telenet raken, inzonderheid door Telenets beursgenoteerd karakter, kunnen deze contracten niet worden overgemaakt. Deze documenten kunnen evenwel op dinsdag 11 oktober 2022 in het Fluviusgebouw, Diestsesteenweg 126 te 3210 Lubbeek, worden ingezien door alle gemeenteraadsleden, mits het tijdig maken van een afspraak via vennootschapssecretariaat@fluvius.be, en na ondertekening van een vertrouwelijkheidsverklaring ter plaatse. Wij verzoeken u om de leden van uw gemeenteraad hiervan op de hoogte te brengen. |
i. De fusie door overneming van de Opdrachthoudende vereniging PBE (over te nemen vereniging) en de Opdrachthoudende vereniging Iverlek (overnemende vereniging) omvattende alle activa en passiva en alle rechten en plichten, niets uitgezonderd, noch voorbehouden, en dit op basis van een balans afgesloten op 31 december 2021, met inwerkingtreding per 1 januari 2025 en dit op basis van de ruilverhouding (voorlopige)
ii. De overeenkomstige wijzigingen aan het eigen vermogen.
iii. De overeenkomstige wijzigingen aan het register van de deelnemers.
f. Aanvaarding van de toetreding/uitbreiding van de aansluiting van de gemeenten van de Opdrachthoudende vereniging PBE vanaf 1 januari 2025.
g. Goedkeuring van de statuten van de Opdrachthoudende vereniging Iverlek (daarin hernoemd tot Fluvius Zenne-Dijle).
h. Vaststelling van de noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en verlenen van de desbetreffende machtiging naar aanleiding van de besluitvorming omtrent de fusie en wijzigingen aan het eigen vermogen en inzonderheid verlening van machtiging aan de Raad van Bestuur met mogelijkheid tot subdelegatie om:
i. De al dan niet vervulling van de opschortende voorwaarden die gelden ten aanzien van de fusie zoals vermeld onder punt 5.a vast te stellen;
ii. De verwezenlijking van de fusie vast te stellen;
iii. Het overgedragen vermogen exact te beschrijven, en desgevallend de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie vrij te stellen van het nemen van een ambtshalve inschrijving;
iv. De definitieve ruilverhouding in het kader van de fusie vast te stellen op basis van de geactualiseerde netto actief-waarde van de over te nemen vereniging en de overnemende vereniging per 31 december 2024, berekend volgens de principes vastgelegd in het fusievoorstel en de bijzondere verslagen over het fusievoorstel, dit na revisorale controle van de cijfers per 31 december 2024;
v. Daartoe alle akten en stukken te tekenen, woonplaats te kiezen en alles te doen wat nodig of nuttig kan zijn;
vi. Alle formaliteiten te vervullen met betrekking tot de neerlegging en publicatie van de beslissingen van de Algemene Vergadering en de uitvoering van de fusie in de meest brede zin
a. Vaststelling van de in het splitsingsvoorstel opgenomen opschortende voorwaarden en tijdsbepaling.
b. Vaststelling van de omzetting per 1 januari 2025 van de aandelen Ae, Ag, Apt en Apg à rato van 25 euro per eigen eigenvermogenswaarde voor de activiteiten elektriciteit, aardgas en Strategische Participaties (Publi-T en Publigas).
c. Kennisneming van het splitsingsvoorstel (art. 12:59 WVV), van het omstandig verslag van de Raad van Bestuur (art. 12:61 WVV) en van de Commissaris (art. 12:62 WVV) met betrekking tot het voorstel tot partiële splitsing door overneming en van eventuele belangrijke wijzigingen in activa en passiva van het vermogen (art. 12:63 WVV), met juridische, boekhoudkundige en fiscale uitwerking van de partiële splitsing per 1 januari 2025.
d. Goedkeuring van:
i. De partiële splitsing door overneming van de Opdrachthoudende vereniging Fluvius Limburg (partieel te splitsen vereniging) om de activiteit aardgas verbonden aan de Opdrachthoudende vereniging PBE (dewelke voor deze activiteit optreedt namens de gemeenten Begijnendijk, Bekkevoort, Galmaarden, Geetbets, Glabbeek, Gooik, Herne, Holsbeek, Kortenaken, Landen, Linter, Lubbeek, Oud-Heverlee, Pepingen, Tielt-Winge en Zoutleeuw), dewelke zij heeft toevertrouwd aan Fluvius Limburg, over te brengen naar de Opdrachthoudende vereniging Iverlek (Fluvius Zenne-Dijle) (overnemende vereniging) omvattende alle activa en passiva en alle rechten en plichten, niets uitgezonderd, noch voorbehouden, en dit op basis van een balans afgesloten op 31 december 2021, met inwerkingtreding per 1 januari 2025 en dit op basis van de ruilverhouding (voorlopige) van de balans afgesloten op 31 december 2021 en een definitieve ruilverhouding vastgesteld op de balans per 31 december 2024.
ii. De overeenkomstige wijzigingen aan het eigen vermogen.
iii. De overeenkomstige wijzigingen aan het register van de deelnemers.
e. Aanvaarding van de uitbreiding van hun aansluiting met de activiteit aardgas van de gemeenten Begijnendijk, Bekkevoort, Galmaarden, Geetbets, Glabbeek, Gooik, Herne, Holsbeek, Kortenaken, Landen, Linter, Lubbeek, Oud-Heverlee, Pepingen, Tielt-Winge en Zoutleeuw vanaf 1 januari 2025.
f. Vaststelling van de noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en verlenen van de desbetreffende machtiging naar aanleiding van de besluitvorming omtrent de partiële splitsing en wijzigingen aan het eigen vermogen en inzonderheid verlening van machtiging aan de Raad van Bestuur met mogelijkheid tot subdelegatie om:
i. De al dan niet vervulling van de opschortende voorwaarden die gelden ten aanzien van de partiële splitsing zoals vermeld onder punt 6.a vast te stellen;
ii. De verwezenlijking van de partiële splitsing vast te stellen;
iii. Het overgedragen vermogen exact te beschrijven, en desgevallend de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie vrij te stellen van het nemen van een ambtshalve inschrijving;
iv. De definitieve ruilverhouding in het kader van de partiële splitsing vast te stellen op basis van de geactualiseerde netto actief-waarde van de partieel te splitsen vereniging en de overnemende vereniging per 31 december 2024, berekend volgens de principes vastgelegd in het partiële splitsingsvoorstel en de bijzondere verslagen over het partiële splitsingsvoorstel, dit na revisorale controle van de cijfers per 31 december 2024;
v. Daartoe alle akten en stukken te tekenen, woonplaats te kiezen en alles te doen wat nodig of nuttig kan zijn;
vi. Alle formaliteiten te vervullen met betrekking tot de neerlegging en publicatie van de beslissingen van de Algemene Vergadering en de uitvoering van de partiële splitsing in de meest brede zin.
Gelet op
Conform artikel 432, alinea 3 van het decreet over het lokaal bestuur dient de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger herhaald te worden voor elke algemene vergadering.
De gemeenteraad wordt verzocht goedkeuring te hechten aan de agendapunten en het mandaat van de vertegenwoordiger te bepalen.
Gelet op
Artikel 1
Zijn goedkeuring te hechten aan de agenda van de Buitengewone Algemene Vergadering van de opdrachthoudende vereniging Iverlek d.d. 22 december 2022:
Gelet op het feit dat de contracten overeengekomen met Telenet gevoelige informatie bevatten die de economische, financiële en commerciële belangen van zowel Fluvius als Telenet raken, inzonderheid door Telenets beursgenoteerd karakter, kunnen deze contracten niet worden overgemaakt. Deze documenten kunnen evenwel op dinsdag 11 oktober 2022 in het Fluviusgebouw, Diestsesteenweg 126 te 3210 Lubbeek, worden ingezien door alle gemeenteraadsleden, mits het tijdig maken van een afspraak via vennootschapssecretariaat@fluvius.be, en na ondertekening van een vertrouwelijkheidsverklaring ter plaatse. Wij verzoeken u om de leden van uw gemeenteraad hiervan op de hoogte te brengen. |
i. De fusie door overneming van de Opdrachthoudende vereniging PBE (over te nemen vereniging) en de Opdrachthoudende vereniging Iverlek (overnemende vereniging) omvattende alle activa en passiva en alle rechten en plichten, niets uitgezonderd, noch voorbehouden, en dit op basis van een balans afgesloten op 31 december 2021, met inwerkingtreding per 1 januari 2025 en dit op basis van de ruilverhouding (voorlopige)
ii. De overeenkomstige wijzigingen aan het eigen vermogen.
iii. De overeenkomstige wijzigingen aan het register van de deelnemers.
f. Aanvaarding van de toetreding/uitbreiding van de aansluiting van de gemeenten van de Opdrachthoudende vereniging PBE vanaf 1 januari 2025.
g. Goedkeuring van de statuten van de Opdrachthoudende vereniging Iverlek (daarin hernoemd tot Fluvius Zenne-Dijle).
h. Vaststelling van de noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en verlenen van de desbetreffende machtiging naar aanleiding van de besluitvorming omtrent de fusie en wijzigingen aan het eigen vermogen en inzonderheid verlening van machtiging aan de Raad van Bestuur met mogelijkheid tot subdelegatie om:
i. De al dan niet vervulling van de opschortende voorwaarden die gelden ten aanzien van de fusie zoals vermeld onder punt 5.a vast te stellen;
ii. De verwezenlijking van de fusie vast te stellen;
iii. Het overgedragen vermogen exact te beschrijven, en desgevallend de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie vrij te stellen van het nemen van een ambtshalve inschrijving;
iv. De definitieve ruilverhouding in het kader van de fusie vast te stellen op basis van de geactualiseerde netto actief-waarde van de over te nemen vereniging en de overnemende vereniging per 31 december 2024, berekend volgens de principes vastgelegd in het fusievoorstel en de bijzondere verslagen over het fusievoorstel, dit na revisorale controle van de cijfers per 31 december 2024;
v. Daartoe alle akten en stukken te tekenen, woonplaats te kiezen en alles te doen wat nodig of nuttig kan zijn;
vi. Alle formaliteiten te vervullen met betrekking tot de neerlegging en publicatie van de beslissingen van de Algemene Vergadering en de uitvoering van de fusie in de meest brede zin
a. Vaststelling van de in het splitsingsvoorstel opgenomen opschortende voorwaarden en tijdsbepaling.
b. Vaststelling van de omzetting per 1 januari 2025 van de aandelen Ae, Ag, Apt en Apg à rato van 25 euro per eigen eigenvermogenswaarde voor de activiteiten elektriciteit, aardgas en Strategische Participaties (Publi-T en Publigas).
c. Kennisneming van het splitsingsvoorstel (art. 12:59 WVV), van het omstandig verslag van de Raad van Bestuur (art. 12:61 WVV) en van de Commissaris (art. 12:62 WVV) met betrekking tot het voorstel tot partiële splitsing door overneming en van eventuele belangrijke wijzigingen in activa en passiva van het vermogen (art. 12:63 WVV), met juridische, boekhoudkundige en fiscale uitwerking van de partiële splitsing per 1 januari 2025.
d. Goedkeuring van:
i. De partiële splitsing door overneming van de Opdrachthoudende vereniging Fluvius Limburg (partieel te splitsen vereniging) om de activiteit aardgas verbonden aan de Opdrachthoudende vereniging PBE (dewelke voor deze activiteit optreedt namens de gemeenten Begijnendijk, Bekkevoort, Galmaarden, Geetbets, Glabbeek, Gooik, Herne, Holsbeek, Kortenaken, Landen, Linter, Lubbeek, Oud-Heverlee, Pepingen, Tielt-Winge en Zoutleeuw), dewelke zij heeft toevertrouwd aan Fluvius Limburg, over te brengen naar de Opdrachthoudende vereniging Iverlek (Fluvius Zenne-Dijle) (overnemende vereniging) omvattende alle activa en passiva en alle rechten en plichten, niets uitgezonderd, noch voorbehouden, en dit op basis van een balans afgesloten op 31 december 2021, met inwerkingtreding per 1 januari 2025 en dit op basis van de ruilverhouding (voorlopige) van de balans afgesloten op 31 december 2021 en een definitieve ruilverhouding vastgesteld op de balans per 31 december 2024.
ii. De overeenkomstige wijzigingen aan het eigen vermogen.
iii. De overeenkomstige wijzigingen aan het register van de deelnemers.
e. Aanvaarding van de uitbreiding van hun aansluiting met de activiteit aardgas van de gemeenten Begijnendijk, Bekkevoort, Galmaarden, Geetbets, Glabbeek, Gooik, Herne, Holsbeek, Kortenaken, Landen, Linter, Lubbeek, Oud-Heverlee, Pepingen, Tielt-Winge en Zoutleeuw vanaf 1 januari 2025.
f. Vaststelling van de noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en verlenen van de desbetreffende machtiging naar aanleiding van de besluitvorming omtrent de partiële splitsing en wijzigingen aan het eigen vermogen en inzonderheid verlening van machtiging aan de Raad van Bestuur met mogelijkheid tot subdelegatie om:
i. De al dan niet vervulling van de opschortende voorwaarden die gelden ten aanzien van de partiële splitsing zoals vermeld onder punt 6.a vast te stellen;
ii. De verwezenlijking van de partiële splitsing vast te stellen;
iii. Het overgedragen vermogen exact te beschrijven, en desgevallend de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie vrij te stellen van het nemen van een ambtshalve inschrijving;
iv. De definitieve ruilverhouding in het kader van de partiële splitsing vast te stellen op basis van de geactualiseerde netto actief-waarde van de partieel te splitsen vereniging en de overnemende vereniging per 31 december 2024, berekend volgens de principes vastgelegd in het partiële splitsingsvoorstel en de bijzondere verslagen over het partiële splitsingsvoorstel, dit na revisorale controle van de cijfers per 31 december 2024;
v. Daartoe alle akten en stukken te tekenen, woonplaats te kiezen en alles te doen wat nodig of nuttig kan zijn;
vi. Alle formaliteiten te vervullen met betrekking tot de neerlegging en publicatie van de beslissingen van de Algemene Vergadering en de uitvoering van de partiële splitsing in de meest brede zin.
Artikel 2
§1. De gemeenteraad stelde in vergadering van 14 maart 2019 raadslid Kurt Lemmens en raadslid Bart Dehaes aan als respectievelijk vertegenwoordiger en plaatsvervangend vertegenwoordiger voor de stad in de algemene vergaderingen van Iverlek en dit voor de duur van de legislatuur.
§2. De vertegenwoordiger van de stad die zal deelnemen aan de (fysieke of digitale) Buitengewone Algemene Vergadering van de opdrachthoudende vereniging Iverlek op 22 december 2022 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden), op te dragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden inzake voormeld artikel 1 van onderhavige beslissing.
Artikel 3
Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde beslissingen en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan de opdrachthoudende vereniging Iverlek, ter attentie van het secretariaat (in pdf-versie), uitsluitend op het e-mailadres vennootschapssecretariaat@fluvius.be .
De gemeenteraad hecht zijn goedkeuring aan de agenda van de buitengewone algemene vergadering van TMVS op 13.12.2022. De raad draagt de vertegenwoordiger van de stad Aarschot op zijn stemgedrag hierop af te stemmen.
TMVS dv organiseert op 13.12.2021 een buitengewone algemene vergadering.
Stad Aarschot wordt bij aangetekend schrijven en e-mail ontvangen op 26 september 2022 uitgenodigd voor deelname aan deze buitengewone algemene vergadering van TMVS dv op 13.12.2022 om 14.30 uur, met volgende agenda:
Gelet op
Artikel 1
De gemeenteraad beslist goedkeuring te verlenen aan alle punten op de agenda van de buitengewone algemene vergadering TMVS dv van 13.12.2022 en de daarbij behorende documentatie nodig voor het onderzoek van de agendapunten :
Artikel 2
De gemeenteraad draagt aangeduide vertegenwoordiger, dhr. Bart Dehaes of de plaatsvervangend vertegenwoordiger dhr. Kurt Lemmens op om namens het bestuur alle akten en bescheiden met betrekking tot de buitengewone algemene vergadering van TMVS dv vastgesteld op 13.12.2022, te onderschrijven en het stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van voormelde algemene vergadering.
Artikel 3
Een afschrift van dit besluit zal:
overgemaakt worden.
De gemeenteraad gaat akkoord met het toekennen van een toelage aan startende en uitbreidende gezinsopvang en groepsopvang samenwerkende onthaalouders.
Op de gemeenteraad van 21.04.2022 werden de voorwaarden en het invulformulier voor de toelage aan startende gezinsopvang en groepsopvang samenwerkende onthaalouders goedgekeurd.
Deze toelage van 500 euro biedt een eenmalige financiële ondersteuning aan startende gezinsopvang en startende groepsopvang samenwerkende onthaalouders. Door middel van deze toelage wil de stad Aarschot kinderbegeleiders stimuleren en aantrekken om te starten met hun opvang op het grondgebied van Aarschot.
Het reglement van deze toelage dient aangepast te worden zodat huidige organisatoren van gezinsopvang en groepsopvang samenwerkende onthaalouders, die een uitbreiding van plaatsen aanvragen, ook recht hebben op deze eenmalige toelage.
Op de gemeenteraad van 21.04.2022 werden de voorwaarden en het invulformulier voor de toelage aan startende gezinsopvang en groepsopvang samenwerkende onthaalouders goedgekeurd.
Deze toelage van 500 euro biedt een eenmalige financiële ondersteuning aan startende gezinsopvang en startende groepsopvang samenwerkende onthaalouders. Door middel van deze toelage wil de stad Aarschot kinderbegeleiders stimuleren en aantrekken om te starten met hun opvang op het grondgebied van Aarschot.
Het reglement van deze toelage dient aangepast te worden zodat huidige organisatoren van gezinsopvang en groepsopvang samenwerkende onthaalouders, die een uitbreiding van plaatsen aanvragen, ook recht hebben op deze eenmalige toelage.
Deze toelage biedt een eenmalige financiële ondersteuning aan startende of uitbreidende gezinsopvang en startende groepsopvang samenwerkende onthaalouders. Door middel van deze toelage wil de stad Aarschot kinderbegeleiders stimuleren en aantrekken om te starten of uitbreiden met hun opvang op het grondgebied van Aarschot. Tevens zal hierdoor meer opvang gecreëerd worden en de reële nood aan kindplaatsen voor kinderen van 0 tot 3 jaar gedekt worden.
In het meerjarenplan werd voor 2022 - 2025 een krediet van 2.500 euro ingeschreven voor een toelage aan startende gezinsopvang en startende groepsopvang samenwerkende onthaalouders.
AC000009 1.3.3. We organiseren en faciliteren kinderopvang in Aarschot.
2022/66400000 specifieke werkingssubsidies - reglement
Artikel 1 - bedrag
De toelage bedraagt 500 euro per opvanginitiatief.
In het geval van groepsopvang samenwerkende onthaalouders aangesloten bij een dienst voor gezinsopvang, bedraagt de toelage 500 euro per kinderbegeleider.
Artikel 2 - wie komt in aanmerking?
Alle kinderbegeleiders actief binnen de gezinsopvang of groepsopvang samenwerkende onthaalouders moeten beschikken over de nodige kwalificaties zoals bepaald in het decreet kinderopvang.
Artikel 3 - procedure aanvraag toelage
De volgende documenten dienen bezorgd te worden aan het Huis van het Kind Aarschot, binnen 12 maanden na het verkrijgen van de vergunning uitgereikt door het agentschap Opgroeien:
De gemeenteraad stemt in met de deelname van de stad Aarschot aan het project Digibanken met IGO div als trekker voor de 7 deelnemende gemeenten. De bijgaande samenwerkingsovereenkomst tussen IGO div, de stad Aarschot en de zes andere deelnemende gemeenten (Bierbeek, Begijnendijk, Boortmeerbeek, Haacht, Herent en Scherpenheuvel-Zichem) wordt goedgekeurd.
De Vlaamse overheid wil kwetsbare groepen meekrijgen in de digitaliseringsgolf door de oprichting van digibanken in Vlaanderen. Het digibanken-project wil diverse spelers in lokale samenwerkingsverbanden als ‘digibanken’ verenigen. Zo ontstaan er partnerschappen met een gezamenlijke doelgerichte strategie. De partnerschappen kunnen bestaan uit verschillende soorten organisaties zoals lokale besturen, reguliere bedrijven, middenveld, sociale economie, opleidingsverstrekkers, … De samenstelling en het werkingsgebied is afhankelijk van de lokale noden.
IGO div wil in onze regio de regie inzake de digibanken opnemen. Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de bijgaande samenwerkingsovereenkomst tussen IGO, de stad Aarschot en zes andere deelnemende gemeenten (Bierbeek, Begijnendijk, Boortmeerbeek, Haacht, Herent en Scherpenheuvel-Zichem) goed te keuren. In deze overeenkomst leggen IGO div en de overige partners een aantal onderlinge afspraken vast die verbonden zijn aan de uitvoering van een overeengekomen samenwerkingsstrategie. Het hoofddoel is de uitvoering van het digibankenproject ‘DIGIDO(e)’ zoals verderop omschreven in deze overeenkomst. De uitvoering van deze samenwerkingsovereenkomst is onder voorbehoud van de goedkeuring van het projectvoorstel door de Vlaamse Gemeenschap, Departement Werk en Sociale Economie.
Het project ‘DIGIDO(e)’ is opgezet rond 3 globale doelstellingen (toegang, vaardigheden en ondersteuning op maat):
De digibanken zullen lokaal toegankelijk zijn vanuit het principe dat het essentieel is een aanbod te organiseren dat zich dicht bij de mensen situeert én waarbij er outreachend wordt gewerkt. Daarmee wordt getracht de drempel naar hulp en ondersteuning zo laag mogelijk te maken. Toeleiding en doorverwijzing vanuit de werking van de verschillende partners is daarbij erg belangrijk.
De Vlaamse overheid wil kwetsbare groepen meekrijgen in de digitaliseringsgolf door de oprichting van digibanken in Vlaanderen. Het digibanken-project wil diverse spelers in lokale samenwerkingsverbanden als ‘digibanken’ verenigen. Zo ontstaan er partnerschappen met een gezamenlijke doelgerichte strategie. De partnerschappen kunnen bestaan uit verschillende soorten organisaties zoals lokale besturen, reguliere bedrijven, middenveld, sociale economie, opleidingsverstrekkers, … De samenstelling en het werkingsgebied is afhankelijk van de lokale noden.
IGO div wil in onze regio de regie inzake de digibanken opnemen. Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de bijgaande samenwerkingsovereenkomst tussen IGO, de stad Aarschot en zes andere deelnemende gemeenten (Bierbeek, Begijnendijk, Boortmeerbeek, Haacht, Herent en Scherpenheuvel-Zichem) goed te keuren. In deze overeenkomst leggen IGO div en de overige partners een aantal onderlinge afspraken vast die verbonden zijn aan de uitvoering van een overeengekomen samenwerkingsstrategie. Het hoofddoel is de uitvoering van het digibankenproject ‘DIGIDO(e)’ zoals verderop omschreven in deze overeenkomst. De uitvoering van deze samenwerkingsovereenkomst is onder voorbehoud van de goedkeuring van het projectvoorstel door de Vlaamse Gemeenschap, Departement Werk en Sociale Economie.
Het project ‘DIGIDO(e)’ is opgezet rond 3 globale doelstellingen (toegang, vaardigheden en ondersteuning op maat):
De digibanken zullen lokaal toegankelijk zijn vanuit het principe dat het essentieel is een aanbod te organiseren dat zich dicht bij de mensen situeert én waarbij er outreachend wordt gewerkt. Daarmee wordt getracht de drempel naar hulp en ondersteuning zo laag mogelijk te maken. Toeleiding en doorverwijzing vanuit de werking van de verschillende partners is daarbij erg belangrijk.
€ 10.800 gedurende de projectperiode. (2 jaar)
De overeenkomst wordt afgesloten voor de duur van het project, 2 jaar, met begindatum 1 januari 2023 en einddatum 31 december 2024. Deze termijn valt samen met de periode waarvoor subsidiëring mogelijk is. De partners engageren zich om ook na deze periode van 2 jaar het project op een duurzame manier trachten verder te zetten. De wijze waarop zal tijdens de looptijd van het implementatietraject verder uitgewerkt worden en afhankelijk zijn van de resultaten van het project en de evaluatie van de werking tijdens het 2e projectjaar.
De gemeenteraad stemt in met de deelname van de stad Aarschot aan het project Digibanken met IGO div als trekker voor de 7 deelnemende gemeenten. De bijgaande samenwerkingsovereenkomst tussen IGO div, de stad Aarschot en de zes andere deelnemende gemeenten (Bierbeek, Begijnendijk, Boortmeerbeek, Haacht, Herent en Scherpenheuvel-Zichem) wordt goedgekeurd.
De gemeenteraad geeft haar goedkeuring aan de verhoging van het statutair kapitaal van AGB Aarschot met 300.000,00 euro en de wijziging van artikel 33 van de statuten van het AGB, waarin het bedrag van het geplaatste maatschappelijke en statutaire kapitaal wordt vastgelegd, zijnde 5.842,99 euro.
Conform het verslag van de jaarrekening bedraagt het nettoactief van het AGB Aarschot, op 31.12.2021, -245.853 euro ten gevolge van het geleden verlies in 2021, dat in belangrijke mate te wijten was aan enerzijds de impact van corona, stijgende energieprijzen en de uitzonderlijke uitgaven als gevolg van de controle van FOD Financiën en anderzijds de prijssubsidies die onvoldoende waren om dit verlies op te vangen.
Het nettoactief is dus gedaald tot minder dan de helft van het geplaatste maatschappelijke en statutaire kapitaal zoals bedoeld in artikel 33. Conform artikel 34 van de statuten worden de volgende maatregelen voorgesteld ter sanering van de financiële toestand:
1. verhoging van de prijssubsidie van de stad Aarschot aan het AGB Aarschot zodoende dat het AGB Aarschot geen verlies zal maken in 2022 en de volgende jaren,
2. verhoging van het statutair kapitaal van AGB Aarschot met 300.000,00 euro, zodoende dat het nettoactief terug positief wordt.
Voorstel van besluit:
De verhoging van het statutair kapitaal van AGB Aarschot met 300.000,00 euro wordt goedgekeurd en artikel 33 van de statuten van het AGB, waarin het bedrag van het geplaatste maatschappelijke en statutaire kapitaal wordt vastgelegd, wordt gewijzigd.
Artikel 33 van de statuten van het AGB Aarschot vermeldt:
"Het geplaatste maatschappelijke en statutaire kapitaal van het bedrijf bedraagt 213.644,52 euro."
Artikel 34 van de statuten van het AGB Aarschot vermeldt:
"Wanneer ten gevolge van een geleden verlies het netto-actief gedaald is tot minder dan de helft van het geplaatste maatschappelijke en statutaire kapitaal zoals bedoeld in artikel 33, eerste lid van de statuten, dan moet de raad van bestuur het college van burgemeester en schepenen notificeren van dit feit en het college van burgemeester en schepenen verzoeken de gemeenteraad uit te nodigen om binnen een termijn van ten hoogste twee maanden nadat het verlies is vastgesteld bijeen te komen teneinde in voorkomend geval te beraadslagen en te besluiten over de maatregelen die de raad van bestuur voorstelt in een plan opgesteld ter sanering van de financiële toestand."
Conform het verslag van de jaarrekening bedraagt het nettoactief van het AGB Aarschot, op 31.12.2021, -245.853 euro ten gevolge van het geleden verlies in 2021, dat in belangrijke mate te wijten was aan enerzijds de impact van corona, stijgende energieprijzen en de uitzonderlijke uitgaven als gevolg van de controle van FOD Financiën en anderzijds de prijssubsidies die onvoldoende waren om dit verlies op te vangen.
Het nettoactief is dus gedaald tot minder dan de helft van het geplaatste maatschappelijke en statutaire kapitaal zoals bedoeld in artikel 33. Conform artikel 34 van de statuten worden de volgende maatregelen voorgesteld ter sanering van de financiële toestand:
1. verhoging van de prijssubsidie van de stad Aarschot aan het AGB Aarschot zodoende dat het AGB Aarschot geen verlies zal maken in 2022 en de volgende jaren,
2. verhoging van het statutair kapitaal van AGB Aarschot met 300.000,00 euro, zodoende dat het nettoactief terug positief wordt, nl. + 54.147 euro.
Rekening houdend met het initieel statutair kapitaal van AGB Aarschot (213.644,52 euro) verminderd met de overgedragen verliezen (- 507.801,53 euro) zoals vermeld in de jaarrekening van AGB Aarschot per 31.12.2021, wordt het statutair kapitaal van AGB Aarschot door de kapitaalverhoging met 300.000 euro gewijzigd naar “5.842,99 euro”. Artikel 33 van de statuten van het AGB, waarin het bedrag van het geplaatste maatschappelijke en statutaire kapitaal wordt vastgelegd, moet hiervoor gewijzigd worden.
Artikel 1
De gemeenteraad geeft de goedkeuring aan de verhoging van het statutair kapitaal van AGB Aarschot met 300.000,00 euro. Bij de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan zal het benodigde krediet worden opgenomen.
Artikel 2
De gemeenteraad besluit tot de vermindering van het kapitaal met 507.801,53 euro door aanzuivering van de verliezen, zoals vermeld in de jaarrekening van AGB Aarschot per 31.12.2021, om het te brengen tot 5.842,99 euro.
De gemeenteraad geeft de goedkeuring aan de volgende wijzigingen van de statuten van AGB Aarschot:
Artikel 3
De gemeenteraad beslist tot goedkeuring van het ontwerp voor aangepaste statuten (zoals hieronder weergegeven). De statutenwijziging treedt in werking op 31 december 2022. De nieuwe gecoördineerde statuten van AGB Aarschot luiden vanaf dan als volgt:
“STATUTEN AGB AARSCHOT
HOOFDSTUK 1 – ALGEMENE BEPALINGEN
ARTIKEL 1 – RECHTSVORM EN NAAM
Het "AGB Aarschot" is een autonoom gemeentebedrijf met rechtspersoonlijkheid opgericht bij besluit van de gemeenteraad van de Stad Aarschot van 15 december 2005. Het wordt hieronder "het bedrijf" genoemd.
ARTIKEL 2 – WETTELIJK KADER
Het bedrijf is onderworpen aan het Decreet over het lokaal bestuur, aan de andere toepasselijke wetten, decreten en besluiten, en aan deze statuten voor zover zij niet van voornoemde regelen afwijken.
ARTIKEL 3 – STATUTENWIJZIGINGEN
§1. Onderhavige statuten worden gepubliceerd via een webtoepassing van de Stad Aarschot, verder ook de ‘Stad’ genoemd.
§2. Op voorstel of na advies van de raad van bestuur kan de gemeenteraad de statuten van het bedrijf wijzigen.
§3. De statutenwijziging wordt op dezelfde wijze bekendgemaakt als de oprichtingsbeslissing en de statuten. De volledig gecoördineerde tekst van de statuten wordt gepubliceerd via een webtoepassing van de Stad.
ARTIKEL 4 – ZETEL
De zetel van het bedrijf is gevestigd in het stadhuis van de Stad Aarschot, Ten Drossaarde 1, 3200 Aarschot.
ARTIKEL 5 – DOEL, ACTIVITEITEN EN BEVOEGDHEDEN
§1 Het bedrijf heeft als doel het beheer, de exploitatie, de rendabilisering en de valorisering van het patrimonium behorend tot het openbaar en het privaat domein waarvan het eigenaar is of waarop het, ongeacht de rechtstechniek, door de stad een beheers- of gebruiksrecht wordt toegekend, evenals de exploitatie van infrastructuren bestemd voor culturele, sportieve of toeristische activiteiten of voor ontspanning, voor het onderwijs, voor sociale, wetenschappelijke of verzorgende activiteiten, alsook het op eigen initiatief organiseren, bevorderen, ondersteunen, promoten en bekostigen van culturele, erfgoedgerichte, toeristische, promotionele, educatieve en informatieve activiteiten.
§2 Ter realisering van de in § 1 vermelde doelstellingen, kan het bedrijf, binnen de wettelijke bevoegdheden en de bepalingen van deze statuten en de beheersovereenkomst, alle handelingen stellen en activiteiten ontwikkelen die het nuttig acht om haar doel te verwezenlijken, in het bijzonder de exploitatie van infrastructuren bestemd voor culturele, sportieve of toeristische activiteiten of voor ontspanning, voor het onderwijs, voor sociale, wetenschappelijke of verzorgende activiteiten; het verwerven van onroerende goederen, de vorming van zakelijke onroerende rechten, de bouw, de renovatie, de verbouwing, het verhuren of de financieringshuur van onroerende goederen met het oog op de verkoop, de verhuur, de financieringshuur of andere juridische behandelingen betreffende deze onroerende goederen.
§3 Het bedrijf mag, binnen de grenzen van haar doel, vrij beslissen over de verwerving, de aanwending en de vervreemding van haar lichamelijke en onlichamelijke goederen, de vestiging of de opheffing van de zakelijke rechten op die goederen, alsook over de uitvoering van dergelijke beslissingen en over hun financiering.
Het mag gebruik maken van alle rechtstechnieken, waaronder de vestiging en de opheffing van zakelijke en persoonlijke rechten, de verlening en beëindiging van concessies, en het uitgeven en verhandelen van vastgoedcertificaten en andere effecten.
Het bedrijf kan, na machtiging door de Vlaamse regering, overgaan tot de onteigeningen die noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van zijn doelstellingen.
Het bedrijf kan op voorwaarde van bijzondere en omstandige motivering, zakelijke rechten vestigen op de onroerende goederen die behoren tot het openbaar domein, voor zover de gevestigde zakelijke rechten niet kennelijk onverenigbaar zijn met de bestemming van deze goederen.
Het is bevoegd voor de affectaties en de desaffectaties van alle goederen waarvan het eigenaar is. Binnen de grenzen van haar doel kan het bedrijf met betrekking tot de eigen goederen en de goederen van de Stad optreden als bemiddelaar met het oog op de verkoop, aankoop, ruil, verhuring of afstand van onroerende goederen, en roerende rechten of handelsfondsen, instaan voor het beheer van onroerende goederen of van onroerende rechten, en het "syndicschap" van onroerende goederen in mede-eigendom uitoefenen; het bedrijf, de leden van haar organen, haar personeel en haar andere vertegenwoordigers zijn daarbij niet onderworpen aan de regelgeving tot bescherming van de beroepstitel en de uitoefening van het beroep van vastgoedmakelaar.
ARTIKEL 6 – PARTICIPATIES
§1 Het bedrijf kan rechtspersonen (hierna 'filialen' genoemd) oprichten, erin deelnemen of zich erin laten vertegenwoordigen, voor zover dat past in de opdrachten van het bedrijf, vermeld in artikel 5 en voor zover hiermee geen speculatieve oogmerken worden nagestreefd.
§2 De oprichting, deelname of vertegenwoordiging gebeurt in overeenstemming met het gelijkheidsbeginsel, de regelgeving inzake mededinging en staatssteun en de voorwaarden bepaald in de overeenkomst zoals bedoeld in artikel 9. De beslissing tot oprichting, deelname of vertegenwoordiging toont aan dat aan de voormelde voorwaarden is voldaan.
§3 Ongeacht de grootte van de inbreng van de verschillende partijen in het maatschappelijk kapitaal van het filiaal, moet het bedrijf minstens een mandaat van bestuurder worden toegekend.
ARTIKEL 7 – RECHTSPERSOONLIJKHEID EN DUUR
Het bedrijf heeft rechtspersoonlijkheid verkregen op de datum van de oprichtingsbeslissing.
Het bedrijf werd opgericht voor onbepaalde duur.
HOOFDSTUK II – EXTERNE VERHOUDINGEN
ARTIKEL 8 – BEVOEGDHEID VAN HET BEDRIJF
Het bedrijf is verantwoordelijk voor de externe aspecten van zijn activiteiten in de meest ruime zin van het woord.
Binnen de grenzen van het in artikel 5 omschreven doel, onderhoudt het bedrijf contacten, pleegt het overleg, voert het onderhandelingen, regelt het de samenwerking, maakt het afspraken en sluit het overeenkomsten met andere natuurlijke personen en met publiek- zowel als privaatrechtelijke rechtspersonen.
ARTIKEL 9 – BELEIDS- BEHEERS- EN SAMENWERKINGSOVEREENKOMSTEN
§1 Na onderhandelingen sluit het bedrijf met de Stad een beheersovereenkomst, die onder voorbehoud van de mogelijkheid tot verlenging, wijziging, schorsing en ontbinding wordt gesloten voor een periode die eindigt uiterlijk zes maanden na de volledige vernieuwing van de gemeenteraad.
Als bij het verstrijken van de beheersovereenkomst geen nieuwe beheersovereenkomst in werking is getreden, wordt de bestaande overeenkomst van rechtswege verlengd. Als geen nieuwe beheersovereenkomst in werking is getreden binnen één jaar na deze verlenging, of als een beheersovereenkomst werd ontbonden of geschorst, kan de Stad na overleg met het bedrijf voorlopige regels vaststellen inzake de in de beheersovereenkomst bedoelde aangelegenheden. Die voorlopige regels zullen als beheersovereenkomst gelden tot op het ogenblik dat een nieuwe beheersovereenkomst in werking treedt.
§2 De beheersovereenkomst en de uitvoering ervan worden jaarlijks geëvalueerd door de gemeenteraad. Deze evaluatie gebeurt in de jaarrekening en naar aanleiding van het advies van de gemeenteraad over de jaarrekening.
Het bedrijf legt eveneens in de loop van het eerste jaar na de volledige vernieuwing van de gemeenteraden een evaluatieverslag voor aan de gemeenteraad over de uitvoering van de beheersovereenkomst, sinds de inwerkingtreding ervan. Dat verslag omvat ook een evaluatie van de verzelfstandiging, waarover de gemeenteraad zich binnen drie maanden uitspreekt.
§3 De beheersovereenkomst, evenals elke verlenging, wijziging, schorsing of ontbinding ervan, wordt via een webtoepassing van de Stad openbaar gemaakt.
§4 Naast deze beheersovereenkomst, kunnen het bedrijf en de Stad één of meer concessie-, beleids-, samenwerkings- of andere overeenkomsten of convenanten sluiten met betrekking tot het onderling afstemmen van het beleid van de Stad en dat van het bedrijf in de relevante beleidsdomeinen en de ermee verbonden activiteiten. Omtrent het beheer van onroerende goederen kunnen het bedrijf en de Stad één of meer lastgevingsovereenkomsten sluiten.
§5 De gemeenteraad kan aan het bedrijf middelen, infrastructuur of mits naleving van de terzake geldende rechtspositieregeling en onverminderd de bepalingen van artikel 21 van de statuten, personeel ter beschikking stellen of overdragen.
§6 Het bedrijf onderhandelt en contracteert met alle bevoegde instanties zowel op internationaal, Europees, federaal, gemeenschaps-, gewestelijk, provinciaal, gemeentelijk en districtsniveau over investeringen, financiële tussenkomsten en alle andere aangelegenheden die zijn doelstellingen raken.
§7. In de mate dat het bedrijf geen eigen regels heeft vastgesteld voor het aangaan van verbintenissen, de kredietbewaking, de wetmatigheidscontrole of de ondertekening van de girale betalingsorders, is art. 234, §2 van het Decreet over het lokaal bestuur van toepassing.
HOOFDSTUK III – ORGANEN
Afdeling 1
Inleidende bepaling
ARTIKEL 10 - STRUCTUUR EN OPENBAARHEID
Het bedrijf wordt bestuurd door een raad van bestuur en een directiecomité.
De vergaderingen van de raad van bestuur en het directiecomité zijn niet openbaar.
De leden van de raad van bestuur, de leden van het directiecomité en de gemeenteraadsleden hebben toegang tot de notulen van de raad van bestuur en het directiecomité via het elektronisch systeem voor vergaderbeheer.
Het bedrijf is onderworpen aan dezelfde verplichtingen inzake formele motivering en openbaarheid van bestuur die gelden voor de Stad.
Een lijst met besluiten van de raad van bestuur wordt via een webtoepassing van de Stad gepubliceerd. Die webtoepassing vermeldt ook de wijze waarop het publiek inzage kan krijgen in de notulen van de raad van bestuur en van het directiecomité.
Afdeling 2
Raad van Bestuur
ARTIKEL 11 – SAMENSTELLING
§1 Alle leden van de gemeenteraad vormen de raad van bestuur van het bedrijf in toepassing van artikel 235 §3 van het Decreet over het lokaal bestuur.
§2 Volgende personen komen niet in aanmerking als bestuurslid van het bedrijf:
ARTIKEL 12 – DUUR EN EINDE VAN DE MANDATEN
De duur en het einde van het mandaat van lid van de raad van bestuur valt samen met het mandaat van gemeenteraadslid.
ARTIKEL 13 – VERGOEDINGEN
De leden van de raad van bestuur oefenen hun mandaat onbezoldigd uit.
Aan de leden van de raad van bestuur kunnen geen andere kosten terugbetaald worden, dan de kosten die aan de gemeenteraadsleden van de Stad terugbetaald worden.
ARTIKEL 14 – VOORZITTERSCHAP
De raad van bestuur kiest uit zijn leden een voorzitter die deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen en een ondervoorzitter.
Bovendien duidt de raad van bestuur een secretaris en een verantwoordelijke voor de financiën aan, die geen lid van de raad van bestuur dienen te zijn.
ARTIKEL 15 – VERGADERINGEN
De raad van bestuur wordt bijeengeroepen door de voorzitter telkens als de belangen van het bedrijf het vereisen en minstens twee maal per jaar.
Op verzoek van minstens één derde van de bestuurders is de voorzitter verplicht de raad bijeen te roepen.
De oproepingen vermelden plaats, datum, uur en agenda van de vergadering en worden tenminste vier werkdagen voor de vergadering per brief, fax, elektronisch of op een andere schriftelijke wijze verzonden. De uitnodiging is, zo mogelijk, vergezeld van alle nuttige documenten.
ARTIKEL 16 – BERAADSLAGINGEN
De raad van bestuur beraadslaagt op de zetel van het bedrijf of indien de omstandigheden dit vereisen, op een andere plaats die wordt bepaald door de voorzitter.
De raad van bestuur wordt voorgezeten door de voorzitter. Indien de voorzitter verhinderd is, wordt de raad van bestuur voorgezeten door de ondervoorzitter of bij diens afwezigheid, door de oudste in leeftijd aanwezige bestuurder.
De raad van bestuur kan slechts geldig beraadslagen indien tenminste de helft van zijn leden aanwezig of vertegenwoordigd is. Indien dit quorum niet wordt bereikt, kan een nieuwe raad bijeengeroepen worden met dezelfde agenda. Die zal geldig beraadslagen en beslissen indien tenminste twee bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
De tweede oproeping moet geschieden overeenkomstig de bepalingen van artikel 15 en er moet vermeld worden dat de oproeping voor de tweede maal geschiedt. Bovendien moet het derde lid van huidig artikel in de tweede oproeping woordelijk worden overgenomen.
De besluiten van de raad van bestuur worden bij meerderheid van de uitgebrachte stemmen genomen. Blanco en ongeldige stemmen worden niet bij de uitgebrachte stemmen geteld.
In geval van staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend; bij geheime stemming evenwel wordt de beslissing verworpen.
Over punten die niet op de agenda werden vermeld, kan de raad van bestuur slechts geldig beraadslagen mits akkoord van twee derden van de aanwezige stemgerechtigde leden.
Indien op een vergadering van de raad van bestuur het vereiste quorum om geldig te beraadslagen is bereikt en één of meer bestuurders zich onthouden, al of niet ingevolge een belangenconflict, worden de besluiten geldig genomen bij meerderheid van de overige aanwezige of vertegenwoordigde bestuurders.
Elke bestuurder heeft één stem.
Iedere bestuurder kan per brief, per fax, elektronisch of op een andere schriftelijke wijze aan een bestuurder volmacht geven om hem op een vergadering te vertegenwoordigen.
Een bestuurder mag niet meer dan één volmacht uitoefenen.
De stemmingen gebeuren bij handopsteking, behalve bij benoemingen en voordrachten, waar de stemmingen geheim zijn.
ARTIKEL 17 – VERBODEN HANDELINGEN
Het is de bestuurders niet toegestaan:
ARTIKEL 18 – BELANGENCONFLICTEN
Indien een bestuurder rechtstreeks of onrechtstreeks een belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat strijdig is met een beslissing of een verrichting die tot de bevoegdheid behoort van de raad van bestuur, moet hij dat meedelen aan de andere bestuurders voor de raad van bestuur een besluit neemt.
Zijn verklaring, alsook de rechtvaardigingsgronden betreffende voornoemd strijdig belang moeten worden opgenomen in de notulen van de raad van bestuur die de beslissing moet nemen. De betrokken bestuurder moet tevens de commissarissen van het strijdig belang op de hoogte brengen.
De raad van bestuur omschrijft in de notulen de aard van de in het eerste lid bedoelde beslissing of verrichting en verantwoordt het genomen besluit. Ook de vermogensrechtelijke gevolgen ervan voor het bedrijf moeten in de notulen worden vermeld.
Voornoemde regeling is niet van toepassing wanneer de beslissingen van de raad van bestuur betrekking hebben op gebruikelijke verrichtingen die plaatshebben onder de voorwaarden en tegen de zekerheden die op de markt gewoonlijk gelden voor soortgelijke verrichtingen.
Dit artikel doet geen afbreuk aan de gelding van andere bepalingen betreffende de belangenvermenging in hoofde van bestuurders en met openbare diensten belaste personen, zoals onder meer artikel 245 van het Strafwetboek.
ARTIKEL 19 – NOTULEN
De beraadslagingen van de raad van bestuur worden vastgelegd in notulen die door de secretaris worden opgesteld en door de voorzitter en secretaris worden ondertekend.
De notulen van de vergaderingen worden meegestuurd met de uitnodiging voor de volgende vergadering waar ze ter goedkeuring worden voorgelegd.
Deze goedgekeurde notulen worden in een speciaal register opgenomen dat wordt bewaard op de zetel van het bedrijf onder de verantwoordelijkheid van de secretaris. De volmachten worden aan de notulen gehecht.
De afschriften of uittreksels, in rechte of anderszins voor te leggen, worden ondertekend door de secretaris. Deze bevoegdheid kan worden opgedragen aan een lasthebber.
Op verzoek van een gemeenteraadslid worden deze notulen elektronisch ter beschikking gesteld.
Er wordt geen zittingsverslag van de vergaderingen van de raad van bestuur opgesteld
ARTIKEL 20 – BEVOEGDHEDEN
De raad van bestuur is gemachtigd alle nuttige of noodzakelijke handelingen te verrichten om de doelstellingen van het bedrijf te verwezenlijken.
De raad van bestuur beslist tot het instellen van rechtsvorderingen. In het belang van het bedrijf kan de voorzitter rechtsgeldig en zonder enige voorafgaande formaliteit alle gerechtelijke en buitengerechtelijke handelingen namens het bedrijf stellen. Hij kan onder meer beslissen namens het bedrijf een procedure als eiser of verweerder te voeren zowel voor de gewone rechtbanken als voor de administratieve rechtscolleges. Een beslissing tot het instellen van een rechtsgeding wordt ter bekrachtiging aan de eerstvolgende raad van bestuur voorgelegd.
De raad van bestuur controleert het bestuur van het directiecomité.
Telkens indien de gemeenteraad hem daartoe verzoekt, brengt de raad van bestuur verslag uit over alle of sommige activiteiten van het bedrijf, conform de modaliteiten zoals omschreven in de overeenkomst, bedoeld in artikel 9 van de statuten.
De raad van bestuur is bevoegd om binnen de perken van de statuten zijn werking nader te regelen in een reglement van inwendige orde.
ARTIKEL 21 – BEVOEGDHEIDSDELEGATIE
De raad van bestuur kan de uitoefening van bepaalde bevoegdheden delegeren aan het directiecomité. Dit kan echter niet voor:
ARTIKEL 22 – PERSONEEL
De raad van bestuur is bevoegd voor het aanwerven van personeel en stelt het personeelsstatuut vast.
De overeenstemmende rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel is van toepassing op het personeel van het bedrijf. Het bedrijf stelt de afwijkingen op deze rechtspositieregeling vast, voor zover het specifieke karakter van het bedrijf dat verantwoordt. Het bedrijf bepaalt de rechtspositieregeling van de betrekkingen die niet bestaan binnen de Stad.
Geen enkel personeelslid van het bedrijf kan evenwel een jaarsalaris worden toegekend dat gelijk of hoger is dan het jaarsalaris van de algemeen directeur van de Stad.
Wanneer de raad van bestuur beslist tot contractuele aanwervingen, stelt zij in dit geval het arbeidsreglement en de algemene voorwaarden van de arbeidsovereenkomsten vast.
De Stad kan binnen wettelijke grenzen, personeel ter beschikking stellen aan het bedrijf.
ARTIKEL 23 – NIET-BINDING VAN DE BESTUURDERS
De bestuurders zijn niet persoonlijk gebonden door de verbintenissen van het bedrijf.
De bestuurders zijn aansprakelijk zonder hoofdelijkheid voor de tekortkomingen in de normale uitoefening van hun bestuur. Ten aanzien van de overtredingen waaraan zij geen deel hebben gehad, worden de bestuurders van die aansprakelijkheid ontheven als hun geen schuld kan worden verweten en als zij die overtredingen hebben aangeklaagd bij de gemeenteraad binnen een maand nadat zij er kennis van hebben gekregen.
Afdeling 3
Directiecomité
ARTIKEL 24 – SAMENSTELLING
Het directiecomité is samengesteld uit maximaal acht (8) leden aangesteld door de Raad van Bestuur.
ARTIKEL 25 – DUUR EN EINDE VAN DE MANDATEN
Alle mandaten vallen samen met de duur van een gemeentelijke legislatuur. In elk geval neemt het mandaat van lid van het directiecomité een einde op de eerste vergadering van de raad van bestuur die volgt op de installatie van de gemeenteraad.
Het lid van het directiecomité waarvan het mandaat voortijdig een einde neemt, wordt geacht van rechtswege ontslagnemend te zijn. De raad van bestuur regelt zijn vervanging.
De raad van bestuur kan te allen tijde het mandaat van voorzitter van het directiecomité of van lid van het directiecomité herroepen.
ARTIKEL 26 – VERGOEDINGEN
De leden van het directiecomité oefenen hun mandaat bezoldigd of onbezoldigd uit.
De eventuele vergoedingen van de leden van het directiecomité worden vastgelegd door de raad van bestuur, conform de modaliteiten die door de Vlaamse Regering worden bepaald en de voorwaarden bepaald in de beheersovereenkomst.
ARTIKEL 27 – VOORZITTERSCHAP
Het directiecomité kiest uit zijn leden een voorzitter. Het directiecomité duidt bovendien een secretaris aan, die geen lid van het directiecomité moet zijn.
ARTIKEL 28 – VERGADERINGEN
Het directiecomité vergadert telkens wanneer de aangelegenheden die onder zijn bevoegdheden vallen het vereisen en wordt door de voorzitter bijeengeroepen.
ARTIKEL 29 – BERAADSLAGINGEN
Het directiecomité wordt voorgezeten door de voorzitter. Indien de voorzitter verhinderd is, wordt het directiecomité voorgezeten door een lid van het directiecomité die door de voorzitter daartoe wordt aangeduid. Indien geen vervangende voorzitter werd aangeduid door de voorzitter zit het oudste in leeftijd aanwezige lid van het directiecomité de vergadering voor.
Het directiecomité beraadslaagt en beslist volgens de regels die zijn vastgesteld in deze statuten. Het directiecomité is bevoegd om binnen de perken van de statuten zijn werking nader te regelen in een reglement van inwendige orde.
De besluiten van het directiecomité worden genomen bij meerderheid van de uitgebrachte stemmen. In geval van staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend. Blanco en ongeldige stemmen worden niet bij de uitgebrachte stemmen geteld.
De regels inzake verboden handelingen en belangenconflicten voor de leden van de raad van bestuur, vastgelegd in de artikelen 17 en 18, zijn mutatis mutandis ook van toepassing voor de leden van het directiecomité.
ARTIKEL 30 – NOTULEN
De beraadslagingen van het directiecomité worden vastgelegd in notulen. Een afschrift ervan wordt ter informatie toegezonden aan de leden van de raad van bestuur.
De afschriften of uittreksels, in rechte of anderszins voor te leggen, worden ondertekend door de secretaris. Deze bevoegdheid kan worden opgedragen aan een lasthebber.
Op verzoek van een gemeenteraadslid worden deze notulen elektronisch ter beschikking gesteld.
Er wordt geen zittingsverslag van de vergaderingen van het directiecomité opgesteld.
ARTIKEL 31 – BEVOEGDHEDEN
Het directiecomité is belast met het dagelijks bestuur, met de vertegenwoordiging met betrekking tot dat bestuur en met de uitvoering van de beslissingen van de raad van bestuur.
Het directiecomité is daarenboven bevoegd voor alle materies die door de raad van bestuur worden gedelegeerd.
Het directiecomité is verantwoording verschuldigd aan de raad van bestuur. Het verschaft de raad van bestuur informatie over zijn beslissingen en licht hem in over al zijn handelingen.
Het directiecomité kan de hem toevertrouwde bevoegdheden verder delegeren aan zijn voorzitter en aan personeelsleden van het bedrijf of van de Stad. Deze delegaties omvatten tevens de vertegenwoordigingsbevoegdheid.
ARTIKEL 32 – NIET-BINDING VAN DE LEDEN VAN HET DIRECTIECOMITÉ
De leden van het directiecomité zijn niet persoonlijk gebonden door de verbintenissen van het bedrijf.
De leden van het directiecomité zijn aansprakelijk zonder hoofdelijkheid voor de tekortkomingen in de normale uitoefening van hun bestuur. Ten aanzien van de overtredingen waaraan zij geen deel hebben gehad, worden de leden van het directiecomité van die aansprakelijkheid ontheven als hun geen schuld kan worden verweten en als zij die overtredingen hebben aangeklaagd bij de gemeenteraad binnen een maand nadat zij er kennis van hebben gekregen. De Raad van Bestuur wordt door het betrokken lid schriftelijk op de hoogte gebracht van de overtreding en van de beslissing van de gemeenteraad.
HOOFDSTUK IV – FINANCIËN EN FINANCIËLE CONTROLE
ARTIKEL 33 – STATUTAIR KAPITAAL
De Stad kan een inbreng doen in geld of in natura in het kapitaal van het bedrijf, welke het voorwerp dient uit te maken van een statutenwijziging.
Het geplaatste maatschappelijke en statutaire kapitaal van het bedrijf bedraagt 5.842,99 euro.
Het bedrag van het geplaatste maatschappelijke en statutaire kapitaal stemt overeen met de nettoinbrengwaarde van de in te brengen vermogensbestanddelen.
Behoudens in het kader van een ontbinding van het bedrijf kan het kapitaal noch geheel noch gedeeltelijk, op welke wijze dan ook, worden vervreemd, uitgekeerd of overgedragen. Een vermindering van het kapitaal is enkel mogelijk om exploitatieverliezen, minderwaarden of (duurzame) waardeverminderingen te compenseren.
ARTIKEL 34 – ALARMBELPROCEDURE
Wanneer ten gevolge van een geleden verlies het netto-actief gedaald is tot minder dan de helft van het geplaatste maatschappelijke en statutaire kapitaal zoals bedoeld in artikel 33, eerste lid van de statuten, dan moet de raad van bestuur het college van burgemeester en schepenen notificeren van dit feit en het college van burgemeester en schepenen verzoeken de gemeenteraad uit te nodigen om binnen een termijn van ten hoogste twee maanden nadat het verlies is vastgesteld bijeen te komen teneinde in voorkomend geval te beraadslagen en te besluiten over de maatregelen die de raad van bestuur voorstelt in een plan opgesteld ter sanering van de financiële toestand.
ARTIKEL 35 – INKOMSTEN EN UITGAVEN
Het bedrijf ontvangt de inkomsten van alle activiteiten die het uitvoert en draagt de lasten van deze activiteiten.
ARTIKEL 36 – FINANCIERING
De raad van bestuur beslist vrij over de omvang, de technieken en de voorwaarden van zijn externe financiering.
Het bedrijf kan onder meer toelagen, giften en legaten ontvangen en leningen aangaan desgevallend onder de voorwaarden bepaald in de beheersovereenkomst.
ARTIKEL 37 – BOEKHOUDING, JAARREKENING EN BUDGET
Het bedrijf maakt een meerjarenplan op overeenkomstig de regels die krachtens artikel 252, 254, 255, 257, 251, 275 van het Decreet over het lokaal bestuur gelden voor het meerjarenplan van de Stad. De boekhouding wordt gevoerd en de jaarrekening wordt opgesteld overeenkomstig de regelen die krachtens artikel 253, 260, 261 en 275 van het Decreet over het lokaal bestuur worden gesteld voor de boekhouding en de jaarrekening van de Stad. Het bedrijf doet uiterlijk op 31 december van ieder jaar de nodige opnemingen, verificaties, opzoekingen en waarderingen om de inventaris op te maken van al de bezittingen, vorderingen, schulden en verplichtingen van het bedrijf, van welke aard ook.
De boekhouding wordt gevoerd onder de verantwoordelijkheid en het toezicht van de raad van bestuur.
De raad van bestuur stelt het meerjarenplan vast en legt dit ter goedkeuring aan de gemeenteraad voor.
ARTIKEL 38 – PROCEDURE JAARREKENING
§1. De raad van bestuur spreekt zich uit over de vaststelling van de jaarrekening voor 30 juni van het boekjaar dat volgt op het boekjaar waarop de rekening betrekking heeft.
§2. De toezichthoudende overheid keurt de jaarrekening goed onder de voorwaarden van artikel 262 §1 eerste lid en §2 van het Decreet over het lokaal bestuur.
Als de toezichthoudende overheid geen besluit heeft verzonden over de goedkeuring van de jaarrekening binnen een termijn van honderdvijftig dagen, wordt ze geacht de jaarrekening goed te keuren. Die termijn gaat in op de dag nadat de Stad de toezichthoudende overheid op de hoogte gebracht heeft van de bekendmaking van de jaarrekening van het bedrijf, met toepassing van artikel 286, §1 van het Decreet over het lokaal bestuur en het bedrijf de digitale rapportering erover aan de Vlaamse Regering heeft bezorgd.
ARTIKEL 39 – RESULTAATSBESTEMMING
Met inachtname van de terzake gesloten beleidsovereenkomsten en nadat een bedrag van ten minste een twintigste van de nettowinst is ingehouden voor de vorming van een reservefonds, een verplichting die ophoudt wanneer het reservefonds een tiende van het maatschappelijk kapitaal heeft bereikt en nadat de raad van bestuur heeft beslist over het reserveren of overdragen van het resultaat van het bedrijf, wordt het saldo aan de Stad uitgekeerd.
ARTIKEL 40 – KWIJTING VAN DE BESTUURDERS
Jaarlijks beslist de gemeenteraad over de aan de bestuurders te verlenen kwijting, na goedkeuring van de rekeningen. Deze kwijting is slechts rechtsgeldig in zoverre de ware toestand van het bedrijf niet wordt verborgen door enige weglating of onjuiste opgave in de rekeningen of in de rapportering betreffende de uitvoering van de overeenkomst, bedoeld in artikel 9 van de statuten.
HOOFDSTUK V – SLOTBEPALINGEN
ARTIKEL 41 – VERTEGENWOORDIGING
Het bedrijf wordt ten overstaan van derden geldig vertegenwoordigd door de voorzitter van de raad van bestuur, de voorzitter van het directiecomité of twee bestuurders samen.
Binnen de grenzen van het dagelijks bestuur wordt het bedrijf geldig vertegenwoordigd door de voorzitter van het directiecomité.
Het bedrijf kan eveneens geldig worden vertegenwoordigd door bijzondere lasthebbers, binnen de grenzen van hun mandaat.
ARTIKEL 42 – RECHTSOPVOLGING
De Stad Aarschot kan aan het bedrijf bij of na de oprichting rechten en plichten overdragen, waaronder het eigendomsrecht op roerende en onroerende goederen.
Deze overdracht zal van rechtswege geschieden voor de overeenkomsten, eigendommen, en andere rechten en plichten die de gemeenteraad bij of na de oprichting aanduidt. Deze rechtsopvolging van rechtswege berust op de wettelijke en reglementaire bepalingen vermeld in artikel 2 van deze statuten en volgt uit de overdracht van de betrokken activiteiten door de Stad aan het bedrijf. Van deze rechtsopvolging van rechtswege wordt door de Stad bij aangetekende brief kennis gegeven aan het bedrijf en mogelijke andere belanghebbende partijen.
De overdracht en de rechtsopvolging zijn evenwel voltrokken door het enkele gemeenteraadsbesluit. Het bedrijf en de Stad kunnen de door de Stad besliste overdracht van de eigendom van onroerende goederen zo nodig met bijkomende middelen tegenstelbaar aan derden maken.
De overdracht van andere overeenkomsten, rechten en plichten door de Stad aan het bedrijf geschiedt op basis van de desbetreffende overeenkomsten of het gemeen recht terzake.
Bij of na de oprichting van het bedrijf kan de Stad goederen aan het bedrijf verkopen of ter beschikking stellen onder nader overeen te komen voorwaarden.
ARTIKEL 43 – ONTBINDING EN VEREFFENING
§1 De gemeenteraad kan steeds beslissen om tot ontbinding en vereffening van het bedrijf over te gaan.
In de beslissing tot ontbinding wijst de gemeenteraad de vereffenaars aan. Alle andere organen vervallen op het ogenblik van de ontbinding.
§2 Het personeel in statutair dienstverband van het ontbonden bedrijf wordt overgenomen door de Stad.
De Stad waarborgt de rechten die het bedrijf op het ogenblik van ontbinding voor het overgenomen personeel had vastgesteld.
§3 De rechten en verplichtingen van het ontbonden bedrijf worden overgenomen door de Stad.
§4 In afwijking van §2 en §3 kan de gemeenteraad in het ontbindingsbesluit de personeelsleden, die daarmee moeten instemmen, en de rechten en verplichtingen aanwijzen die overgenomen worden door de overnemer of de overnemers van de activiteiten van het bedrijf.”
De gemeenteraad keurt het prijssubsidiereglement goed op basis waarvan de stad Aarschot het AGB Aarschot een prijssubsidie kan toekennen voor volgende zaken:
Met beslissing ET.129.288 van 19 januari 2016 heeft de BTW administratie haar visie op het BTW-statuut van autonome gemeentebedrijven uiteengezet.
Van belang is onder meer dat werkingssubsidies (waarop geen BTW moet worden aangerekend) die door de gemeente aan het AGB worden toegekend, in principe niet in aanmerking mogen worden genomen voor de beoordeling van het winstoogmerk. Prijssubsidies (waarop wel BTW moet worden aangerekend) die door de gemeente aan het AGB worden toegekend, komen daarentegen wel in aanmerking voor de beoordeling van het winstoogmerk.
Het AGB Aarschot heeft haar inkomsten en uitgaven geraamd voor het kalenderjaar 2022 voor de exploitatie van de infrastructuur, zoals vastgelegd in het op 16 december 2021 goedgekeurd meerjarenplan 2020-2025. Op basis van deze ramingen heeft het AGB Aarschot vastgesteld dat voor het kalenderjaar 2022 de inkomsten uit prijssubsidies voor het verlenen van het recht op toegang tot de door het AGB geëxploiteerde infrastructuur minstens 394.404,50 euro (exclusief btw) moeten bedragen om economisch rendabel te zijn.
Op het moment van vastlegging van de kredieten van het AGB Aarschot voor het kalenderjaar 2022 kon nog geen rekening worden gehouden met de impact de sterk gestegen energieprijzen in 2022 en de sterke inflatie die een belangrijke impact heeft op de uitgaven van het AGB Aarschot. De prijssubsidie aan het AGB Aarschot moet dus verhoogd worden, zodoende dat het AGB Aarschot kan voldoen aan de bepalingen m.b.t. het winstoogmerk.
Aan de gemeenteraad wordt een aangepast prijssubsidiereglement voorgelegd ter goedkeuring.
Met beslissing van ET.129.288 van 19 januari 2016 heeft de BTW administratie haar visie op het BTW-statuut van autonome gemeentebedrijven uiteengezet, nl.:
- Een AGB is in principe een gewone BTW-plichtige met recht op aftrek van BTW. Dat impliceert dus dat een AGB de BTW op de exploitatiekosten en de investeringskosten volgens de normale regels in aftrek kan brengen.
- Voorwaarde daartoe is wel dat het AGB een winstoogmerk heeft en dat dus statutair is bepaald dat eventueel gemaakte winsten moeten worden uitgekeerd en dat ook effectief gebeurt.
- Om te beoordelen of er winstoogmerk is, moet de globale activiteit van het AGB in aanmerking worden genomen.
- De administratie kan onderzoeken of die statutaire bepalingen niet louter theoretisch zijn. Dat zal het geval zijn wanneer systematisch tekorten voorkomen in hoofde van het AGB omdat de aan de bezoekers van de inrichting aangerekende prijzen niet volstaan om de exploitatiekosten van het AGB te dekken
- Werkingssubsidies waarop geen BTW moet worden aangerekend die door de gemeente aan het AGB worden toegekend, mogen in principe niet in aanmerking worden genomen voor de beoordeling van het winstoogmerk. Men kan hierbij wel niet terugkomen op beslissingen die de Rulingdienst in het verleden heeft genomen en die het tegenovergestelde zouden beweren.
- Prijssubsidies waarop wel BTW moet worden aangerekend die door de gemeente aan het AGB worden toegekend, komen daarentegen wel in aanmerking voor de beoordeling van het winstoogmerk.
- In de loop van het boekjaar is het mogelijk om het bedrag van de prijssubsidies aan te passen naar de toekomst toe.
Verder vermeldt voorgaande beslissing van de BTW-administratie:
De kwalificatie van een autonoom gemeentebedrijf als belastingplichtige met recht op aftrek van BTW belet niet dat de administratie later kan onderzoeken of de statutaire bepalingen niet louter theoretisch zijn.
Dit zal het geval zijn wanneer systematische tekorten voorkomen in hoofde van het autonoom gemeentebedrijf omdat de aan de bezoekers van de inrichting aangerekende prijzen niet volstaan tot dekking van de exploitatiekosten van het autonoom gemeentebedrijf. In dat verband kunnen de werkingssubsidies die door de gemeente aan het autonoom gemeentebedrijf worden ter beschikking gesteld, gelet op de nauwe band de tussen het autonoom gemeentebedrijf en de gemeente, niet worden aangemerkt als ontvangsten uit een bepaalde activiteit. De werkingssubsidies mogen bijgevolg niet als bijkomende ontvangsten worden aangemerkt en mogen evenmin in mindering worden gebracht van de gedane kosten voor het bepalen van het boekhoudkundig resultaat.
De door de gemeente aan het autonoom gemeentebedrijf toegekende subsidies die rechtstreeks verband houden met de prijs behoren tot de maatstaf van heffing van de BTW en mogen dan ook gevoegd bij de overige ontvangsten uit een bepaalde activiteit om te bepalen of de statutaire bepalingen inzake winstoogmerk en het doel winsten uit te keren al dan niet theoretisch zijn.
Van een rechtstreeks verband met de prijs is slechts sprake indien de subsidie specifiek aan het gesubsidieerde orgaan wordt betaald om een welbepaald goed te leveren of een welbepaalde dienst te verrichten. Dit verband tussen de subsidie en de prijs moet duidelijk blijken uit een onderzoek van de concrete omstandigheden die aan de basis van de betaling van de tegenprestaties liggen. Daarentegen is het niet nodig dat de prijs van het goed of de dienst, of een deel ervan, bepaald zou zijn. Het volstaat dat hij bepaalbaar is.
Voor het bepalen van de winst moet rekening gehouden worden met het boekhoudkundig resultaat (met inbegrip van afschrijvingen, aanleggen van provisies, …) en mag met niet louter vergelijken tussen het boek voor inkomende facturen enerzijds en het boek voor uitgaande facturen/dagboek voor ontvangsten anderzijds.
Het resultaat van de globale activiteit (dus niet activiteit per activiteit) van de instelling dient in aanmerking te worden genomen. Er wordt evenwel geen rekening gehouden met uitzonderlijke opbrengsten (vb. de inkomsten uit onroerende en financiële transacties). De winst/verliespositie moet structureel zijn en onafhankelijk van toevallige gebeurtenissen langs inkomsten- of uitgavenzijde.
Het AGB Aarschot heeft haar inkomsten en uitgaven geraamd voor het kalenderjaar 2022 voor de exploitatie van de infrastructuur, zoals vastgelegd in het op 16 december 2021 goedgekeurd meerjarenplan 2020-2025. Op basis van deze ramingen heeft het AGB Aarschot vastgesteld dat voor het kalenderjaar 2022 de inkomsten uit prijssubsidies voor het verlenen van het recht op toegang tot de door het AGB geëxploiteerde infrastructuur minstens 394.404,50 euro (excl. btw) moeten bedragen om economisch rendabel te zijn.
Op het moment van vastlegging van de kredieten van het AGB Aarschot voor het kalenderjaar 2022 kon nog geen rekening worden gehouden met de impact de sterk gestegen energieprijzen in 2022. Er werd in het meerjarenplan 360.603,00 euro (excl. btw) opgenomen voor gas en elektriciteit in 2022. De huidige prognose van de kost van gas en elektriciteit in 2022 bedraagt 1.248.806,18 euro (excl. btw). Naast de verhoging van de energiekost heeft de sterke inflatie eveneens een belangrijke impact heeft op de uitgaven van het AGB Aarschot. Daarnaast zijn er nog een aantal een aantal wijzigen die zich voorgedaan hebben tijdens het jaar die een belangrijke financiële impact hebben op de ontvangsten, zoals o.a. de padelterreinen die nog niet gerealiseerd zijn in 2022 waardoor de ontvangsten die daar tegenover staan ook niet zullen gerealiseerd worden.
Op basis van een recente inschatting van kosten en opbrengsten van het AGB Aarschot moet de prijssubsidie aan het AGB Aarschot moet dus verhoogd worden tot 1.559.406,18 euro (excl. btw), zodoende dat het AGB Aarschot kan voldoen aan de bepalingen m.b.t. het winstoogmerk. Hiermee rekening houdende wordt het prijssubsidiereglement aangepast zoals hieronder wordt weergegeven.
Artikel 1
De gemeenteraad keurt het onderstaand prijssubsidiereglement ten voordele van het Autonoom Gemeentebedrijf Aarschot goed.
PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT EXPLOITATIE BIBLIOTHEEK AARSCHOT
Rekening houdend met de socio-culturele en sociale functie van de door het AGB Aarschot geëxploiteerde bibliotheek en om de leesmotivatie te stimuleren en de toegang tot de bibliotheekinfrastructuur en haar collectie zo laagdrempelig mogelijk te maken, wenst de stad Aarschot de kosten voor de toegang van de door AGB Aarschot geëxploiteerde bibliotheekinfrastructuur op zich te nemen, nl. 199.159,70 euro (excl. btw).
Tot 30 september 2022 werd een prijssubsidie verleend aan het AGB Aarschot m.b.t de exploitatie van de bibliotheek, nl. 81.786,25 euro (exclusief 6% BTW). Vanaf 1 oktober 2022 zal een verhoogde prijssubsidie worden verleend aan het AGB voor de exploitatie van de bibliotheek.
Het aantal bezoekers vanaf 1 oktober 2022 t.e.m. 31 december 2022 wordt geraamd op 20.029. De kostprijs per bezoeker voor het gebruik van de infrastructuur van de bibliotheek gedurende de periode 1 oktober 2022 t.e.m. 31 december 2022 wordt bepaald op 5,86 euro (exclusief 6% BTW), zijnde een kost die de stad Aarschot op zich zal nemen.
PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT EXPLOITATIE MUSEUM AARSCHOT
Rekening houdend met de socio-culturele en sociale functie van het door het AGB Aarschot geëxploiteerd museum en om de toegang tot de museuminfrastructuur en haar collectie zo laagdrempelig mogelijk te maken, wenst de stad Aarschot de kosten voor de toegang van de door AGB Aarschot geëxploiteerde museuminfrastructuur op zich te nemen, nl. 169.736,25 euro (excl. btw), in 2022.
Tot 30 september 2022 werd een prijssubsidie verleend aan het AGB Aarschot m.b.t de exploitatie van het museum, nl. 16.000,00 euro (exclusief 6% BTW). Vanaf 1 oktober 2022 zal een verhoogde prijssubsidie worden verleend aan het AGB voor de exploitatie van het museum.
Het aantal bezoekers vanaf 1 oktober 2022 t.e.m. 31 december 2022 wordt geraamd op 500. De kostprijs per bezoeker voor het gebruik van de infrastructuur van de bibliotheek gedurende de periode 1 oktober 2022 t.e.m. 31 december 2022 wordt bepaald op 307,47 euro (exclusief 6% BTW), zijnde een kost die de stad Aarschot op zich zal nemen.
PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT EXPLOITATIE CC HET GASTHUIS
Rekening houdend met de socio-culturele en sociale functie van het door het AGB Aarschot geëxploiteerd CC Het Gasthuis en om de toegang tot de voorstellingen in de theaterinfrastructuur zo laagdrempelig mogelijk te maken, wenst de stad Aarschot de tickets tot het theater van het CC Het Gasthuis te subsidiëren middels de toekenning van een prijssubsidie per toegangsticket.
De totale kost in 2022 wordt geraamd op 520.535,81 euro. Tot 30 september 2022 werd een prijssubsidie verleend aan het AGB Aarschot m.b.t de exploitatie van het CC Het Gasthuis, nl. 217.250,00 euro (exclusief 6% BTW). Vanaf 1 oktober 2022 zal een verhoogde prijssubsidie worden verleend aan het AGB voor de exploitatie van het CC Het Gasthuis.
Het aantal bezoekers aan de theaterinfrastructuur van het CC Het Gasthuis, gedurende de periode vanaf 1 oktober 2022 t.e.m. 31 december 2022, wordt geraamd op 9.500. De prijssubsidie per bezoeker voor het gebruik van de theaterinfrastructuur van het CC Het Gasthuis gedurende de periode 1 oktober 2022 t.e.m. 31 december 2022 wordt bepaald op 31,92 euro (exclusief 6% BTW).
PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT EXPLOITATIE SPORTCOMPLEX
Rekening houdend met de sportieve en sociale functie van het door het AGB Aarschot geëxploiteerde sportinfrastructuur en om de toegang tot het zwembad zo laagdrempelig mogelijk te maken, wenst de stad Aarschot de tickets tot het zwembad te subsidiëren middels de toekenning van een prijssubsidie.
De totale kost m.b.t de exploitatie van het sportcomplex in 2022 wordt geraamd op 624.974,42 euro. Tot 30 september 2022 werd een prijssubsidie verleend aan het AGB Aarschot, nl. 9.336,88 euro (exclusief 6% BTW). Vanaf 1 oktober 2022 zal een prijssubsidie worden verleend aan het AGB voor de exploitatie van het zwembad dat, na de verbouwing vanaf 1 oktober tot eind november 2022, terug zal geëxploiteerd worden vanaf 1 december 2022.
De omzet van het zwembad, gedurende de periode vanaf 1 december 2022 t.e.m. 31 december 2022, wordt geraamd op 20.000 (excl. btw). De prijssubsidie voor het gebruik van het zwembad gedurende de periode 1 december 2022 t.e.m. 31 december 2022 wordt bepaald op basis van de omzet van die periode vermenigvuldigd met een factor 33,03.
Artikel 2
Het AGB Aarschot deelt op 31 december 2022 het aantal bezoekers/omzet mee van het voorafgaande jaar en stelt een nota op met vermelding van het jaarlijks verschuldigd bedrag van de prijssubsidie. De Stad Aarschot dient de prijssubsidie te betalen aan AGB Aarschot binnen de 30 kalenderdagen na ontvangst.
Artikel 3
De stad Aarschot zal de nodige kredieten voor de betaling van de prijssubsidies voorzien in de eerstvolgende aanpassing van haar meerjarenplan 2020-2025.
Dit agendapunt werd besproken. Voor de volledige bespreking verwijzen we naar het audioverslag van deze vergadering.
Nico Creces
Aangaande het project Ecobalans en Superbeton, ingediend door de BVBA Ecospringer en dit ter hoogte van de Gaston Geenslaan / Nieuwland Aarschot.
Ondanks een negatief advies van de bestendige Deputatie mbt de vergunningsaanvraag ivm het uitvoeren van activiteiten door Ecobalans, zijnde het oprichten en exploiteren van een opslagloods, de tijdelijke opslag van gronden, een breekinstallatie, een betoncentrale en laguneringsbekken en mbt de activiteiten door Superbeton, namelijk het oprichten en exploiteren van een kantoor met garagewerkplaats, blijkt dat er de voorbije maanden op de desbetreffende locatie toch allerhande werkzaamheden zijn doorgegaan.
Dit met geluidsoverlast tot gevolg voor de omwonenden en in overtreding tot het negatief advies van de bestendige Deputatie.
Ondanks ingediende klachten door buurtbewoners, blijken de werkzaamheden, onder welke vorm dan ook, met regelmaat van de klok tot op heden door te gaan.
Mijn vragen aan het stadsbestuur:
Gevolg dat aan dit punt is gegeven
Dit agendapunt werd besproken. Voor de volledige bespreking verwijzen we naar het audioverslag van deze vergadering.
Dit agendapunt werd besproken. Voor de volledige bespreking verwijzen we naar het audioverslag van deze vergadering.
Nico Creces
Mijn vraag gaat over de plannen mbt het plaatsen van windturbines op Aarschots grondgebied en dan meer bepaald over de twee geplande windturbines in de nabijheid van ons industrieterrein.
Op de commissie van 29 april 2019 kregen wij de voorstelling van 10 inplantingslocaties voor windturbines, waarvan 1 ter hoogte van het industrieterrein langs de Gaston Geenslaan.
Ondertussen zijn we 3,5 jaar verder in dit dossier.
En ondanks de vele bezwaarschriften, adviezen van allerhande overheden in dit land, ingediende beroepen, enz... is het windstil in dit dossier mbt rapportering aan de gemeenteraad, haar raadsleden en bijgevolg aan de ganse Aarschotse bevolking.
Nochtans is dit dossier van belang voor iedereen op ons Aarschots grondgebied.
Want wat immers met de melding dat Aarschot misschien in 2050 haar eigen energie zou kunnen produceren (zie het Stampertje, uitgave 2 van 2020), wat met de landschappelijk waardevolle Demervallei waar deze molens zouden komen te staan, wat met het feit van de mogelijke overlast voor de omwonenden mbt onder meer slagschaduw en geluidsoverlast, wat mbt de veiligheid op het industrieterrein aangezien de windmolens op minder dan 500m van de gebouwen komen te staan (2 bronnen van 104 decibel in de directe nabijheid van de werknemers),....kortom vele vragen die tot nu toe, de laatste 3,5 jaar onbeantwoord zijn gebleven.
Daarom zou ik, in het kader van openbaarheid van bestuur, 1 van de pijlers toch waarop dit stadsbestuur in 2018 zijn coalitie heeft gevormd en voorgesteld, willen vragen aan de bevoegde schepen om dit punt, mbt de stand van zaken in dit dossier, te willen bespreken op de eerstkomende bevoegde gemeenteraadscommissie.
Ik denk dat alle partijen hier rond deze tafel, of het nu vurige of koele minnaars zijn van dit project, en zekers de Aarschotse inwoners,gebaat zijn met een stand van zaken tot op heden.
Gevolg dat aan dit punt is gegeven
Dit agendapunt werd besproken. Voor de volledige bespreking verwijzen we naar het audioverslag van deze vergadering.
Notulen en zittingsverslag vergadering 08.09.2022
Notulen
Gelet op het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de gemeenteraadscommissies, goedgekeurd door de gemeenteraad in vergadering van 20 januari 2022, inzonderheid artikel 29 §3;
Aangezien verder tijdens de vergadering geen bezwaren tegen de notulen van de vergadering van 08.09.2022 werden ingebracht;
zijn de notulen van de vergadering van 08.09.2022 goedgekeurd.
Zittingsverslag
In toepassing van artikel 278 §1 van het decreet over het lokaal bestuur en artikel 28 §2 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de gemeenteraadscommissies is het zittingsverslag vervangen door de integrale audio-opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.