Mevrouw Nele Weckhuyzen nam niet deel aan de behandeling/ stemming van volgende agendapunten:
De heer Gerry Vranken was afwezig bij de behandeling/ stemming van volgende agendapunten:
De gemeenteraad neemt kennis van de tijdelijke verhindering van raadslid Thomas Salaets, die omwille van een bijkomende opleiding in het buitenland tijdelijk niet aanwezig kan zijn op de vergaderingen van de gemeenteraad en die een schriftelijk verzoek richtte aan de voorzitter van de gemeenteraad om in zijn vervanging te voorzien.
Mevrouw Nele Weckhuyzen wordt aangesteld als gemeenteraadslid in de vervanging van de heer Thomas Salaets voor zolang diens toestand van verhindering duurt.
Per mail van 6 april 2022 deelde de heer Thomas Salaets mee dat hij, omwille van een bijkomende opleiding in het buitenland, niet aanwezig kan zijn op de vergaderingen van de gemeenteraad in de periode van 15 juni 2022 tot en met 31 juli 2023.
In toepassing van artikel 12, 1° van het decreet over het lokaal bestuur richtte hij een schriftelijk verzoek aan de voorzitter van de gemeenteraad om hem te vervangen voor de duur van de verhindering. Bij dit verzoek tot vervanging voor verhindering om studieredenen/ verblijf in het buitenland voegde hij een attest van de onderwijsinstelling (University of Toronto).
Mevrouw Nele Weckhuyzen komt als derde opvolger op de lijst nr. 4 - Groen in aanmerking om te voorzien in de vervanging van de heer Tomas Salaets voor de duur van diens verhindering. Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld haar geloofsbrieven goed te keuren.
Per mail van 6 april 2022 deelde de heer Thomas Salaets mee dat hij, omwille van een bijkomende opleiding in het buitenland, niet aanwezig kan zijn op de vergaderingen van de gemeenteraad in de periode van 15 juni 2022 tot en met 31 juli 2023. In toepassing van artikel 12, 1° van het decreet over het lokaal bestuur richtte hij een schriftelijk verzoek aan de voorzitter van de gemeenteraad om hem te vervangen voor de duur van de verhindering. Bij dit verzoek tot vervanging voor verhindering om studieredenen/ verblijf in het buitenland voegde hij een attest van de onderwijsinstelling (University of Toronto).
Overeenkomstig artikel 14 van het decreet over het lokaal bestuur wordt het gemeenteraadslid dat als verhinderd wordt beschouwd, vervangen zolang de toestand van verhindering duurt.
Gelet op
De geloofsbrieven, zijnde een recent uittreksel uit het bevolkings- of rijksregister, een recent uittreksel uit het strafregister en een verklaring op eer inzake de onverenigbaarheden, tonen aan dat mevrouw Nele WECKHUYZEN, voldoet aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden zoals opgenomen in artikel 58 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet.
Wij hebben de eer u bijgevolg voor te stellen de geloofsbrieven van mevrouw Nele WECKHUYZEN, goed te keuren en haar met het oog op haar aanstelling uit te nodigen de door art. 6 §3 van het Decreet over het Lokaal Bestuur voorgeschreven eed af te leggen.
Aldus voorgesteld te Aarschot op 13 juni 2022
De verslaggever,
(get.) Christi Van Calster
Algemeen directeur'
Artikel 1
De gemeenteraad neemt akte van de verhindering van de heer Thomas Salaets, gemeenteraadslid, die omwille van een bijkomende opleiding in het buitenland tijdelijk niet aanwezig kan zijn op de vergaderingen van de gemeenteraad en die een schriftelijk verzoek richtte aan de voorzitter van de gemeenteraad om in zijn vervanging te voorzien. De periode van verhindering loopt van 15 juni 2022 tot en met 31 juli 2023.
Artikel 2
De gemeenteraad keurt de geloofsbrieven goed van mevrouw Nele Weckhuyzen, die als derde opvolger op de lijst nr. 4 - Groen, in aanmerking komt om te voorzien in de vervanging van de heer Thomas Salaets voor de duur van diens verhindering.
Artikel 3
Mevrouw Nele Weckhuyzen wordt onmiddellijk ter zitting uitgenodigd en verzocht in openbare vergadering en in handen van de voorzitter van de gemeenteraad de voorgeschreven eed af te leggen, waaraan zij voldoet als volgt:
"Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen.
(get.) Het raadslid
(get.) De voorzitter"
Mevrouw Nele Weckhuyzen wordt aangesteld als gemeenteraadslid in de vervanging van de heer Thomas Salaets voor zolang diens toestand van verhindering duurt.
Zij zal als laatste voorkomen op de ranglijst van de gemeenteraadsleden.
De algemene jaarrekening 2021 wordt vastgesteld zoals vermeld in het document ‘Begrotings- en jaarrekening 2021 – Algemene samenvatting van de jaarrekening 2021 van de PZ Aarschot – vaststelling’.
De begrotingsrekening en de algemene jaarrekening 2021, zoals vermeld in het document ‘begrotings- en jaarrekening 2021' in bijlage, wordt vastgesteld en goedgekeurd:
De begrotingsrekening 2021 sluit in de gewone dienst met een:
De begrotingsrekening 2021 sluit in de buitengewone dienst met een:
De jaarrekening 2021 vertoont zowel op actief- als op passiefzijde een balanstotaal van 5.681.836,07 euro.
De resultatenrekening 2021 wordt afgesloten met een nadelig resultaat (mali) van 284.378,05 euro.
Gelet op het document opgemaakt door de bijzondere rekenplichtige van de politiezone Aarschot m.b.t. de begrotings- en jaarrekening 2021 van de politiezone Aarschot, zie bijlage.
Artikel 1
De begrotingsrekening 2021 wordt vastgesteld zoals vermeld in het document ‘Begrotings- en jaarrekening 2021 – Algemene samenvatting van de begrotingsrekening 2021 van de PZ Aarschot – vaststelling’:
|
|
Cijfers van de BR |
|
|
|
Gewone Dienst |
Buitengewone Dienst |
1. |
Vastgestelde rechten ten voordele van de politiezone |
€ 7.156.005,02 | € 376.836,72 |
|
Onverhaalbare en oninvorderbare af te trekken |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
|
Netto vastgestelde rechten |
€ 7.156.005,02 | € 376.836,72 |
|
Vastleggingen |
€ -6.912.361,74 | € -371.119,00 |
|
Budgettair Resultaat |
€ 243.643,28 | € 5.717,72 |
2. |
Vastgestelde rechten ten voordele van de politiezone |
€ 7.156.005,02 | € 376.836,72 |
|
Onverhaalbare en oninvorderbare af te trekken |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
|
Netto vastgestelde rechten |
€ 7.156.005,02 | € 376.836,72 |
|
Aanrekeningen |
€ -6.818.230,76 | € -170.840,90 |
|
Boekhoudkundig Resultaat |
€ 337.774,26 | € 205.995,82 |
3. |
Vastleggingen |
€ 6.912.361,74 | € 371.119,00 |
|
Aanrekeningen |
€ -6.818.230,76 | € -170.840,90 |
|
Over te dragen naar volgend jaar |
€ 94.130,98 | € 200.278,10 |
Artikel 2
De algemene jaarrekening 2021 wordt vastgesteld zoals vermeld in het document ‘Begrotings- en jaarrekening 2021 – Algemene samenvatting van de jaarrekening 2021 van de PZ Aarschot – vaststelling’:
De jaarrekening vertoont zowel op actief- als op passiefzijde een balanstotaal van 5.681.836,07 euro.
De resultatenrekening wordt afgesloten met een nadelig resultaat (mali) van 284.378,05 euro.
Artikel 3
Het bijgevoegde document 'Politiezone Aarschot - Begrotings- en jaarrekening 2021' wordt goedgekeurd.
Artikel 4
Dit besluit is conform artikel 78 WGP onderworpen aan de goedkeuring van de gouverneur.
De begrotingswijziging 1 - dienstjaar 2022 - gewone & buitengewone dienst van de politiezone Aarschot, in bijlage, wordt aangenomen.
De begrotingswijziging 1 - dienstjaar 2022 - gewone en buitengewone dienst van de Politiezone Aarschot wordt voor goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. In toepassing van de bepalingen van het decreet lokaal bestuur werd het ontwerp van begrotingswijziging 1 - 2022 van de lokale politiezone op 8 juni 2022 aan de raadsleden bezorgd.
Het betreft een vermeerdering van het budget uitgaven gewone dienst met 408.539,80 euro en een vermeerdering van het budget ontvangsten gewone dienst met 164.896,52 euro. Het budget van de buitengewone dienst blijft ongewijzigd. De totale dotatie van de stad aan de lokale politiezone blijft eveneens ongewijzigd.
Voorstel van besluit:
De begrotingswijziging 1 - dienstjaar 2022 - gewone & buitengewone dienst van de politiezone Aarschot, in bijlage, wordt aangenomen.
Gelet op het ontwerp van de begrotingswijziging 2022 van de politiezone Aarschot. Het betreft een vermeerdering van het budget uitgaven gewone dienst met 408.539,80 euro en een vermeerdering van het budget ontvangsten gewone dienst met 164.896,52 euro. Het budget van de buitengewone dienst blijft ongewijzigd.
De toegestane werkingssubsidie van de stad aan de lokale politiezone blijft ongewijzigd.
Enig artikel
De begrotingswijziging 1 - dienstjaar 2022 - gewone & buitengewone dienst van de politiezone Aarschot, in bijlage, wordt aangenomen.
De politiezone Aarschot tekent in op de “Raamovereenkomst ICT-, Audiovisueel- en Netwerk materiaal 20210/004” via VERA als aankoopcentrale met aanvullende aankoopactiviteiten voor lokale overheden in de provincie Vlaams-Brabant.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld met de politiezone Aarschot in te tekenen op de “Raamovereenkomst ICT-, Audiovisueel- en Netwerk materiaal 20210/004” via VERA als aankoopcentrale met aanvullende aankoopactiviteiten voor lokale overheden in de provincie Vlaams-Brabant, die werd toegewezen aan: Centralpoint België N.V., Nieuwlandlaan 111, 3200 Aarschot voor perceel 1 – ICT materiaal.
Gelet op het bestek met toepassing van de openbare procedure en met als onderwerp “Raamovereenkomst ICT-, Audiovisueel- en Netwerk materiaal 2021/004” als een overheidsopdracht voor diensten zowel Belgisch (BDA: 2021-519277) als Europees (2021/S 098-254423) gepubliceerd werd op 18/05/2021;
Overwegende dat VERA in de aankondiging en in het lastenboek opnam dat APB VERA Steunpunt e-government als aankoopcentrale met aanvullende aankoopactiviteiten handelt. Deze aankoopcentrale fungeert als tussenpersoon door het sluiten van raamovereenkomsten die door de aanbestedende overheden kunnen worden gebruikt (artikel 47, §1, alinea 2 van de wet overheidsopdrachten). De deelnemende instantie dient zelf nog een overeenkomst te sluiten met de gekozen leverancier;
Gezien volgende instanties kunnen afnemen van deze raamovereenkomst zonder dat er een afnameplicht bestaat:
Plaats van dienstverlening: Bij de verschillende deelnemende instanties in de provincie Vlaams-Brabant die zijn bepaald bij ‘Doelgroep’.
De opdracht betreft een raamovereenkomst voor aankoop van ICT-, Audiovisueel en Netwerk materiaal:
ICT Materiaal is onmogelijk weg te denken in een modern lokaal bestuur. Door de steeds snellere en verdere digitalisering is er meer en meer ICT materiaal nodig.
Door de recente corona maatregelen is het duidelijk geworden dat een lokaal bestuur snel moet kunnen schakelen om de dienstverlening te kunnen blijven garanderen. Daarom is een raamovereenkomst waarbij men snel en met een beperkte administratieve overhead het noodzakelijke materiaal kan aanschaffen onontbeerlijk.
De raamovereenkomst is opgesplitst in 3 percelen, enkel perceel 1 is op 17/03/2022 gegund. De andere 2 percelen volgen op een later tijdstip.
Perceel 1: ICT Materiaal
Een werkgroep van afgevaardigden van de lokale besturen bepaalde mee de inhoud en voorwaarden van het bestek en heeft ook de analyse en evaluatie van offertes en de gunning begeleid.
Gezien deze overheidsopdracht het sluiten van een raamovereenkomst met één deelnemer per perceel beoogde;
Overwegende dat, conform de bepalingen van het bestek, de volgende percelen werden toegewezen aan:
voor een periode van 48 maanden afgesloten met ingang op 17/03/2022, zoals vermeld in de schriftelijke toewijzingsbrief, tot 16/03/2026.
Artikel 1
De politiezone Aarschot tekent in op de “Raamovereenkomst ICT-, Audiovisueel- en Netwerk materiaal 20210/004” via VERA als aankoopcentrale met aanvullende aankoopactiviteiten voor lokale overheden in de provincie Vlaams-Brabant, die werd toegewezen aan: Centralpoint België N.V., Nieuwlandlaan 111, 3200 Aarschot voor perceel 1 – ICT materiaal.
Artikel 2
De looptijd van het raamcontract van de opdracht in artikel 1 bedraagt 48 maanden met ingang op 17/03/2022 vermeld in de schriftelijke toewijzingsbrief.
Artikel 3
Eventuele aankopen kaderend in dit raamcontract zullen worden uitgevoerd via de bestelprocedure uitgewerkt door VERA.
De politiezone doet een beroep op de opdrachtencentrale van de Vlaamse Gemeenschap voor afname van telecommunicatiediensten aangeboden via de Raamovereenkomst gesloten voor de volgende percelen:
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld met de politiezone Aarschot in te tekenen op de “telecommunicatiediensten ten behoeve van de Vlaamse Overheid, lokale en provinciale besturen" voor de volgende percelen:
o Perceel 1: Vaste telefonie, marketingnummers & vaste datacommunicatie
o Perceel 2: Mobiele telefonie, mobiele datacommunicatie voor professioneel gebruik
o Perceel 3: Mobiele datacommunicatie voor machines/toepassingen ("Machine to Machine" en "Internet of Things")
o Perceel 4: Virtuele telefooncentrale (Cloud PBX)
o punt 4.1: De Raamovereenkomsten wordt geplaatst door de Vlaamse Gemeenschap, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering bij delegatie, in de persoon van de Vlaamse minister bevoegd voor bestuurszaken, hierna genoemd “Het Bestuur”
De Vlaamse Gemeenschap treedt daarbij op:
o punt 4.2 : het Bestuur is bevoegd voor het opvolgen en bijsturen van de wijze waarop de Dienstverlener de Raamovereenkomst uitvoert en het wijzigen en beëindigen van de Raamovereenkomst, terwijl een Klant de leiding en het toezicht (zoals bedoeld in art. 11 KB Uitvoering) uitoefent op de uitvoering van een door die Klant bestelde Dienst of Project.
In dit Basiscontract wordt duidelijk aangegeven wie (Bestuur of Klant) welke beslissing kan nemen.
o punt 6 : Dienstverlener heeft geen exclusief recht op het leveren van de Dienstenpakketten.
Dit betekent o.a. dat voor wat betreft een locatie die (gebouw dat) door het Bestuur of een Klant in gebruik wordt genomen na toetreding tot de Raamovereenkomst, het Bestuur/de Klant de mogelijkheid heeft om een beroep te doen op (een) alternatieve operator(en)/dienstverleners.
Dit betekent tevens dat de verschillende Klanten, evenwel met inachtneming van de bepalingen zoals vastgelegd in punt 16.6 (en in het bijzonder de naleving van een opzegperiode van drie (3) maanden), er kunnen voor opteren bepaalde Dienstenpakketten niet of niet meer af te nemen indien ze van mening zijn dat ze dit zelf of via een andere dienstverlener voor een betere prijs/kwaliteitverhouding kunnen krijgen. Dienovereenkomstig geeft het Bestuur geen enkele garantie wat betreft volume, noch qua trafiek, noch qua aantal abonnementen.
o Punt 16.6 : Aangezien, in overeenstemming met punt 6 , binnen deze opdracht geen exclusiviteit wordt verleend aan de Dienstverlener, kan elke Klant tijdens de volledige duur van de Raamovereenkomst, op elk ogenblik en onder de voorwaarden van dit punt zonder kosten en zonder reden, ervoor opteren om alle of bepaalde Diensten niet meer af te nemen. In afwijking van de vorige alinea, zal de Klant die de afname stopzet van een Dienst waarvoor door de Dienstverlener een fysieke installatie op de klantenlocatie werd gerealiseerd, niettemin verplicht zijn tot het betalen van de maandelijkse prijs gedurende een totale periode van (maximum) 24 maanden te rekenen vanaf de eerste ingebruikname; en dit als vergoeding voor de door de Dienstverlener gemaakte kosten voor de fysieke installatie. Een Klant die wenst af te zien van verdere afname, zal de Dienstverlener daarvan via een aangetekende brief op de hoogte brengen en moet een opzegtermijn van drie (3) maanden respecteren. Alle bepalingen met betrekking tot de te nemen Exit maatregelen bij het einde van de Raamovereenkomst vastgesteld in punt 16.3.2 en met betrekking tot de Bijstand na beëindiging van de Raamovereenkomst
vastgesteld in punt 16.5, gelden eveneens bij een Deelexit.
Overwegende hetgeen volgt:
Artikel 1
De politiezone doet beroep op de opdrachtencentrale van de Vlaamse Gemeenschap voor afname van telecommunicatiediensten aangeboden via de Raamovereenkomst gesloten voor de volgende percelen:
Artikel 2
De contracten die op basis van de Raamovereenkomst worden gesloten, eindigen op 31/12/2023.
De gemeenteraad gaat akkoord met het aanvullend politiereglement met betrekking tot het signaleren van het afsluiten van de spooroverweg in de Goorstraat voor gemotoriseerd verkeer.
Deze verkeersregeling wordt ingevoerd omdat de fietssnelweg langs de spoorlijn zal lopen.
Gelet op de vraag van de provincie Vlaams-Brabant;
Overwegende dat
Artikel 1
De Goorstraat is ter hoogte van de spooroverweg doodlopend voor bestuurders van gemotoriseerd verkeer.
Artikel 2
De in Art. 1 genoemde verkeerssituatie wordt als volgt aangeduid:
Artikel 3
Onderhavig reglement wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid, Departement van Mobiliteit en Openbare werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II laan 20 bus 2, 1000 Brussel.
De gemeenteraad gaat akkoord met het aanvullend politiereglement met betrekking tot het signaleren van het afsluiten van de spooroverweg te Winterstraat voor gemotoriseerd verkeer.
Deze verkeersregeling wordt ingevoerd omdat de fietssnelweg langs de spoorlijn zal lopen.
Gelet op de vraag van de provincie Vlaams-Brabant;
Overwegende dat
Artikel 1
De Winterstraat is ter hoogte van de spooroverweg doodlopend voor bestuurders van gemotoriseerd verkeer.
Artikel 2
De in artikel 1 genoemde verkeerssituatie wordt als volgt aangeduid:
Artikel 3
Onderhavig reglement wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid, Departement van Mobiliteit en Openbare werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II laan 20 bus 2, 1000 Brussel.
De gemeenteraad gaat principieel akkoord de bestaande doorgangen, in de muur die de museumtuin scheidt van de woningen in de Bogaardenlaan, te behouden onder bepaalde voorwaarden.
Bij de heraanleg van de museumtuin is het herstel van de kloostermuur cruciaal, zodat het meest herkenbare van de museumtuin terug voelbaar wordt. Het is deze muur, die samen met de kapel de ruimte definieert. De muur zal op eigendom van de stad worden aangebracht. Om de beslotenheid van de tuin te behouden en de randbeplanting volledig tot zijn recht te laten komen, zijn bijkomende doorgangen niet gepast.
VOORSTEL
De bestaande doorgangen in de muur die de tuin scheidt van de woningen in de Bogaardenlaan onder bepaalde voorwaarden kunnen behouden blijven.
In deze muur zullen voor de reeds bestaande doorgangen van de woningen in de Bogaardenlaan door de stad poortjes geplaatst worden.
VOORWAARDEN
Het recht van overgang wordt kosteloos toegestaan.
Het recht van overgang kan enkel te voet worden uitgeoefend, dan wel om met behulp van een rolstoel, rollator, kinderwagen of een fiets aan de hand te voet te worden gebruikt. Het geldt niet voor voertuigen of rollend materieel.
Om het recht van overgang mogelijk te maken, zal de stad in de muur een poortje (dat gesloten kan worden) aanbrengen. De stad bepaalt autonoom de uit te voeren werken en materialen. De eigenaar van de reeds bestaande doorgang zal bijdragen in de plaatsingskosten van het poortje t.b.v. 2.500 euro. Het poortje blijft eigendom van de stad.
Bij de heraanleg van de museumtuin is het herstel van de kloostermuur cruciaal, zodat het meest herkenbare van de museumtuin terug voelbaar wordt. Het is deze muur, die samen met de kapel de ruimte definieert. De muur zal op eigendom van de stad worden aangebracht. Om de beslotenheid van de tuin te behouden en de randbeplanting volledig tot zijn recht te laten komen, zijn bijkomende doorgangen niet gepast.
VOORSTEL
De bestaande doorgangen in de muur die de tuin scheidt van de woningen in de Bogaardenlaan onder bepaalde voorwaarden kunnen behouden blijven.
In deze muur zullen voor de reeds bestaande doorgangen van de woningen in de Bogaardenlaan door de stad poortjes geplaatst worden.
VOORWAARDEN
Het recht van overgang wordt kosteloos toegestaan.
Het recht van overgang kan enkel te voet worden uitgeoefend, dan wel om met behulp van een rolstoel, rollator, kinderwagen of een fiets aan de hand te voet te worden gebruikt. Het geldt niet voor voertuigen of rollend materieel.
Om het recht van overgang mogelijk te maken, zal de stad in de muur een poortje (dat gesloten kan worden) aanbrengen. De stad bepaalt autonoom de uit te voeren werken en materialen. De eigenaar van de reeds bestaande doorgang zal bijdragen in de plaatsingskosten van het poortje t.b.v. 2.500 euro. Het poortje blijft eigendom van de stad.
Artikel 1
De gemeenteraad gaat principieel akkoord de bestaande doorgangen in de muur die de museumtuin scheidt van de woningen in de Bogaardenlaan te behouden onder bepaalde voorwaarden:
Artikel 2
Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de verdere dossiervorming.
De gemeenteraad stelt vast dat er tijdens het openbaar onderzoek geen bezwaarschriften werden ingediend, gaat akkoord met de realisatie van de nieuwe gemeenteweg zoals aangevraagd in de omgevingsvergunning en keurt het bijgevoegde rooilijnplan goed zonder bijkomende voorwaarden.
Op 11/03/2022 diende INFRABEL een omgevingsvergunningsaanvraag in met als referentie OMV_2021178911 en met als onderwerp Bouw fietstunnel Opperstraat - Oudenstokstraat. Deze aanvraag heeft betrekking op de percelen kadastraal gekend als 24060C0047/00N000; 24060C0050/00B000; 24060C0052/00_000 en is gelegen langs de Opperstraat en Oudenstokstraat.
In de omgevingsvergunningsaanvraag wordt de aanleg van een nieuwe gemeenteweg aangevraagd volgens de plannen in bijlage waarbij ook een rooilijnplan zit. Deze plannen werden opgesteld door Infrabel.
In bijlage zijn de relevantste documenten en plannen m.b.t. de omgevingsvergunningsaanvraag opgenomen. Het volledige dossier kan geraadpleegd worden bij het Departement Omgeving van de stad.
Voorstel van besluit:
De gemeenteraad gaat akkoord met de aanleg van de nieuwe gemeenteweg zoals voorgesteld op de bijgevoegde plannen en keurt het rooilijnplan goed zonder bijkomende voorwaarden.
Gelet op
Kadastraal perceel (CAPAKEY) |
Perceelsoppervlakte gemeenteweg |
Eigenaar of zakelijk gerechtigde |
24060C0047/00N000 |
1137,21m² |
Renilda Theys (VE 1/1), Oude Mechelsebaan 565, 3201 AARSCHOT |
24060C0050/00B000 |
696,78m² |
Jozef Van Elven & Anna Verbruggen (VE 1/1), Binnenveldstraat 2A, 2230 HERSELT |
24060C0052/00_000 |
957,93m² |
Andy Van Ouytsel (VE 1/1), Oudenstokstraat 24, 3201 AARSCHOT |
Overwegende dat
Artikel 1
De gemeenteraad stelt vast dat er tijdens het openbaar onderzoek geen bezwaarschriften werden ingediend.
Artikel 2
De gemeenteraad gaat akkoord met de realisatie van de nieuwe gemeenteweg zoals aangevraagd in de omgevingsvergunning en keurt het bijgevoegde rooilijnplan goed zonder bijkomende voorwaarden.
De gemeenteraad keurt de oprichtingsovereenkomst Interlokale Vereniging Omgeving en Woning stadsregio Demerland goed. Het gaat om een intergemeentelijke samenwerking tussen de steden Aarschot, Diest en Scherpenheuvel-Zichem die tot de doel heeft om samenwerking te faciliteren en te regelen met betrekking tot taken die onder het beleidsdomein Omgeving en Wonen vervat zitten (milieu, klimaat, landbouw, verkeer, landschap, natuur, ruimtelijke ordening, …).
Tussen de steden Aarschot, Diest en Scherpenheuvel-Zichem wordt overeengekomen een interlokale vereniging op te richten, beheerst door de toepasselijke bepalingen van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
Deze intergemeentelijke samenwerking kadert in het decreet over het Lokaal Bestuur (Deel 3 Deelname in rechtspersonen en samenwerking).
De interlokale vereniging heeft tot de doel om samenwerking tussen de deelnemende gemeentes te faciliteren en te regelen met betrekking tot taken die onder het beleidsdomein Omgeving en Wonen vervat zitten (milieu, klimaat, landbouw, verkeer, landschap, natuur, ruimtelijke ordening, …) en waarbij het noodzakelijk is dat hierover praktische en financiële afspraken worden vastgelegd.
Aan de gemeenteraad wordt de oprichtingsovereenkomst Interlokale Vereniging Omgeving en Woning stadsregio Demerland voor goedkeuring voorgelegd.
Tussen de steden Aarschot, Diest en Scherpenheuvel-Zichem wordt overeengekomen een interlokale vereniging op te richten, beheerst door de toepasselijke bepalingen van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
Deze intergemeentelijke samenwerking kadert in het decreet over het Lokaal Bestuur (Deel 3 Deelname in rechtspersonen en samenwerking).
De interlokale vereniging heeft tot doel om samenwerking tussen de deelnemende gemeentes te faciliteren en te regelen met betrekking tot taken die onder het beleidsdomein Omgeving en Wonen vervat zitten (milieu, klimaat, landbouw, verkeer, landschap, natuur, ruimtelijke ordening, …) en waarbij het noodzakelijk is dat hierover praktische en financiële afspraken worden vastgelegd.
Aan de gemeenteraad wordt de oprichtingsovereenkomst Interlokale Vereniging Omgeving en Woning stadsregio Demerland voor goedkeuring voorgelegd.
Tussen de hierna vermelde lokale overheden zoals nader aangeduid, is overeengekomen een interlokale vereniging op te richten, beheerst door de toepasselijke bepalingen van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur:
Voormelde partijen, handelend zoals voorzegd, hebben de inhoud van de oprichtingsovereenkomst met statutaire draagkracht vastgesteld als volgt:
Hoofdstuk 1. Definities
Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder:
Hoofdstuk 2. Benaming, beherende gemeente, zetel, administratief secretariaat, doel, duur
Artikel 1. Naam van de interlokale vereniging.
De hierboven vermelde gemeenten richten een intergemeentelijk samenwerkingsverband zonder rechtspersoonlijkheid op, dit onder de vorm van een interlokale vereniging. De interlokale vereniging draagt de naam “Stadsregio Demerland”. De term interlokale vereniging of de afkorting ilv zal steeds aan de naam worden toegevoegd.
Artikel 2. De zetel van de vereniging
De stad Scherpenheuvel-Zichem wordt aangeduid als beherende gemeente die de interlokale vereniging vertegenwoordigt en waar de zetel en het administratief secretariaat zijn gevestigd, dit is 3270 Scherpenheuvel-Zichem, August Nihoulstraat 13.
Het secretariaat zal waargenomen worden door een medewerker(ster) van de dienst omgeving van Scherpenheuvel-Zichem.
Het beheerscomité kan in gewone vergadering en met bijzondere meerderheid beslissen een andere gemeente als beherende gemeente aan te duiden en op deze wijze ook de zetel van de vereniging te verplaatsen.
Artikel 3. Doel
Deze intergemeentelijke samenwerking kadert in het decreet over het Lokaal Bestuur (Deel 3 Deelname in rechtspersonen en samenwerking).
De interlokale vereniging heeft tot de doel om samenwerking tussen de deelnemende gemeentes te faciliteren en te regelen met betrekking tot taken die onder het beleidsdomein Omgeving en Wonen vervat zitten (milieu, klimaat, landbouw, verkeer, landschap, natuur, ruimtelijke ordening, …) en waarbij het noodzakelijk is dat hierover de nodige praktische en financiële afspraken worden vastgelegd.
Artikel 4. Activiteiten
Hieronder volgt een niet-limitatieve lijst van taken die kunnen toegewezen worden:
Niet alle leden hoeven aan elke taak of project deel te nemen. De specifieke bepalingen worden voor elke toegewezen taak in een afzonderlijke bijlage bij deze overeenkomst geregeld. Deze afzonderlijke onderdelen dienen telkens bekrachtigd te worden door een gemeenteraadsbeslissing.
Artikel 5. Duur van de vereniging
De interlokale vereniging wordt opgericht voor onbepaalde duur met ingang van ………..
Leden kunnen enkel uit de interlokale vereniging stappen na elke periode van 3 jaar en dit op voorwaarde dat het lid, minstens 12 maanden voor de start van de volgende projectperiode een schriftelijke opzeg heeft betekend op het adres van de zetel van de interlokale vereniging.
De interlokale vereniging gaat automatisch in vereffening wanneer er maar 1 gemeente meer overblijft.
Artikel 6. Het lidmaatschap
De leden van de interlokale vereniging zijn de gemeenten die deze overeenkomst hebben ondertekend of later zullen ondertekenen en de statuten hebben aanvaard.
Elke wijziging van de samenstelling van de vereniging dient schriftelijk en binnen de maand na de wijziging ter kennis gegeven aan de andere leden van de vereniging.
Hoofdstuk 3. Samenstelling beheerscomité, benoeming en ontslagen van beheerders en werking van de organisatie
Artikel 7. De samenstelling
Er wordt een beheerscomité opgericht dat wordt samengesteld uit één stemgerechtigd lid per gemeente, aangesteld door de respectievelijke gemeenteraden. Elke gemeente duidt eveneens een plaatsvervanger aan. De vertegenwoordiger is een lid van de gemeenteraad.
Het comité kan worden bijgestaan door een deskundige per gemeente. Zij adviseren het beheerscomité en zijn niet stemgerechtigd.
Naast deze leden kunnen niet-stemgerechtigde externe deskundigen worden uitgenodigd.
De leden van het beheerscomité van de interlokale vereniging worden ten laatste binnen de 3 maanden na de ondertekening van de intergemeentelijke overeenkomst aangesteld door de gemeenteraad.
Het beheerscomité duidt onder haar leden een voorzitter en ondervoorzitter aan. De voorzitter zal de mandataris van de beherende gemeente zijn en de ondervoorzitter een mandataris van een andere gemeente.
Een medewerker van één van de leden wordt toegevoegd aan het beheerscomité als secretaris. Hij maakt het verslag op en staat in voor praktische organisatie van de vergaderingen.
De gemeenten worden als lid in het beheerscomité uitsluitend vertegenwoordigd door schepenen, de burgemeester of gemeenteraadsleden van de deelnemende gemeenten.
De stemgerechtigde leden van het beheerscomité worden benoemd voor de periode die samenvalt met de gemeentelijke bestuurslegislatuur.
Het mandaat van de stemgerechtigde leden wordt beëindigd indien de gemeenteraad het mandaat van haar afgevaardigde intrekt en een vervanger aanduidt.
Alle stemgerechtigde leden zijn van rechtswege ontslagnemend bij verlies van hun mandaat in de gemeenteraad.
De mandaten in het beheerscomité worden beëindigd of herbevestigd, ten laatste drie maanden na de installatie van een nieuwe gemeenteraad.
Artikel 8. Werking van het beheerscomité
Het beheerscomité kan slechts rechtsgeldig beraadslagen en beslissen indien minstens de helft van de stemgerechtigde leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
Het beheerscomité streeft consensus na. Indien geen consensus wordt bereikt, wordt een beslissing genomen bij meerderheid. Indien er geen meerderheid bekomen wordt, is er een staking van stemmen en is een voorstel verworpen.
Het gewicht van de stemmen wordt als volgt verdeeld:
De wijziging van de statuten kan enkel door wijziging van onderhavige overeenkomst, goedgekeurd door respectievelijke gemeenteraden.
Het beheerscomité vergadert minstens twee keer per jaar: een eerste keer voor de goedkeuring van de afgelopen rekeningen en het jaarverslag van het afgelopen werkjaar, een tweede keer voor de vaststelling van het budget en het werkplan van het volgend jaar.
Tot de bevoegdheden van het beheerscomité behoren:
Het beheerscomité kan bevoegdheden delegeren.
De beraadslagingen van het beheerscomité worden vastgelegd in notulen en ondertekend door de voorzitter en de secretaris. Deze notulen worden in een register verzameld en liggen ter inzage op het secretariaat van de beherende gemeente.
Er worden geen vergoedingen uitgekeerd aan de beheerders, onder voorbehoud van hetgeen bepaald is in artikel 395, §4 van het decreet over het lokaal bestuur.
De organisatie van de werkzaamheden wordt door het beheerscomité geregeld in een huishoudelijk reglement.
Het beheerscomité kan in zijn werkzaamheden geadviseerd worden door een stuurgroep. De samenstelling van deze stuurgroep wordt bepaald door het beheerscomité.
De stuurgroep vergadert naargelang de noodwendigheid. Van de vergaderingen van de stuurgroep worden verslagen gemaakt, die bezorgd worden aan de leden van het beheerscomité.
De stuurgroep kan alle personen wiens aanwezigheid hij als nuttig beoordeelt, uitnodigen tot het bijwonen van zijn vergaderingen. Hun aanwezigheid moet in de notulen worden vermeld. Deze personen hebben geen stemrecht.
Hoofdstuk 4. Personeel
Artikel 9. Inzet van gemeentepersoneel
Personeelsleden van de beherende gemeente kunnen worden ter beschikking gesteld aan de interlokale vereniging. Ten behoeve van het behalen van de doelstellingen van het samenwerkingsverband (artikel 3), kunnen er door de beherende gemeente één of meerdere medewerkers voor de interlokale vereniging worden aangeworven.
De juridische werkgever van de ter beschikking gestelde en aangeworven personeelsleden is en blijft de stad Scherpenheuvel-Zichem. Deze personeelsleden vallen onder de rechtspositieregeling van de stad Scherpenheuvel-Zichem.
Hoofdstuk 5. Financieel beheer
Artikel 10. Het beheer van de rekening
De leden leggen ieder de minimale middelen vast die zij voor het volgend werkjaar als werkingskost aan de interlokale vereniging ter beschikking moeten stellen. Deze middelen worden uiterlijk op 1 juni ter beschikking gesteld aan de interlokale vereniging.
De individuele bedragen of inbreng worden per toegewezen taak in de bijhorende bijlage vastgesteld, daar het aantal deelnemers per taak kan verschillen. Indien geen aparte bijlage werd vastgesteld worden de bewezen kosten verdeeld volgens een gelijk deel voor alle betrokken deelnemers.
Voor de overheadkosten die niet aan een specifiek project of taak kunnen worden toegewezen, geldt een verdeling volgens een gelijk deel per deelnemer. De beherende gemeente engageert zich om elk jaar in september een schatting van de overheadkosten voor het daaropvolgende jaar te bezorgen aan de andere partijen.
De middelen worden telkens aan het begin van het werkjaar opgevraagd door de beherende gemeente bij de verschillende financierende overheden. De beherende gemeente staat in voor de boekhoudkundige administratie van de interlokale vereniging, het beheer van de rekening van de interlokale vereniging en belast haar financieel directeur met alle financiële verrichtingen.
Het huishoudelijk reglement kan alternatieve regelingen uitwerken voor specifieke projecten.
De interlokale vereniging zelf beschikt niet over eigen middelen.
Artikel 11. Het financieel verslag en bestemming van het resultaat
De rekeningen van de interlokale vereniging worden jaarlijks ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten, samen met het jaarverslag en het budget voor het komende werkjaar en dit binnen de 3 maanden na afloop van het werkjaar. De interlokale vereniging draagt er zorg voor dat de rekening en de bijhorende verantwoordingsstukken aan de deelnemende gemeenten worden overgemaakt, uiterlijk binnen zes maanden na afsluiting van het voorgaande werkjaar.
De rekening is goedgekeurd indien de gewone meerderheid van de gemeenteraden van alle leden deze goedkeurt. Indien de gemeenteraad niet reageert binnen de 60 dagen na voorlegging, wordt de jaarrekening als goedgekeurd beschouwd.
Het eventueel positief resultaat van de rekening blijft in de vereniging en wordt aangewend voor de realisatie van de doelstellingen van de vereniging.
Hoofdstuk 6. Informatieverstrekking aan de deelnemers
Artikel 12. Informatieverstrekking aan de deelnemende gemeenten
Samen met de rekening wordt aan de participanten een jaarverslag ter beschikking gesteld. De jaarlijkse evaluatie in de gemeente gebeurt ter gelegenheid van de bespreking van deze documenten.
Hoofdstuk 7. Vereffening
Artikel 13. Einde interlokale vereniging
De interlokale vereniging wordt opgeheven zodra één van de partijen de samenwerkingsovereenkomst opzegt. Dit kan slechts aan het begin van een nieuw boekjaar met een opzegtermijn van minstens één jaar.
Artikel 14.
Voor alles wat niet door deze statuten werd geregeld, zal het decreet over het lokaal bestuur van toepassing zijn.
De gemeenteraad neemt kennis van het het overzicht van de terugbetaalde reiskosten aan de mandatarissen van de stad Aarschot.
Op 23 juni 2014 keurde de gemeenteraad het besluit goed houdende de terugbetaling van reiskosten aan de burgemeester en schepenen van de stad Aarschot, waardoor zij aanspraak kunnen maken op een terugbetaling van:
Het jaarlijks kilometercontingent voor verplaatsingen gemaakt met het eigen motorvoertuig gerelateerd aan de uitoefening van het mandaat werd voor de burgemeester en schepenen vastgesteld op 2.500 kilometer.
Alleen de kosten die verband houden met de uitoefening van het mandaat en die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van het mandaat kunnen worden terugbetaald. De kosten voor verplaatsingen van en naar het stadhuis zitten voor de burgemeester en schepenen vervat in de bezoldiging die ze maandelijks ontvangen en komen bijgevolg niet voor terugbetaling in aanmerking. De kosten dienen verantwoord te worden met bewijsstukken. Alle nota’s ter rechtvaardiging van de gemaakte reiskosten (formulieren ‘reiswijzer-schuldvordering’) van een kalenderjaar dienen uiterlijk op 31 januari van het daaropvolgende kalenderjaar door de mandataris binnengebracht te zijn op de personeelsdienst met het oog op de verdere administratieve opvolging. De algemeen directeur beoordeelt of de kosten voldoen aan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor terugbetaling.
In het overzicht werden de reiskosten terugbetaald aan de mandatarissen van de stad Aarschot met betrekking tot de jaren 2020 en 2021 opgenomen op basis van de ingediende formulieren terzake.
Op 23 juni 2014 keurde de gemeenteraad het besluit goed houdende de terugbetaling van reiskosten aan de burgemeester en schepenen van de stad Aarschot, waardoor zij aanspraak kunnen maken op een terugbetaling van:
Het jaarlijks kilometercontingent voor verplaatsingen gemaakt met het eigen motorvoertuig gerelateerd aan de uitoefening van het mandaat werd voor de burgemeester en schepenen vastgesteld op 2.500 kilometer.
Alleen de kosten die verband houden met de uitoefening van het mandaat en die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van het mandaat kunnen worden terugbetaald. De kosten voor verplaatsingen van en naar het stadhuis zitten voor de burgemeester en schepenen vervat in de bezoldiging die ze maandelijks ontvangen en komen bijgevolg niet voor terugbetaling in aanmerking. De kosten dienen verantwoord te worden met bewijsstukken. Alle nota’s ter rechtvaardiging van de gemaakte reiskosten (formulieren ‘reiswijzer-schuldvordering’) van een kalenderjaar dienen uiterlijk op 31 januari van het daaropvolgende kalenderjaar door de mandataris binnengebracht te zijn op de personeelsdienst met het oog op de verdere administratieve opvolging. De algemeen directeur beoordeelt of de kosten voldoen aan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor terugbetaling.
In het overzicht werden de reiskosten terugbetaald aan de mandatarissen van de stad Aarschot met betrekking tot de jaren 2020 en 2021 opgenomen op basis van de ingediende formulieren terzake.
De financiering is voorzien in het budget en meerjarenplan via BBC-artikel:
AC000093/0100/61430050/10/CBS/IP−GEEN/KP−GEEN
NEEMT KENNIS VAN:
Artikel 1
De burgemeester en schepenen van de stad Aarschot kunnen aanspraak maken op een terugbetaling van:
Artikel 2
Het jaarlijks kilometercontingent voor verplaatsingen gemaakt met het eigen motorvoertuig gerelateerd aan de uitoefening van het mandaat werd voor de burgemeester en schepenen vastgesteld op 2.500 kilometer.
Artikel 3
Het bedrag van de kilometervergoeding wordt vastgesteld conform de bepalingen die in dit verband van toepassing zijn voor het gemeentepersoneel en wordt jaarlijks automatisch aangepast op basis van de evolutie van de afgevlakte gezondheidsindex (= het gemiddelde van de laatste 4 gezondheidsindexen). Bij carpooling kan de vergoeding voor de bestuurder worden verhoogd conform de modaliteiten die van toepassing zijn voor het gemeentepersoneel.
Voor de jaren 2020 en 2021 betekent dit in concreto:
Artikel 4
Het bedrag van de fietspremie wordt vastgesteld conform de bepalingen die in dit verband van toepassing zijn voor het gemeentepersoneel voor dienstverplaatsingen met de eigen fiets en wordt jaarlijks automatisch aangepast op basis van de evolutie van de afgevlakte gezondheidsindex (= het gemiddelde van de laatste 4 gezondheidsindexen).
Voor de jaren 2020 en 2021 betekent dit in concreto:
Artikel 5
Onderstaande reiskosten met betrekking tot verplaatsingen gemaakt in 2020 en 2021 werden terugbetaald aan de mandatarissen op basis van de ingediende verantwoordingsnota’s:
naam en voornaam | jaar |
eigen motorvoertuig - aantal kilometer |
parkeerkosten-bedrag in euro | openbaar vervoer- bedrag in euro | fiets- bedrag in euro |
Geyskens Annick | 2020 | 530 km - 50 km carpool | 24 | 18 | / |
2021 | 107 km | / | / | / |
[1] De vergoeding voor de bestuurder in geval van carpooling wordt verhoogd met 0,1805 euro per kilometer.
[2] De vergoeding voor de bestuurder in geval van carpooling wordt verhoogd met 0,1824 euro per kilometer.
[3] De vergoeding voor de bestuurder in geval van carpooling wordt verhoogd met 0,1835 euro per kilometer.
De gemeenteraad keurt de vakantieregeling schooljaar 2022-2023 voor de Hagelandse Academie voor Beeldende Kunst goed.
De vakantieregeling dient te worden opgemaakt rekening houdende met de officiële verlofdagen en de vastliggende vakantieperiodes.
In het deeltijds kunstonderwijs mogen twee facultatieve verlofdagen genomen worden. Er werd gekozen voor vrijdag 19 en zaterdag 20 mei 2023 van het hemelvaartweekend.
De vakantieregeling dient te worden opgemaakt rekening houdende met de officiële verlofdagen en de vastliggende vakantieperiodes.
In het deeltijds kunstonderwijs mogen twee facultatieve verlofdagen genomen worden. Er werd gekozen voor vrijdag 19 en zaterdag 20 mei 2023 van het hemelvaartweekend.
Het voorstel voor de vakantieregeling werd goedgekeurd door het bijzonder overlegcomité op 08.06.2022.
Enig artikel
Onderstaande vakantieregeling voor het schooljaar 2022-2023 voor de Hagelandse Academie, Kortakker 2 te 3202 Rillaar wordt goedgekeurd.
Hervatting van de lessen op donderdag 1 september 2022
Vrije dagen van het 1e trimester :
Vrije dagen van het 2e trimester :
Vrije dagen van het 3e trimester :
Zomervakantie :
Mevrouw Nele Weckhuyzen wordt aangesteld om te zetelen in de gemeenteraadscommissie voor
en dit voor de duur van de verhindering van de heer Thomas Salaets en in de functie die hij vervulde in de betrokken commissies.
Ingevolge
dient de samenstelling van de gemeenteraadscommissies aangepast.
Voorgesteld wordt om mevrouw Nele Weckhuyzen gedurende de periode van de verhindering van de heer Thomas Salaets aan te stellen om te zetelen in de gemeenteraadscommissie voor
en dit in de functie die dhr. Thomas Salaets vervulde in de betrokken commissies.
en dit voor de duur van de verhindering van de heer Thomas Salaets en in de functie die hij vervulde in de betrokken commissies.
Gelet op het resultaat van de geheime stemming voor de aanstelling van mevrouw Nele Weckhuyzen in de voornoemde gemeenteraadscommissies:
met 24 stemmen voor, 0 stemmen tegen, 0 stemmen onthouden.
Enig artikel
Mevrouw Nele Weckhuyzen wordt aangesteld om te zetelen in de gemeenteraadscommissie voor
en dit voor de duur van de verhindering van de heer Thomas Salaets en in de functie die hij vervulde in de betrokken commissies.
In toepassing van het decreet over het lokaal bestuur rapporteert de algemeen directeur jaarlijks aan de gemeenteraad over de organisatiebeheersing. De gemeenteraad neemt kennis van de bijgaande rapportering over de organisatiebeheersing met betrekking tot het jaar 2021.
Artikel 219 van het decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat de algemeen directeur jaarlijks rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing.
Artikel 217 van hetzelfde decreet definieert organisatiebeheersing als het geheel van maatregelen en procedures die ontworpen zijn om een redelijke zekerheid te verschaffen dat men:
1. de vastgelegde doelstellingen bereikt en de risico’s om deze te bereiken kent en beheerst;
2. wetgeving en procedures naleeft;
3. over betrouwbare financiële en beheersrapportering beschikt;
4. op een effectieve en efficiënte wijze werkt en de beschikbare middelen economisch inzet;
5. de activa beschermt en fraude voorkomt.
Het bijgaande rapport geeft uitvoering aan de voormelde verplichting. Het behandelt de organisatiebeheersing bij het lokaal bestuur in 2021 en de eerste helft van 2022.
Artikel 219 van het decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat de algemeen directeur jaarlijks rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing.
Artikel 217 van hetzelfde decreet definieert organisatiebeheersing als het geheel van maatregelen en procedures die ontworpen zijn om een redelijke zekerheid te verschaffen dat men:
1. de vastgelegde doelstellingen bereikt en de risico’s om deze te bereiken kent en beheerst;
2. wetgeving en procedures naleeft;
3. over betrouwbare financiële en beheersrapportering beschikt;
4. op een effectieve en efficiënte wijze werkt en de beschikbare middelen economisch inzet;
5. de activa beschermt en fraude voorkomt.
Het bijgaande rapport geeft uitvoering aan de voormelde verplichting. Het behandelt de organisatiebeheersing bij het lokaal bestuur in 2021 en de eerste helft van 2022.
Enig artikel
De gemeenteraad neemt kennis van de bijgaande rapportering over de organisatiebeheersing met betrekking tot het jaar 2021.
De gemeenteraad neemt kennis van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 13.05.2022 en besluit niet over te gaan tot verkoop van het deel van de buurtweg nr. 55 dat ligt tussen de eigendommen gelegen Gijmelstraat 60 A (1e afdeling, sectie A nr. 114B) en 60 B (1e afdeling, sectie A nr. 114C).
N.a.v. de vraag van een aangelande om een gedeelte van de buurtweg nr. 55 die grenst aan zijn terrein (Gijmelstraat 60 A) aan te kopen, ging de gemeenteraad in zitting van 10 juni 2021 principieel akkoord met de onderhandse verkoop van het deel van de buurtweg nr. 55 dat ligt tussen de eigendommen gelegen Gijmelstraat 60 A (1e afdeling, sectie A nr. 114B) en 60 B (1e afdeling, sectie A nr. 114C) met een vermoedelijke oppervlakte van 2a01ca.
De verkoopprijs werd berekend volgens de gemeenteraadsbeslissing van 18 mei 2015 tot 'bepaling van de te betalen (meer)waarde bij afschaffing of wijziging van buurt- en voetwegen' en bedraagt 16.483,50 euro.
Rekening houdend met artikel 293 van het decreet lokaal bestuur en de omzendbrief KB/ABB 2019/3 van 03.05.2019 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van erkende erediensten, met inachtneming van de principes van transparantie, gelijkheid, mededinging en publiciteit, werden de 3 aangelanden aangeschreven.
Twee aangelanden zijn geïnteresseerd met elk eigen argumenten.
Het is bijgevolg niet aangewezen als stad om hierin een beslissing te nemen ten voordele van de ene of de andere partij.
Vandaar het voorstel om de situatie te laten zoals ze nu is en niet over te gaan tot verkoop van het bedoeld perceel.
De verkoopprijs werd berekend volgens de gemeenteraadsbeslissing van 18 mei 2015 tot 'bepaling van de te betalen (meer)waarde bij afschaffing of wijziging van buurt- en voetwegen' en bedraagt 16.483,50 euro.
Rekening houdend met artikel 293 van het decreet lokaal bestuur en de omzendbrief KB/ABB 2019/3 van 03.05.2019 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van erkende erediensten, met inachtneming van de principes van transparantie, gelijkheid, mededinging en publiciteit, werden de 3 aangelanden aangeschreven.
Twee van de drie aangelanden zijn geïnteresseerd met elk eigen argumenten. Het is bijgevolg niet aangewezen als stad om hierin een beslissing te nemen ten voordele van de ene of de andere partij.
Om voornoemde reden wenst het college van burgemeester en schepenen niet over te gaan tot verkoop van het deel van de buurtweg nr. 55 dat ligt tussen de eigendommen gelegen Gijmelstraat 60 A (1e afdeling, sectie A nr. 114B) en 60 B (1e afdeling, sectie A nr. 114C).
Enig artikel
De gemeenteraad neemt kennis van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 13.05.2022 en besluit niet over te gaan tot verkoop van het deel van de buurtweg nr. 55 dat ligt tussen de eigendommen gelegen Gijmelstraat 60 A (1e afdeling, sectie A nr. 114B) en 60 B (1e afdeling, sectie A nr. 114C).
De gemeenteraad stemt in met de aanvulling van artikel 3 van de beslissing van de gemeenteraad van 12.12.2019 'belasting op het voltrekken van huwelijken 2020-2025'.
Artikel 3 van de beslissing van de gemeenteraad dd. 12.12.2019 'belasting op de voltrekking van huwelijken 2020-2025' bepaalt dat er uitsluitend huwelijken voltrokken worden:
Huwen op een wettelijke feestdag is niet voorzien.
VOORSTEL aan de gemeenteraad om
Artikel 3 van de beslissing van de gemeenteraad dd. 12.12.2019 'belasting op de voltrekking van huwelijken 2020-2025' bepaalt dat er uitsluitend huwelijken voltrokken worden:
Huwen op een wettelijke feestdag is niet voorzien.
Het college stelt voor een uitzondering te maken voor 11.11.2022. Dit is een vrijdag en een speciale datum die alleen bestaat uit de cijfers 1 en 2. Daarbij is 11 de helft van 22.
De belasting wordt vastgesteld op 150 euro zoals voor de huwelijken op zaterdagen en brugdagen.
Artikel 3 van de beslissing van de gemeenteraad van 12.12.2019 'belasting op het voltrekken van huwelijken 2020-2025' wordt aangevuld als volgt:
'Huwen is ook mogelijk op vrijdag 11.11.2022 tussen 9u en 13u en bij beschikbaarheid van de ambtenaar van de burgerlijke stand.
De belasting wordt voor die dag vastgesteld op 150 euro.'
De gemeenteraad stemt in met de kosteloze aanschaf van het perceel (ID kadastraal perceel 24652H0122/0H000) met een oppervlakte van 17m².
De heer Remi Verbeeck nam in naam van de familie Verbeeck afkomstig uit Langdorp contact op met de stad.
Naar aanleiding van het overlijden van zijn grootvader in 1969, werd in 1977 overgegaan tot verkoop van zijn eigendommen (bos en weiland). Bij de openbare verkoop werd een driehoekig perceeltje bos van 17 m² (Klein Opperstraat - ID kadastraal perceel 24652H0122/00H000) niet mee verkocht en bleef dit in onverdeeldheid.
Ondertussen zijn er al een 35-tal erfgenamen van dit stukje bos.
De familie wenst dit perceeltje bos kosteloos af te staan aan de stad, mits de stad de notariskosten voor haar rekening neemt.
Dit stukje bos kan gebruikt worden om een picknickbank of dergelijke op te plaatsen.
Er staan 2 à 3 dode bomen op maar voor de rest zijn er geen verdere zichtbare gebreken.
Bedoeld perceel zal aangeschaft worden door de stad Aarschot bij wijze van gratis grondafstand en om reden van openbaar nut.
Er is geen schatting nodig vermits deze grond gratis door de stad wordt verkregen.
De heer Remi Verbeeck nam in naam van de familie Verbeeck afkomstig uit Langdorp contact op met de stad.
Naar aanleiding van het overlijden van zijn grootvader in 1969, werd in 1977 overgegaan tot verkoop van zijn eigendommen (bos en weiland). Bij de openbare verkoop werd een driehoekig perceeltje bos van 17 m² (Klein Opperstraat - ID kadastraal perceel 24652H0122/00H000) niet mee verkocht en bleef dit in onverdeeldheid.
Ondertussen zijn er al een 35-tal erfgenamen van dit stukje bos.
De familie wenst dit perceeltje bos kosteloos af te staan aan de stad, mits de stad de notariskosten voor haar rekening neemt.
Dit stukje bos kan gebruikt worden om een picknickbank of dergelijke op te plaatsen.
Er staan 2 à 3 dode bomen op maar voor de rest zijn er geen verdere zichtbare gebreken.
Bedoeld perceel zal aangeschaft worden door de stad Aarschot bij wijze van gratis grondafstand en om reden van openbaar nut.
Er is geen schatting nodig vermits deze grond gratis door de stad wordt verkregen.
Artikel 1
Het perceel (ID kadastraal perceel 24652H0122/0H000) met een oppervlakte van 17m² zal kosteloos aangeschaft worden door de stad Aarschot bij wijze van gratis grondafstand en om reden van openbaar nut.
Artikel 2
De stad Aarschot neemt de notariskosten voor haar rekening.
De gemeenteraad neemt kennis van de agendapunten van de algemene vergadering van aandeelhouders van de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening die zal plaatsvinden op 29.06.2022. De volmachtdrager zal de stad op deze algemene vergadering vertegenwoordigen, er aan alle beraadslagingen en stemmingen deelnemen, alle voorstellen met betrekking tot de agenda goedkeuren, verwerpen of zich erover onthouden, alle akten, stukken, notulen, aanwezigheidslijsten ondertekenen en in het algemeen, het nodige doen.
De Gemeentelijke Holding NV - in vereffening organiseert op 29 juni 2022 om 14.00 uur een algemene vergadering van aandeelhouders.
De agenda ziet er als volgt uit:
Stad Aarschot werd per schrijven opgeroepen om deel te nemen aan de algemene vergadering van aandeelhouders van de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening die zal plaatsvinden op 29.06.2022 om 14.00 uur in het Bleupoint Brussels Business Centre, A. Reyerslaan 80 te 1030 Brussel.
Overeenkomstig de wettelijke regels terzake worden alle punten van de agenda louter ter kennisname meegedeeld aan de algemene vergadering. Zij worden dus niet ter stemming voorgelegd.
De gemeenteraad in vergadering van 11.06.2020 stelde raadslid Wendy De Rijck aan als volmachtdrager van de stad Aarschot om deel te nemen aan de (buitengewone) algemene vergaderingen van de Gemeentelijke Holding NV in vereffening gedurende de duur van dit legislatuur.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de agenda en het mandaat van de volmachtdrager te bepalen.
Stad Aarschot werd per schrijven opgeroepen om deel te nemen aan de algemene vergadering van aandeelhouders van de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening die zal plaatsvinden op 29.06.2022 om 14.00 uur in het Bluepoint Brussels Business Centre, A. Reyerslaan 80 te 1030 Brussel.
De agenda ziet er als volgt uit:
Overeenkomstig de wettelijke regels terzake worden alle punten van de agenda louter ter kennisname meegedeeld aan de algemene vergadering. Zij worden dus niet ter stemming voorgelegd.
De gemeenteraad in vergadering van 11.06.2020 stelde raadslid Wendy De Rijck aan als volmachtdrager van de stad Aarschot om deel te nemen aan de (buitengewone) algemene vergaderingen van de Gemeentelijke Holding NV in vereffening gedurende de duur van dit legislatuur.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de agenda en het mandaat van de volmachtdrager te bepalen.
Artikel 1
De gemeenteraad neemt kennis van de agendapunten van de algemene vergadering van aandeelhouders van de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening die zal plaatsvinden op 29.06.2022.
Artikel 2
De volmachtdrager zal de stad op deze algemene vergadering vertegenwoordigen, er aan alle beraadslagingen en stemmingen deelnemen, alle voorstellen met betrekking tot de agenda goedkeuren, verwerpen of zich erover onthouden, alle akten, stukken, notulen, aanwezigheidslijsten ondertekenen en in het algemeen, het nodige doen.
De heer Koen Nijs, gemeenteraadslid, wordt aangeduid om de gemeenteraad te vertegenwoordigen in de algemene vergadering en plaatselijke groep van vzw Leaderwerking Hageland voor de rest van de legislatuur.
De gemeenteraad duidde op 09.05.2019 mevrouw Annick Geyskens aan om de gemeenteraad te vertegenwoordigen in de Algemene Vergadering en de Plaatselijke Groep van de opdrachthoudende vereniging/rechtspersoon vzw Leaderwerking Hageland.
Naar aanleiding van de gewijzigde samenstelling van het college van burgemeester en schepenen wenst schepen Annick Geyskens haar mandaat als vertegenwoordiger van de stad in deze algemene vergadering en plaatselijke groep te beëindigen.
Voorgesteld wordt om raadslid Koen Nijs aan te duiden als vertegenwoordiger van de stad in de algemene vergadering en Plaatselijke Groep van vzw Leaderwerking Hageland voor de rest van de legislatuur.
De gemeenteraad duidde op 09.05.2019 mevrouw Annick Geyskens aan om de gemeenteraad te vertegenwoordigen in de Algemene Vergadering en de Plaatselijke Groep van de opdrachthoudende vereniging/rechtspersoon vzw Leaderwerking Hageland.
Naar aanleiding van de gewijzigde samenstelling van het college van burgemeester en schepenen wenst schepen Annick Geyskens haar mandaat als vertegenwoordiger van de stad in deze algemene vergadering en plaatselijke groep te beëindigen.
Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen om raadslid Koen Nijs aan te duiden als vertegenwoordiger van de stad in de algemene vergadering en Plaatselijke Groep van vzw Leaderwerking Hageland voor de rest van de legislatuur.
Gelet op het resultaat van de geheime stemming voor de aanstelling van de heer Koen Nijs als vertegenwoordiger in de algemene vergadering en Plaatselijke Groep:
met 24 stemmen voor, 0 stemmen tegen, 0 stemmen onthouden.
Enig artikel
De heer Koen Nijs, raadslid, Rillaarsebaan 51, 3200 Aarschot wordt aangeduid als gemeentelijke vertegenwoordiger voor de functie van vertegenwoordiger (stemgerechtigd lid) in de Algemene Vergadering en de Plaatselijke Groep in de opdrachthoudende vereniging/rechtspersoon vzw Leaderwerking Hageland voor de rest van de legislatuur.
De gemeenteraad stemt in met de wijziging van het reglement voor de ondersteuning van buurtfeesten van 22.05.2017.
Het stadsbestuur erkent het belang van een hecht sociaal weefsel in straten, buurten en wijken en wil de bewoners kansen bieden om initiatieven te nemen.
De financiële ondersteuning van dergelijke initiatieven gebeurt op basis van de beslissing van de gemeenteraad van 22.05.2017 houdende goedkeuring van het reglement voor de ondersteuning van buurtfeesten. Dit reglement is aan actualisering toe.
Aan de gemeenteraad wordt daarom een geactualiseerd reglement voorgelegd.
VOORSTEL tot aanpassingen
in artikel 4
De aanvraag kan niet alleen via het invullen van het standaard aanvraagformulier maar ook via het digitaal loket 'ondersteuning voor een buurtfeest aanvragen'.
Bij de feitelijke vereniging wordt het attest opgemaakt en ondertekend door 2 personen die verklaren actief betrokken te zijn bij de leiding van de feitelijke vereniging geïntegreerd in de vereiste verklaring op eer.
De natuurlijke persoon moet geen attest van woonst meer toevoegen bij de aanvraag.
De vermelding van de deelnameprijs bij de aanvraag wordt geschrapt.
in artikel 5
'... of een duidelijk afgebakend gedeelte ervan' wordt toegevoegd aan artikel 5 tweede zin.
in artikel 6
De voorwaarde dat het buurtfeest minimaal 2 dagdelen moet duren, wordt geschrapt.
Het buurtfeest moet plaatsvinden op het grondgebied van de stad Aarschot maar niet noodzakelijk op het openbaar domein.
Een lidmaatschap tot de Aarschotse Cultuurraad is geen vereiste voor het verkrijgen van een subsidie. Bijgevolg wordt deze zin geschrapt.
Het stadsbestuur erkent het belang van een hecht sociaal weefsel in straten, buurten en wijken en wil de bewoners kansen bieden om initiatieven te nemen.
De financiële ondersteuning van dergelijke initiatieven gebeurt op basis van de beslissing van de gemeenteraad van 22.05.2017 houdende goedkeuring van het reglement voor de ondersteuning van buurtfeesten. Dit reglement is aan actualisering toe.
Aan de gemeenteraad wordt daarom een geactualiseerd reglement voorgelegd.
VOORSTEL tot aanpassingen
in artikel 4
De aanvraag kan niet alleen via het invullen van het standaard aanvraagformulier maar ook via het digitaal loket 'ondersteuning voor een buurtfeest aanvragen'.
Bij de feitelijke vereniging wordt het attest opgemaakt en ondertekend door 2 personen die verklaren actief betrokken te zijn bij de leiding van de feitelijke vereniging geïntegreerd in de vereiste verklaring op eer.
De natuurlijke persoon moet geen attest van woonst meer toevoegen bij de aanvraag.
De vermelding van de deelnameprijs bij de aanvraag wordt geschrapt.
in artikel 5
'... of een duidelijk afgebakend gedeelte ervan' wordt toegevoegd aan artikel 5 tweede zin.
in artikel 6
De voorwaarde dat het buurtfeest minimaal 2 dagdelen moet duren, wordt geschrapt.
Het buurtfeest moet plaatsvinden op het grondgebied van de stad Aarschot maar niet noodzakelijk op het openbaar domein.
Een lidmaatschap tot de Aarschotse Cultuurraad is geen vereiste voor het verkrijgen van een subsidie. Bijgevolg wordt deze zin geschrapt.
(ter vervanging van de beslissing van de gemeenteraad van 22.05.2017 houdende goedkeuring van het reglement voor de ondersteuning van buurtfeesten)
Artikel 1 - algemene bepalingen
Binnen de kredieten voorzien in het meerjarenplan wordt onder de hierna vermelde voorwaarden een gemeentelijke subsidie verleend voor de organisatie van activiteiten die tot doel hebben de sociale contacten binnen een straat, buurt, wijk of een duidelijk afgebakend gedeelte ervan te bevorderen.
Artikel 2 - doelgroep
Organisaties met rechtspersoonlijkheid (o.a. vzw), feitelijke verenigingen en natuurlijke personen die als hoofddoel hebben de sociale contacten in de buurt te bevorderen door de organisatie van een straat-, buurt- of wijkfeest, kunnen beroep doen op dit subsidiereglement.
Artikel 3 - definitie
Onder straat-, buurt- of wijkfeest wordt in dit reglement verstaan:
Uitgesloten zijn:
Artikel 4 - aanvraag
Elke aanvraag moet gericht worden aan het college van burgemeester en schepenen via het standaard aanvraagformulier.
De aanvraag kan gebeuren via het standaard aanvraagformulier of via het digitaal loket 'ondersteuning voor een buurtfeest aanvragen'.
De aanvraag bevat ten minste volgende gegevens/documenten:
Het college van burgemeester en schepenen zal na controle van het aanvraagdossier door de bevoegde ambtenaar al dan niet zijn goedkeuring verlenen tot uitbetaling van de subsidie.
Artikel 5 - subsidie
Het subsidiebedrag wordt vastgesteld op 200 euro.
Eénzelfde straat, buurt of wijk of een duidelijk afgebakend gedeelte ervan komt slechts éénmaal per jaar in aanmerking voor de ondersteuning van een straat-, buurt- of wijkfeest.
Artikel 6 - beoordelingscriteria/voorwaarden
Elke aanvraag zal getoetst worden aan de hand van volgende criteria:
Artikel 7
Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de verdere uitwerking en de controle op de aanwending van de toelage overeenkomstig de bepalingen van de beslissing van de gemeenteraad van 10.03.2022 houdende goedkeuring van het reglement 'controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen'
Het college van burgemeester en schepenen kan de subsidie geheel of gedeeltelijk terugvorderen in de gevallen waarbij
Het stadsbestuur kan na afloop van de activiteiten bewijsstukken opvragen om de effectieve kosten vast te stellen. Indien de bewijsstukken onjuist of onvolledig zijn, kan het stadsbestuur de subsidie of een gedeelte ervan terugvorderen en/of toekomstige subsidiëring uitsluiten.
Artikel 8 - uitbetaling
De uitbetaling van de toelage zal vóór 31 december van het betrokken jaar plaatsvinden.
De gemeenteraad keurt het inventaris- en belastingreglement op leegstaande gebouwen goed.
Leegstand is één van de meest hinderlijke elementen in het straatbeeld van een handels- en/of dorpskern. Het heeft een nefaste impact op de beeldkwaliteit, het handelsapparaat en de sfeer en beleving in een handels- of dorpskern. Het is daarom wenselijk dat langdurige leegstand van handelspanden voorkomen en bestreden wordt.
VOORSTEL om een integraal leegstandsbeleid uit te rollen waarbij zowel stimulerende als ontradende maatregelen worden toegepast.
VOORSTEL voor een gemeentelijk reglement voor het inventariseren en belasten van leegstaande gebouwen.
Overwegende dat
Gelet op
De kredieten voor de dossierbehandeling en -opvolging door IGO dv werden voorzien (MJP104240).
De inkomsten ten gevolge van de belasting moeten worden ingeschreven in het MJP bij de eerstkomende budgetwijziging.
Artikel 1: Begripsomschrijving
Voor de toepassing van dit reglement worden volgende definities of indicaties gehanteerd:
1° Beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijze:
3° Gebouw: elk bebouwd onroerend goed, dat zowel het hoofdgebouw als de bijgebouwen omvat, met uitsluiting van bedrijfsruimten. Een bedrijfsruimte is de verzameling van alle percelen waarop zich minstens één bedrijfsgebouw bevindt, als één geheel te beschouwen en die toebehoren aan dezelfde eigenaar. Deze verzameling heeft een minimale oppervlakte van 5 aren. Uitgesloten is het perceel waarop zich een bedrijfsgebouw bevindt waarin de woning van de eigenaar een niet-afsplitsbaar onderdeel uitmaakt en dat nog effectief wordt benut als verblijfplaats;
4° Leegstaand gebouw: een gebouw waarvan meer dan de helft van de totale vloeroppervlakte niet overeenkomstig de functie van het gebouw wordt aangewend gedurende een periode van ten minste twaalf opeenvolgende maanden. Daarbij wordt geen rekening gehouden met woningen die deel uitmaken van het gebouw. De functie van het gebouw is deze die overeenkomt met een voor het gebouw of voor gedeelten daarvan afgeleverde omgevingsvergunning of meldingsakte zoals vermeld in artikel 6 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning. Bij een gebouw waarvoor geen vergunning of melding voorhanden is of waarvan de functie niet duidelijk uit een vergunning of melding blijkt, wordt deze functie afgeleid uit het gewoonlijk gebruik van het gebouw voorafgaand aan het vermoeden van leegstand, zoals dat blijkt uit aangiften, akten of bescheiden. Een gebouw dat in hoofdzaak gediend heeft voor een economische activiteit, vermeld in artikel 2, 2°, van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, wordt niet beschouwd als leegstaand zolang de oorspronkelijke beoefenaar van deze activiteit een gedeelte van het gebouw bewoont en dat gedeelte niet afsplitsbaar is. Een gedeelte is eerst afsplitsbaar indien het na sloping van de overige gedeelten kan worden beschouwd als een afzonderlijke woning die voldoet aan de bouwfysische vereisten.
5° Leegstandsregister: het gemeentelijk register dat de lijst bevat van leegstaande woningen en gebouwen;
6° Opnamedatum: datum waarop de woning of het gebouw in het leegstandsregister wordt opgenomen;
7° Registerbeheerder: De door IGO div aangestelde personeelsleden die belast worden met de opmaak, het beheer en de actualisering van het gemeentelijk leegstandsregister voor woningen en gebouwen;
8° Verjaardag: het ogenblik van het verstrijken van elke periode van 12 maanden vanaf de opnamedatum, zolang de woning of het gebouw niet uit het leegstandsregister is geschrapt;
9° Zakelijk gerechtigde: de houder van een van de volgende zakelijke rechten:
10° Kernwinkelgebied: volgende straten behoren tot het kernwinkelgebied. Waar huisnummers worden vermeld, beperkt het reglement zich tot de opgegeven nummers. In de andere gevallen worden de volledige straten bedoeld.
HOOFDSTUK I: LEEGSTANDSREGISTRATIE
Artikel 2: bevoegdheid inzake opmaak, het beheer en de actualisering van het leegstandsregister
§1. De gemeente draagt in navolging van de overeenkomst inzake ondersteuning van het lokaal woonbeleid met IGO div, de bevoegdheid tot opmaak, het beheer en de actualisering van het gemeentelijk leegstandsregister over aan de dienstverlenende intergemeentelijke vereniging IGO. Concreet betekent dit dat de door IGO div aangeduide personeelsleden, de registerbeheerders, belast worden met volgende taken:
§2. Het college van burgemeester en schepenen blijft exclusief bevoegd voor de beroepen tegen de opname in het leegstandsregister, de beslissingen inzake het toekennen van vrijstellingen m.b.t. de gemeentelijke leegstandsbelasting, de bezwaren tegen het aanslagbiljet en de beroepen tegen de beslissing over het verzoek tot schrapping.
Artikel 3: Leegstandsregister
§1. De registerbeheerder maakt een lijst met leegstaande gebouwen op die worden opgenomen in het leegstandsregister.
§2. Elk register bevat minimum volgende gegevens:
De opnamedatum is de datum waarop het gebouw voor de eerste keer in het leegstandsregister wordt opgenomen. Als datum geldt de datum van opmaak van het opnameattest tot vaststelling van de leegstand.
§3. De opnamedatum is ook het referentiepunt om de verjaardag te bepalen.
Artikel 4: Vaststelling van leegstand
§1. De registerbeheerder spoort de leegstand op en maakt en een verslag op van de indicaties die de leegstand staven.
De beoordeling van leegstand gebeurt op basis van één of meerdere objectieve indicaties zoals vermeld in de volgende lijst:
§2. Een nieuw gebouw wordt als leegstaand beschouwd indien dat gebouw binnen zeven jaar na de afgifte van een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen in laatste administratieve aanleg niet aangewend wordt overeenkomstig de functie.
§3. Een gebouw dat geïnventariseerd staat als verwaarloosd, kan eveneens opgenomen worden in het leegstandsregister en omgekeerd.
Artikel 5: Opmaak en kennisgeving van het opnameattest leegstand
§1. Elk opnameattest bevat volgende gegevens:
§2. De zakelijk gerechtigde(n) worden per beveiligde zending in kennis gesteld van de beslissing tot opname in het leegstandsregister. De kennisgeving bevat:
Artikel 6: Beroep tegen opname in het leegstandsregister
§1. Binnen een termijn van dertig dagen, ingaand de dag van de beveiligde zending van het opnameattest, kan de zakelijk gerechtigde bij het college van burgemeester en schepenen beroep aantekenen tegen de beslissing tot opname in het leegstandsregister.
Het beroepschrift moet ondertekend zijn en per beveiligde zending overgemaakt worden. Het dient minstens volgende gegevens te bevatten:
Als datum van het beroepschrift wordt de datum van de beveiligde zending gehanteerd.
Als het beroepschrift wordt ingediend door een persoon die optreedt namens de zakelijk gerechtigde, voegt hij bij het dossier een schriftelijke machtiging tot vertegenwoordiging, tenzij hij optreedt als raadsman die ingeschreven is aan de balie als advocaat of als advocaat- stagiair.
§2. Aan de indiener van een beroepschrift wordt een ontvangstbevestiging verstuurd.
§3. Het beroepschrift is onontvankelijk als:
Als het beroep onontvankelijk is, wordt dat aan de indiener meegedeeld.
§4. Als het beroep ontvankelijk is, wordt de gegrondheid onderzocht. Dit kan gebeuren op basis van bijgevoegde stukken maar ook door een feitenonderzoek ter plaatse. Het beroep wordt geacht ongegrond te zijn als de toegang tot het gebouw geweigerd of verhinderd wordt voor het feitenonderzoek.
§5. Het college van burgemeester en schepenen doet uitspraak over het beroepschrift en betekent zijn beslissing aan de indiener binnen een termijn van negentig dagen, die ingaat op de dag na deze van de betekening van het beroepschrift. De uitspraak wordt per beveiligde zending betekend.
§6. Indien het beroep onontvankelijk of ongegrond verklaard wordt de opname van het gebouw in het leegstandsregister definitief. De datum van opname is de datum van het opnameattest.
Artikel 7: Schrapping uit het leegstandsregister
§1. De zakelijk gerechtigde kan een gemotiveerd verzoek tot schrapping richten tot de registerbeheerder. Dit verzoek bevat:
§2. Als datum van het verzoek wordt de datum van de aangetekende verzending gehanteerd.
§3. Een gebouw wordt uit het leegstandsregister geschrapt als de zakelijk gerechtigde bewijst dat meer dan de helft van de totale vloeroppervlakte overeenkomstig de functie aangewend wordt én verbonden is aan een actieve onderneming via een geregistreerde vestigingsplaats in de kruispuntbank van ondernemingen (KBO) gedurende een termijn van ten minste zes opeenvolgende maanden. De datum van schrapping is de eerste dag van de aanwending overeenkomstig haar functie.
§4. Een gesloopt leegstaand gebouw wordt als onbestaande beschouwd en geschrapt uit het leegstandsregister van zodra de werken beëindigd zijn en alle puin van het perceel is verwijderd. Als schrappingsdatum geldt de datum van het oudste bewijsstuk dat de beëindiging van de sloopwerken en het geruimde puin kan verifiëren. De bewijslast ligt bij de zakelijk gerechtigde en kan, uitgezonderd de eed, op verschillende wijzen aangeleverd worden.
Als de zakelijk gerechtigde conform artikel 7 §1. geen bewijsstukken bij het gemotiveerd verzoek tot schrapping voegt, neemt de registerbeheerder de dag van melding van de sloop als schrappingsdatum na onderzoek ter plaatse dat de beëindiging van de sloopwerken en de ruiming van het puin bevestigt.
§6. Na onderzoek neemt de administratie een beslissing binnen een termijn van orde van twee maanden na ontvangst van het verzoek.
§7. Tegen de beslissing over het verzoek tot schrapping kan de zakelijk gerechtigde beroep aantekenen volgens de procedure, vermeld in artikel 6.
HOOFDSTUK II: BELASTINGEN
Artikel 8:
§1. Er wordt voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025 een jaarlijkse gemeentebelasting gevestigd op de gebouwen die gedurende minstens twaalf opeenvolgende maanden zijn opgenomen in het leegstandsregister.
§2. De belasting voor een leegstaand gebouw is voor het eerst verschuldigd vanaf het ogenblik dat dat gebouw gedurende twaalf opeenvolgende maanden is opgenomen in het leegstandsregister.
§3. Zolang het leegstaande gebouw niet uit het leegstandsregister is geschrapt en er geen lopende vrijstelling van de leegstandsbelasting is, is deze verschuldigd op het ogenblik van het verstrijken van elke nieuwe periode van twaalf maanden.
Artikel 9: Belastingplichtige
§1. Belastingplichtig is diegene die op het ogenblik van het verschuldigd worden van de belasting zakelijk gerechtigde is van het leegstaande gebouw.
§2. Als er meerdere zakelijk gerechtigden zijn, zijn deze hoofdelijk aansprakelijk voor de totale belastingschuld, dat wil zeggen dat het volledige bedrag van de belasting bij één van hen kan worden opgeëist.
§3. Bij overdracht van het zakelijk recht moet de overdrager de verkrijger op de hoogte brengen van de opname van het gebouw in het leegstandsregister. Daarnaast moet de overdrager van het zakelijk recht de gemeente per aangetekend schrijven een kopie van de notariële akte of een attest van de notaris bezorgen, binnen twee maanden na het verlijden van deze akte. De kopie bevat minstens volgende gegevens:
Bij ontstentenis van deze kennisgeving wordt de overdrager van het zakelijk recht als belastingplichtige beschouwd voor het eerstvolgende aanslagjaar.
Artikel 10: Tarief en berekening
§ 1. De belasting voor een leegstaand gebouw binnen het kernwinkelgebied bedraagt 250,00 euro per strekkende meter gevellengte van het gebouw. Als gevellengte wordt beschouwd de projectie van de afstand tussen de uiterste punten van de gebouwen op de straatzijde. De belastbare lengte wordt steeds in volle meter uitgedrukt.
De gedeelten kleiner dan een halve meter worden weggelaten; de gedeelten gelijk aan of boven een halve meter worden aangerekend als volle meter. Wanneer het gebouw paalt aan twee of meer straten, zal de grondslag voor de belastingberekening de helft van de som van de gevellengten van elk der straatzijden in aanmerking genomen worden.
De minimumaanslag per gebouw bedraagt 2.500,00 euro.
Per bijkomende nieuwe termijn van twaalf maanden dat het gebouw of de woning in het leegstandsregister staat, wordt de belasting vermeerder met 100 %.
De verschuldigde belasting voor gebouwen bedraagt dan voor:
§ 2. De belasting voor een leegstaand gebouw buiten het kernwinkelgebied bedraagt 130,00 euro per strekkende meter gevellengte van het gebouw. Als gevellengte wordt beschouwd de projectie van de afstand tussen de uiterste punten van de gebouwen op de straatzijde. De belastbare lengte wordt steeds in volle meter uitgedrukt.
De gedeelten kleiner dan een halve meter worden weggelaten; de gedeelten gelijk aan of boven een halve meter worden aangerekend als volle meter. Wanneer het gebouw paalt aan twee of meer straten, zal de grondslag voor de belastingberekening de helft van de som van de gevellengten van elk der straatzijden in aanmerking genomen worden.
De minimumaanslag per gebouw bedraagt 1.300,00 euro.
Per bijkomende nieuwe termijn van twaalf maanden dat het gebouw of de woning in het leegstandsregister staat, wordt de belasting vermeerder met 100 %.
De verschuldigde belasting voor gebouwen bedraagt dan voor:
Artikel 11: Vrijstellingen
§1. Uitsluitend de vrijstellingen die opgesomd zijn in artikel 11§4 van dit reglement worden toegepast en kunnen slechts aangevraagd worden via het daartoe bestemde aanvraagformulier, dat als bijlage aan dit reglement opgenomen werd. Dit aanvraagformulier wordt, vergezeld van de nodige bewijsstukken, per beveiligde zending bezorgd aan het college van burgemeester en schepenen.
§2. Een aanvraag van een vrijstelling via het aanvraagformulier vermeld in artikel 11§1 moet het college van burgemeester en schepenen bereikt hebben voor het verstrijken van de eerste of een volgende termijn van twaalf maanden na datum van opname in het leegstandsregister. Eens de verjaardag van de opnamedatum is verlopen, kan er geen vrijstelling meer gevraagd worden voor die periode en zal de belasting verschuldigd zijn.
§3. Een aanvraag van een verlenging van een vrijstelling via het aanvraagformulier vermeld in artikel 11§1 moet het college van burgemeester en schepenen bereikt hebben voor de verjaardag van de inventarisatie. Eens de lopende vrijstelling verstreken is, kan er geen verlenging van deze vrijstelling meer gevraagd worden.
§4. Op basis van volgende gronden kan een vrijstelling verleend worden:
1° Het gebouw is vrijgesteld als de belastingplichtige minder dan 12 maanden het zakelijk recht over het gebouw heeft. Deze vrijstelling geldt tot 24 maanden na het verkrijgen van het zakelijk recht op dit gebouw. Dit bewijs dient afgeleverd te worden door het voorleggen van een attest van de notaris waaruit blijkt vanaf welke datum de belastingplichtige eigenaar is geworden of door het voorleggen van de notariële akte.
2° Het gebouw is vrijgesteld wanneer het gelegen is binnen de grenzen van een door de bevoegde overheid goedgekeurd onteigeningsplan of geen voorwerp meer kan uitmaken van een omgevingsvergunning omdat een voorlopig of definitief onteigeningsplan is vastgesteld.
3° Het gebouw is vrijgesteld wanneer het vernield of beschadigd werd ten gevolge van een plotse ramp, voor zover kan worden aangetoond dat dit de rechtstreekse oorzaak is van de leegstand. Deze vrijstelling geldt gedurende een periode van 36 maanden volgend op de datum van de vernieling of beschadiging.
5° Het gebouw is vrijgesteld wanneer het gerenoveerd wordt blijkens een niet vervallen omgevingsvergunning voor zover kan worden aangetoond dat dit de rechtstreekse oorzaak is van de leegstand. Deze vrijstelling geldt gedurende een termijn van 24 maanden volgend op de datum van aflevering van de vergunning.
6° Het gebouw is vrijgesteld wanneer het gerenoveerd wordt zonder dat er een omgevingsvergunning vereist is voor zover kan worden aangetoond dat dit de rechtstreekse oorzaak is van de leegstand. In dit geval moet er een renovatiedossier voorgelegd worden dat minstens de volgende elementen bevat:
De aanvrager geeft toelating om het gebouw en de geplande en uitgevoerde werken te controleren. De bevoegde overheid kan de aanvraag weigeren wanneer de bedoelde werken en investeringen onvoldoende zijn om 12 maanden te duren en/of wanneer de woning na de werken nog niet zou voldoen aan de normen van de Vlaamse wooncode.
Deze vrijstelling geldt per gebouw voor een periode van 12 maanden en is tweemaal aaneensluitend verlengbaar voor telkens 12 maanden. De aanvrager voegt bij de verlengingsaanvraag:
7° Het gebouw is vrijgesteld wanneer een omgevingsvergunning afgeleverd werd voor sloopwerkzaamheden. Deze vrijstelling geldt gedurende een termijn van 12 maanden volgend op de datum van aflevering van de omgevingsvergunning en kan per gebouw slechts 1 keer aangevraagd worden.
8° Het gebouw is vrijgesteld wanneer deze is opgenomen in het gemeentelijk register van verwaarloosde woningen en/of gebouwen en er hiervoor een gemeentelijke belasting verschuldigd is door de zakelijk gerechtigde conform het gemeentelijk belastingreglement. Indien het gebouw zich op beide inventarissen bevindt, kan er geen vrijstelling toegekend worden als de anciënniteit op de gemeentelijke leegstandsinventaris hoger is dan die van het gemeentelijk register van verwaarloosde woningen en/of gebouwen.
10° Het gebouw is vrijgesteld wanneer het beschermd is als monument of stads- of dorpsgezicht, voor zover kan worden aangetoond dat dit de rechtstreekse oorzaak is van de leegstand. Deze vrijstelling geldt tot 60 maanden vanaf de beslissing tot bescherming of opname op de inventaris.
11° Het gebouw is vrijgesteld wanneer het onmogelijk daadwerkelijk gebruikt kan worden omwille van een verzegeling in het kader van een strafrechtelijk onderzoek of omwille van een expertise in het kader van een gerechtelijke procedure. Deze vrijstelling geldt gedurende een periode van 12 maanden volgend op de aanvang van de onmogelijkheid tot daadwerkelijk gebruik. Deze vrijstelling kan telkens voor een periode van 12 maanden verlengd worden. De bewijslast hiervan ligt bij de belastingplichtige.
12° De houder van het zakelijk recht ontvangt een gedeeltelijke vrijstelling indien hij het gebouw binnen de 12 maanden, voorafgaand aan de respectievelijke inventarisatiedatum gedurende een, al dan niet aaneengesloten periode van 3 maanden, gratis ter beschikking heeft gesteld als etalage of expositieruimte, eventueel met mogelijkheid tot verkoop. Deze vrijstelling bedraagt de helft van de leegstandsheffing, zoals berekend in toepassing van artikel 10 § 1 en § 2.
13° De houder van het zakelijk recht ontvangt een gedeeltelijke vrijstelling indien hij het gebouw binnen de 12 maanden, voorafgaand aan de respectievelijke inventarisatiedatum gedurende een, al dan niet aaneengesloten periode van 3 maanden, ter beschikking heeft gesteld voor een pop-up handels- of horecazaak en zolang de functiewijziging strookt met de bepalingen die in omschreven zones gelden. De vergoeding voor de ter beschikkingstelling bedraagt 0 euro. De vergoeding voor het nutsverbruik mag marktconform doorgerekend worden aan de eindgebruiker. Deze vrijstelling bedraagt de helft van de leegstandsheffing, zoals berekend in toepassing van artikel 10.
§4. De vrijstelling van belasting heeft geen impact op de opname van het gebouw in het leegstandsregister. De anciënniteit van opname in het leegstandsregister blijft doorlopen tijdens de periode van vrijstelling. Dit betekent dat wanneer de reden tot vrijstelling komt weg te vallen, de belasting zal worden berekend op basis van de opnamedatum.
Artikel 12: Wijze van invordering
De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 13: Betalingstermijn
De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 14: Bezwaar tegen de belasting
Binnen een termijn van drie maanden, te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of vanaf de kennisgeving van de aanslag, kan de zakelijk gerechtigde bij het college van burgemeester en schepenen bezwaar aantekenen tegen de beslissing tot de belasting. Het bezwaarschrift wordt gedagtekend en per beveiligde zending overgemaakt, ondertekend en gemotiveerd zijn en dient minstens de volgende gegevens te bevatten:
De indiener van het bezwaarschrift ontvangt een ontvangstmelding binnen 15 kalenderdagen.
Artikel 15:
Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 (aanslagtermijnen), 7 tot en met 9bis (rechtsmiddelen, invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintrest, rechten en voorrechten van de schatkist, verjaring van de rechten van de schatkist) van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing, voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen.
Artikel 16: Inwerkingtreding
Dit reglement treedt in werking op 01.07.2022 en vervangt alle voorafgaande reglementen met betrekking tot het inventariseren en belasten van leegstaande woningen en gebouwen.
Artikel 17: Lopende vrijstellingen
Vrijstellingen die toegekend zijn op basis van het gemeentelijk reglement inventarisatie en belasting op leegstand van 12.12.2019 blijven geldig voor de looptijd bepaald in dat reglement.
De gemeenteraad keurt het reglement Schot in je zaak! ter bevordering van de invulling van handelspanden goed.
Leegstand is één van de meest hinderlijke elementen in het straatbeeld van een handels- en/of dorpskern. Het heeft een nefaste impact op de beeldkwaliteit, het handelsapparaat en de sfeer en beleving in een handels- of dorpskern. Het is daarom wenselijk dat langdurige leegstand van handelspanden voorkomen en bestreden wordt.
VOORSTEL om een integraal leegstandsbeleid uit te rollen waarbij zowel stimulerende als ontradende maatregelen worden toegepast.
VOORSTEL voor een gemeentelijk reglement voor het faciliteren van de invulling van handelspanden.
Overwegende dat
Schot in je Zaak: een pakket maatregelen ter bevordering van de invulling van handelspanden:
Een persoonlijke aanpak op maat staat voorop. Eigenaars worden eerst - individueel - benaderd door de dienst Economie en/of de bevoegde schepen om de specifieke situatie te bespreken en om samen een oplossing op maat te zoeken.
Louter intekenen op 'Schot in je zaak' volstaat niet om in aanmerking te komen voor een vrijstelling. Intekening in 'Schot in je zaak' moet de invulling van een leegstaand handelspand faciliteren zodat het niet langer heffingsplichtig is.
De nodige kredieten werden voorzien voor 2022 en de volgende jaren met een maximum van 12.000,- euro per jaar (MJP104489).
Voorafgaande bepalingen:
Artikel 1. Begripsomschrijving
Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:
Artikel 2. Voorwaarden
§ 1. Dit reglement is enkel van toepassing op een financiële ondersteuning van een pop-up store in het kader van het leegstandsbeleid ‘Schot in je zaak’.
§ 2. Het betreft handelszaken die rechtstreekse en persoonlijke diensten en/of goederen verkopen aan eindgebruikers. Er is sprake van een commerciële activiteit, een etalagefunctie en een commerciële oppervlakte die publiek toegankelijk is.
§ 3. Het handelspand moet in verhuurbare staat zijn. Onder verhuurbare staat wordt verstaan dat het pand voorzien moet zijn van nutsvoorzieningen, brandveilig zijn (attesten voor te leggen), er moet minimaal vloerbedekking aanwezig zijn. Het voorzien van een verzekering voor inboedel en (handels)activiteit valt onder de verantwoordelijkheid van de huurder.
§ 4. De ter beschikkingstelling voor een tijdelijke invulling dient minstens 6 maanden aaneengesloten te gebeuren.
§ 5. De maximale huurprijs voor een tijdelijke invulling dient te berekend te worden op basis van onderstaand schema. De eigenaar kan zelf beslissen om een lagere huurprijs te hanteren.
Gebruikstermijn |
WVO in m² |
maandelijkse gebruiksvergoeding |
6 maanden |
0 – 49 m² |
650,00 euro |
50 -‐ 99 m² |
750,00 euro |
|
100 -‐ 249 m² |
850,00 euro |
|
+ 250 m² |
950,00 euro |
|
1 jaar |
0 – 49 m² |
750,00 euro |
50 -‐ 99 m² |
850,00 euro |
|
100 -‐ 249 m² |
950,00 euro |
|
+ 250 m² |
1.050,00 euro |
§ 6. Volgende invullingen komen niet in aanmerking voor een financiële ondersteuning:
§ 7. Eigenaars die hun pand te huur aanbieden via de Schot in je zaak-actie, duiden dit aan via de kenmerkende visuals. De stad voorziet het nodige materiaal (raamstickers, pancartes).
§ 8. Eigenaars die hun handelspand verhuren via de Schot in je zaak-actie gaan ermee akkoord dat de contactgegevens van de eigenaar of de bemiddelingsinstantie (vb. immokantoor of verhuurmaatschappij) en de basisgegevens van het te huur aangeboden pand worden meegedeeld aan geïnteresseerde ondernemers en potentiële huurders.
§ 9. Enkel eigenaars die een pand verhuren in het kader van de Schot in je zaak-actie kunnen een pop-up subsidie aanvragen. Wanneer niet meer voldaan wordt aan de gestelde voorwaarden, kan de eigenaar het pand niet langer te huur aanbieden via de Schot in je zaak-actie. De eigenaar heeft bijgevolg geen recht meer op een pop-up subsidie.
§ 10. Indien het pand wordt aangeboden in kader van de Schot in je zaak-actie en het pand is niet ingevuld, kan de stad het pand gratis gebruiken voor ad hoc stedelijke initiatieven zoals een modeshow, een netwerkavond of een lezing, een etalage-invulling…. Het nutsverbruik is in dit geval ten laste van de stad.
Artikel 3. Subsidiebedragen
§ 1. Voor de uitbater van de pop-up store wordt een eenmalige ondersteuning voorzien van maximum 1.000,- euro na voorlegging van facturen: vb. reclame- en publiciteitskosten, inrichtingskosten, pop-up huurovereenkomst (≥ 6 maanden en ≤ 12 maanden)…
§ 2. Voor de eigenaar wordt een eenmalige ondersteuning voorzien van maximum 1.000,- euro per handelspand na voorlegging facturen: vb. brandverzekering, leegstandsheffing, verhuurklaar maken van het pand…
Artikel 4. Aanvraag
§ 1. De aanvraag kan enkel gebeuren via het daartoe voorziene aanvraagformulier op de website van de stad Aarschot. Dit aanvraagformulier moet volledig ingevuld zijn. De volgende documenten moeten worden toegevoegd:
§ 2. De geleverde gegevens zullen door de bevoegde stadsdiensten strikt vertrouwelijk behandeld worden.
§ 3. Indien de vereiste documenten niet bij het aanvraagformulier gevoegd zijn, zal de aanvraag als onontvankelijk worden beschouwd. De aanvrager zal hiervan schriftelijk in kennis worden gesteld. Nadien kan er eventueel een volledig nieuwe aanvraag worden ingediend.
Artikel 5. Bijkomende bepalingen
§ 1. De eigenaar krijgt een raamsticker om aan te geven dat het pand voldoet aan het kwaliteitslabel van de Schot in je zaak-campagne. Op de sticker wordt tevens vermeld:
§ 2. Het pand wordt gepromoot via de stadsdiensten.
§ 3. Het pand wordt gecommuniceerd naar geïnteresseerde ondernemers.
§ 4. Het aanbieden van een handelspand onder het Schot in je zaak-label volstaat niet om een vrijstelling te bekomen.
Artikel 6.
Na goedkeuring van de aanvraag door het college van burgemeester en schepenen op basis van de ingediende en aanvaarde kopieën van de facturen en van de noodzakelijke kopieën van documenten (artikel 4 § 1.) zal de subsidie overgemaakt worden op het opgegeven rekeningnummer van zodra de zaak effectief geopend is.
Artikel 7.
§ 1. De ondersteuningssubsidie toegekend en/of betaald op basis van onjuiste gegevens, het niet naleven van de wettelijke verplichtingen of valse verklaringen afgelegd met het oog op het onrechtmatig genieten van de subsidie, zal teruggevorderd worden, vermeerder met de gerechtelijke interest.
§ 2. Eveneens zal de subsidie, verhoogd met de gerechtelijke interest, teruggevorderd worden wanneer:
§ 3. Alle betwistingen en interpretatieproblemen worden beslecht door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 8.
§ 1. Er is een subsidiepot voorzien van 12.000,- euro per jaar. Omwille hiervan worden de dossiers behandeld op basis van het FIFO-principe (first in, first out).
§ 2. De subsidie kan gecumuleerd worden met andere handelssubsidies van de stad (vb. gevelrenovatie…).
§ 3. Eenzelfde kost kan echter geen tweemaal in rekening worden gebracht.
§ 4. Indien het gaat om een nieuwe vestiging/verkooppunt van een bestaande handelszaak (binnen of buiten het kernwinkelgebied) wordt dit beschouwd als een bestaande handelszaak en heeft de uitbater geen recht op een pop-up subsidie.
§ 5. Ingediende facturen moeten gedateerd zijn vanaf de inwerkingtreding van dit reglement, i.e. 1 juli 2022.
Artikel 8.
Het uitbaten van een pop-up store zal niet resulteren in een schrapping van de handelszaak op de leegstandslijst. Nieuwe uitbaters van en pop-up store worden gevrijwaard van de kosten voor het uitvoeren van een brandveiligheidscontrole indien het retributiereglement dit toelaat.
Artikel 9.
Dit reglement treedt in werking op 1 juli 2022.
De gemeenteraad keurt het subsidiereglement ter verfraaiing/ter verbetering van handelspanden goed.
Leegstand is één van de meest hinderlijke elementen in het straatbeeld van een handels- en/of dorpskern. Het heeft een nefaste impact op de beeldkwaliteit, het handelsapparaat en de sfeer en beleving in een handels- of dorpskern. Het is daarom wenselijk dat langdurige leegstand van handelspanden voorkomen en bestreden wordt.
VOORSTEL om een integraal leegstandsbeleid uit te rollen waarbij zowel stimulerende als ontradende maatregelen worden toegepast.
VOORSTEL voor een gemeentelijk reglement voor het faciliteren van de verfraaiing van handelspanden zodat handelspanden aangepast kunnen worden aan de huidige noden van ondernemers om het verhuren ervan te faciliteren.
Overwegende dat
De nodige kredieten moeten worden voorzien bij de eerstkomende budgetwijziging.
Noot: De subsidie kan pas uitgekeerd worden na oplevering van de werken en na een gunstige beoordeling van het aanvraagdossier.
Noot: De stad Aarschot kan vanaf 15 augustus subsidies aanvragen bij VLAIO: er is Vlaamse cofinanciering mogelijk als gemeenten op basis van een eigen gemeentelijk reglement aan handelaars of eigenaars van handelspanden een premie toekennen voor investeringen aan het handelspand (gevelverfraaiing, aanpassingswerken om panden te vergroten of op te delen...).
Artikel 1: Begripsomschrijving
Voor de toepassing van dit reglement worden volgende definities of indicaties gehanteerd:
1° Handelszaak: elke commerciële onderneming waarvoor een inschrijving in de Kruispuntbank van Ondernemingen vereist is en die de uitoefening van een kleinhandel of horecazaak tot doel heeft.
2° Handelspand: het onroerend goed, waarin de handelszaak wordt uitgebaat, met uitsluiting van alle delen die niet uitsluitend gebruikt worden ten behoeve van de uitbating van de handelszaak.
3° Handelaar: de uitbater, natuurlijke of rechtspersoon, van de handelszaak.
4° Commerciële ruimte: oppervlakte bestemd voor de verkoop en toegankelijk voor publiek.
5° Kernwinkelgebied: volgende straten behoren tot het kernwinkelgebied. Waar huisnummers worden vermeld, beperkt het reglement zich tot de opgegeven nummers. In de andere gevallen worden de volledige straten bedoeld.
HOOFDSTUK I: ALGEMENE VOORWAARDEN
Artikel 2. Begunstigden
De subsidie kan aangevraagd worden door een natuurlijke persoon of een rechtspersoon die:
Artikel 3. Cumuleerbaarheid
§ 1. De subsidies vermeld in dit reglement zijn cumuleerbaar met andere stedelijke subsidies.
§ 2. De maximale totale subsidie voor alle subsidietypes samen bedraagt 15.000,- euro per handelspand.
Artikel 4. Toepassingsgebied
§ 1. De subsidie is enkel van toepassing op handelspanden:
§ 2. Het handelspand moet ten minste vijf jaar na uitkering van de subsidie zonder onderbreking de stedenbouwkundige bestemming van handel of horeca behouden.
§ 3. Het handelspand moet ten minste 5 jaar na uitkering van de subsidie een handelszaak herbergen, tenzij er sprake is van overmacht. In de periode van 5 jaar na de uitbetaling van de subsidie moet de handelszaak ten minste 5 dagen per week geopend zijn, met een minimum gemiddelde van 5 uren per dag. Voor horecazaken geldt dat ze minstens 4 dagen per week, met een minimum gemiddelde van 5 uren per dag geopend zijn. Inden de zaak enkel op afspraak open is, kan er geen subsidie verkregen worden.
§ 4. Aanpassingswerken komen enkel in aanmerking voor de subsidies vermeld in artikel 3 voor zover:
§ 5. Activiteiten die uitdrukkelijk uitgesloten worden:
§ 6. Kosten die uitdrukkelijk uitgesloten worden:
HOOFDSTUK II: SUBSIDIEERBARE WERKEN
Artikel 5. Gevelrenovatie van handelspanden binnen het kernwinkelgebied en de winkelkern Rillaar
§ 1. In de laatste 10 jaar werd nog geen premie voor gevelrenovatie toegekend door de stad Aarschot voor het betrokken pand;
§ 2. De renovatie maakt deel uit van een volledige gevelrenovatie;
§ 3. De aanvrager is verplicht onvergunde gevelconstructies te verwijderen.
Artikel 6. Aanpassingswerken voor wonen of werken boven handelszaken in het kernwinkelgebied en de winkelkern Rillaar
§ 1. Enkel verbouwingswerken die wonen of werken boven handelszaken in het kernwinkelgebied mogelijk maken, komen in aanmerking voor de subsidie:
§ 2. De toegankelijk gemaakte woonruimtes moeten als voorwaardige woningen kunnen beschouwd worden en hebben minimum 60 m² woonoppervlakte;
§ 3. Gedurende een periode van vijf jaar, te rekenen vanaf de datum van betaling van de subsidie, moet de nieuwe aparte toegang behouden blijven;
§ 4. Een afgevaardigde van het stadsbestuur krijgt toegang tot het handels- of horecapand en de bovenliggende woon- en werkruimtes om de naleving van de bepalingen van dit reglement te controleren.
Artikel 7. Verhuis van een handelszaak van buiten naar binnen het kernwinkelgebied
De subsidie kan aangevraagd worden onder de volgende voorwaarden:
Artikel 8. Aanpassingswerken om van meerdere panden één geschikt handelspand te maken binnen het kernwinkelgebied
§ 1. Enkel verbouwingswerken om van meerdere panden één geschikt handelspand in het kernwinkelgebied mogelijk maken, komen in aanmerking voor de subsidie:
§ 2. Een (1) maand na de uitbetaling van de subsidie wordt effectief een handels- of horecazaak uitgebaat.
HOOFDSTUK III: SUBSIDIEBEDRAGEN
Artikel 9. Subsidiebedragen
§ 1. Gevelrenovatie van handelspanden binnen het kernwinkelgebied: 40 % van de totale kostprijs met een maximum van 5.000,- euro.
§2. Aanpassingswerken voor wonen of werken boven handelszaken in het kernwinkelgebied: tot max. 40 % van de totale kostprijs met een maximum van 7.500,- euro.
§ 3. Verhuis van een handelszaak van buiten naar binnen het kernwinkelgebied: tot max. 40 % van de totale kostprijs met een maximum van 5.000,- euro.
§ 4. Aanpassingswerken om van meerdere panden één geschikte handelszaak te maken binnen het kernwinkelgebied: tot max. 40 % van de totale kostprijs met een maximum van 7.500,- euro.
§ 5. Het subsidiebedrag wordt berekend op basis van de voorgelegde en aanvaarde facturen, exclusief btw.
§ 6. Facturen kunnen geheel of gedeeltelijk geweigerd worden omdat de werkzaamheden waarop ze betrekking hebben niet in aanmerking komen. Daarom is het belangrijk dat de aanvrager op de facturen aanduidt welke werken in aanmerking komen. Facturen die onduidelijk zijn of waarvan niet af te leiden valt over welke werken het precies gaat, worden onontvankelijk verklaard.
Artikel 10. Bijkomende bepalingen
§ 1. Elk subsidietype uit dit reglement kan slechts éénmaal per pand bekomen worden binnen de looptijd van het reglement.
§ 2. De dossiers worden behandeld a rato van indiening en tot uitputting van het goedgekeurde krediet.
§ 3. Er wordt een subsidiepot van 50.000,- euro voorzien per jaar. Omwille hiervan worden dossiers behandeld op basis van het FIFO-principe (first in, first out).
§ 4. Wanneer sprake is van samenvoeging van panden, worden de samen te voegen panden beschouwd als één pand.
HOOFDSTUK IV: AANVRAAG VAN DE SUBSIDIE
Artikel 11. Aanvraagdossier
§ 1. De aanvraag kan enkel gebeuren via het daartoe voorziene aanvraagformulier. Dit aanvraagformulier moet volledig ingevuld en ondertekend zijn.
§ 2. De aanvraag van de subsidie bevat minimaal de volgende documenten:
§ 3. Ongeacht bovenstaande bepalingen moet aan volgende voorwaarden voldaan zijn met betrekking tot de facturen die worden ingediend:
§ 3. Controles ter verifiëring moeten indien nodig toegelaten worden. De uitvoering van de werken is gebeurd volgens de geldende bepalingen van dit reglement.
§ 2. De aanvraag wordt ingediend tegen ontvangstbewijs op volgend adres
Stadsbestuur Aarschot
t.a.v. Dienst Economie
Ten Drossaarde 1
3200 Aarschot
§ 3. De subsidie wordt aangevraagd max. 12 maanden na de factuurdatum.
Artikel 12. Ontvankelijkheid
§ 1. Om ontvankelijk te zijn, dient het aanvraagformulier volledig ingevuld en ondertekend te zijn. Alle bijlagen zoals omschreven in artikel 17 § 1 dienen toegevoegd te zijn.
§ 2. De ontvankelijk van een aanvraagdossier wordt ten laatste één maand na de indiening van de aanvraag meegedeeld per brief of per mail.
§ 3. Indien een element ontbreekt, is het dossier onontvankelijk. De aanvrager krijgt bij onontvankelijkheid één maand de tijd om de ontbrekende stukken toe te voegen. Indien dit niet gebeurt, moet de aanvrager een nieuw dossier indienen.
Artikel 13. Beslissing
§ 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist op advies van de bevoegde stedelijke diensten de aanvraag goed te keuren of te weigeren, en deelt binnen drie maanden na indienen van de ontvankelijke aanvraag haar beslissing mee aan de aanvrager.
§ 2. Het college van burgemeester en schepenen behoudt zich het recht voor om alle onderzoeken uit te voeren die vereist zijn voor de behandeling van de aanvraag. Indien de aanvrager hierbij zijn medewerking weigert, vervalt het recht op de subsidie.
Artikel 16. Uitbetaling
Na een positieve beslissing wordt de subsidie binnen de dertig dagen uitbetaald door overschrijving op het rekeningnummer van de gerechtigde(n).
HOOFDSTUK V: TERUGVORDEREN VAN DE SUBSIDIE
Artikel 17.
Het college van burgemeester en schepenen zal de terugvordering van de subsidie eisen, vermeerderd met de wettelijke interest in de volgende gevallen:
Artikel 18.
Het college van burgemeester en schepenen kan de terugvordering van de subsidie eisen pro rata van het aantal overblijvende jaren en verhoogd met de wettelijke interesten op deze sommen vanaf de datum van ingebrekestelling met aanmaning van terugbetaling indien:
HOOFDSTUK VI: SLOTBEPALINGEN
Artikel 20. Bevoegde rechtbank
Voor betwistingen is enkel de rechtbank van Leuven bevoegd.
Artikel 21. Ondeelbaarheid
Indien een clausule uit deze overeenkomst ongeldig wordt bevonden, tast dit niet de geldigheid van de gehele overeenkomst aan. Partijen zullen zich in dit geval inspannen een nieuwe, geldige clausule op te stellen die zo dicht mogelijk de ongeldige clausule benadert binnen de strekking van de overeenkomst.
Artikel 28. Cumuleerbaarheid
De subsidie voor renovatie- en/of verfraaiingswerken zoals omschreven in dit reglement, toegekend door het stadsbestuur van Aarschot in kader van de leegstandsbestrijding, is niet cumuleerbaar met andere steunmaatregelen van de stad Aarschot voor dezelfde werken.
De aanvrager verbindt zich ertoe, door de ondertekening van het aanvraagdossier, om de ingediende facturen voor deze subsidie niet meer te gebruiken voor het bekomen van andere toelagen.
Artikel 29. Overdraagbaarheid
Principieel toegekende subsidies kunnen niet overgedragen worden naar een overnemende handelaar of eigenaar.
Artikel 30.
Dit reglement treedt in werking op 1 juli 2022.
De gemeenteraad keurt het gemeentelijk reglement inventarisatie en belasting op leegstaande gebouwen goed.
Leegstand is één van de meest hinderlijke elementen in het straatbeeld van een handels- en/of dorpskern. Het heeft een nefaste impact op de beeldkwaliteit, het handelsapparaat en de sfeer en beleving in een handels- of dorpskern. Het is daarom wenselijk dat langdurige leegstand van woningen en handelspanden voorkomen en bestreden wordt.
Om een beter beleid te kunnen voeren op zowel leegstaande woningen en leegstaande gebouwen (waaronder handelspanden), wordt het gezamenlijk gemeentelijk reglement op inventarisatie en belasting op leegstaande woningen en gebouwen uit elkaar getrokken. Zo kan beter gestuurd worden om aan de verschillende noden van beide domeinen tegemoet te komen (vb. door andere vrijstellingen op te nemen).
VOORSTEL om het gemeentelijke reglement op inventarisatie en belasting op leegstand dd. 12.12.2019 op te splitsen.
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 12.09.2019 waarin deze besliste om deel te nemen aan het project lokaal woonbeleid on om het projectvoorstel waarin de opmaak, opbouw, beheer en actualisering van het leegstandsregister inbegrepen is door het intergemeentelijk samenwerkingsverband lokaal woonbeleid goed te keuren;
Overwegende dat het wenselijk is dat het op het grondgebied van de gemeente beschikbare woningenbestand ook als dusdanig gebruikt wordt wegens de groter wordende ecologische en maatschappelijke druk;
Overwegende dat
Gelet op
Artikel 1: Begripsomschrijving
Voor de toepassing van dit reglement worden volgende definities of indicaties gehanteerd:
1° Beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijze:
2° IGO div: de intergemeentelijke administratieve eenheid die conform art. 2.2.6 §1 tweede lid, van het decreet grond- en pandenbeleid door de gemeente is belast met de opmaak, de opbouw, het beheer en de actualisering van het leegstandsregister;
3° Woning: elk onroerend goed of deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande;
4° Leegstaande woning: een woning die gedurende een periode van ten minste twaalf opeenvolgende maanden niet aangewend wordt in overeenstemming met de woonfunctie;
5° Leegstandsregister: het gemeentelijk register dat de lijst bevat van leegstaande woningen en gebouwen;
6° Opnamedatum: datum waarop de woning of het gebouw in het leegstandsregister wordt opgenomen;
7° Registerbeheerder: De door IGO div aangestelde personeelsleden die belast worden met de opmaak, het beheer en de actualisering van het gemeentelijk leegstandsregister voor woningen en gebouwen;
8° Verjaardag: het ogenblik van het verstrijken van elke periode van 12 maanden vanaf de opnamedatum, zolang de woning of het gebouw niet uit het leegstandsregister is geschrapt;
9° Zakelijk gerechtigde: de houder van een van de volgende zakelijke rechten:
10° Tweede verblijf: Elke private woongelegenheid die niet het hoofdverblijf vormt van de eigenaar of de huurder, maar die wel op elk moment door hem kan worden bewoond. Tweede verblijven zijn landhuizen, bungalows, appartementen, weekendhuisjes, optrekjes en alle andere vaste woongelegenheden, met inbegrip van de met chalets gelijkgestelde caravans, die al of niet ingeschreven zijn in de kadastrale legger. Lokalen die uitsluitend bestemd zijn om een beroepsactiviteit uit te oefenen, garages, tenten, verplaatsbare caravans en woonaanhangwagens worden niet als tweede verblijf beschouwd. Op tenten, verplaatsbare caravans en woonaanhangwagens kan eventueel wel een belasting op het kamperen van toepassing zijn.
HOOFDSTUK I: LEEGSTANDSREGISTRATIE
Artikel 2: bevoegdheid inzake opmaak, het beheer en de actualisering van het leegstandsregister
§1. De gemeente draagt in navolging van de overeenkomst inzake ondersteuning van het lokaal woonbeleid met IGO div, de bevoegdheid tot opmaak, het beheer en de actualisering van het gemeentelijk leegstandsregister over aan de dienstverlenende intergemeentelijke vereniging IGO. Concreet betekent dit dat de door IGO div aangeduide personeelsleden, de registerbeheerders, belast worden met volgende taken:
§2. Het college van burgemeester en schepenen blijft exclusief bevoegd voor de beroepen tegen de opname in het leegstandsregister, de beslissingen inzake het toekennen van vrijstellingen m.b.t. de gemeentelijke leegstandsbelasting, de bezwaren tegen het aanslagbiljet en de beroepen tegen de beslissing over het verzoek tot schrapping.
Artikel 3: leegstandsregister
§1. De registerbeheerder maakt een lijst met leegstaande woningen op die worden opgenomen in het leegstandsregister.
§2. Elk register bevat minimum volgende gegevens:
De opnamedatum is de datum waarop de woning voor de eerste keer in het leegstandsregister wordt opgenomen. Als datum geldt de datum van opmaak van het opnameattest tot vaststelling van de leegstand.
§3. De opnamedatum is ook het referentiepunt om de verjaardag te bepalen.
Artikel 4: Vaststelling van leegstand
§1. De registerbeheerder spoort de leegstand op en maakt en een verslag op van de indicaties die de leegstand staven.
De beoordeling van leegstand gebeurt op basis van één of meerdere objectieve indicaties zoals vermeld in de volgende lijst:
§2. Een tweede verblijf dat niet als zodanig wordt gebruikt zal opgenomen worden in het leegstandsregister.
§3. Een nieuwe woning wordt als leegstaand beschouwd indien die woning binnen zeven jaar na de afgifte van een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen in laatste administratieve aanleg niet aangewend wordt overeenkomstig de functie.
§4. Een woning dat geïnventariseerd staat als verwaarloosd, kan eveneens opgenomen worden in het leegstandsregister en omgekeerd.
§5. Een woning die geïnventariseerd is als ongeschikt en/of onbewoonbaar, wordt niet opgenomen in het leegstandsregister.
Artikel 5: Opmaak en kennisgeving van het opnameattest leegstand
§1. Elk opnameattest bevat volgende gegevens:
§2. De zakelijk gerechtigde(n) worden per beveiligde zending in kennis gesteld van de beslissing tot opname in het leegstandsregister. De kennisgeving bevat:
Artikel 6: Beroep tegen opname in het leegstandsregister
§1. Binnen een termijn van dertig dagen, ingaand de dag van de beveiligde zending van het opnameattest, kan de zakelijk gerechtigde bij het college van burgemeester en schepenen beroep aantekenen tegen de beslissing tot opname in het leegstandsregister.
Het beroepschrift moet ondertekend zijn en per beveiligde zending overgemaakt worden. Het dient minstens volgende gegevens te bevatten:
Als datum van het beroepschrift wordt de datum van de beveiligde zending gehanteerd.
Als het beroepschrift wordt ingediend door een persoon die optreedt namens de zakelijk gerechtigde, voegt hij bij het dossier een schriftelijke machtiging tot vertegenwoordiging, tenzij hij optreedt als raadsman die ingeschreven is aan de balie als advocaat of als advocaat- stagiair.
§2. Aan de indiener van een beroepschrift wordt een ontvangstbevestiging verstuurd.
§3. Het beroepschrift is onontvankelijk als:
Als het beroep onontvankelijk is, wordt dat aan de indiener meegedeeld.
§4. Als het beroep ontvankelijk is, wordt de gegrondheid onderzocht. Dit kan gebeuren op basis van bijgevoegde stukken maar ook door een feitenonderzoek ter plaatse. Het beroep wordt geacht ongegrond te zijn als de toegang tot de woning geweigerd of verhinderd wordt voor het feitenonderzoek.
§5. Het college van burgemeester en schepenen doet uitspraak over het beroepschrift en betekent zijn beslissing aan de indiener binnen een termijn van negentig dagen, die ingaat op de dag na deze van de betekening van het beroepschrift. De uitspraak wordt per beveiligde zending betekend.
§6. Indien het beroep onontvankelijk of ongegrond verklaard wordt de opname van de woning in het leegstandsregister definitief. De datum van opname is de datum van het opnameattest.
Artikel 7: Schrapping uit het leegstandsregister
§1. De zakelijk gerechtigde kan een gemotiveerd verzoek tot schrapping richten tot de registerbeheerder. Dit verzoek bevat:
§2. Als datum van het verzoek wordt de datum van de aangetekende verzending gehanteerd.
§3. Een woning wordt uit het leegstandsregister geschrapt, als de zakelijk gerechtigde bewijst dat deze woning gedurende een termijn van ten minste zes opeenvolgende maanden wordt gebruikt in overeenstemming met haar functie. De datum van schrapping is de eerste dag van de aanwending overeenkomstig haar functie.
§4. Een gesloopte leegstaande woning wordt als onbestaande beschouwd en geschrapt uit het leegstandsregister van zodra de werken beëindigd zijn en alle puin van het perceel is verwijderd. Als schrappingsdatum geldt de datum van het oudste bewijsstuk dat de beëindiging van de sloopwerken en het geruimde puin kan verifiëren. De bewijslast ligt bij de zakelijk gerechtigde en kan, uitgezonderd de eed, op verschillende wijzen aangeleverd worden.
Als de zakelijk gerechtigde conform artikel 7 §1. geen bewijsstukken bij het gemotiveerd verzoek tot schrapping voegt, neemt de registerbeheerder de dag van melding van de sloop als schrappingsdatum na onderzoek ter plaatse dat de beëindiging van de sloopwerken en de ruiming van het puin bevestigt.
§6. Na onderzoek neemt de administratie een beslissing binnen een termijn van orde van twee maanden na ontvangst van het verzoek.
§7. Tegen de beslissing over het verzoek tot schrapping kan de zakelijk gerechtigde beroep aantekenen volgens de procedure, vermeld in artikel 6.
HOOFDSTUK II: BELASTINGEN
Artikel 8
§1. Er wordt voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025 een jaarlijkse gemeentebelasting gevestigd op de woningen die gedurende minstens twaalf opeenvolgende maanden zijn opgenomen in het leegstandsregister.
§2. De belasting voor een leegstaande woning is voor het eerst verschuldigd vanaf het ogenblik dat die woning gedurende twaalf opeenvolgende maanden is opgenomen in het leegstandsregister.
§3. Zolang de leegstaande woning niet uit het leegstandsregister is geschrapt en er geen lopende vrijstelling van de leegstandsbelasting is, is deze verschuldigd op het ogenblik van het verstrijken van elke nieuwe periode van twaalf maanden.
Artikel 9: Belastingplichtige
§1. Belastingplichtig is diegene die op het ogenblik van het verschuldigd worden van de belasting zakelijk gerechtigde is van de leegstaande woning.
§2. Als er meerdere zakelijk gerechtigden zijn, zijn deze hoofdelijk aansprakelijk voor de totale belastingschuld, dat wil zeggen dat het volledige bedrag van de belasting bij één van hen kan worden opgeëist.
§3. Bij overdracht van het zakelijk recht moet de overdrager de verkrijger op de hoogte brengen van de opname van de woning in het leegstandsregister. Daarnaast moet de overdrager van het zakelijk recht de gemeente per aangetekend schrijven een kopie van de notariële akte of een attest van de notaris bezorgen, binnen twee maanden na het verlijden van deze akte. De kopie bevat minstens volgende gegevens:
Bij ontstentenis van deze kennisgeving wordt de overdrager van het zakelijk recht als belastingplichtige beschouwd voor het eerstvolgende aanslagjaar.
Artikel 10: Tarief en berekening
De belasting bedraagt: 1.300,00 euro voor een leegstaand gebouw of woning;
Per bijkomende nieuwe termijn van twaalf maanden dat het gebouw of de woning in het leegstandsregister staat, wordt de belasting vermeerderd met 100 %.
De verschuldigde belasting bedraagt dan voor:
Artikel 11: Vrijstellingen
§1. Uitsluitend de vrijstellingen die opgesomd zijn in artikel 11§4 van dit reglement worden toegepast en kunnen slechts aangevraagd worden via het daartoe bestemde aanvraagformulier, dat als bijlage aan dit reglement opgenomen werd. Dit aanvraagformulier wordt, vergezeld van de nodige bewijsstukken, per beveiligde zending bezorgd aan het college van burgemeester en schepenen.
§2. Een aanvraag van een vrijstelling via het aanvraagformulier vermeld in artikel 11§1 moet het college van burgemeester en schepenen bereikt hebben voor het verstrijken van de eerste of een volgende termijn van twaalf maanden na datum van opname in het leegstandsregister. Eens de verjaardag van de opnamedatum is verlopen, kan er geen vrijstelling meer gevraagd worden voor die periode en zal de belasting verschuldigd zijn.
§3. Een aanvraag van een verlenging van een vrijstelling via het aanvraagformulier vermeld in artikel 11§1 moet het college van burgemeester en schepenen bereikt hebben voor de verjaardag van de inventarisatie. Eens de lopende vrijstelling verstreken is, kan er geen verlenging van deze vrijstelling meer gevraagd worden.
§4. Op basis van volgende gronden kan een vrijstelling verleend worden:
1° De woning is vrijgesteld als de belastingplichtige minder dan 12 maanden het zakelijk recht over de woning heeft. Deze vrijstelling geldt tot 24 maanden na het verkrijgen van het zakelijk recht op deze woning. Dit bewijs dient afgeleverd te worden door het voorleggen van een attest van de notaris waaruit blijkt vanaf welke datum de belastingplichtige eigenaar is geworden of door het voorleggen van de notariële akte.
2° De woning is vrijgesteld als minimum één belastingplichtige, zakelijk gerechtigde in een erkende ouderenvoorziening verblijft, of minstens voor één jaar werd opgenomen in een (psychiatrische) instelling of ziekenhuis. De belastingplichtige moet tot op het ogenblik dat hij/zij in de ouderenvoorziening, instelling of ziekenhuis opgenomen werd deze woning als officiële hoofdverblijfplaats gebruikt hebben en de woning mag niet tegelijk voorkomen op het leegstandsregister en het register verwaarloosde woningen en/of gebouwen. Een attest van verblijf in de ouderenvoorziening of instelling moet worden voorgelegd. Deze vrijstelling wordt toegekend voor een periode van 36 maanden na opname in de voorziening.
3° De woning is vrijgesteld wanneer het gelegen is binnen de grenzen van een door de bevoegde overheid goedgekeurd onteigeningsplan of geen voorwerp meer kan uitmaken van een omgevingsvergunning omdat een voorlopig of definitief onteigeningsplan is vastgesteld.
4° De woning is vrijgesteld wanneer het vernield of beschadigd werd ten gevolge van een plotse ramp, voor zover kan worden aangetoond dat dit de rechtstreekse oorzaak is van de leegstand. Deze vrijstelling geldt gedurende een periode van 36 maanden volgend op de datum van de vernieling of beschadiging.
5° De woning is vrijgesteld wanneer het gerenoveerd wordt blijkens een niet vervallen omgevingsvergunning voor zover kan worden aangetoond dat dit de rechtstreekse oorzaak is van de leegstand. Deze vrijstelling geldt gedurende een termijn van 24 maanden volgend op de datum van aflevering van de vergunning.
6° De woning is vrijgesteld wanneer het gerenoveerd wordt zonder dat er een omgevingsvergunning vereist is voor zover kan worden aangetoond dat dit de rechtstreekse oorzaak is van de leegstand. In dit geval moet er een renovatiedossier voorgelegd worden dat minstens de volgende elementen bevat:
De aanvrager geeft toelating om de woning en de geplande en uitgevoerde werken te controleren. De bevoegde overheid kan de aanvraag weigeren wanneer de bedoelde werken en investeringen onvoldoende zijn om 12 maanden te duren en/of wanneer de woning na de werken nog niet zou voldoen aan de normen van de Vlaamse wooncode.
Deze vrijstelling geldt per woning voor een periode van 12 maanden en is tweemaal aaneensluitend verlengbaar voor telkens 12 maanden. De aanvrager voegt bij de verlengingsaanvraag:
7° De woning is vrijgesteld wanneer een omgevingsvergunning afgeleverd werd voor sloopwerkzaamheden. Deze vrijstelling geldt gedurende een termijn van 12 maanden volgend op de datum van aflevering van de omgevingsvergunning en kan per woning slechts 1 keer aangevraagd worden.
8° Het voorwerp uitmaakt van een door de gemeente, het OCMW of een sociale woonorganisatie verkregen sociaal beheersrecht, overeenkomstig artikel 90 van de Vlaamse Wooncode.
9° De woning is vrijgesteld wanneer deze is opgenomen in het gemeentelijk register van verwaarloosde woningen en/of gebouwen en er hiervoor een gemeentelijke belasting verschuldigd is door de zakelijk gerechtigde conform het gemeentelijk belastingreglement. Indien de woning of het gebouw zich op beide inventarissen bevindt, kan er geen vrijstelling toegekend worden als de anciënniteit op de gemeentelijke leegstandsinventaris hoger is dan die van het gemeentelijk register van verwaarloosde woningen en/of gebouwen.
10° De woning is vrijgesteld wanneer het beschermd is als monument of stads- of dorpsgezicht, voor zover kan worden aangetoond dat dit de rechtstreekse oorzaak is van de leegstand. Deze vrijstelling geldt tot 60 maanden vanaf de beslissing tot bescherming of opname op de inventaris.
11° De woning is vrijgesteld wanneer het onmogelijk daadwerkelijk gebruikt kan worden omwille van een verzegeling in het kader van een strafrechtelijk onderzoek of omwille van een expertise in het kader van een gerechtelijke procedure. Deze vrijstelling geldt gedurende een periode van 12 maanden volgend op de aanvang van de onmogelijkheid tot daadwerkelijk gebruik. Deze vrijstelling kan telkens voor een periode van 12 maanden verlengd worden. De bewijslast hiervan ligt bij de belastingplichtige.
§4. De vrijstelling van belasting heeft geen impact op de opname van de woning in het leegstandsregister. De anciënniteit van opname in het leegstandsregister blijft doorlopen tijdens de periode van vrijstelling. Dit betekent dat wanneer de reden tot vrijstelling komt weg te vallen, de belasting zal worden berekend op basis van de opnamedatum.
Artikel 12: Wijze van invordering
De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 13: Betalingstermijn
De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 14: Bezwaar tegen de belasting
Binnen een termijn van drie maanden, te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of vanaf de kennisgeving van de aanslag, kan de zakelijk gerechtigde bij het college van burgemeester en schepenen bezwaar aantekenen tegen de beslissing tot de belasting. Het bezwaarschrift wordt gedagtekend en per beveiligde zending overgemaakt, ondertekend en gemotiveerd zijn en dient minstens de volgende gegevens te bevatten:
De indiener van het bezwaarschrift ontvangt een ontvangstmelding binnen 15 kalenderdagen.
Artikel 15
Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 (aanslagtermijnen), 7 tot en met 9bis (rechtsmiddelen, invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintrest, rechten en voorrechten van de schatkist, verjaring van de rechten van de schatkist) van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing, voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen.
Artikel 16: Inwerktreding
Dit reglement treedt in werking op 01.07.2022 en vervangt alle voorafgaande reglementen met betrekking tot het inventariseren en belasten van leegstaande woningen en gebouwen.
Artikel 17: Lopende vrijstellingen
Vrijstellingen die toegekend zijn op basis van het gemeentelijk reglement inventarisatie en belasting op leegstand van 12.12.2019 blijven geldig voor de looptijd bepaald in dat reglement.
De jaarrekening BBC/NBB van het AGB Aarschot over het boekjaar 2020, zoals vastgesteld door de Raad van Bestuur op 11.06.2020, wordt goedgekeurd conform het voorliggend ontwerp. Het over te dragen verlies wordt voor het AGB Aarschot vastgesteld op 507.802 euro. De gemeenteraad verleent kwijting aan de bestuurders van het AGB Aarschot en de commissaris. Deze beslissing wordt onverwijld bezorgd aan de Raad van Bestuur van het AGB Aarschot en aan de commissaris.
In toepassing van zijn statuten legt het Autonoom Gemeentebedrijf Aarschot aan de gemeenteraad volgende stukken ter goedkeuring voor:
1. jaarrekening BBC/NBB dienstjaar 2021;
2. verslag van de Commissaris aan de Raad van Bestuur van het AGB Aarschot met betrekking tot de jaarrekening over het afgelopen boekjaar afgesloten op 31.12.2021 van het AGB Aarschot.
Gelet op het ontwerp van de jaarrekening BBC en jaarrekening NBB over het boekjaar 2021 van het AGB Aarschot, incl. het verslag van de raad van bestuur, zie bijlagen. De jaarrekening van het AGB Aarschot over het boekjaar 2021 sluit af met de volgende resultaten:
In het verslag van de commissaris, zie bijlage, over de controle van de jaarrekening wordt het oordeel zonder voorbehoud als volgt verwoord:
"Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en de financiële toestand van het autonoom gemeentebedrijf per 31 december 2021, alsook van haar resultaten over het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel"
In het verslag van de commissaris, zie bijlage, betreffende de overige door wet- en regelgeving gestelde rapporteringsvereisten zijn in hoofde van de commissaris de volgende vermeldingen opgenomen:
Artikel 1
De jaarrekening NBB en de jaarrekening BBC van het AGB Aarschot over het boekjaar 2021, zoals vastgesteld door de Raad van Bestuur op 23.06.2022, wordt goedgekeurd conform het voorliggend ontwerp. Het over te dragen verlies wordt voor het AGB Aarschot vastgesteld op 507.801,53 euro.
Artikel 2
De gemeenteraad verleent kwijting aan de bestuurders van het AGB Aarschot en de commissaris.
Artikel 3
De letter of comfort van de stad Aarschot aan het AGB Aarschot, zie bijlage, wordt goedgekeurd. De voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur wordt gemandateerd om het document te ondertekenen namens de gemeenteraad.
Artikel 4
Deze beslissing wordt onverwijld bezorgd aan de Raad van Bestuur van het AGB Aarschot en aan de commissaris.
De gemeenteraad keurt de bijgaande leningsovereenkomst tussen de stad Aarschot en het autonoom gemeentebedrijf Aarschot goed. De overeenkomst behelst de toekenning van een renteloze lening door de stad aan het AGB Aarschot voor een termijn van 20 jaar tot 31 december 2042, ten bedrage van 3.826.184,91 euro.
Het transactiekrediet voor de financiering van het AGB Aarschot in 2022 wordt geraamd op 3.826.184,91 euro (afschrijvingen op 20 jaar). De liquiditeitspositie van het AGB Aarschot laat geen integrale en onmiddellijke externe financiering toe. Het is daarom aangewezen dat de stad ter financiering een renteloze lening toestaat aan AGB Aarschot.
Voorstel van besluit:
De gemeenteraad keurt de bijgaande leningsovereenkomst tussen de stad Aarschot en het autonoom gemeentebedrijf Aarschot goed. De overeenkomst behelst de toekenning van een renteloze lening voor een termijn van 20 jaar, ten bedrage van 3.826.184,91 euro.
Het transactiekrediet voor de financiering van het AGB Aarschot in 2022 wordt geraamd op 3.826.184,91 euro.
De liquiditeitspositie van het AGB Aarschot laat geen integrale en onmiddellijke externe financiering toe. Het is daarom aangewezen dat de stad ter financiering een renteloze lening toestaat aan AGB Aarschot. Hierbij moet opgemerkt worden dat het renteloze karakter van een lening die verstrekt wordt door een stad aan een AGB niet wordt aangemerkt als een verkregen abnormaal of goedgunstig voordeel in hoofde van het AGB.
Aan de raad wordt de bijgaande leningsovereenkomst voorgelegd tussen de stad Aarschot en het autonoom gemeentebedrijf Aarschot voor de toekenning van een renteloze lening door de stad aan het AGB Aarschot, ten bedrage van 3.826.184,91 euro, voor een termijn van 20 jaar tot 31 december 2042.
De verwerking van deze toegestane renteloze lening op 20 jaar is te boeken op
Artikel 1
De gemeenteraad keurt de bijgaande leningsovereenkomst tussen de stad Aarschot en het autonoom gemeentebedrijf Aarschot goed. De overeenkomst behelst de toekenning van een renteloze lening door de stad aan het AGB Aarschot voor een termijn van 20 jaar tot 31 december 2042, ten bedrage van 3.826.184,91 euro.
Artikel 2
De gemeenteraad machtigt de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur om de bijgaande overeenkomst te ondertekenen namens de stad Aarschot.
De gemeenteraad stelt haar deel van de jaarrekening 2021 vast, zoals in bijlage toegevoegd. Een afschrift van de vastgestelde jaarrekening wordt onmiddellijk in een digitaal bestand bezorgd aan de Vlaamse Regering.
De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn hebben op 12 december 2019 hun beleids- en financiële planning vastgelegd in een meerjarenplan voor de periode 2020 tot 2025. De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn hebben in zitting van 17 september 2020, 10 december 2020, 24 juni 2021 en 16 december 2021 de aanpassingen van het meerjarenplan goedgekeurd.
Op basis van de resultaten van het boekjaar 2021 werd de jaarrekening voor de stad Aarschot en het OCMW Aarschot opgemaakt. Vermits elke rechtspersoon (stad en OCMW) voor de eigen verplichtingen en verbintenissen blijft instaan, wordt de jaarrekening, zie bijlage, voorgelegd aan de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn moet eerst het eigen deel van de jaarrekening vaststellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van de jaarrekening, dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de jaarrekening definitief is vastgesteld.
In toepassing van de bepalingen van het decreet lokaal bestuur werd het ontwerp van de jaarrekening op 8 juni 2022 aan de raadsleden bezorgd.
Voorstel van besluit:
De gemeenteraad stelt haar deel van de jaarrekening 2021 vast, zoals in bijlage toegevoegd.
Gelet op het ontwerp van jaarrekening over het dienstjaar 2021 van de stad & OCMW Aarschot. De jaarrekening over het boekjaar 2021 sluit af met de volgende resultaten:
Artikel 1
De gemeenteraad stelt haar deel van de jaarrekening 2021 vast, zoals in bijlage toegevoegd.
Artikel 2
Een afschrift van de vastgestelde jaarrekening wordt onmiddellijk in een digitaal bestand bezorgd aan de Vlaamse Regering.
De voorzitter schorst de vergadering van de gemeenteraad en opent de raad voor maatschappelijk welzijn voor de behandeling van het agendapunt "Vaststelling van jaarrekening 2021, deel OCMW Aarschot".
Na de behandeling van dit agendapunt door de raad voor maatschappelijk welzijn wordt de vergadering van de gemeenteraad opnieuw geopend voor de verdere bespreking en stemming van de voorliggende agendapunten.
De voorzitter schorst de vergadering van de gemeenteraad en opent de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn voor de behandeling van het agendapunt "Vaststelling van jaarrekening 2021, deel OCMW Aarschot".
Na de afhandeling van de agendapunten van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn wordt de vergadering van de gemeenteraad opnieuw geopend voor de verdere bespreking en stemming van de voorliggende agendapunten.
De gemeenteraad keurt de jaarrekening 2021, dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goed. Hierdoor is de jaarrekening 2021 stad & OCMW Aarschot in haar geheel definitief vastgesteld. Een afschrift van de vastgestelde jaarrekening wordt onmiddellijk in een digitaal bestand bezorgd aan de Vlaamse Regering.
De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn hebben op 12 december 2019 hun beleids- en financiële planning vastgelegd in een meerjarenplan voor de periode 2020 tot 2025. De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn hebben in zitting van 17 september 2020, 10 december 2020, 24 juni 2021 en 16 december 2021 de aanpassingen van het meerjarenplan goedgekeurd.
Op basis van de resultaten van het boekjaar 2021 werd de jaarrekening voor de stad Aarschot en het OCMW Aarschot opgemaakt. Vermits elke rechtspersoon (stad en OCMW) voor de eigen verplichtingen en verbintenissen blijft instaan, wordt de jaarrekening, zie bijlage, voorgelegd aan de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn moet eerst het eigen deel van de jaarrekening vaststellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van de jaarrekening, dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de jaarrekening definitief is vastgesteld.
In toepassing van de bepalingen van het decreet lokaal bestuur werd het ontwerp van de jaarrekening op 8 juni 2022 aan de raadsleden bezorgd.
Voorstel van besluit:
De gemeenteraad keurt de jaarrekening 2021, dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goed. Hierdoor is de jaarrekening 2021 stad & OCMW Aarschot in haar geheel definitief vastgesteld.
Gelet op het ontwerp van jaarrekening over het dienstjaar 2021 van de stad & OCMW Aarschot. De jaarrekening over het boekjaar 2021 sluit af met de volgende resultaten:
Artikel 1
De gemeenteraad keurt de jaarrekening 2021, dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goed, zie bijlage. Hierdoor is de jaarrekening 2021 stad & OCMW Aarschot in haar geheel definitief vastgesteld.
Artikel 2
Een afschrift van de vastgestelde jaarrekening wordt onmiddellijk in een digitaal bestand bezorgd aan de Vlaamse Regering.
De gemeenteraad kent het volgende voordeel toe aan toeristen die een verblijf van minstens 2 nachten boeken bij een deelnemend, erkend door of aangemeld bij Toerisme Vlaanderen logiesverstrekkend, niet-terreingerelateerd bedrijf (overzicht zie bijlage):
Er worden 250 overnachtingen voorzien twv 100,- euro. De actie loopt zolang de voorraad strekt.
Er worden 250 welkomstboxen voorzien met inbegrip van een Aarschotse Cadeaubon twv 10,- euro.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld het volgende voordeel in natura toe te kennen aan bezoekers:
De bezoeker krijgt bij het boeken van een verblijf van minstens 2 nachten bij een deelnemend, erkend door of aangemeld bij Toerisme Vlaanderen logiesverstrekkend, niet-terreingerelateerd bedrijf:
Er zijn 250 gratis nachten ter beschikking. De actie loopt zolang deze voorraad strekt.
Door een gratis overnachting aan te bieden, beoogt het stadsbestuur een sneeuwbaleffect: door het verblijfstoerisme te promoten, leren heel wat potentieel nieuwe bezoekers de stad Aarschot kennen. Daarbovenop heeft dit ongetwijfeld een positief effect voor de detailhandel en horeca in Aarschot.
Gelet op het feit dat het stadsbestuur:
Het stadsbestuur wil het volgende voordeel in natura toekennen aan bezoekers:
De bezoeker krijgt bij het boeken van een verblijf van minstens 2 nachten bij een deelnemend, erkend door of aangemeld bij Toerisme Vlaanderen logiesverstrekkend, niet-terreingerelateerd bedrijf:
Er zijn 250 gratis nachten ter beschikking. De actie loopt zolang deze voorraad strekt.
Door een gratis overnachting aan te bieden, beoogt het stadsbestuur een sneeuwbaleffect: door het verblijfstoerisme te promoten, leren heel wat potentieel nieuwe bezoekers de stad Aarschot kennen. Daarbovenop heeft dit ongetwijfeld een positief effect voor de detailhandel en horeca in Aarschot.
De gratis nachten kunnen geboekt worden via een reservatietool. Eenzelfde IP-adres kan geen tweemaal gebruikmaken van dit voordeel.
Totaal bedrag van de voordelen:
Overnachtingen
Totaal: 27.500,- euro
Artikel 1
Aan alle bezoekers die een verblijf van minstens 2 nachten boeken bij een deelnemend, erkend door of aangemeld bij Toerisme Vlaanderen logiesverstrekkend, niet-terreingerelateerd bedrijf (overzicht zie bijlage) worden de volgende voordelen in natura toegekend:
Artikel 2
Er worden 250 overnachtingen voorzien twv 100,- euro. De actie loopt zolang de voorraad strekt.
Er worden 250 welkomstboxen voorzien met inbegrip van een Aarschotse Cadeaubon twv 10,- euro.
Artikel 3
De gratis overnachting wordt verstrekt na betaling via de online reserveringstool. Het voordeel in natura wordt toegekend van zodra het logiesverstrekkend bedrijf naar keuze de reservatie heeft ontvangen en het verblijf betaald is aan het logiesverstrekkend bedrijf naar keuze.
De Aarschotse Cadeaubon wordt aangeboden bij aankomst in het logiesverstrekkend bedrijf.
Artikel 4
De totale uitgave voor deze voordelen in natura wordt geraamd op 27.500,- euro.
Artikel 5
De actie loopt vanaf augustus tot en met december 2022 (of tot zolang de voorraad strekt).
Artikel 6
De deelnemende logiesvertrekkende bedrijven sturen maandelijks een overzicht van de ontvangen kortingsbonnen naar Stad Aarschot. Toerisme Aarschot verzorgt de administratie voor de uitbetaling van deze facturen.
Artikel 7
De gemeenteraad mandateert het college van burgemeester en schepenen voor de bepaling van de modaliteiten inzake bewijslevering en uitbetaling.
Dit agendapunt werd besproken. Voor de volledige bespreking verwijzen we naar het audioverslag van deze vergadering.
Nico Creces
Als Vlaams Belang hebben we in deze gemeenteraad al een aantal keren aan de noodbel getrokken ivm de steeds duurder wordende maatschappij en de weerslag dit heeft op onze meest hulpbehoevende inwoners.
Maar ook de middenklasse krijgt het steeds zwaarder te verduren.
Niet alleen de energiefactuur, ook de waterfactuur kan onze gezinnen onaangenaam verrassen.
Met de 'online zelfscan kraanwater’ ( zelfscan.kraanwater.be ) wil AquaFlanders laten zien dat met eenvoudige ingrepen een hele slok kraantjeswater en dus geld kan worden bespaard. Een gepersonaliseerd rapport maakt een vergelijking van het eigen waterverbruik met het gemiddeld vergelijkbaar verbruik en geeft tips om (eventueel extra) water te besparen.
Niet alleen gezinnen, ook lokale besturen kunnen de scan gebruiken om hun waterverbruik na te gaan.
Het lijkt ons nuttig dat de stad Aarschot een link naar ‘zelfscan kraanwater’ op de gemeentelijke webstek plaatst en de inwoners daarover informeert, maar ook tevens zou onderzoeken welke initiatieven nog kunnen worden genomen om te besparen op het eigen waterverbruik.
Deze zelfscan laat iedereen toe om gratis en op een eenvoudige manier zicht te krijgen op het waterverbruik. Daarna krijgt men een gepersonaliseerd rapport waarbij het eigen verbruik vergeleken wordt met het gemiddeld waterverbruik van een vergelijkbaar gezin. Tot slot geeft de scan ook concrete tips om (nog) meer water te besparen.
Gevolg dat aan dit punt is gegeven
Dit agendapunt werd besproken. Voor de volledige bespreking verwijzen we naar het audioverslag van deze vergadering.
Dit agendapunt werd besproken. Voor de volledige bespreking verwijzen we naar het audioverslag van deze vergadering.
Groen - Nele Weckhuyzen: vraag over deelmobiliteit in groot Aarschot
Er zijn momenteel 2 elektrische deelwagens via Cambio in Aarschot met bijbehorende parkeerplaats: aan de Demervallei en op de Albertlaan. Daarnaast zijn er ook 2 (tijdelijk 1) elektrische deelwagen via Share Mobility aan de Gaston Geenslaan.
In bv. Ourodenberg is ook een parkeerplaats voor autodelen voorzien. Mogelijk zijn er nog meer in de deelgemeenten.
In het autodeelactieplan van augustus 2020 op p. 28 wordt het advies gegeven om jaarlijks minstens één algemeen infomoment te organiseren
= actie 7.7: “Organisatie van minstens één informatieavond per jaar over alle vormen van autodelen/gedeelde mobiliteit.”
Er is op 31 maart 2022 een online infomoment geweest door Cambio. Daarvoor werd op de fb-pagina van de stad reclame gemaakt.
= actie 7.6: “Communiceren van infomomenten van de diverse aanbieders.”
Daarnaast is ook sprake van actie 7.23: “Gedeelde mobiliteit is prominent aanwezig op de homepage van de stad.” Op dit moment is de info van Cambio op de website van de stad te vinden. Op de website van stad Aarschot bij info over Cambio staat: ‘Het is de bedoeling om dit aanbod nog verder uit te breiden in functie van het gebruik.’
Aansluitend is er ook actie 7.3: “Promotie via de eigen communicatiekanalen, nl. naast website ook infoblad, wijkkranten,... Zet hierbij bestaande autodelers in de kijker.”
Vragen
Gevolg dat aan dit punt is gegeven:
Dit agendapunt werd besproken. Voor de volledige bespreking verwijzen we naar het audioverslag van deze vergadering.
Notulen en zittingsverslag vergadering 12 mei 2022
Notulen
Gelet op het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de gemeenteraadscommissies, goedgekeurd door de gemeenteraad in vergadering van 14 februari 2019, inzonderheid artikel 29 §3;
Aangezien verder tijdens de vergadering geen bezwaren tegen de notulen van de vergadering van12.05.2022 werden ingebracht;
zijn de notulen van de vergadering van 12.05.2022 goedgekeurd.
Zittingsverslag
In toepassing van artikel 278 §1 van het decreet over het lokaal bestuur en artikel 28 §2 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de gemeenteraadscommissies is het zittingsverslag vervangen door de integrale audio-opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.