Terug
Gepubliceerd op 13/02/2023

Notulen  Gemeenteraad

do 15/12/2022 - 20:00 Het Kapittel
Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens
  • Openbaar

    • Agendapunten meegedeeld door de voorzitter

      • Kennisneming van het ontslag van een gemeenteraadslid

        Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
        Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

        Per mail van 1 december 2022 deelde dhr. André Peeters de voorzitter van de gemeenteraad mee dat hij met ingang van 1 januari 2023 ontslag neemt als gemeenteraadslid. De voorzitter geeft de gemeenteraad formeel kennis van dit ontslag.

        Toelichting

        Per mail van 1 december 2022 deelde dhr. André Peeters mee dat hij met ingang van 1 januari 2023 ontslag neemt als gemeenteraadslid. De voorzitter geeft de gemeenteraad bij deze formeel kennis van dit ontslag.

        Regelgeving
        • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering, in het bijzonder artikel 13 dat bepaalt: "Het gemeenteraadslid dat ontslag wil nemen, deelt dat schriftelijk mee aan de voorzitter van de gemeenteraad. Het ontslag is definitief zodra de voorzitter van de gemeenteraad de kennisgeving ontvangt. (...)";
        • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
        • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
        • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen.
        Feiten, context en motivering

        Per mail van 1 december 2022 deelde dhr. André Peeters de voorzitter van de gemeenteraad mee dat hij met ingang van 1 januari 2023 ontslag neemt als gemeenteraadslid.

        Het mailverkeer gaat als bijlage.

        Overeenkomstig artikel 13 van het decreet over het lokaal bestuur brengt de voorzitter van de gemeenteraad dit ontslag ter kennis van de gemeenteraad.

        Besluit

        Enig artikel

        De gemeenteraad neemt kennis van het ontslag van dhr. André Peeters - met ingang van 1 januari 2023 - als gemeenteraadslid van de stad Aarschot.

    • Agendapunten meegedeeld door het College van Burgemeester en Schepenen

      • Politiezone Aarschot

        • Lokale politiezone Aarschot: begroting 2023

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De begroting 2023 van de politiezone Aarschot, als in bijlage, wordt aangenomen en vastgesteld.

          Toelichting

          Het ontwerp van begroting 2023 van de lokale politiezone Aarschot werd in toepassing van de bepalingen van het decreet lokaal bestuur op 1 december 2021 aan de raadsleden bezorgd.

          besluit:

          De begroting 2023 van de politiezone Aarschot, als in bijlage toegevoegd, wordt aangenomen en vastgesteld.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 over de beleids- & beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (BVR BBC);
          • de wet van 07.12.1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus, inzonderheid op artikel 34 en op de artikelen 77 tot 80 (hierna aangeduid als WGP);
          • het koninklijk besluit van 05.09.2001, houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de politiezone, inzonderheid op de artikelen 66 tot 72 (hierna aangeduid als ARPC);
          • de diverse federale omzendbrieven met betrekking tot het opstellen van de begroting ten behoeve van de politiezones.
          Feiten, context en motivering

          Gelet op het ontwerp van begroting 2023 van de politiezone Aarschot, zie bijlage.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Artikel 1

          De begroting 2023 van de politiezone Aarschot, als in bijlage toegevoegd, wordt aangenomen en vastgesteld.

           

          Artikel 2

          Het resultaat van de politiebegroting 2023 - GEWONE DIENST - van de politiezone Aarschot wordt vastgesteld als volgt:

          GEWONE DIENST

          Geraamd algemeen begrotingsresultaat 2022

          0,00

          (1)

          Begroting 2023

           

          Saldo

           

           

           

           

           

           

           

           

          Ontvangsten eigen dienstjaar 2023

                     

          8.409.394,16

           

           

           

           

          Uitgaven eigen dienstjaar 2023

                   

          8.409.394,16

           

                  0,00

           

           

           

           

           

           

           

           

          Ontvangsten vorige dienstjaren (in 2023)

          0,00

           

           

           

          Uitgaven vorige dienstjaren (in 2023)

          0,00

          0,00

           

           

           

           

           

           

           

           

          Ontvangsten overboekingen 2023

          0,00

           

           

           

          Uitgaven overboekingen 2023

                            0,00

                       0,00

           

           

           

           

           

           

           

           

          Geraamd resultaat van de begroting 2023 (+ of -)

           

           

          0,00

          (2)

          Geraamd algemeen begrotingsresultaat 2023 - GEWONE DIENST

           

           

                  0,00

          (3)

           

           

           

          (3) = (1) + (2) 

           

           


          Artikel 3

          Het resultaat van de politiebegroting 2023 - BUITENGEWONE DIENST - van de politiezone Aarschot wordt vastgesteld als volgt:

          BUITENGEWONE DIENST

          Geraamd algemeen begrotingsresultaat 2022

          5.717,72

          (1)

           

           

          Begroting 2023

           

          Saldo

           

           

           

           

           

           

           

           

           

           

           

           

           

          Ontvangsten eigen dienstjaar 2023

           

           

          145.000,00

           

           

           

           

           

           

          Uitgaven eigen dienstjaar 2023

           

           

          145.000,00

           

          0,00

               

           

           

           

           

           

           

           

           

           

          Ontvangsten vorige dienstjaren (in 2023)

          0,00

           

           

           

           

           

          Uitgaven vorige dienstjaren (in 2023)

          0,00

          0,00

           

           

           

           

           

           

           

           

           

           

           

           

          Ontvangsten overboekingen 2023

                                  0,00

           

           

           

           

           

          Uitgaven overboekingen 2023

          0,00

                                   0,00

           

           

           

           

           

           

           

           

           

           

           

           

          Geraamd resultaat van de begroting 2023 (+ of -)

           

           

          0,00

          (2)

           

           

             

          Geraamd algemeen begrotingsresultaat 2023 - Buitengewone dienst

          5.717,72

          (3)

           

           

           

          (3) = (1) + (2)

           

           

           

           

        • Tweetaligheidstoelage – Erkenning van het Frans en Engels als nuttige talen voor de personeelsleden van de politiezone Aarschot

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad beslist om alle personeelsleden, zowel van het operationeel kader als van het administratief en logistiek kader die over de vereiste bewijzen van taalkennis beschikken, een tweetaligheidstoelage toe te kennen. Het bewijs hiervan zal worden geleverd door het personeelslid en ter controle aan de personeelsdienst worden voorgelegd.

          Toelichting

          Omdat vriendelijkheid, behulpzaamheid, beleefdheid en ontvangst op het politiekantoor als enorm belangrijk worden ervaren door de inwoners van onze stad, willen we (in navolging van andere politiezones van het arrondissement Leuven) de medewerkers die hiertoe dagdagelijks inspanningen leveren door o.a. het gebruik van een andere taal, een tweetaligheidstoelage toekennen. Deze toelage is beperkt tot het Frans en het Engels en kan zowel aan het operationeel als aan het administratief en logistiek personeel worden toegekend, indien zij een attest afleveren aan de personeelsdienst.

          Het gebaar van erkenning voor het personeel is groot, de financiële impact van de taalpremie is daarentegen niet disproportioneel (zie bedragen in de nota) en gaat gepaard met de afschaffing van een deel oude premies. 

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen;
          • de omzendbrief BA/2001/13 van 07.09.2001 (B.S. 09.10.2001) van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Administratie Binnenlandse Aangelegenheden, Afdeling Juridische Aangelegenheden en Verkiezingen - Nieuwe lokale politie - ééngemeentezones en meergemeentezones - administratief toezicht – specifiek toezicht en gewoon toezicht;
          • de omzendbrief BA/2002/12 van 27.09.2002 (B.S. 15.10.2002) van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Administratie Binnenlandse Aangelegenheden, Afdeling Juridische Aangelegenheden en Verkiezingen - administratief toezicht op de gemeenten en de politiezones - wijzigingen aan het decreet van 28.04.1993 door het decreet van 15.07.2002;
          • de wet van 07.12.1998 (B.S. 05.01.1999) tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, die op 01.01.2001 geheel in werking treedt (WGP);
          • het koninklijk besluit van 18.07.1966 (B.S. 02.08.1966) houdende de coördinatie van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken
          • het koninklijk besluit van 8.03.2001 (B.S. 31.03.2001) tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966
          • het koninklijk besluit van 30.03.2001 (B.S. 31.03.2001) tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten (RPPol) artikelen XI.III.31 tot en met XI.III.33ter en de bijlage 8 en 14
          • het ministerieel besluit van 28.12.2001 (B.S. 15.01.2002) tot uitvoering van sommige bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten (UBPol), artikelen XI.8 tot en met XI.10
          • Basisoverlegcomité van 25 oktober 2022
          Feiten, context en motivering

          Bij de modernisering van het politiestatuut werd er schoon schip gemaakt met de wildgroei aan premies. Dit betroffen premies die vaak geen directe link hadden met verworven kennis of vaardigheden, maar louter verbonden waren aan posities die men bezette: toelage motorrijder, toelage beveiliging, toelage scheepvaartpolitie, nabijheidstoelage, toelage misdrijfanalist, toelage strategisch analist, premie leidinggevenden, toelage opleider, selectietoelage, vergoeding werkelijke onderzoekskosten, toelage beleidsmedewerker, ...

          De taalpremie werd echter wel behouden omdat men ermee in broodnodige concurrentiestrijd met de private arbeidssector kon treden. Bovendien is de premie verbonden aan het behalen van een diploma. Tot slot wordt de kennis van vreemde talen met de dag belangrijker en onmisbaarder bij politiewerk.

          Het voorkomen van de politieambtenaren, de ontvangst op het politiekantoor en de beleefdheid, de vriendelijkheid en de behulpzaamheid van de politie zijn belangrijke troeven van de politiezone Aarschot. Dit is onder andere het gevolg van het feit dat onze medewerkers zich zo goed als mogelijk proberen verstaanbaar te maken voor de burgers en indien nodig of wenselijk ook gebruik maken van een andere taal.

          De Aarschotse bevolking is de voorbije jaren sterk gegroeid en omdat internationale migratie een belangrijke rol speelt in die aangroei wordt de stad ook meer divers. Ook zorgt de wereldwijde digitalisering en toegankelijkheid via diverse communicatiemiddelen voor een toename aan lokale slachtoffers van misdrijven in andere talen (o.a. oplichting via internet). Daarenboven is de stad Aarschot een aantrekkelijke toeristische bestemming en belangrijk pendelknooppunt met het station Aarschot als frequente overstapplaats, ook voor niet-Nederlandstaligen. Het spreekt voor zich dat onze medewerkers dan ook veelvuldig in contact treden met anderstalige burgers. 

          Het gebruik van talen in bestuurszaken wordt geregeld door de taalwetgeving. Aangezien de stad Aarschot tot het Vlaams Gewest behoort en geen faciliteitengemeente is, is de officiële taal het Nederlands. Dit betekent dat onze medewerkers niet wettelijk tweetalig kunnen/moeten zijn en er geen bestuurlijke documenten in de Franse taal worden opgesteld.

          Maar dit neemt niet weg dat hulp bieden onze hoofdtaak is en dat het bij hulpverlening moeilijk denkbaar is om aan slachtoffers of personen die om bijstand verzoeken, te vragen om later terug contact op te nemen, wanneer zij bijvoorbeeld vergezeld zijn van een tolk of een persoon die het Nederlands machtig is. Niet alleen geldt dit ten aanzien van slachtoffers en hulpbehoevenden, maar ook ten aanzien van verdachten is het gebruik van andere talen in sommige gevallen onvermijdelijk. Zo bijvoorbeeld wanneer iemand opgesloten wordt en het recht op medische bijstand wordt toegelicht of de rechten die betrokkene heeft in het kader van de Salduz-procedure, enzovoort. Ook tijdens tussenkomsten komt het frequent voor dat andere talen worden gebruikt om de situatie te doen de-escaleren zodat dwang of geweld tot een minimum beperkt kunnen worden. 

          Omdat vriendelijkheid, behulpzaamheid, beleefdheid en ontvangst op het politiekantoor als enorm belangrijk worden ervaren door de inwoners van onze stad, willen we (in navolging van andere politiezones van het arrondissement Leuven) de medewerkers die hiertoe dagdagelijks inspanningen leveren door o.a. het gebruik van een andere taal, een tweetaligheidstoelage toekennen.  Bovendien blijft de politiezone Aarschot met deze maatregel competitief in het aantrekken van goede én taalvaardige werkkrachten.

          In navolging van andere politiezones in het arrondissement Leuven vragen wij derhalve aan de gemeenteraad om de taalpremie toe te kennen, weliswaar beperkt tot het Frans en het Engels.

          Het gebaar van erkenning voor het personeel is groot, de financiële impact van de taalpremie is daarentegen niet disproportioneel (zie bedragen in de nota) en gaat gepaard met de afschaffing van een deel oude premies. 

          Financiële Impact/budget

          De personeelskosten zijn ingeschreven in de politiebegroting 2023 ev.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Artikel 1

          De gemeenteraad beslist om alle personeelsleden, zowel van het operationeel kader als van het administratief en logistiek kader die over de vereiste bewijzen van taalkennis beschikken, een tweetaligheidstoelage toe te kennen. Het bewijs hiervan zal worden geleverd door het personeelslid en ter controle aan de personeelsdienst worden voorgelegd.


          Artikel 2

          Voor de politiezone Aarschot wordt de Franse en Engelse taal als nuttig erkend. Je kan voor één van beide talen, maar ook voor beide talen een tweetaligheidstoelage ontvangen.


          Artikel 3

          De tweetaligheidstoelage voor Frans en Engels kan worden toegekend vanaf 1 januari 2023.

      • Technische zaken

        • Gemeenteweg nr. 116 in Rillaar: definitief akkoord met voorstel tot gedeeltelijke opheffing

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad gaat akkoord met de gedeeltelijke opheffing van gemeenteweg nr. 116 zoals opgenomen in de Atlas van de Buurtwegen in Rillaar, ter hoogte van de percelen kadastraal gekend als afdeling 5, sectie C, nr. 297L, 300P, 300R, en keurt het rooilijnplan goed, conform het plan van de landmeter-expert.

          Toelichting

          Gemeenteweg nr. 116 in Rillaar wordt best gedeeltelijk versmald naar een breedte van 1,65m volgens de oorspronkelijke ligging, waarvan de verbreding dd.23.09.1911 nooit werd gerealiseerd en gedeeltelijk opgeheven omdat de verplaatsing dd. 05.04.1957 nooit werd gerealiseerd en een woning bezwaart.

          Regelgeving
          • het decreet van 22.12.2017 over het lokaal bestuur en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse Regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7 december 2018;
          • het Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen;
          • het decreet van 03.05.2019 houdende de gemeentewegen;
          • het besluit van 20.06.2014 van de Vlaamse Regering tot vaststelling van nadere regels voor de organisatie van het openbaar onderzoek inzake buurtwegen;
          Feiten, context en motivering
          • de aanvraag van stad Aarschot, Ten Drossaarde 1, 3200 Aarschot tot gedeeltelijke opheffing van gemeenteweg nr. 116 zoals opgenomen in de atlas van de Buurtwegen in Rillaar ter hoogte van de percelen kadastraal gekend als afdeling 5, Sectie C, nr. 297L, 300P, 300R;
          • het bijgevoegd plan van landmeter-expert Pieter Goeron, Schrieksebaan 25, 3120 Tremelo;
          • het besluit van de gemeenteraad van 08.09.2022 houdende het principieel akkoord met de gedeeltelijke opheffing van gemeenteweg nr. 116 zoals opgenomen in de Atlas van de Buurtwegen in Rillaar;
          • het openbaar onderzoek betreffende de gedeeltelijke opheffing van gemeenteweg nr. 116 zoals opgenomen in de Atlas van de Buurtwegen in Rillaar, dat aanving op 29.09.2022 om 9 uur en liep tot en met 29.10.2022 om 24:00 uur;
          • het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 25.11.2022 houdende de sluiting van het openbaar onderzoek betreffende de gedeeltelijke opheffing van gemeenteweg nr. 116 zoals opgenomen in de Atlas van de Buurtwegen in Rillaar;


          Overwegende dat

          • een bezwaar werd ingediend voor het einde van het openbaar onderzoek, zie het integrale bezwaarschrift als bijlage; 
          • het college van burgemeester en schepenen dit bezwaar onderzocht heeft en van oordeel is dat het bezwaar niet gegrond is; 
          • dat het college als volgt oordeelt:
          1. Op de eerste plaats merkt de bezwaarindiener op dat de verwijzing naar de toe te passen regelgeving in de beslissing van de gemeenteraad van 8 september 2022 deels niet juist is en deels niet relevant.

            De kritiek heeft betrekking op de vermelding in de gemeenteraadsbeslissing van het decreet 26 maart 2004 als rechtsgrond, daar waar dit decreet werd opgeheven en vervangen door het Bestuursdecreet van 7 december 2018. Deze kritiek is terecht, het college stelt voor deze rechtsgrond aan te passen in de door de gemeenteraad te nemen beslissing. Voor zoveel als nodig merkt het college op dat de relevante bepalingen van het decreet van 7 december 2018 correct werden toegepast.

            De bezwaarindiener stelt verder dat de verwijzing naar de federale wet Openbaarheid van Bestuur van 11 april 1994 niet relevant lijkt. Daar de gemeente niet alleen bevoegdheden heeft in gewestelijke en gemeenschapsmateries, maar ook in federale materies, stelt het college voor deze rechtsgrond te behouden.

          2. Op de tweede plaats stelt de bezwaarindiener dat hij geen behoorlijke respons gekregen heeft op zijn vragen inzake openbaarheid.

            Meer bepaald klaagt hij erover dat hij geen kopie heeft gekregen van “de gemotiveerde aanvraag van belanghebbende(n) met als bijlage het rooilijnplan/grafisch plan waarop de voorgestelde wijzigingen werden aangebracht.” Hij concludeert daaruit dat hij daardoor ofwel geschaad is geweest in zijn rechten als deelnemer aan het openbaar onderzoek, ofwel dat daardoor de feitenweergave in de princiepsbeslissing niet overeenstemt met de feiten.

            Het college is van mening dat dit bezwaar niet gegrond is. Onderaan op de eerste pagina van de ter inzage gelegde plannen is aangeduid om welke reden de voorgenomen wijziging/afschaffing wordt voorgesteld. Hoewel dit niet uitdrukkelijk als zodanig vermeld is, is het redelijkerwijze voor iedereen duidelijk dat het initiatief door de gemeente zelf genomen is, en niet door andere belanghebbenden.

            Daar er geen andere initiatieven zijn dan het gemeentelijk initiatief, waarvan de bezwaarindiener kennis heeft gekregen tijdens het openbaar onderzoek, valt niet in te zien hoe de door hem aangevoerde schending van zijn recht op deelname aan het openbaar onderzoek bewezen is, laat staan hem belet heeft met kennis van zaken zijn bezwaren te formuleren. Er is evenmin sprake van een foute feitenweergave in de beslissing van de gemeenteraad.

          3. Op de derde plaats voert de bezwaarindiener aan dat het tracé van het noordelijk deel (Roth-Wijper) niet correct werd weergegeven, meer bepaald zou de weg, na de voorgestelde wijziging (versmalling) niet meer te paard op de aangrenzende percelen liggen, zoals in de atlas nochtans is weergegeven.

            Dit bezwaar mist feitelijke grondslag.

            Vooreerst blijkt uit de atlas van de buurtwegen, zoals beschikbaar gesteld door de provincie Vlaams-Brabant, dat de verbreding (naar 3.30m) waartoe beslist werd door de gemeenteraad van Rillaar van 23 september 1911 zich geheel ten westen van de bestaande buurtweg (breedte 1,65m) situeert. Het is dat deel dat afgeschaft wordt.

            En wat inhoudelijk nog belangrijker is, uit de ter inzage gelegde plannen blijkt duidelijk dat de buurtweg wel degelijk op zijn oorspronkelijke plaats behouden blijft, hij ligt aan weerszijden van de eigendomsgrens tussen de percelen 300R en 300P enerzijds (de percelen waarop de verbreding betrekking had) en perceel 301W anderzijds. Er is dus ook geen sprake van dat de last van de buurtweg verschoven zou worden van de ene eigenaar naar de andere. De eigenaar van perceel 301W blijft in dezelfde mate belast als voorheen, de eigenaars van de percelen 300R en 300P blijven eveneens belast voor de andere helft van de breedte van 1.65m.

            Voorts merkt het college op dat de princiepsbeslissing terecht vermeldt dat deze verbreding nooit werd gerealiseerd. Dit dient immers begrepen te worden volgens het gewone spraakgebruik, namelijk dat de verbreding nooit op het terrein zelf werd uitgevoerd. Dat feit kan moeilijk betwist worden, en wordt door de bezwaarindiener ook niet betwist.

          4. Op de vierde plaats voert de bezwaarindiener aan dat de gemeenteraad ten onrechte heeft aangenomen dat het zuidelijk deel (Wijper-Diestsesteenweg) nooit gerealiseerd werd. Hij acht het onwaarschijnlijk dat de eigenaar die de verplaatsing van dit deel had aangevraagd, zich aan de realisatie ervan onttrokken zou hebben. Hij voert verder aan dat de realisatie blijkt uit de NGI topografische kaarten, zowel de uitgave van 1963-1965 als deze van 1976-77.

            Ook dit bezwaar mist feitelijke grondslag.

            De bewering dat de eigenaar zich niet verzet zou hebben tegen de feitelijke aanleg van het verplaatste tracé – voor zover die bewering al bewezen is, wat de bezwaarindiener niet door enige verklaring of document staaft – toon natuurlijk niet aan de verplaatsing dus wel gerealiseerd werd. Maar wat belangrijker is, de feitelijke toestand ter plaatse maakt duidelijk dat die verplaatsing niet aanwezig is, er is ook geen enkel spoor dat dit ooit wel het geval geweest zou zijn. De kaarten van het ING tonen alleen de theoretische toestand, niet de feitelijke toestand op het terrein. De luchtfoto’s van Geopunt Vlaanderen daarentegen tonen geen spoor van enige weg op de betrokken plaats (zwart-witte foto zomer 1971, en nog duidelijker kleurfoto zomer 1979).

          5. Op de vijfde plaats voert de bezwaarindiener aan dat het vertrouwensbeginsel is geschonden.

            Hij stelt dat het argument dat het zuidelijk (afgeschafte) deel niet goed aansluit op het noordelijk deel in strijd is met de probleemloze aanvaarding ervan bij de eerdere wijziging zelf. Het oorspronkelijk tracé  vertoonde dit gebrek aan aansluiting helemaal niet, en dat gebrek wordt vandaag als argument aangevoerd voor een nog verder gaande benadeling van de publieke ligging. Verder stelt hij dat de verbinding met de Diestsesteenweg via de  “smalle” Wijper langer is (120m i.p.v.38m) , die weg is ook geen trage weg zodat het veiligheidsargument  “uiterst relatief” is.

            Dat de gemeenteraad van Rillaar in 1957 een verplaatsing “probleemloos” aanvaard heeft, betekent nog niet dat toen ook al aspecten als gebruiksgemak en veiligheid in overweging werden genomen. De bezwaarindiener spreekt niet tegen dat de verplaatsing tot gevolg heeft dat er geen goede aansluiting is met het noordelijk gedeelte, dat gegeven is gewoon correct, en daar doet de beslissing van 1957 niets aan af, aangenomen al dat dit gegeven op dat ogenblik al enige rol gespeeld zou hebben in de beslissing van de gemeenteraad van RIllaar. De langere afstand tot de Diestsesteenweg is van ondergeschikt belang voor een hoofdzakelijk voor recreatieve doeleinden gebruikte weg, en tenslotte en vooral, het staat zonder meer vast dat het gebruik door voetgangers en fietsers (laat staan ander verkeer) langs de Wijper richting Diestsesteenweg veel veiliger is dan de doorsteek via het afgeschafte deel. Het college merkt overigens op dat de bezwaarindiener het veiligheidsargument overigens niet tegenspreekt, hij vindt het alleen maar “uiterst relatief”. Maar het is dus wel degelijk een correct én uiterst relevant gegeven.

            Verder voert de bezwaarindiener aan dat het beleid van de stad niet coherent is,  omdat zij pas een paar jaar geleden met veel overtuiging pad 126 tussen de Wijper en de Diestsesteenweg  heropend heeft, terwijl dit een gelijkaardige situatie betreft. Terloops verwijt hij de gemeente dat ze geen moeite gedaan heeft om het zuidelijk deel van pad 126 te herstellen. De stad zou systematisch de voorrang geven aan de belangen van de eigenaars en de aangelanden.

            Vooreerst dient uitdrukkelijk ontkend te worden dat de stad voorrang geeft aan de belangen van de eigenaars en aangelanden. Het beleid is gericht op het algemeen belang, maar in tegenstelling tot wat soms wordt voorgehouden, is het absoluut niet zo dat er altijd een tegenstelling is tussen het algemeen belang en het private belang, in vele gevallen kunnen die perfect samenvallen. Wat er ook van zij, in deze zaak heeft de gemeente zich uitsluitend laten leiden door het algemeen belang, en er mag aan herinnerd worden aan de aspecten veiligheid en goede aansluiting. En het is niet omdat pad 126 tussen Wijper en Diestsesteenweg wel gebruikt wordt – ook al kan dat leiden tot onveilige toestanden zoals de bewaarindiener suggereert – dat dit dus ook maar elders moet gebeuren.

            Tenslotte betwist hij ook dat er een aanzienlijk niveauverschil zou zijn op het punt waar het afgeschafte deel uitgeeft op de Diestsesteenweg. Hij stelt dat dit niet voldoende is voor een redelijke verhouding tussen afschaffing en instandhouding.

            Op de eerste plaats betwist de bezwaarindiener niet dat er een aanzienlijk niveauverschil is op de aansluiting op de Diestsesteenweg, hij stelt wel dat er geen verdere detaillering is. Als hij detaillering belangrijk vindt, had hij zonder veel moeite zijn bezwaar op dat punt kunnen onderbouwen, wat hij niet gedaan heeft.  Wat betreft de door hem betwiste “redelijke verhouding” tussen voor-en nadelen van de afschaffing, in essentie is de beoordeling het resultaat van een beleidsafweging, die én het prerogatief, én de verantwoordelijkheid is van de bevoegde overheid, en waarbij zij, en zij alleen, over een ruimte discretionaire bevoegdheid beschikt. In dit geval heeft de gemeenteraad, om de motieven die in de princiepsbeslissing zijn aangegeven, geoordeeld dat  dit deel van de buurtweg afgeschaft moet worden, en deze beslissing is in feite correct en in rechte verantwoord, en ligt duidelijk binnen de grenzen van de beoordelingsmarge van de gemeenteraad.

          6. Op de zesde plaats voert de bezwaarindiener aan dat de beslissing niet de toets van de artikelen 3 en 4 van het Gemeentewegendecreet doorstaat.

            Hij voert aan dat de gemeente had moeten onderzoeken of er, binnen het kader van een uit te bouwen netwerk trage wegen, mogelijke aanknopingspunten waren ten zuiden van de Diestsesteenweg.

            Het verwijt dat de princiepsbeslissing om die reden behept is met een gebrekkige motivering is ongegrond

            Bij gebrek aan enige concrete aanwijzing van de noodzaak aan  nieuw aan te leggen trage wegen op dat precieze punt van de Diestsesteenweg – een blik op de wegenkaart toont aan dat er geen bestaande wegen zijn waarop het afgeschafte deel zou kunnen aansluiten – geeft de bezwaarindiener een al te ruime en in rechte onhoudbare invulling aan het motiveringsbeginsel. Daarbij komt nog dat de Diestsesteenweg, die een druk gebruikte verkeersweg is, niet zonder ingrijpende maatregelen met de daaraan verbonden kostprijs, kan ingericht worden voor een veilige oversteek door voetgangers en fietsers. En het is niet omdat op andere plaatsen de veiligheid mogelijk te wensen overlaat, dat er dus zomaar een bijkomende onveilige oversteek gerealiseerd zou moeten worden. Daar de Diestsesteenweg een gewestweg is, heeft de gemeente geen beheersbevoegdheid over die weg en kan ze ook niet zelf, in voorkomend geval, de nodige werken voor een veilig gebruik door overstekende voetgangers en fietsers ondernemen.
          7. Op de zevende plaats voert de bezwaarindiener aan dat de gemeente geen dan wel onvoldoende aandacht besteed zou hebben aan de criteria van de artikels 3 en 4 van het Gemeentewegendecreet.

            Hij stelt dat de afschaffing van het zuidelijk deel de verderzetting is van eerdere onwettige beslissingen om buurtweg 113 ten zuiden van de Diestsesteenweg af te schaffen.

            De bezwaarindiener toont in geen enkel opzicht aan waarom de gedeeltelijke afschaffing/wijziging van pad 113 onwettelijk zou zijn, en nog minder waarom uit deze dubieuze premisse de onwettelijkheid van  de afschaffing van het zuidelijk deel van pad 116 zou volgen.

            Het verwijt dat onvoldoende gemotiveerd zou zijn waarom de afschaffing in het algemeen belang is, is eveneens zonder grond.

            De bezwaarindiener doet het voorkomen alsof de afschaffing niet in het algemeen belang is, maar in het belang van de particuliere eigenaars. Hij wil blijkbaar niet aanvaarden dat een beslissing die genomen is in het algemeen belang, ook in het belang van particulieren kan zijn. In ieder geval, de princiepbeslissing toont meer dan voldoende aan waarom de beslissing in het algemeen belang is, en met name en vooral, de veiligheid van de gebruikers aan de verbinding met de Diestsesteenweg en het beschikbaar zijn van een veilig en gebruiksvriendelijker alternatief. Als de bezwaarindiener geen problemen heeft in verband met de veiligheid van de gebruikers, is dat zijn zaak, voor de stad is dat evenwel een hoge prioriteit.

            Samengevat, het is evident dat de princiepsbeslissing geen afbreuk doet aan het fijnmazig netwerk van trage wegen en wel beantwoordt aan de ruimtelijke behoeften, kortom in het algemeen belang is omwille van de in de beslissing opgegeven motieven.

          8. De bezwaarindiener stelt in een achtste bezwaar dat hij geen inzicht heeft in de reden waarom de stad van oordeel is dat er geen meerwaarde betaald moet worden, hij heeft alleen het reglement van 18 mei 2015 ontvangen. Dat reglement is volgens hem onwettig, omdat het steunt op de opgeheven Buurtwegenwet, en als het al wettig zou zijn, is het verouderd  omdat de bedragen niet beantwoorden aan de huidige waarderingen van onroerend goed.

            De bezwaarindiener heeft zoals elke burger uiteraard het recht bezwaren in te dienen, maar dat betekent nog niet dat hij ook een belang heeft bij alle mogelijke bezwaren. De bezwaarindiener is geen inwoner van de stad Aarschot, en betaalt er ook geen belastingen. Daaruit volgt dat hij als zodanig geen belang heeft bij een aspect van het dossier dat enkel en alleen de financiën van de stad betreft. Dat gaat alleen de stad zelf, haar inwoners en andere personen die belastingen aan de stad Aarschot (als te onderscheiden van retributies) betalen,  aan.

            Voorts is het argument dat het reglement  van 18 mei 2015 onwettig zou zijn omdat het steunt op de opgeheven Buutwegenwet zonder enige grond, omdat het een welbekend principe is dat een uitvoeringsbesluit geldig blijft als de hogere regel die de eerdere regel waar het besluit op steunt, vervangt, in een gelijkaardige rechtsgrond voorziet. Dat is hier het geval. Het reglement blijft dus zonder meer geldig.

            Wat het bezwaar betreft dat het reglement verouderd zou zijn omdat het niet meer aangepast is aan de huidige vastgoedprijzen, ook dat is ongegrond omdat het vaststellen van de bedragen binnen de beoordelingsbevoegdheid van de gemeenteraad valt. Ook al zouden de bedragen niet zijn aangepast, dan is het reglement daarom niet onwettig. En zolang het niet is opgeheven of vervangen, dient de gemeenteraad dit reglement toe te passen, zo niet begaat hij een onwettigheid juist door het reglement niet toe te passen.

          Gelet op

          • het besluit van de gemeenteraad van 18.05.2015 houdende de bepaling van de te betalen (meer)waarde bij afschaffing, wijziging of verlegging van buurt- en voetwegen;
          • de eerdere toetsing van het dossier aan de artikels 3 en 4 van het decreet gemeentewegen;


          Overwegende dat

          • de gedeeltelijke opheffing van gemeenteweg nr. 116 zoals opgenomen in de Atlas van de Buurtwegen in Rillaar aanvaard kan worden om reden dat voor het noordelijk gedeelte de wegverbreding nooit werd gerealiseerd  en er geen behoefte is om de weg te verbreden voor bredere voertuigen en voor het zuidelijk gedeelte het niet wenselijk is en er geen behoefte is om een tracé te realiseren;
          • er geen meerwaarde dient betaald te worden
          • de gemeenteraad, na beraadslaging, zich aansluit bij de bevindingen van het college van burgemeester en schepenen, en het bezwaar als niet gegrond beoordeelt;
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, Nico Creces, Bart Dehaes, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Hannelore Castelein, Martine Verlinden
          Onthouders: André Peeters, Betty Kiesekoms, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Petra Vanlommel, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Met 17 stemmen voor, 9 onthoudingen
          Besluit

          Artikel 1

          De gemeenteraad stelt vast dat het ingediende bezwaarschrift ongegrond is om bovenvermelde redenen en deze opgenomen in de beslissing van de sluiting van het openbaar onderzoek dd. 18.11.2022.


          Artikel 2

          De gemeenteraad is definitief akkoord met de gedeeltelijke opheffing van de gemeenteweg nr. 116 zoals opgenomen in de Atlas van de Buurtwegen te Rillaar, ter hoogte van de percelen kadastraal gekend als afdeling 5, sectie C, nr. 297L, 300P, 300R, en keurt het rooilijnplan goed, conform het bijgevoegd plan van landmeter-expert Pieter Goeron.


          Artikel 3

          Er dient geen meerwaarde betaald te worden.


          Artikel 4

          Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van deze definitieve beslissing zoals bepaald in het decreet gemeentewegen.

           

          Artikel 5

          Dit besluit wordt samen met het plan van de gedeeltelijke opheffing van gemeenteweg nr. 116 zoals opgenomen in de Atlas van de Buurtwegen in Rillaar overgemaakt met een beveiligde zending aan de deputatie van de provincie Vlaams-Brabant en voor het departement via uploaden in het loket lokale besturen.


          Artikel 6

          Het college van burgemeester en schepenen brengt iedereen die in het kader van het openbaar onderzoek een standpunt, opmerking of bezwaar heeft ingediend met een beveiligde zending op de hoogte van het besluit van de gemeenteraad tot definitieve vaststelling van het gemeentelijk rooilijnplan.


          Artikel 7

          Het besluit van de gemeenteraad tot definitieve vaststelling kan geraadpleegd worden via de website van de stad Aarschot www.aarschot.be of via de raadpleegomgeving.

        • Synthesenota Regionaal Mobiliteitsplan Vervoerregio Leuven

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad keurt de synthesenota van het Regionaal Mobiliteitsplan van de Vervoerregio Leuven goed.

          Toelichting

          De Synthesenota van het Regionaal Mobiliteitsplan van de vervoerregio Leuven wordt ter goedkeuring voorgelegd op de gemeenteraad.

          In de synthesenota worden drie toekomstscenario’s opgebouwd.

          • Business as Usual 2030
          • Scenario ‘Corridors’
          • Scenario ‘Stedelijke bolsters'


          De drie scenario’s resulteren in drie verschillende mobiliteitsnetwerken met telkens bijhorende mobiliteitsprojecten. Dergelijke mobiliteitsprojecten kunnen bijvoorbeeld de aanleg van fietssnelwegen, de uitwerking van de wegencategorisering of de reorganisatie/uitbouw van het openbaar vervoer zijn, maar eveneens een breed programma aan flankerende maatregelen.

          Het uiteenlopende en complexe karakter van de scenario’s en de spiegeling aan de realiteit zorgt er voor dat geen enkel van de drie scenario’s in zijn totaliteit gekozen zal worden. Aan de hand van de basisscenario’s worden een aantal mogelijkheden verkend, zodat de gunstige elementen tot een beleidsscenario samengevoegd kunnen worden.

          Onze diensten en de schepen van Mobiliteit zijn bij alle voorgaande stappen betrokken geweest via werkbanken en vervoerregioraden.

          Na de goedkeuring van de synthesenota door de gemeenten kan deze goedgekeurd worden op de vervoerregioraad van 16.12.2022.

          De vervoerregio wil medio 2023 het actieplan als sluitstuk van het regionaal mobiliteitsplan voorleggen aan de vervoerregioraad.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7 december 2018;
          • het Besluit van de Vlaamse Regering d.d. 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen; 
          Feiten, context en motivering

          De Synthesenota van het Regionaal Mobiliteitsplan van de vervoerregio Leuven wordt ter goedkeuring voorgelegd op de gemeenteraad.

          In de synthesenota worden drie toekomstscenario’s opgebouwd.

          • Business as Usual 2030
          • Scenario ‘Corridors’
          • Scenario ‘Stedelijke bolsters'


          De drie scenario’s resulteren in drie verschillende mobiliteitsnetwerken met telkens bijhorende mobiliteitsprojecten. Dergelijke mobiliteitsprojecten kunnen bijvoorbeeld de aanleg van fietssnelwegen, de uitwerking van de wegencategorisering of de reorganisatie/uitbouw van het openbaar vervoer zijn, maar eveneens een breed programma aan flankerende maatregelen.

          Het uiteenlopende en complexe karakter van de scenario’s en de spiegeling aan de realiteit zorgt er voor dat geen enkel van de drie scenario’s in zijn totaliteit gekozen zal worden. Aan de hand van de basisscenario’s worden een aantal mogelijkheden verkend, zodat de gunstige elementen tot een beleidsscenario samengevoegd kunnen worden.

          Onze diensten en de schepen van Mobiliteit zijn bij alle voorgaande stappen betrokken geweest via werkbanken en vervoerregioraden.

          Na de goedkeuring van de synthesenota door de gemeenten kan deze goedgekeurd worden op de vervoerregioraad van 16.12.2022.

          De vervoerregio wil medio 2023 het actieplan als sluitstuk van het regionaal mobiliteitsplan voorleggen aan de vervoerregioraad.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Bart Dehaes, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Nele Weckhuyzen
          Onthouders: André Peeters, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Dries Van Horebeek
          Resultaat: Met 20 stemmen voor, 6 onthoudingen
          Besluit

          De gemeenteraad keurt de synthesenota van het Regionaal Mobiliteitsplan van de Vervoerregio Leuven goed.

        • Code voor infrastructuur– en nutswerken langs gemeentewegen

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad keurt de code voor infrastructuur- en nutswerken langs gemeentewegen goed. 

          Toelichting

          De gemeente en netwerkbeheerders zijn partners bij de aanleg van infrastructuur in het gemeentelijk openbaar domein. Gemeentewerken en nutswerken en nutswerken onderling vergen continu afstemming en overleg.

          In 2001 stelden de Vlaamse Raad van Netwerkbeheerders (VRN) en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) een code voor infrastructuur - en nutswerken langs gemeentewegen op met afspraken tussen de nutsbedrijven en gemeenten voor werken in het openbaar domein. Ondertussen groeide vanuit de ervaringen op het terrein de vraag naar actualisatie van de code. Zo worden niet alle doelstellingen (o.a. kwaliteitsvol herstel, klachtenbehandeling, communicatie) voldoende gehaald. Er is ook nood aan betere afdwingbaarheid. De ervaring en vraag naar het ‘minder hinder’ concept nam toe. Er ontstonden digitale tools (KLIP, KLIM, GIPOD, …) die de afspraken uit de code kunnen ondersteunen.

          Daarom actualiseerden de VVSG en de VRN de code van 2001. 

          Regelgeving
          • het Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7.12.2018;
          • Het Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
          Feiten, context en motivering
          • Deze code wil zorgen voor duurzaam beheer en inrichting van het openbaar domein en van de ondergrondse- en bovengrondse infrastructuur; kwaliteitsvolle uitvoering van werken (inclusief puntwerken) in het openbaar domein; een goed herstel van het openbaar domein na nutswerken; een betere afstemming van werken; een betere communicatie; aandacht voor omwonenden en (zwakke) weggebruikers en een performante opvolging voor meldingen en klachten.
          • In de code staan afspraken over de handhaving ervan.
          • Bij het opstellen van deze code werd ernaar gestreefd om een behoorlijk bestuur door de overheid en minimale hinder voor de burger zoveel mogelijk te associëren met een goede dienstverlening aan de klanten van de nutsbedrijven.
          • Deze code kwam tot stand na intensieve besprekingen tussen een delegatie van nutsbedrijven, een delegatie van gemeenten (van klein tot groot), de Vlaamse Raad van Netwerkbeheerders, de VVSG, TedeWest en Igemo.
          • De VVSG roept alle gemeenten en nutsbedrijven op om deze code te onderschrijven.
          • Door een standaardisering van de afspraken zullen de nutsmaatschappijen de afspraken beter kunnen laten doorwerken in hun organisatie en zullen de afspraken beter kunnen afgedwongen worden bij de uitvoerders op het terrein.
          • De Raad van Bestuur van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten keurde de Code voor infrastructuur-en nutswerken langs gemeentewegen goed in de zittingen van 3 februari 2016 en 02 maart 2016.
          • Het is de bedoeling om de Code voor infrastructuur-en nutswerken langs gemeentewegen toepasselijk te maken op alle nutsbedrijven werkzaam op het grondgebied van onze gemeente.
          Financiële Impact/budget

          De ondertekening van de code op zich heeft geen financiële gevolgen en geen gevolgen voor het personeelsbestand.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Artikel 1

          De gemeenteraad keurt de code voor infrastructuur- en nutswerken langs gemeentewegen goed. Deze code is opgenomen als bijlage bij dit besluit. 

           

          Artikel 2

          De bepalingen van de nieuwe code gelden vanaf 01/01/2023.

          Deze bepalingen gelden voor elke opdrachtgever die de code heeft goedgekeurd en die werken uitvoert op het grondgebied van de gemeente.

      • Ruimtelijke ordening en stedenbouw

        • Aanpassing gemeenteweg door kosteloze/gratis grondafstand in het kader van de omgevingsvergunningsaanvraag OM/2022/00311

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad is definitief akkoord met de plaatselijke verbreding van de gemeenteweg zoals voorgesteld op het verkavelingsplan van de landmeter-expert.

          Toelichting

          Op 18/08/2022 werd een omgevingsvergunningsaanvraag ingediend met als onderwerp het bouwen van een eengezinswoning met gratis grondafstand. Deze aanvraag heeft als referentie OMV_2022039203, vindt plaats op de percelen kadastraal gekend als 24652F0485/00F002 en is gelegen langs de Gijmelsesteenweg 196 - 3201 Aarschot. In deze omgevingsvergunningsaanvraag wordt een aanpassing van de gemeenteweg aangevraagd volgens het verkavelingsplan in bijlage opgesteld door landmeter-expert Véronique Peeters gevestigd te Leuvensesteenweg 25 - 3200 Aarschot. Het betreft een hoekperceel en de gratis grondafstand is gevestigd in Milistichel.

          Voor de verwezenlijking van de handelingen in de omgevingsvergunningsaanvraag dient het perceel aangeduid op het verkavelingsplan als lot 2 met een oppervlakte van 177m² ingelijfd te worden in het openbaar domein voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg.

          In bijlage zijn de relevantste documenten en plannen m.b.t. de omgevingsvergunningsaanvraag mee opgenomen. Het volledige dossier kan geraadpleegd worden bij het Departement Omgeving.

          Voorstel van besluit:

          Het perceel aangeduid op het verkavelingsplan als lot 2 met een oppervlakte van 177m², waarvan de inlijving in het openbaar domein nodig is voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg, zal kosteloos aangeschaft worden door de stad Aarschot bij wijze van gratis grondafstand en om reden van openbaar nut.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen;
          • artikel 4.2.17 §2 en artikel 4.2.25 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening;
          • het decreet van 01.09.2019 betreffende de gemeentewegen.
          Feiten, context en motivering

          Gelet op

          • de omgevingsvergunningsaanvraag:
            • met als referentie OMV_2022039203;
            • ingediend op 18/08/2022;
            • van Vangossum Bob gevestigd te Milisstichel 1 - 3201 Aarschot;
            • met als onderwerp het bouwen van een eengezinswoning met gratis grondafstand;
            • op de percelen kadastraal gekend als 24652F0485/00F002.
          • het bijgevoegde verkavelingsplan opgesteld door landmeter-expert Véronique Peeters gevestigd te Leuvensesteenweg 25 - 3200 Aarschot waaruit blijkt dat voor de verwezenlijking van de in de omgevingsvergunningsaanvraag opgenomen handelingen, het perceel aangeduid op het verkavelingsplan als lot 2 met een oppervlakte van 177m², dient ingelijfd te worden bij het openbaar domein voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg.


          Overwegende dat

          • het perceel aangeduid op het bijgevoegde verkavelingsplan als lot 2 met een oppervlakte van 177m², bestemd is voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg Milistichel en na kosteloze grondoverdracht aldus van openbaar nut zal zijn;
          • er geen schatting van de waarde nodig is vermits deze grond kosteloos door de stad wordt verkregen;
          • dit perceel uit de verkaveling wordt gesloten om gevoegd te worden bij het openbaar domein (de gemeenteweg van de Milisstichel);
          • een openbaar onderzoek omtrent de omgevingsvergunningsaanvraag werd georganiseerd van 28/09/2022 tot en met 27/10/2022 waarbij er 0 bezwaren werden ingediend voor het einde van het openbaar onderzoek;
          • de aanpassing van de gemeenteweg aanvaard kan worden omdat het plaatselijk verbreden van de gemeenteweg noodzakelijk is voor de realisatie van de handelingen zoals opgenomen in de omgevingsvergunningsaanvraag.
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek
          Onthouders: Betty Kiesekoms, Petra Vanlommel, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Met 23 stemmen voor, 3 onthoudingen
          Besluit

          Artikel 1

          De gemeenteraad stelt vast dat er geen bezwaarschriften werden ingediend.

           

          Artikel 2

          De gemeenteraad is definitief akkoord met de plaatselijke verbreding van de gemeenteweg zoals voorgesteld op het bijgevoegd verkavelingsplan van landmeter-expert Véronique Peeters.

           

          Artikel 3

          Het perceel aangeduid op het verkavelingsplan als lot 2 met een oppervlakte van 177m², waarvan de inlijving in het openbaar domein nodig is voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg, zal kosteloos aangeschaft worden door de stad Aarschot bij wijze van gratis grondafstand en om reden van openbaar nut.

           

          Artikel 4

          Bij het verlijden van de notariële akte zal de stad Aarschot vertegenwoordigd worden door de algemeen directeur en de voorzitter van de gemeenteraad of diens afgevaardigden.

        • Aanpassing gemeenteweg door kosteloze/gratis grondafstand in het kader van de omgevingsvergunningsaanvraag VERKW/2022/00357

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad is definitief akkoord met de plaatselijke verbreding van de gemeenteweg zoals voorgesteld op verkavelingsplan van de landmeter-expert.

          Toelichting

          Er werd een omgevingsvergunningsaanvraag ingediend met als onderwerp het verkavelen van een perceel in 4 loten met uitsluiting van lot 2, 3 en 4 (lot 4 gratis grondafstand). Deze aanvraag heeft als referentie OMV_2022128766, vindt plaats op de percelen kadastraal gekend als 24652F0134/00L000, 24652F0134/00M000 en is gelegen langs de Diepenweg 8, 3201 Aarschot. In deze omgevingsvergunningsaanvraag wordt een aanpassing van de gemeenteweg aangevraagd volgens het verkavelingsplan in bijlage opgesteld door landmeter-expert Peeters Véronique gevestigd te Leuvensesteenweg 25 - 3200 Aarschot.

          Voor de verwezenlijking van de handelingen in de omgevingsvergunningsaanvraag dient het perceel aangeduid op het verkavelingsplan als lot 4 met een oppervlakte van 86m² ingelijfd te worden in het openbaar domein voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg.

          In bijlage zijn de relevantste documenten en plannen m.b.t. de omgevingsvergunningsaanvraag mee opgenomen. Het volledige dossier kan geraadpleegd worden bij het Departement Omgeving.

          Voorstel van besluit:

          Het perceel aangeduid op het verkavelingsplan als lot 4 met een oppervlakte van 86m², waarvan de inlijving in het openbaar domein nodig is voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg, zal kosteloos aangeschaft worden door de stad Aarschot bij wijze van gratis grondafstand en om reden van openbaar nut.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen;
          • artikel 4.2.17 §2 en artikel 4.2.25 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening;
          • het decreet van 01.09.2019 betreffende de gemeentewegen.
          Feiten, context en motivering

          Gelet op

          • de omgevingsvergunningsaanvraag:
            • met als referentie OMV_2022128766 ;
            • ingediend op 26/09/2022;
            • van Peeters Véronique gevestigd te Leuvensesteenweg 25 - 3200 Aarschot;
            • met als onderwerp het verkavelen van een perceel in 4 loten met uitsluiting van lot 2, 3 en 4 (lot 4 gratis grondafstand);
            • op de percelen kadastraal gekend als 24652F0134/00L000, 24652F0134/00M000.
          • het bijgevoegde verkavelingsplan opgesteld door landmeter-expert Peeters Véronique gevestigd te Leuvensesteenweg 25 - 3200 Aarschot waaruit blijkt dat voor de verwezenlijking van de in de omgevingsvergunningsaanvraag opgenomen handelingen, het perceel aangeduid op het verkavelingsplan als lot 4 met een oppervlakte van 86m², dient ingelijfd te worden bij het openbaar domein voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg.


          Overwegende dat

          • het perceel aangeduid op het bijgevoegde verkavelingsplan als lot 4 met een oppervlakte van 86m², bestemd is voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg en na kosteloze grondoverdracht aldus van openbaar nut zal zijn;
          • er geen schatting van de waarde nodig is vermits deze grond kosteloos door de stad wordt verkregen;
          • dit perceel uit de verkaveling wordt gesloten om gevoegd te worden bij het openbaar domein ;
          • een openbaar onderzoek omtrent de omgevingsvergunningsaanvraag werd georganiseerd van 29/10/2022 tot en met 27/11/2022 waarbij er 0 bezwaren werden ingediend voor het einde van het openbaar onderzoek;
          • de aanpassing van de gemeenteweg aanvaard kan worden om reden dat het plaatselijk verbreden van de gemeenteweg noodzakelijk is voor de realisatie van de handelingen zoals opgenomen in de omgevingsvergunningsaanvraag.
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek
          Onthouders: Betty Kiesekoms, Petra Vanlommel, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Met 23 stemmen voor, 3 onthoudingen
          Besluit

          Artikel 1

          De gemeenteraad stelt vast dat er geen bezwaarschriften werden ingediend.


          Artikel 2

          De gemeenteraad is definitief akkoord met de plaatselijke verbreding van de gemeenteweg zoals voorgesteld op het bijgevoegd verkavelingsplan van landmeter-expert Peeters Véronique.


          Artikel 3

          Het perceel aangeduid op het verkavelingsplan als lot 4 met een oppervlakte van 86m², waarvan de inlijving in het openbaar domein nodig is voor het plaatselijk en gedeeltelijk verbreden van de gemeenteweg, zal kosteloos aangeschaft worden door de stad Aarschot bij wijze van gratis grondafstand en om reden van openbaar nut.


          Artikel 4

          Bij het verlijden van de notariële akte zal de stad Aarschot vertegenwoordigd worden door de algemeen directeur en de voorzitter van de gemeenteraad of diens afgevaardigden.

      • Leefmilieu

        • Retributie op het ophalen en verwerken van het huisvuil en daarmee gelijkgestelde afvalstoffen (periode 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023)

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad keurt de retributie op het ophalen en verwerken van het huisvuil en daarmee gelijkgestelde afvalstoffen (periode 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023) goed.

          Toelichting

          Op het vlak van de tarieven verschilt het voorgestelde retributiereglement 2023 niet van het reglement van 2022. De tarieven blijven ongewijzigd.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen;
          • het decreet van 23.12.2011 betreffende het duurzaam beheer van materialenkringlopen en afvalstoffen;
          • het besluit van 17.12.2012 van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen;
          • de totale “afvalberg” in 2015  voor de stad Aarschot, waarvoor de tonnages als vermeld in het Bijzonder Bestek aangaande de overheidsopdracht voor diensten met als onderwerp “Stedelijk afvalbeheer op het grondgebied van Aarschot voor de periode van 01.07.2015 t.e.m. 31.12.2024”.
          Feiten, context en motivering

          Overwegende dat

          • bijzondere inspanningen moeten worden gedaan voor sensibilisatie inzake afvalvoorkoming en hergebruik van afvalstoffen;
          • de stad Aarschot het principe “de vervuiler betaalt” volledig wil toepassen en derhalve alle kosten inzake afval ten laste wil leggen van de vervuiler via een retributie op het ophalen en verwerken van het huisvuil en daarmee gelijkgestelde afvalstoffen; hiermee wordt de vervuiler ertoe aangezet, via prijsprikkels, om zijn hoeveelheid afval zo veel mogelijk en gedifferentieerd te beperken, hierbij rekening houdend met de ladder van Lansink:     
          • Preventie;
          • Hergebruik;
          • Nuttige toepassing;
          • Recycleren;
          • Verbranden;
          • Storten;
          • het gebruik van het huisvuilophaalsysteem (containers met geïdentificeerde chips) en recyclageparksysteem (met CART functie d.i. controle, acceptatie, registratie en tarificatie) toelaat om per referentiepersoon te registreren hoeveel hij vervuilt en met welke fracties;
          • de stad de voorkeur geeft aan een provisioneel betalingssysteem, m.n. door per referentiepersoon een provisierekening te willen koppelen;
          • het wenselijk is om het provisiebedrag te laten variëren naargelang de op het verbruikersadres geregistreerde aantallen afvalrecipiënten, hun volume en het type (fractie) en/of de verbruikershistoriek van de referentiepersonen;
          • indien de provisierekening op een specifiek moment terugvalt onder een vooropgesteld drempelbedrag, het aangewezen is om opdrachtnemer de gebruiker hiervan in kennis te laten stellen, m.n. dat aan deze gebruiker onverwijld een nieuwe betalingsuitnodiging toegezonden wordt;
          • indien blijkt dat het resterende saldo op de aan een referentiepersoon gekoppelde provisierekening tot een schuldsaldo wordt herleid óf in minus komt te staan - het aangewezen is om de referentiepersoon hiervan in kennis te stellen en deze te motiveren om over te gaan tot het aanzuiveren van de betreffende provisierekening;
          • het aangewezen is om in dit geval de opdrachtnemer een afrekening factuur te laten overzenden aan de betrokken referentiepersoon;
          • het aangewezen is om bij verdere aanmaning- en deurwaardersprocedure de opvolging te laten uitvoeren door de diensten van het departement Financiën van de stad Aarschot;
          • het aangewezen is om de resterende positieve saldo’s op de provisierekening van referentiepersonen, bij stopzetting van dienstverlening, over te maken aan de begunstigde referentiepersonen;
          • het aangewezen is om voormelde maatregelen te reguleren binnen het onderhavige retributiereglement;
          • de stad Aarschot zich derhalve verplicht ziet om in haar begroting de inkomsten (retributies) en uitgaven (facturen voor dienstverlening) in te schrijven, en deze inhoudelijk met mekaar moeten overeenstemmen;
          • het oude reglement op het ophalen en verwerken van het huisvuil en daarmee gelijkgestelde afvalstoffen 2022 (periode 01.01.2022 t.e.m. 31.12.2022) afloopt op 31.12.2022.
          Financiële Impact/budget

          De gepaste kredieten voorzien zijn in het meerjarenplan:

          - MJP101738 - 2022/70000999/RUIMTE/0300 -- Opbrengsten uit andere verkopen/Ophalen en verwerken van huishoudelijk afval.

           

          De totale afvalfactuur (opdrachtbedrag) voor de inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen kan voor de jaren 2015 t.e.m. 2024 voor de stad Aarschot geraamd worden op:      

          1. € 2.448.231,00                       (opdrachtbedrag 2015 op jaarbasis, incl. BTW)
          2. € 2.472.696,00                       (opdrachtbedrag 2016 op jaarbasis, incl. BTW)
          3. € 2.523.150,00                       (opdrachtbedrag 2017 op jaarbasis, incl. BTW)
          4. € 2.574.613,00                       (opdrachtbedrag 2018 op jaarbasis, incl. BTW)
          5. € 2.627.104,00                       (opdrachtbedrag 2019 op jaarbasis, incl. BTW)
          6. € 2.657.245,00                       (opdrachtbedrag 2020 op jaarbasis, incl. BTW)
          7. € 2.699.006,00                       (opdrachtbedrag 2021 op jaarbasis, incl. BTW)
          8. € 2.740.767,00                       (opdrachtbedrag 2022 op jaarbasis, incl. BTW)
          9. € 2.782.528,00                       (opdrachtbedrag 2023 op jaarbasis, incl. BTW)
          10. € 2.824.289,00                       (opdrachtbedrag 2024 op jaarbasis, incl. BTW)
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          I.         Retributie voor het restafval, het grof huisvuil, het GFT-afval, het papier- en kartonafval en het snoeihout en algemene modaliteiten


          Artikel 1
          Er wordt met ingang van 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023, ten behoeve van de stad Aarschot, een retributie gevestigd op het afleveren van het restafval, het grof huisvuil, het GFT-afval, het papier- en kartonafval en het snoeihout.


          Artikel 2: Restafval variabele kost
          Voor het afleveren van het restafval in de restafvalcontainer, wordt de volgende retributie aangerekend:

          • 0,30 EUR/kg.


          De retributie is verschuldigd op het ogenblik dat de kipbeweging van de container en het gewicht van het meegegeven restafval door de ophaalwagen wordt geregistreerd.

          Voor het afleveren van het restafval in een brenghoekcontainer, wordt de volgende retributie aangerekend:

          • 1,80 EUR per lading*


          De retributie is verschuldigd nádat de referentiepersoon zich aangemeld heeft aan de hand van zijn geïndividualiseerde recyclageparkkaart, maar pas op het ogenblik dat diezelfde referentiepersoon de schuif van het laadsysteem - volladen met een restafvalzak van maximaal 60 liter - sluit.

              *    De variabele kost wordt berekend aan de hand van het gemiddelde vulgewicht in Vlaanderen 5,94 kg (bron: OVAM - Sorteeranalyse onderzoek huisvuil 2013-2014). Hierbij werd de berekende variabele kost afgerond naar het hogere decimaal.


          Artikel 3: Restafval vaste kost
          Voor de vaste kost van het huishoudelijk afval (restafval) wordt per aanbieding van een restafvalcontainer van 40, 120, 140 (uitdovend), 240 of 1.100 liter een bijdrage aangerekend (zoals opgenomen in tabel 3.1) waarbij het principe ‘de vervuiler betaalt’ wordt toegepast per elke afzonderlijke aanbieding.

           

          Inhoud restafvalcontainer

          Bijdrage in de vaste kosten

          40              liter      restafvalcontainer

          0,29           EUR/kipbeweging

          120            liter      restafvalcontainer

          0,86           EUR/kipbeweging

          140            liter      restafvalcontainer (uitdovend)

          1,00           EUR/kipbeweging

          240            liter      restafvalcontainer

          1,71           EUR/kipbeweging

          1100          liter      restafvalcontainer

          7,86           EUR/kipbeweging

          Tabel 3.1: Bijdrage in de vaste kosten

          Deze betaling is verschuldigd op het ogenblik dat de kipbeweging van de container en het gewicht van het meegegeven restafval door de ophaalwagen wordt geregistreerd.


          Artikel 4: GFT-afval
          Voor het afleveren van het GFT-afval in de GFT-container, wordt de volgende retributie aangerekend:

          • 0,25 EUR/kg.


          De retributie is verschuldigd op het ogenblik dat de kipbeweging van de container en het gewicht van het meegegeven GFT-afval door de ophaalwagen wordt geregistreerd.


          Artikel 5: Papier- en kartonafval
          Voor het afleveren van het papier- en kartonafval in de papiercontainer, wordt de volgende retributie aangerekend:

          • 0,00 EUR/kg.


          Artikel 6: Grof vuil
          Voor het afleveren van het al dan niet samengebonden grof vuil wordt de volgende retributie aangerekend:

          • 0,55 EUR/kg.


          De retributie is verschuldigd op het ogenblik dat het gewicht van het meegegeven grof vuil door de ophaalwagen wordt geregistreerd.


          Artikel 7: Snoeihout
          Voor het afleveren van het al dan niet samengebonden snoeihout wordt de volgende retributie aangerekend:

          • 0,42 EUR/kg.


          De retributie is verschuldigd op het ogenblik dat het gewicht van het meegegeven snoeihout door de ophaalwagen wordt geregistreerd.


          Artikel 8: Provisiesysteem
          §1. Algemeen


          Aan elke (nieuwe) geregistreerde referentiepersoon, in bezit van een recyclageparkkaart en/of één of meerdere van de volgende containertypes:

          • 40        liter         restafvalcontainer
          • 120      liter         restafvalcontainer
          • (140     liter         restafvalcontainer / uitdovend)
          • 240      liter         restafvalcontainer
          • 1.100   liter         restafvalcontainer
          • 40        liter         gft - container (groente-, fruit- en tuinafval container)
          • 120      liter         gft - container
          • (140     liter         gft - container / uitdovend)
          • 240      liter         gft - container
          • 40        liter         P&K - container (papier en karton container)
          • 120      liter         P&K - container
          • (140     liter         P&K - container / uitdovend)
          • 240      liter         P&K - container

          wordt verzocht om vóór de opstart van de dienstverlening de provisierekening aan te zuiveren.

          Een referentiepersoon dient dus bij registratie de aan zijn referentiepersoon gekoppelde provisierekening bij de stad Aarschot aan te zuiveren vooraleer de dienstverlening van start kan gaan. Ook bij uitputting van de voorschotrekening zal deze referentiepersoon worden verzocht om een nieuw geldelijk bedrag te storten.

          §2. Tarifering


          Voor de eerste aanzuivering van de provisierekening dienen de referentiepersonen de volgende wijze van tarifering te respecteren. Het aan te zuiveren bedrag dat bij registratie van een referentiepersoon op een welbepaald adres dient te worden gestort, wordt als volgt bepaald.

          Per aansluitpunt wordt de referentiepersoon verzocht om - per type afvalrecipiënt in zijn/haar bezit - om een specifiek geldelijk bedrag op de provisierekening te storten. Dit bedrag wordt berekend op basis van de gemiddelde massa’s voor de verschillende types en volumes van afvalrecipiënten, alsook de kosten die de stad Aarschot voor de ophaling aan de gebruikers (referentiepersonen) aan wil rekenen.

          In de onderstaande tabel 8.3.1 worden per type afvalrecipiënt en per volume de te verzoeken bedragen weergegeven:

           

          Volume Fractie Gemiddelde massa (kg) Eenheidsprijs (€) Gemiddelde kostprijs (€ per ophaling)
          1.100 L REST 42,2 0,30 € / kg + 7,86 € aanbiedingsprijs 20,52 €
          240 L REST 18,0 0,30 € / kg + 1,71 € aanbiedingsprijs 7,11 €
          140 L REST 10,5 0,30 € / kg + 1,00 € aanbiedingsprijs 4,15 €
          120 L REST 9,0 0,30 € / kg + 0,86 € aanbiedingsprijs 3,56 €
          40 L REST 4,3 0,30 € / kg + 0,29 € aanbiedingsprijs 1,58 €
          240 L GFT 20,74 0,25 € / kg 5,19 €
          140 L GFT 12,1 0,25 € / kg 3,03 e
          120 L GFT 10,4 0,25 € / kg 2,60 €
          40 L GFT 4,5 0,25 € / kg 1,13 €

          Tabel 8.3.1: Berekening van de gemiddelde kostprijs per ophaling.


          De gemiddelde jaarkost - per fractie en volumetype afvalrecipiënt - bedraagt:

           

          Volume (L)

          Fractie

          Jaarlijks gemiddelde (of geraamde*) aantal ophalingen per aansluiting /  referentiepersoon

          Gemiddelde kostprijs (€) per type afvalrecipiënt per ophaling

          Gemiddelde jaarlijkse kostprijs (€) per type afvalrecipiënt

          Afronding gemiddelde jaarlijkse kostprijs (€) per type afvalrecipiënt

          1.100

          REST

          13

          20,52

          205,20

          205,-

          240

          REST

          9*

          7,11

          63,99

          64,-

          140

          REST

          14

          4,15

          58,10

          58,-

          120

          REST

          14*

          3,56

          49,84

          50,-

          40

          REST

          12

          1,58

          18,96

          19,-

          240

          GFT

          6*

          5,19

          31,14

          31,-

          140

          GFT

          7

          3,03

          21,21

          21,-

          120

          GFT

          7*

          2,60

          18,20

          19,-

          40

          GFT

          7

          1,13

          7,91

          8,-

          Tabel 8.3.2: Berekening en afronding van de gemiddelde jaarlijkse kostprijs per fractie en volumetype afvalrecipiënt.


          De volgende subtarieven worden gehanteerd in de berekening van het totaaltarief dat bij de registratie van een referentiepersoon wordt opgevraagd aan deze referentiepersoon:

           

          Volume (L)

          Fractie

          Jaarlijks gemiddelde (of geraamde*) aantal ophalingen per aansluiting /  referentiepersoon

          Gemiddelde jaarlijkse kostprijs (€) per type afvalrecipiënt (afgerond)

          Tarifering (€) voor de 1ste algemene betalings-uitnodiging

          Minimumbedrag

          totaaltarief aansluiting

          (zie onderstaande toelichting)

          1.100

          REST

          13

          205,-

          205,-

           

           

           

           

          25,-

          240

          REST

          9*

          64,-

          64,-

          140

          REST

          14

          58,-

          58,-

          120

          REST

          14*

          50,-

          50,-

          40

          REST

          12

          19,-

          19,-

          240

          GFT

          6*

          31,-

          31,-

          140

          GFT

          7

          21,-

          21,-

          120

          GFT

          7*

          19,-

          19,-

          40

          GFT

          7

          8,-

          8,-

          Tabel 8.3.3: Berekening en afronding van de tarieven per fractie en volumetype afvalrecipiënt.


          §3. Rekenwijze bij aanvang / registratie van een referentiepersoon

          De volgende rekenwijze dient te worden gehanteerd voor de bepaling van het totaaltarief dat bij de registratie wordt opgevraagd aan de referentieperso(o)n(en): Per fractie en volumetype afvalrecipiënt wordt de tarifering als in hoger staande tabel 8.3.3 aangerekend. Deze subtarieven worden gesommeerd. Het totaaltarief is het saldo waarom de stad Aarschot zal verzoeken. Er wordt een minimumtarief van 25,- euro vastgesteld per referentiepersoon, ongeacht de samenstelling van de op het adres van deze referentiepersoon aanwezige afvalrecipiënten (containertypes en volumes).

          Voorbeeld 1: Voor referentiepersonen met volgende actieve afvalrecipiënten:

          1 X 140 L REST

          58,00 €

          +

          1 X 140 L GFT

          21,50 €

          +

          1 X 140 L P&K

          0 €

          = 79,50 €


          Totaaltarief 1ste algemene betalingsuitnodiging = 79,50 €

          Voor de voorgelegde samenstelling (containertypes en volumes) wordt het totaaltarief berekend op 79,50 €. Aan de referentiepersoon wordt daarom verzocht een tarief van 79,50 € over te schrijven op de provisierekening.

           

          Voorbeeld 2: Voor referentiepersonen met volgende actieve afvalrecipiënten:

          1 X 40 L REST

          19,00 €

          +

          1 X 40 L GFT

          0 €

          +

          1 X 40 L P&K

          0 €

          = 19,00 €


          Totaaltarief 1ste algemene betalingsuitnodiging = 19,00 €

          Voor de voorgelegde samenstelling (containertypes en volumes) wordt het totaaltarief berekend op 19,00 €. Het minimum aan te zuiveren tarief dat bij registratie wordt opgevraagd aan de referentiepersonen bedraagt 25,- €. Aan de referentiepersoon wordt daarom verzocht het minimumtarief € 25,- over te schrijven op de provisierekening, i.p.v. het berekende tarief van 19,00 €

          §4. Wijze van verrekenen van de gepresteerde kosten

          Al de door referentiepersonen gepresteerde kosten - gekoppeld aan het gebruik van het afvalsysteem van de stad Aarschot - worden geautomatiseerd van de provisierekening van de desbetreffende referentiepersonen afgetrokken. Dit volgens de vooropgestelde dotatieregels.

          Referentiepersonen die zich inschrijven op een nieuw adres dienen geen kosten te betalen voor o.m.:

          • de aanlevering van afvalcontainers;
          • het bijvragen van afvalcontainers;
          • het bestellen van een recyclageparkkaart;


          Referentiepersonen, die reeds méér dan 1 maand als referentiepersoon geregistreerd staan op hun nieuwe adres, dienen voor de volgende dienstverlening de gepresteerde kosten te dragen:

          • het bijvragen van een extra afvalcontainer: 12,50 € per afvalcontainer;            
          • het vervangen van recyclageparkkaart (verlies of diefstal): 12,50 € per recyclageparkkaart;
          • het wisselen van afvalcontainers (volumewissel): 12,50 €  per containerwissel.


          Referentiepersonen dienen voor de volgende dienstverlening de gepresteerde kosten te dragen:

          • het plaatsen van slot(en) op afvalcontainer(s): 36,00 €  per containerslot;


          Al de te presteren kosten inzake de aanlevering, het bijvragen en wisselen van containers, alsook het bestellen en vervangen van recyclageparkkaarten en de plaatsing van sloten, worden in mindering gebracht van de provisierekening, gekoppeld aan de betreffende referentiepersoon, dit voorafgaandelijk aan de eigenlijke dienstverlening.


          De volgende maatregelen zijn voor de geregistreerde referentiepersonen steeds kosteloos:

          • het vervangen van deksel(s) en/of herstellen/vervangen van defecte container(s);
          • het bestellen van een recyclageparkkaart ingeval de betrokken referentiepersoon nog nooit een geregistreerde recyclageparkkaart toegekend werd.


          §5. Verzenden van betalingsuitnodiging(en) en -verzoek(en)

          Indien de provisierekening van een referentiepersoon op een specifiek moment terugvalt onder een vooropgesteld drempelbedrag (zie artikel 10), zal deze referentiepersoon hiervan in kennis worden gesteld. Aan deze referentiepersoon wordt onverwijld een nieuwe betalingsuitnodiging of een betalingsverzoek toegezonden.


          Artikel 9: Toepassing van dotatieregels
          Telkens de ophaalwagen een kipbeweging en/of een aangeboden massa registreert, zal de retributie zoals bepaald in de artikelen 2, 3, 4, 5, 6 en 7 in mindering worden gebracht van de provisierekening, gekoppeld aan de referentiepersoon die de resp. afvalbakken aangeboden heeft.


          Artikel 10: Aanzuiveren van provisie en betalingssystemen
          §.1 Indien de provisierekening van een referentiepersoon op een specifiek moment terugvalt onder een vooropgesteld drempelbedrag, zal deze referentiepersoon hiervan voortschrijdend in kennis worden gesteld: Aan de referentiepersonen worden onverwijld de nodige betalingsuitnodigingen, -verzoeken, facturen en/of dwangbevelen toegezonden.

          Dit volgens volgend systeem en chronologie:

           

          I.             betalingsuitnodiging

          Wanneer het resterende saldo op de provisierekening van de referentiepersoon bij de stad Aarschot de eerste limiet bereikt van 12,50 euro bereikt - d.w.z. dat het  saldo = of < € 12,50  is - zal aan de referentiepersoon een betalingsuitnodiging worden overgezonden. Dit laat toe de gebruiker tijdig de nodige betalingen te laten uitvoeren, opdat de ophaling niet in het gedrang zou komen.


          II.           betalingsverzoek

          Wanneer het resterende saldo op de provisierekening van de referentiepersoon bij de stad Aarschot geen krediet meer bevat - d.w.z. dat het saldo <  € 0 is - zal:

            1. de toegang voor de betreffende referentiepersoon tot het recyclagepark worden geweigerd;
            2. aan de referentiepersoon een betalingsverzoek worden overgezonden: In dit betalingsverzoek wordt de referentiepersoon verzocht om binnen een termijn van 14 kalenderdagen het provisiekrediet aan te zuiveren tot een bedrag van minimaal 15,- euro.

          Indien de referentiepersoon vervolgens nalaat om binnen 28 kalenderdagen na datum verzending betalingsverzoek het provisiekrediet aan te zuiveren, zal de betreffende referentiepersoon op non-actief (zwarte lijst) worden geplaatst, m.n. zullen de afvalcontainers niet langer worden geledigd.


          III.          afrekeningfactuur

          Na het verlopen van een termijn van 4 weken, te tellen vanaf de datum van verzending van het betalingsverzoek, zal er bij vaststelling van wanbetaling van ditzelfde betalingsverzoek, aan de betreffende referentiepersoon een afrekeningfactuur toegezonden worden.

          Aan de referentiepersoon wordt een betalingstermijn van 14 dagen verleend tot betaling van deze afrekeningfactuur.


          IV.          laatste aangetekende aanmaning voor dwangbevel

          Na het verlopen van de betalingstermijn van de afrekeningfactuur, zal er bij vaststelling van wanbetaling van ditzelfde afrekeningfactuur, een laatst aangetekende aanmaning voor dwangbevel toegezonden worden.

          In de laatst aangetekende aanmaning voor dwangbevel worden de volgende bijkomende kosten verrekend:

          1. Administratieve kost: 20,00     euro;
          2. Verwijlintresten.

          Aan de referentiepersoon wordt een betalingstermijn van 7 dagen verleend tot betaling van deze laatst aangetekende aanmaning voor dwangbevel.


          V.            dwangbevel

          Na het verlopen van de betalingstermijn van de laatste aangetekende aanmaning voor dwangbevel, zal er bij vaststelling van wanbetaling van diezelfde laatst aangetekende aanmaning voor dwangbevel, een dwangbevel opgemaakt worden.

          In navolging van de tarieven die aldus door de hogere overheid als redelijk geacht worden, wordt per aanmaning een redelijk bedrag van 20,- euro aan administratieve kosten bijgerekend voor:

            1. zowel de kostendekking van de aangetekende zending(en);
            2. als de kostendekking voor opmaak van het dwangbevel.

          Het dwangbevel wordt binnen een termijn van 30 dagen, tellende vanaf datum verzending laatst aangetekende aanmaning voor dwangbevel voor goedkeuring geagendeerd voor het College van Burgemeester en Schepenen. De financieel beheerder zal hiervoor instaan, alsook voor de eventueel navolgende deurwaarderprocedure.

           

          §2. Een provisierekening kan steeds op het eigen initiatief van de hieraan gekoppelde referentiepersoon worden aangezuiverd:

          • middels betaling aan de op het grondgebied Aarschot voorziene (her)laadpalen;
          • middels overschrijving van een saldo op de provisierekening;
          • middels contante betaling of betaling via bancontact bij de diensten Leefmilieu en Financiën, ten stadhuize.

           

          §3. Aansluitingen die geblokkeerd of op non-actief geplaatst werden, worden pas terug op actief geplaatst:

          • óf nadat het saldo van het betreffende provisiekrediet terug wordt aangezuiverd tot minimaal € 15,-;
          • óf vanaf het moment dat de betreffende referentiepersoon de eerste afbetaling doorgevoerd heeft in navolging van een door de dienst Financiën of deurwaarder goedgekeurd afbetalingsplan.


          Artikel 11: Afmelding van een referentiepersoon
          Bij een afmelding van een referentiepersoon (vb. mutatie van een referentiepersoon in- en ex-Aarschot) wordt de dienstverlening stopgezet, en wordt het nog beschikbare bedrag op de provisierekening bij de stad Aarschot teruggestort op het rekeningnummer van de betreffende referentiepersoon.

          Bij het vaststellen van een overlijden van een referentiepersoon wordt de dienstverlening 21 kalenderdagen na de vaststelling van het overlijden stopgezet. Het nog beschikbare provisiebedrag op de provisierekening bij de stad Aarschot wordt teruggestort, en wel in deze volgorde, op het rekeningnummer van:

          1. de nog openstaande rekening van de referentiepersoon;
          2. de door de beheerder van de nalatenschap, of nazaten, aan te geven rekening.

           


           

          II.  P.M.D.-zakken: (inhoud: 60  liter)

           

          Artikel 12
          Er wordt voor de periode 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023 een retributie gevestigd op het afleveren van P.M.D.-zakken.


          Artikel 13
          De retributie bedraagt € 0,25 per zak. De zakken worden slechts per rol van 20 zakken verkocht (€ 5,00).


          Artikel 14
          De P.M.D.-zakken kunnen bekomen worden :

          • aan de infobalie – stadhuis gelijkvloers – tijdens de kantooruren;
          • bij de door het College van Burgemeester en Schepenen aangeduide handelaars;


          Artikel 15
          De retributie op het afleveren van P.M.D.-zakken is ten laste van diegene die er om verzoekt.


          Artikel 16
          De retributie op het afleveren van P.M.D.-zakken bij de infobalie van het stadhuis moet contant worden betaald.

           


          III.      Grote P.M.D.-zakken (scholen - stadsdiensten): (inhoud : 120 liter)

           

          Artikel 17
          Er wordt voor de periode 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023 een retributie gevestigd op het afleveren van grote P.M.D.-zakken.


          Artikel 18
          De retributie bedraagt € 0,25 per zak. De zakken worden slechts per doos van 300 zakken verkocht (€ 75,00).


          Artikel 19
          De grote P.M.D.-zakken kunnen bekomen worden aan de infobalie – stadhuis gelijkvloers – tijdens de kantooruren.


          Artikel 20
          De grote P.M.D.-zakken mogen enkel gebruikt worden door de scholen van Aarschot.


          Artikel 21
          De koper verbindt er zich toe de grote P.M.D.-zakken niet door te verkopen, te ruilen of af te staan aan derden.


          Artikel 22
          De retributie op het afleveren van grote P.M.D.-zakken is ten laste van diegene die er om verzoekt.


          Artikel 23
          De retributie op het afleveren van grote P.M.D.-zakken moet contant worden betaald.

           


          IV.      Recyclagepark

           

          Artikel 24
          Er wordt voor de periode 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023 een retributie gevestigd op de aanvoer van gras, tuinafval, grof vuil, boomstronken, snoeihout, houtafval, bouw- en sloopafval, vlak glas en autobanden op het recyclagepark.


          Artikel 25: Aanvoer grof vuil op het recyclagepark:
          Voor de aanvoer van het grof vuil op het recyclagepark, wordt de volgende retributie aangerekend:

          • 0,30 EUR/kg.


          De retributie is verschuldigd op het ogenblik dat de weegbrug de massa van het aangevoerde grof vuil, registreert.


          Artikel 26: Aanvoer groenafval (gras, tuinafval en snoeihout) en boomstronken op het recyclagepark:
          Voor de aanvoer van het groenafval (gras, tuinafval en snoeihout) en boomstronken op het recyclagepark, wordt de volgende retributie aangerekend:

          • 0,27 EUR/kg.


          De retributie is verschuldigd op het ogenblik dat de weegbrug de massa van het aangevoerde tuinafval, gras, snoeihout en boomstronken, registreert.

          Voor de eerste 200 kg groenafval en boomstronken dewelke worden aangeboden op het recyclagepark krijgen de referentiepersonen jaarlijks een reductie van 100 % op de betreffende retributie.


          Artikel 27: Aanvoer houtafval, asbestcement en vlak glas op het recyclagepark:
          Voor de aanvoer van houtafval, asbestcement en vlak glas op het recyclagepark, wordt de volgende retributie aangerekend:

          • 0,17 EUR/kg.


          De retributie is verschuldigd op het ogenblik dat de weegbrug de massa van het aangevoerde houtafval, asbestcement en/of vlak glas registreert.

          Voor de eerste 200 kg asbestcement dewelke worden aangeboden op het recyclagepark krijgt de referentiepersoon jaarlijks een reductie van 100 % op de betreffende retributie.

          Voor de eerste 300 kg houtafval dewelke worden aangeboden op het recyclagepark krijgt de referentiepersoon jaarlijks een reductie van 100 % op de betreffende retributie.


          Artikel 28: Aanvoer bouw- en sloopafval op het recyclagepark:
          Voor de aanvoer van bouw- en sloopafval op het recyclagepark wordt de volgende retributie aangerekend:

          • 0,03 EUR/kg.


          De retributie is verschuldigd op het ogenblik dat de weegbrug de massa van het aangevoerde bouw- en sloopafval registreert.

          Voor de eerste 300 kg bouw- en sloopafval dewelke worden aangeboden op het recyclagepark krijgt de referentiepersoon jaarlijks een reductie van 100 % op de betreffende retributie.


          Artikel 29
          De retributie op de aanvoer van afvalstoffen op het recyclagepark is ten laste van diegene (referentiepersoon) die er om verzoekt.


          Artikel 30
          Bij elke registratie van een  massa van aangevoerde afvalstoffen op het recyclagepark (door de weegbrug) zal de retributie zoals bepaald in de artikelen 25, 26, 27 en 28 in mindering worden gebracht van de provisierekening, gekoppeld aan de referentiepersoon die (of in wiens naam) de afvalstoffen aangeboden werden op het recyclagepark.

        • Reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten / retributie voor extra contingent witte kunststofzakken - Dienstjaar: 2023

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          Het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten / retributie voor extra contingent witte kunststofzakken - Dienstjaar 2023, wordt goedgekeurd.

          Toelichting

          Bij wijze van dienst aan de Aarschotse bevolking is het aangewezen een sociale correctie toe te kennen aan de bevolkingsgroepen die wegens omstandigheden meer huishoudelijk afval hebben dan een doorsnee gezin (wegens ziekte, kinderen, enz.).

          Voor het dienstjaar 2023 komen volgende bevolkingsgroepen in aanmerking  voor de tussenkomst van een éénmalige premie in de onkosten voor de huisvuilophaling:

          Peritoneale dialysepatiënten € 25
          Stomapatiënten € 25
          Patiënten die lijden aan incontienentie   100 witte kunststofzakken voor luierafval
          Gezinnen met 1 of > kinderen jonger dan 3 jaar 100 witte kunststofzakken voor luierafval of voor herbruikbare luiers de helft van de factuur met een  maximum van € 125
          Onthaalouders 100 witte kunststofzakken voor luierafval per voltijds kind
          Mini-crèches  100 witte kunststofzakken voor luierafval per voltijds kind

           

          De financiële tegemoetkoming is cumuleerbaar voor de rechthebbenden die tegelijk voldoen aan meerdere van de hoger genoemde correcties.

          De premie voor de aankoop of huur van een pakket voorgevormde herbruikbare luiers en bijhorende benodigdheden is enkel en alleen van toepassing voor gezinnen met één of meerdere kinderen jonger dan 3 jaar. Deze premie kan maar éénmaal per kind worden aangevraagd (blijft geldig gedurende 3 jaar) en is derhalve niet cumuleerbaar met andere financiële tegemoetkomingen voortkomend uit het besluit.

          Bovendien wordt de mogelijkheid geboden aan de doelgroepen om een extra contingent witte kunststofzakken aan te kopen bovenop het gratis contingent. Voor het afleveren van het extra contingent van 50 witte kunststofzakken wordt een kostprijs van € 0,15 per witte kunststofzak aangerekend, of wel te verstaan € 7,5 voor 1 totaal contingent witte kunststofzakken (50 stuks). De retributie is verschuldigd bij aankoop van het contingent.

          De volgende doelgroepen hebben recht om jaarlijks - éénmalig - een extra contingent witte kunststofzakken aan te kopen bij de dienst Leefmilieu van de stad Aarschot:

          • de rechthebbende gezinnen met één of meerdere kinderen jonger dan 3 jaar;
          • de rechthebbende patiënten die lijden aan incontinentie.

           

          Het extra contingent bestaat uit maximaal 50 witte kunststofzakken, in 1 maal aan te schaffen.

          Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld het voorgelegde ontwerp van beslissing goed te keuren.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 01.07.2000, houdende de goedkeuring van het ondernemingsplan “Afvalbeheer stad Aarschot” en “Overeenkomst voor concessie van de openbare dienstverlening inzake het stedelijk afvalbeheer”;
          • het besluit van het college van burgemeester en schepenen d.d. 30.03.2015, houdende de gunning van de opdracht voor diensten (bij concurrentiedialoog) : "Stedelijk afvalbeheer op het grondgebied van Aarschot" inclusief optie 1 en 2;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 27.04.2015, betreffende de kennisgeving van het besluit van het college van burgemeester en schepenen d.d. 30.03.2015, houdende de gunning van de opdracht voor diensten (bij concurrentiedialoog) : "Stedelijk afvalbeheer op het grondgebied van Aarschot" inclusief optie 1 en 2;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 25.11.2004, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van het college van burgemeester en schepenen d.d. 09.06.2005, waarbij het college akkoord gaat met het voorgestelde advies van de dienst Leefmilieu, nl. dat de negatieve bedragen ten gevolge van het in de rand vermeld reglement niet moet worden terugbetaald aan de mensen die verhuizen buiten Aarschot.
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 01.09.2005, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 24.11.2005, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 23.02.2006, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 27.04.2006, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 31.08.2006, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 26.10.2006, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 01.03.2007, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 20.12.2007, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van het college van burgemeester en schepenen d.d. 20.11.2008, houdende het akkoord met het voorstel van de dienst Leefmilieu met betrekking tot het invoeren van een premie van maximum € 125 voor het gebruik van herbruikbare luiers;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 18.12.2008, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 17.12.2009, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 15.11.2010, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 12.12.2011, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 10.12.2012, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 30.12.2013, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 15.12.2014, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten;
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 27.04.2015, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten / retributie voor extra contingent witte kunststofzakken (luierzakken);
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 14.12.2015, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten / retributie voor extra contingent witte kunststofzakken (luierzakken);
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 19.12.2016, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten / retributie voor extra contingent witte kunststofzakken (luierzakken);
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 18.12.2017, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten / retributie voor extra contingent witte kunststofzakken (luierzakken)
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 17.12.2018, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten / retributie voor extra contingent witte kunststofzakken (luierzakken)
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 12.12.2019, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten / retributie voor extra contingent witte kunststofzakken - Dienstjaar 2020.
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 10.12.2020, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten / retributie voor extra contingent witte kunststofzakken - Dienstjaar 2021.
          • het besluit van de gemeenteraad d.d. 16.12.2021, houdende het reglement inzake het doorvoeren van een sociaal verantwoorde financiële tegemoetkoming voor de huishoudelijke afvalkosten / retributie voor extra contingent witte kunststofzakken - Dienstjaar 2022.
          Feiten, context en motivering

          Overwegende dat

          • het aangewezen is aan die inwoners van Aarschot een sociale correctie toe te kennen die wegens omstandigheden meer huishoudelijk afval hebben dan een doorsnee gezin (wegens ziekte, enz.);
          • 100 specifieke witte kunststofzakken voor luierafval ter beschikking worden gesteld aan gezinnen met één of meerdere kinderen jonger dan 3 jaar; aan onthaalouders, aan mini-crèches en aan patiënten die lijden aan incontinentie;
          • een gezin met één of meerdere kinderen jonger dan 3 jaar in plaats van 100 specifieke witte kunststofzakken voor luierafval kan kiezen voor een premie van max. € 125 voor de aankoop of de huur van herbruikbare luiers;
          • € 25 aan peritoneale dialysepatiënten en stomapatiënten wordt toegekend.
          Financiële Impact/budget

          De gepaste kredieten zijn voorzien in het meerjarenplan:

          • MJP104490 - 2022/64970000/RUIMT/0309: Specifieke werkingssubsidies - reglement/overig afval- en materialenbeheer;
          • MJP101727 - 2022/70000091/RUIMTE/0309: Verkopen en dienstprestaties (papier & karton)/Overig afval- en materialenbeheer.
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Artikel 1

          Voor het dienstjaar 2023 wordt er door het stadsbestuur een jaarlijks éénmalige premie als tussenkomst in de onkosten voor huisvuilophaling voorzien voor rechthebbenden die behoren tot de hieronder opgesomde bevolkingsgroepen:

          1. Peritoneaal dialysepatiënten
          2. Stomapatiënten
          3. Patiënten die lijden aan incontinentie
          4. Gezinnen met één of meerdere kinderen jonger dan 3 jaar
          5. Onthaalouders en mini-crèches


          Onder rechthebbenden dient te worden verstaan:

          • het gezinshoofd, zo deze als referentiepersoon ingeschreven is in het afvalbetaalsysteem en een klantnummer toegewezen gekregen heeft of de met deze persoon samenwonende persoon die ingeschreven is in het bevolkingsregister op hetzelfde adres en die als referentiepersoon deelneemt in het afvalbetaalsysteem, waar het gezinnen betreft (nr. 4);
          • de patiënt, zo deze als referentiepersoon ingeschreven is in het afvalbetaalsysteem en een klantnummer toegewezen gekregen heeft of de met de patiënt samenwonende persoon die ingeschreven is in het bevolkingsregister op hetzelfde adres als de patiënt, indien de patiënt zelf geen Diftarnummer toegewezen kreeg (nrs. 1, 2 en 3);
          • mini-crèches erkend door Kind en Gezin en gehuisvest op het grondgebied van Aarschot;
          • onthaalouders, onder de vorm van zelfstandige onthaalouders en onthaalouders welke werken voor de Dienst Opvanggezinnen Landelijke Kinderopvang, beiden dienen gehuisvest te zijn op het grondgebied van Aarschot;

           

          Artikel 2                           

          Het bedrag van de premie en/of het aantal witte kunststofzakken voor luierafval bedraagt eenmalig voor 2023:

          € 25 voor peritoneale dialysepatiënten
          € 25 voor stomapatiënten
          100 witte kunststofzakken voor luierafval  voor patiënten die lijden aan incontinentie
          100 witte kunststofzakken voor luierafval of voor herbruikbare luiers de helft van de factuur met een maximum van 125 € voor gezinnen met één of meerdere kinderen jonger dan 3 jaar
          100 witte kunststofzakken voor luierafval  voor onthaalouders;
          100 witte kunststofzakken voor luierafval voor mini-crèches


          De financiële tegemoetkoming is cumuleerbaar voor de rechthebbenden die tegelijk voldoen aan meerdere van de hoger genoemde voorwaarden. Alleen gezinnen die een premie voor herbruikbare luiers hebben aangevraagd kunnen geen gebruik meer maken van de premie onder de vorm van 100 witte kunststofzakken voor luierafval.

           

          Artikel 3     

          De premie voor de aankoop of huur van een pakket voorgevormde herbruikbare luiers en bijhorende benodigdheden is enkel en alleen van toepassing voor gezinnen met één of meerdere kinderen jonger dan 3 jaar. Deze premie kan maar éénmaal per kind worden aangevraagd (blijft geldig gedurende 3 jaar) en is derhalve niet cumuleerbaar met andere financiële tegemoetkomingen voorkomend uit dit besluit.

           

          Artikel 4  

          De verschillende groepen rechthebbenden moeten inwoner zijn van Aarschot (of gehuisvest te zijn in Aarschot in geval van onthaalouders en/of mini-crèches) en dienen volgende bewijzen voor te leggen aan het College van Burgemeester en Schepen:

          • De rechthebbende peritoneaal dialysepatiënten en stomapatiënten: het aanvraagformulier, een bewijs van samenstelling van het gezin, als bewijs dat ze thuis verblijven of thuis verzorgd worden en een bewijs van de huisarts dat ze peritoneaal dialysepatiënt of stomapatiënt zijn.
          • De rechthebbende patiënten die lijden aan incontinentie: het aanvraagformulier, een bewijs van samenstelling van het gezin, als bewijs dat ze thuis verblijven of thuis verzorgd worden en een bewijs van de huisarts dat ze incontinentiepatiënt zijn.
          • De rechthebbende gezinnen met één of meerdere kinderen jonger dan 3 jaar:
            • Voor de premie van 100 kunststofzakken : het aanvraagformulier en een bewijs van samenstelling van het gezin;
            • Voor de premie voor herbruikbare luiers : het aanvraagformulier, een bewijs van samenstelling van het gezin en aankoop- of huurbewijzen van luiermateriaal (herbruikbare luiers);
          • De rechthebbende onthaalouders en mini-crèches het aanvraagformulier.

           

          Artikel 5    

          Binnen de perken van de daartoe voorziene kredieten en na afgifte van het aanvraagformulier, te samen met de gevraagde bewijsmaterialen, zal voor de peritoneale dialysepatiënten en voor de stomapatiënten een bedrag ter waarde van de toegekende sociale correcties worden gestort op de provisierekening van de persoon die het aanvraagformulier invult of zo deze persoon niet als referentiepersoon ingeschreven is in het nieuwe afvalbetaalsysteem, van de persoon die ingeschreven is in het bevolkingsregister op hetzelfde adres als de persoon die het aanvraagformulier afgeeft en als referentiepersoon deelneemt aan het nieuwe afvalbetaalsysteem.

          De datum van de voorlegging van de gevraagde documenten aan het College van Burgemeester en Schepenen, is bepalend voor het nazicht van de vereiste voorwaarden tot toekenning van de premie.

           

          Artikel 6    

          Binnen de perken van de daartoe voorziene kredieten en na afgifte van het aanvraagformulier, te samen met de gevraagde bewijsmaterialen, zal voor de gezinnen met één of meerdere kinderen jonger dan 3 jaar, dewelke een premie voor de aankoop of huur van een pakket voorgevormde herbruikbare luiers met bijhorende benodigdheden hebben aangevraagd, de premie worden uitbetaald op rekeningnummer van de aanvrager, max. 3 maanden na het indienen van de aanvraag;

          De datum van de voorlegging van de gevraagde documenten aan het College van Burgemeester en Schepenen, is bepalend voor het nazicht van de vereiste voorwaarden tot toekenning van de premie.

           

          Artikel 7

          Voor het dienstjaar 2023 wordt een retributie ingevoerd op de verkoop van een extra contingent witte kunststofzakken:

          Voor het afleveren van het extra contingent van 50 witte kunststofzakken wordt een kostprijs van € 0,15 per witte kunststofzak aangerekend, of wel te verstaan € 7,5 voor 1 totaal contingent witte kunststofzakken (50 stuks). De retributie is verschuldigd bij aankoop van het contingent.

           De volgende doelgroepen hebben recht om jaarlijks - éénmalig - een extra contingent witte kunststofzakken aan te kopen bij de dienst Leefmilieu van de stad Aarschot:

          • de rechthebbende gezinnen met één of meerdere kinderen jonger dan 3 jaar;
          • de rechthebbende patiënten die lijden aan incontinentie;

          als onder artikel 4 beschreven.

          Het extra contingent bestaat uit maximaal 50 witte kunststofzakken, in 1 maal aan te schaffen.

          De aankoop kan doorgaan na controle van de bewijsstukken, als onder artikel 4.

          Bij gebreke aan betaling in der minne zal de retributie burgerrechterlijk ingevorderd worden.

        • Opheffing van het gemeentelijk subsidiereglement voor de aanplanting en het onderhoud van kleine landschapselementen (KLE) en de installatie van soortenbeschermingsmaatregelen

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad beslist tot opheffing van het gemeentelijk subsidiereglement voor de aanplanting en het onderhoud van kleine landschapselementen (KLE) en de installatie van soortenbeschermingsmaatregelen.

          Toelichting

          Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld het gemeentelijk subsidiereglement voor de aanplanting en het onderhoud van kleine landschapselementen en de installatie van soortenbeschermingsmaatregelen op te heffen aangezien:

          • het Regionaal Landschap Noord-Hageland met de actie Behaag je Tuin jaarlijks een samenaankoop organiseert van (fruit)bomen, hagen, houtkanten, wilgentakken en klimplanten. Deze actie kent jaarlijks een groot succes en draagt zo bij aan de realisering van de doelstellingen die eveneens worden beoogd door het gemeentelijk subsidiereglement voor de aanplanting en het onderhoud van kleine landschapselementen en de installatie van soortenbeschermingsmaatregelen.
          • de stad een jaarlijkse nominatieve toelage verleent aan Regionaal landschap Noord-Hageland en op die manier de acties van deze organisatie ondersteunt;
          • het gemeentelijk subsidiereglement voor de aanplanting en het onderhoud van kleine landschapselementen en de installatie van soortenbeschermingsmaatregelen in de loop van de tijd slechts een beperkt aantal inwoners heeft weten te bereiken terwijl de toekenning ervan heel wat administratieve last met zich meebrengt. De kosten voor de organisatie wegen daardoor zwaarder dan de baten van deze gemeentelijke actie, temeer omdat er met "Behaag je Tuin" een valabel alternatief voorhanden is.
          Regelgeving
          Gelet op:
          • het Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7.12.2018;
          • Het Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
          • Het besluit van de gemeenteraad dd. 17.12.2009 houdende het gemeentelijk subsidiereglement voor de aanplanting en het onderhoud van Kleine LandschapsElementen (KLE) en de installatie van soortenbeschermingsmaatregelen;
          Feiten, context en motivering
          Overwegend dat:
          • het Regionaal Landschap Noord-Hageland met de actie Behaag je Tuin jaarlijks een samenaankoop organiseert van (fruit)bomen, hagen, houtkanten, wilgentakken en klimplanten; dat deze actie jaarlijks een groot succes kent en zo bijdraagt aan de realisering van de doelstellingen die eveneens worden beoogd door het gemeentelijk subsidiereglement voor de aanplanting en het onderhoud van kleine landschapselementen en de installatie van soortenbeschermingsmaatregelen;
          • de stad een jaarlijkse nominatieve toelage verleent aan Regionaal landschap Noord-Hageland en op die manier de acties van deze organisatie ondersteunt;
          • het gemeentelijk subsidiereglement voor de aanplanting en het onderhoud van kleine landschapselementen en de installatie van soortenbeschermingsmaatregelen in de loop van de tijd slechts een beperkt aantal inwoners heeft weten te bereiken; dat de toekenning van deze gemeentelijke subsidie daarenboven heel wat administratieve last met zich meebrengt; dat de kosten voor de organisatie daardoor zwaarder wegen dan de baten van deze gemeentelijke actie, temeer omdat er met "Behaag je Tuin" een valabel alternatief voorhanden is;
          Financiële Impact/budget

          Overwegende dat in het meerjarenplan 2020-2025 kredieten werden voorzien op MJP104493.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Artikel 1

          Het gemeentelijk subsidiereglement voor de aanplanting en het onderhoud van kleine landschapselementen (KLE) en de installatie van soortenbeschermingsmaatregelen, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 17.12.2009, wordt opgeheven.


          Artikel 2

          De opheffing van bovengenoemd subsidiereglement gaat in op 01.01.2023.

      • Secretariaat

        • Retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen (elektriciteit en gas) op gemeentelijk openbaar domein voor de periode 2023 - 2025

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad keurt het retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen (elektriciteit en gas) op gemeentelijk openbaar domein voor de periode 2023 - 2025, goed.

          Toelichting

          Dagelijks worden werken en herstellingen aan nutsleidingen uitgevoerd op het gemeentelijk grondgebied, die vanzelfsprekend een invloed op het openbaar domein hebben.

          Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld het retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen (elektriciteit en gas) op gemeentelijk openbaar domein voor de periode 2023 - 2025 goed te keuren.

          • De retributie naar aanleiding van sleufwerken is verschuldigd per dag en per lopende meter open­lig­gende sleuflengte voor alle sleufwerken. Zij bedraagt per meter sleuflengte voor werken in rijwegen 10,24 euro, voor werken in voet­paden 7,88 euro en voor werken in aardewegen 4,73 euro. 
          • Voor de hinder veroorzaakt door de dringende werken, aan­sluitingswerken, herstellingen en kleine onder­­­houdswerken met een sleufoppervlakte van maxi­mum 3 m², wordt per kalenderjaar een retributie geheven van 1,00 euro per op het grond­gebied van de stad/gemeente aanwezig aansluitingspunt. 
          • Ter compensatie van diverse heffingen en belastingen in hoofde van zowel de distributienetbeheerder als haar werkmaatschappij wordt een retributie voorzien van 0,50 euro per aanwezig aansluitingspunt op het grondgebied van de stad/gemeente.
          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen;
          • het decreet van 30.05.2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen;
          • de omzendbrief KB/ABB2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit;
          Feiten, context en motivering

          Gelet op

          • het feit dat de stad/gemeente en de burgers voortdurend geconfronteerd worden met de plaatsing van en/of onderhoud aan verschillende nutsvoorzieningen op gemeentelijk grondgebied;
          • het feit dat deze nutsvoorzieningen werkzaamheden vergen langs de gemeentelijke wegen en aldus een impact hebben op het openbaar domein;
          • de goedkeuring door de stad/gemeente van de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gemeentewegen die tot doel heeft een snelle en vlotte uitvoering van de werken te bevorderen, teneinde de hinder en de duur van de werken tot een minimum te herleiden;
          • het feit dat deze Code werd opgemaakt door een overlegplatform bestaande uit een delegatie van nutsbedrijven en een delegatie van de gemeenten;
          • het feit dat er op het vlak van het onderhoud en de herstellingen ook geregeld dringende werken moeten worden uitgevoerd die verband houden met de continuïteit van de dienstverlening en dat er daarnaast een aantal werken zijn zoals aansluitingswerken, herstellingen en andere kleine onderhoudswerken die omzeggens constant een impact hebben op het openbaar domein;
          • de actualisatie van de code naar aanleiding van meer aandacht voor minder hinder, meer oog voor het totaal concept en het gebruik van nieuwe e-instrumenten GIPOD, KLIP...;
          • de financiële toestand van de stad die de invoering rechtvaardigt van alle rendabele belastingen.
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Artikel 1. Algemeen

          Er wordt aan de eigenaar van elke nuts­voor­ziening een retributie aan­ge­­rekend op de gemeentelijke dienstverlening en het gebruik van het ge­meen­telijk openbaar domein naar aanleiding van werken aan permanente nutsvoorzieningen op het gemeentelijk openbaar domein, in uitvoering en met toepassing van de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gemeen­te­we­gen.

           

          Permanente nutsvoorzieningen zijn:

          • alle installaties (zoals kabels, leidingen, buizen, ...) inclusief hun aanhorigheden (zoals kabel-, verdeel-, aansluit-, e.a. kasten, palen , masten, toezichts-, verbindings- e.a. putten...) dienstig voor het  transport van elektriciteit, gas, gasachtige producten, stoom, drink-, hemel- en afvalwater, warm water, brandstof;
          • alle trein- en tramsporen die zich bevinden op de openbare weg. Deze worden eveneens aanzien als nutsvoorzieningen.

           

          De retributie is niet verschuldigd indien de werken worden uitgevoerd samen met of onmiddellijk voor­af­gaand aan wegen- of rioleringswerken uitgevoerd door de stad/gemeente of indien het werken zijn die uitgevoerd worden op verzoek van de stad/gemeente.

           

          De retributie sluit elke andere heffing, semi-heffing of waarborgstelling in het kader van werken aan permanente nutsvoorzieningen door de gemeente uit zowel in hoofde van de distributienetbeheerder als van haar werkmaatschappij en ongeacht of voorgenoemden deze werken uitvoeren in eigen naam, dan wel laten uitvoeren door derden in naam en voor rekening van de distributienetbeheerder of de werkmaatschappij.

           

          Onderhavig retributiereglement gaat in vanaf 1 januari 2023 voor een termijn eindigend op 31 de­cember 2025.


          Artikel 2. Retributie naar aanleiding van sleufwerken

          De retributie naar aanleiding van sleufwerken is verschuldigd per dag en per meter open­lig­gende sleuflengte voor alle sleufwerken. Zij bedraagt per meter sleuflengte voor werken in rijwegen 10,24 euro, voor werken in voet­paden 7,88 euro en voor werken in aardewegen 4,73 euro

          Op deze basisbedragen wordt een indexatie toegepast, naar analogie met de door de VREG goedgekeurde niet-periodieke tarieven, zoals jaarlijks gepubliceerd in augustus.

          Indexatie gebeurt aan het begin van een nieuwe cyclus van 3 jaar.

          Een begonnen dag geldt voor een volledige dag.

           

          Artikel 3. Retributie voor dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen,  kleine onderhoudswerken en ter compensatie van diverse heffingen en belastingen

          Voor de hinder veroorzaakt door de dringende werken, aan­sluitingswerken, herstellingen en kleine onder­­­houdswerken met een sleufoppervlakte van maxi­mum 3 m², wordt per kalenderjaar een retributie geheven van 1,00 euro per op het grond­gebied van de stad/gemeente aanwezig aansluitingspunt.

           

          Ter compensatie van diverse heffingen en belastingen in hoofde van zowel de distributienetbeheerder als haar werkmaatschappij wordt een retributie voorzien van 0,50 euro per aanwezig aansluitingspunt op het grondgebied van de stad/gemeente.

           

          Op deze basisbedragen wordt een indexatie toegepast, naar analogie met de door de VREG goedgekeurde niet-periodieke tarieven, zoals jaarlijks gepubliceerd in augustus.

           

          Deze retributies zijn verschuldigd vóór het einde van ieder jaar. In dit kader doet iedere nutsmaatschappij vóór 15 december van ieder jaar opgave van het aantal aansluitings­punten op het grondgebied van de stad/gemeente.

           

          Artikel 4. Inning

          De retributie dient te worden betaald binnen de 30 kalenderdagen na toezending van de facturen.

        • Retributiereglement op de vergunningen voor het individueel bezoldigd personenvervoer en bestuurderspassen

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad keurt het retributiereglement op de vergunningen voor het individueel bezoldigd personenvervoer en bestuurderspassen, goed.

          Toelichting

          De Vlaamse decreetgever heeft beslist dat

          • vanaf 01.01.2020 het exploiteren van individueel bezoldigd personenvervoer gekoppeld wordt aan het bekomen van een vergunning. Deze vergunning geeft in de gemeente van uitreiking aanleiding tot een jaarlijkse retributie.
          • vanaf 01.07.2020 de bestuurder die individueel bezoldigd personenvervoer verzorgt over een bestuurderspas dient te beschikken. Voor de aflevering van deze bestuurderspas is aan de gemeente een retributie verschuldigd.


          De vergunningen die afgeleverd werden voor 01.01.2020, vallen nog onder het “oude decreet” (decreet van 20 april 2001 betreffende de organisatie van het personenvervoer over de weg) en zijn derhalve (mogelijk) nog onderhevig aan de “belasting op het verhuren van een voertuig met bestuurder”.

           

          Het decreet van 29 maart 2019 en het BVR van 8 november 2019 vormen de juridische basis om de decretaal opgelegde retributies door de gemeente te innen, wat betekent dat de gemeente sowieso verplicht is om de decretale retributies te innen.

          VVSG meent dat een eigen retributiereglement niet noodzakelijk is om een retributie op de vergunningen of bestuurderspassen te kunnen innen. Maar het is wel aan te bevelen in een eigen reglement te voorzien.


          Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om het retributiereglement op de vergunningen voor het individueel bezoldigd personenvervoer en bestuurderspassen goed te keuren.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen;
           
          • het decreet van het Vlaams Gewest van 29 maart 2019 betreffende het individueel bezoldigd personenvervoer;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 8 november 2019 betreffende de exploitatievoorwaarden voor het individueel bezoldigd personenvervoer;

           

          • de beslissingen van de gemeenteraad van 17.09.2020 en 14.10.2021 waarbij de gemeenteraad besliste om een vrijstelling toe te staan voor de belasting die de vergunninghouder moet betalen voor het werkjaar waarin de civiele noodsituatie met betrekking tot de volksgezondheid is ingeroepen, zijnde aanslagjaar 2020 en 2021;
          Feiten, context en motivering

          De Vlaamse decreetgever heeft beslist dat

          • vanaf 01.01.2020 het exploiteren van individueel bezoldigd personenvervoer gekoppeld wordt aan het bekomen van een vergunning. Deze vergunning geeft in de gemeente van uitreiking aanleiding tot een jaarlijkse retributie.
          • vanaf 01.07.2020 de bestuurder die individueel bezoldigd personenvervoer verzorgt over een bestuurderspas dient te beschikken. Voor de aflevering van deze bestuurderspas is aan de gemeente een retributie verschuldigd.


          De vergunningen die afgeleverd werden voor 01.01.2020, vallen nog onder het “oude decreet” (decreet van 20 april 2001 betreffende de organisatie van het personenvervoer over de weg) en zijn derhalve (mogelijk) nog onderhevig aan de “belasting op het verhuren van een voertuig met bestuurder”.

           

          Het decreet van 29 maart 2019 en het BVR van 8 november 2019 vormen de juridische basis om de decretaal opgelegde retributies door de gemeente te innen, wat betekent dat de gemeente sowieso verplicht is om de decretale retributies te innen.

          VVSG meent dat een eigen retributiereglement niet noodzakelijk is om een retributie op de vergunningen of bestuurderspassen te kunnen innen. Maar het is wel aan te bevelen in een eigen reglement te voorzien.


          Het decreet en het BVR bepalen de schuldenaar van de retributie, het forfaitaire bedrag van de retributie (inclusief indexatie), het moment waarop de retributie betaald moet worden en het ondeelbare karakter van de retributie in de loop van het kalenderjaar.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Onthouders: Nico Creces, Hannelore Castelein
          Resultaat: Met 24 stemmen voor, 2 onthoudingen
          Besluit

          Artikel 1. Definities
          Individueel bezoldigd personenvervoer: het vervoer van personen waarvoor een vergoeding wordt gevraagd die hoger is dan de vervoersonkosten en zoals verder gedefinieerd in het decreet van 29 maart 2019 betreffende het individueel bezoldigd personenvervoer

          Bestuurder: elke natuurlijk persoon die een voertuig bestuurt waarmee diensten voor individueel bezoldigd personenvervoer worden verricht
          Exploitant: elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die een dienst voor individueel bezoldigd personenvervoer exploiteert
          Bestuurderspas: pas uitgereikt overeenkomstig art. 18, §1 van het decreet van 29 maart 2019
          Vergunning: de vergunning voor de exploitatie van een dienst voor individueel bezoldigd personenvervoer vermeld in art. 6, §1 van het decreet van 29 maart 2019


          Artikel 2. Toepassingsgebied
          Vanaf het aanslagjaar 2022 is er een retributie verschuldigd voor:

          • het uitreiken van een vergunning om een dienst voor individueel bezoldigd personenvervoer te exploiteren;
          • het afleveren van een bestuurderspas voor individueel bezoldigd personenvervoer.


          Artikel 3. Heffingsplichtige
          De jaarlijkse retributie voor het uitreiken van een vergunning is verschuldigd door de exploitant, houder van de vergunning.

          De retributie voor het afleveren van een bestuurderspas is verschuldigd door de aanvrager.


          Artikel 4. Tarief
          4.1. Vergunning
          De jaarlijkse retributie bedraagt:

          1. tot 1 januari 2030: 250 euro voor zero-emissievoertuigen; (geïndexeerd bedrag voor 2022 is 265,36 euro)
          2. tot 1 januari 2025: 250 euro voor voertuigen met een ecoscore van minstens 74 voor voertuigen met vijf zitplaatsen, van minstens 71 voor voertuigen met meer dan vijf zitplaatsen en van minstens 61 voor voertuigen met meer dan vijf zitplaatsen die voldoen aan de definitie van een minibus, vermeld in artikel 1, §2, 48, van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen; (geïndexeerd bedrag voor 2022 is 265,36 euro)
          3. 350 euro voor alle andere voertuigen. (geïndexeerd bedrag voor 2022 is 371,51 euro)


          Deze bedragen worden aangepast volgens de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen. Deze aanpassing gebeurt door middel van de coëfficiënt die wordt bekomen door het indexcijfer van de maand december van het jaar voorafgaand aan het belastingjaar te delen door het indexcijfer van de maand december 2019.


          De retributie is verschuldigd voor het hele jaar, onafhankelijk van het moment waarop de vergunning wordt afgegeven.


          De vermindering van het aantal voertuigen of de opschorting van de exploitatie met een of meer voertuigen geeft geen aanleiding tot een retributieteruggave. Dit geldt eveneens voor de schorsing of de intrekking van een vergunning of het buiten werking stellen van een of meer voertuigen voor welke reden dan ook.


          4.2. Bestuurderspas
          De retributie op het afleveren van de bestuurderspas bedraagt éénmalig per aanvraag 20 euro. (geïndexeerd bedrag voor 2022 is 21,23 euro)


          Deze retributie wordt op 1 januari van elk jaar aangepast volgens de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen. Deze aanpassing gebeurt door middel van de coëfficiënt die wordt bekomen door het indexcijfer van de maand december van het jaar voorafgaand aan het belastingjaar te delen door het indexcijfer van de maand december 2019.

           

          Artikel 5. Inning
          De retributie op de vergunning is verschuldigd bij de afgifte van vergunning, nadien telkens op 1 januari.

          De retributie op de bestuurderspas is verschuldigd bij de afgifte.

        • Politiereglement op de begraafplaatsen en het huishoudelijk reglement op de begraafplaats(en) - aanpassing

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad gaat akkoord met de voorgestelde wijzigingen en keurt het aangepaste politiereglement op de begraafplaatsen en het huishoudelijk reglement op de begraafplaats(en) goed.

          Toelichting

          Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 26.01.2006 betreffende de politieverordening op de begraafplaatsen en crematoria, zoals gewijzigd door de gemeenteraad op 22.06.2006, 18.10.2010 en 16.01.2012;

          Gelet op de noodzaak tot aanpassing/actualisering van het politiereglement en het huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen;

          Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld akkoord te gaan met de voorgestelde wijzigingen en het aangepaste politiereglement op de begraafplaatsen en het huishoudelijk reglement op de begraafplaats(en) goed te keuren.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7.12.2018;

           

          • het decreet van 16 januari 2004 betreffende de begraafplaatsen en de lijkbezorging en latere wijzigingen;
          • de omzendbrief BB 2006/03 van 10 maart 2006 betreffende de toepassing van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging en uitvoeringsbesluiten;
          • het besluit van de Vlaamse regering van 14 mei 2004 tot organisatie, inrichting en beheer van begraafplaatsen en crematoria en latere wijzigingen;
          • het besluit van de Vlaamse regering van 21 oktober 2005 tot bepaling van de voorwaarden waaraan een doodskist of een ander lijkomhulsel moeten beantwoorden;
          • het besluit van de Vlaamse regering van 24 februari 2006 tot vaststelling van de wijzen van lijkbezorging, de asbestemming en de rituelen van de levensbeschouwing voor de uitvaartplechtigheid die kunnen opgenomen worden in de schriftelijke kennisgeving van de laatste wilsbeschikking die aan de ambtenaar van de burgerlijke stand kan overgemaakt worden;
          • de omzendbrief BB 2008/05 van 27 juni 2008 betreffende de wijziging van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, bij het decreet van 18 april 2008;

           

          • de beslissing van de gemeenteraad van 26.01.2006 betreffende de politieverordening op de begraafplaatsen en crematoria, zoals gewijzigd door de gemeenteraad op 22.06.2006, 18.10.2010 en 16.01.2012;
          • de beslissing van de gemeenteraad van 30.03.2006 houdende goedkeuring van het algemeen politiereglement van de stad Aarschot; De politieverordening op de begraafplaatsen en crematoria en het huishoudelijk reglement op de begraafplaats(en) werden hierin opgenomen onder bijlage 4.
          Feiten, context en motivering

          Gelet op de noodzaak tot aanpassing/actualisering van het politiereglement en het huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen;

           

          POLITIEREGLEMENT OP DE BEGRAAFPLAATSEN - WIJZIGINGEN


          Het reglement wordt aangepast aan de nieuwe terminologie.

            • 'lijk' wordt 'stoffelijk overschot'
            • 'verstrooiing' wordt 'uitstrooiing'
            • dienst 'burgerlijke stand' wordt dienst 'burgerzaken'

           

          Artikel 17 wordt aangepast aan de nieuwe reglementering.

          De mogelijkheid wordt voorzien voor ouders om levenloos geboren kinderen te laten begraven of te laten cremeren, ook als de zwangerschapsduur van 12 weken nog niet werd bereikt.

          "Levenloos geboren kinderen die de wettelijke levensvatbaarheidgrens nog niet hebben bereikt, kunnen op verzoek van de ouders worden  gecremeerd. De as kan na crematie bijgezet worden op een voorbehouden gemeenschappelijke ruimte op de gemeentelijke begraafplaats te Gelrode met name de Sterretjesweide. De Sterretjesweide is bedoeld voor levenloos geboren kinderen waarvan minstens één ouder in Aarschot woont (m.a.w. ingeschreven in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van de stad Aarschot)."

           

          Artikel 20 (laatste en voorlaatste zin) wordt aangepast als volgt:

          "De aanvraag tot ontgraving dient door de nabestaande schriftelijk te worden gericht aan de burgemeester. Onverminderd het recht van de burgemeester om in de toelating bijzondere voorwaarden op te leggen, moeten steeds volgende beschikkingen worden nageleefd:

          • dag en uur waarop de ontgraving zal geschieden worden in overleg met de dienst van de begraafplaatsen vastgesteld;
          • het grafteken, de beplantingen en alle andere voorwerpen die het openleggen van het graf kunnen bemoeilijken of beletten moeten verwijderd worden vooraleer tot de opgraving wordt overgegaan;
          • het openleggen van het graf, het openen van de grafkelders, het lichten van de kist uit het graf en het vullen van de kuil geschieden door een gespecialiseerde firma onder toezicht van de gemeente;" (i.p.v. door of onder toezicht van de gemeente)
          • het openen van de nis, het uitnemen van de urne uit de nis en het terug sluiten van de nis, geschieden door en onder toezicht van de gemeente." (i.p.v. door of onder toezicht van de gemeente)"

           

          Aan artikel 21 wordt volgende zin toegevoegd:

          "De burgemeester kan een nabestaande toestemming verlenen om de opgraving bij te wonen."

           

          Aan artikel 37 §1. (laatste lid) wordt gewijzigd als volgt:

          "De as van een  gecremeerd stoffelijk overschot  kan in een urn worden geplaatst die binnen de omheining van de begraafplaats:

          • begraven worden op de plaats der urngraven;
          • worden bijgezet in een columbarium in gesloten nissen;
          • bijgezet worden in een grafkelder of in een grafconcessie"

            

          De uren en dagen waarop begraven wordt, zoals vermeld in artikel 44, worden gewijzigd:

          "Tijdens werkdagen gebeurt dit ten laatste tot 16u, zaterdagen tot 14u". (i.p.v. tijdens de werkdagen en zaterdagen in de winterperiode van 1 november tot 1 maart gebeurt dit ten laatste tot 16u)

           

          HUISHOUDELIJK REGLEMENT OP DE BEGRAAFPLAATS(EN) - WIJZIGINGEN

          De concessie voor een grafkelder wordt uitdovend. (artikel 1)

           

          In artikel 2 (tweede zin) wordt 'en niet op voorhand' geschrapt. 

          "De aankoop van een concessie kan enkel gebeuren bij een overlijden."

           

           

          De concessies worden verleend voor 25 jaar (i.p.v. 50 jaar) behalve voor de grafkelders. De concessies voor de nog vrije grafkelders worden verleend voor 50 jaar maar deze zijn uitdovend. (artikel 5)

           

          De duur van het concessiecontract neemt een aanvang op de overlijdensdatum (i.p.v. op de datum van de voorvermelde beslissing van het college van burgemeester en schepenen). (artikel 6)

           

           In artikel 11 wordt 'gemeenteontvanger' vervangen door 'financieel directeur'.

           

          In artikel 15 wordt percelen 'voor het begraven in volle grond'' vervangen door percelen 'voor niet-geconcedeerde graven'.

           

          De regeling in artikel 16 (concessie van 50 jaar voor grafkelder) is uitdovend.

           

          De concessies voor de gesloten nissen wordt beperkt tot 25 jaar (i.p.v. 50 jaar). (artikel 21)

           

          Toevoeging van nieuwe artikelen 24 t/m 28 i.v.m. de sterretjesweide. De vroegere artikelen 24 t/m 26 worden hernummerd. (art. 29 t/m 31)

          • Art. 24.  De sterretjesweide op het kerkhof Gelrode is een plaats waar levenloos geboren kindjes, ongeacht de zwangerschapsduur na crematie kunnen bijgezet worden in een gemeenschappelijk  urngrafje voor een periode van 25 jaar.
          • Art. 25. Bloemen en andere aandenkens, zoals knuffels, speelgoed enzovoorts, mogen niet op de sterretjesweide geplaatst worden.
          • Art. 26. De plek op de sterretjesweide is gratis voor Aarschottenaars.
          • Art. 27. Op de sterretjesweide  mag er geen gedenkteken gezet worden maar wel een lint gehangen in de sterretjesboom. Lintjes om in de boom op te hangen kunnen gratis bekomen worden bij dienst burgerzaken. Deze linten, die de stad ter beschikking stelt, mogen zelf versierd worden (erop tekenen, schrijven, borduren). De boodschappen op de linten moeten wel sereen en respectvol zijn. Er mogen ook geen voorwerpen aan het lint gehangen worden.
          • Art. 28. De linten worden door de medewerkers van de groendienst in de boom gehangen. De linten, die sterk verweerd zijn, worden door onze diensten ook verwijderd. Er mag altijd een nieuw lint afgehaald worden om het oude te vervangen.  

           

          In artikel 29 (vroegere artikel 24) wordt de term 'verlenging' van het graf/urngraf vervangen door 'hernieuwing' van het graf/urngraf.


          De aangepaste reglementen worden als bijlage toegevoegd aan dit agendapunt.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Bart Dehaes, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Nele Weckhuyzen
          Onthouders: André Peeters, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Dries Van Horebeek
          Resultaat: Met 20 stemmen voor, 6 onthoudingen
          Besluit

          De gemeenteraad gaat akkoord met de voorgestelde wijzigingen en keurt het aangepaste politiereglement op de begraafplaatsen en het huishoudelijk reglement op de begraafplaats(en) goed.

        • Retributie op de begraafplaatsen

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad keurt de wijziging van het retributiereglement op de begraafplaatsen goed.

          Toelichting

          Gelet op de beslissing van de gemeenteraad dd. 12 december 2019 houdende goedkeuring van de retributie op de begraafplaatsen vanaf 1 januari 2020;

          Gelet op de beslissing van de gemeenteraad dd. 15 december 2022 houdende aanpassing van het politiereglement op de begraafplaatsen en het huishoudelijk reglement op de begraafplaats(en);

          De concessies worden verleend voor 25 jaar en niet meer voor 50 jaar. Voor het verlenen van een concessie voor een grafkelder van 50 jaar geldt een uitdovende regeling.

          Bijgevolg is een aanpassing van het retributiereglement op de begraafplaatsen noodzakelijk.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen;
          • de omzendbrief KB/ABB2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit;

           

          • het decreet van 16 januari 2004 betreffende de begraafplaatsen en de lijkbezorging en latere wijzigingen;
          • de omzendbrief BB 2006/03 van 10 maart 2006 betreffende de toepassing van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging en uitvoeringsbesluiten;
          • het besluit van de Vlaamse regering van 14 mei 2004 tot organisatie, inrichting en beheer van begraafplaatsen en crematoria en latere wijzigingen;

           

          • de beslissing van de gemeenteraad van 26.01.2006 betreffende de politieverordening op de begraafplaatsen en crematoria, zoals gewijzigd door de gemeenteraad op 22.06.2006, 18.10.2010 en 16.01.2012;
          • de beslissing van de gemeenteraad van 30.03.2006 houdende goedkeuring van het algemeen politiereglement van de stad Aarschot; De politieverordening op de begraafplaatsen en crematoria en het huishoudelijk reglement op de begraafplaats(en) werden hierin opgenomen onder bijlage 4.
          • de beslissing van de gemeenteraad van 15.12.2022 houdende aanpassing van het politiereglement op de begraafplaatsen en het huishoudelijk reglement op de begraafplaats(en);
          Feiten, context en motivering

          Gelet op de beslissing van de gemeenteraad dd. 12 december 2019 houdende goedkeuring van de retributie op de begraafplaatsen vanaf 1 januari 2020;

          Gelet op de beslissing van de gemeenteraad dd. 15 december 2022 houdende aanpassing van het politiereglement op de begraafplaatsen en het huishoudelijk reglement op de begraafplaats(en);

          De concessies worden verleend voor 25 jaar en niet meer voor 50 jaar. Voor het verlenen van een concessie voor een grafkelder van 50 jaar geldt een uitdovende regeling.

          Bijgevolg is een aanpassing van het retributiereglement op de begraafplaatsen noodzakelijk.

           

          De bedragen worden tevens geïndexeerd, rekening houdend met de indexatieclausule opgenomen in het retributiereglement.

          "De bedragen zijn gekoppeld aan de evolutie van de gezondheidsindex en stemmen overeen met de gezondheidsindex van de maand november 2013.

          Deze bedroeg 121,12 (gezondheidsindex 2004 = 100).

          Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het gezondheidsindexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat.

          Het bedrag na indexering zal worden afgerond naar de hogere tien cent."

           

          De gezondheidsindex voor de maand november 2022 bedraagt 153,91.

          basisbedrag x 153,91 (gezondheidsindex nov. 2022)

           121,12 (gezondheidsindex nov. 2013)

           

          Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Bart Dehaes, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Nele Weckhuyzen
          Onthouders: André Peeters, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Dries Van Horebeek
          Resultaat: Met 20 stemmen voor, 6 onthoudingen
          Besluit

          (ter vervanging van het retributiereglement op de begraafplaatsen, goedgekeurd door de gemeenteraad op 12.12.2019)


          Artikel 1

          Er wordt vanaf 1 januari 2023 een retributie gevestigd op de begraafplaatsen.

           

          Artikel 2

          De retributie wordt vastgesteld als volgt:

          Omschrijving Tarief

          Columbariumnis (2 personen) voor 25 jaar

          Hernieuwing concessie

          579,1 euro

          579,1 euro

          Concessie urnegraf (2 personen) voor 25 jaar

          Hernieuwing concessie

          579,1 euro

          579,1 euro

          Concessie middengang Aarschot + kelder voor 50 jaar

          Hernieuwing concessie

          7.272,7 euro

          7.272,7 euro

          Concessie + kelder voor 50 jaar

          Hernieuwing concessie

          3.636,4 euro

          3.636,4 euro

          Concessie in volle grond voor 25 jaar

          Hernieuwing concessie 

          2.066,2 euro

          2.066,2 euro

          Behouden van rijgraf of urne bij omwenteling 828,1 euro

          Begraving huisdier

          Hernieuwing

          66,3 euro

          66,3 euro

          De bedragen zijn gekoppeld aan de evolutie van de gezondheidsindex en stemmen overeen met de gezondheidsindex van de maand november 2013. Deze bedroeg 121,12 (gezondheidsindex 2004 = 100).

          Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het gezondheidsindexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat.

          Het bedrag na indexering zal worden afgerond naar de hogere tien cent.

           

          Artikel 3

          De retributie moet betaald worden bij het indienen van de aanvraag, in handen van de financieel directeur van de stad, tegen afgifte van een kwitantie. De som wordt terugbetaald, indien de vergunning geweigerd wordt.

        • Wijziging van de statuten van Projectvereniging de Merode

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad stemt in met de gewijzigde vertegenwoordiging en de statutenwijziging van Projectvereniging de Merode.

          Toelichting

          De gemeenten Aarschot, Herselt, Hulshout, Laakdal, Scherpenheuvel-Zichem, Tessenderlo en Westerlo werken samen rond cultuur en erfgoed binnen de intergemeentelijke samenwerking Projectvereniging de Merode.

          Een aantal gemeenten vragen een verandering van vertegenwoordigers in de raad van bestuur van deze projectvereniging. Daarnaast nemen andere vertegenwoordigers de rol op van voorzitter en ondervoorzitter.

          Deze wissels in vertegenwoordiging moeten worden opgenomen in de statuten, die opnieuw moeten worden neergelegd zodat het KBO correct is.

          Een overzicht van de wissels:

          • Scherpenheuvel-Zichem: Kris Peetermans wordt de stemgerechtigde vertegenwoordiger i.p.v. Manu Claes;
          • Herselt: Kristof Van Dingenen wordt de stemgerechtigde vertegenwoordiger i.p.v. Peter Keymeulen;
          • Tessenderlo: Kurt Vermeyen wordt de stemgerechtigde vertegenwoordiger i.p.v. Alies Smeets.


          De andere stemgerechtigde vertegenwoordigers blijven dezelfde schepenen / burgemeesters.

          Het huidig dagelijks bestuur (Gerda Broeckx, Alies Smeets en Manu Claes) geeft de fakkel over - conform het huishoudelijk reglement - aan een nieuwe voorzitter en ondervoorzitter vanaf 1 januari 2023:

          • voorzitter: Kris Peetermans;
          • ondervoorzitter: Kristof Van Dingenen


          Verder wordt van deze statutenwijziging gebruik gemaakt om de afkorting ‘IGCS’ te wijzigen naar ‘cultuurregio’.

          Inhoudelijk zijn er geen wijzigingen aan de statuten van de Projectvereniging de Merode.

          De gemeente Diest wordt nog meegenomen in de statuten zodat Diest nog in regel is met het decreet lokaal bestuur maar zij maken geen deel uit van enige deelwerking.

          Regelgeving
          • het decreet van 22.12.2017 over het lokaal bestuur en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7.12.2018;
          • Het Besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen;
          Feiten, context en motivering

          De gemeenten Aarschot, Herselt, Hulshout, Laakdal, Scherpenheuvel-Zichem, Tessenderlo en Westerlo werken samen rond cultuur en erfgoed binnen de intergemeentelijke samenwerking Projectvereniging de Merode.

          Een aantal gemeenten vragen een verandering van vertegenwoordigers in de raad van bestuur van deze projectvereniging. Daarnaast nemen andere vertegenwoordigers de rol op van voorzitter en ondervoorzitter.

          Deze wissels in vertegenwoordiging moeten worden opgenomen in de statuten, die opnieuw moeten worden neergelegd zodat het KBO correct is.

          Een overzicht van de wissels:

          • Scherpenheuvel-Zichem: Kris Peetermans wordt de stemgerechtigde vertegenwoordiger i.p.v. Manu Claes;
          • Herselt: Kristof Van Dingenen wordt de stemgerechtigde vertegenwoordiger i.p.v. Peter Keymeulen;
          • Tessenderlo: Kurt Vermeyen wordt de stemgerechtigde vertegenwoordiger i.p.v. Alies Smeets.


          De andere stemgerechtigde vertegenwoordigers blijven dezelfde schepenen / burgemeesters.

          Het huidig dagelijks bestuur (Gerda Broeckx, Alies Smeets en Manu Claes) geeft de fakkel over - conform het huishoudelijk reglement - aan een nieuwe voorzitter en ondervoorzitter vanaf 1 januari 2023:

          • voorzitter: Kris Peetermans;
          • ondervoorzitter: Kristof Van Dingenen


          Verder wordt van deze statutenwijziging gebruik gemaakt om de afkorting ‘IGCS’ te wijzigen naar ‘cultuurregio’.

          Inhoudelijk zijn er geen wijzigingen aan de statuten van de Projectvereniging de Merode.

          De gemeente Diest wordt nog meegenomen in de statuten zodoende dat Diest nog in regel is met het decreet lokaal bestuur maar zij maken geen deel uit van enige deelwerking.

          De gewijzigde statuten gaan als bijlage.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Enig artikel

          De gemeenteraad stemt in met de gewijzigde vertegenwoordiging en de statutenwijziging van Projectvereniging de Merode als in bijlage.

        • Opdrachthoudende vereniging Iverlek: terugblik 1ste semester 2022

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad neemt kennis van het syntheseverslag van Iverlek m.b.t. de activiteiten in 2022.

          Toelichting

          Conform de bepalingen van het decreet lokaal bestuur brengen de leden van de bestuursorganen ten overstaan van hun gemeenteraad twee maal per jaar verslag uit over de uitoefening van hun mandaat en over het beleid van de opdrachthoudende vereniging.


          Aan de bestuurders wordt daarom een syntheseverslag overgemaakt.


          Het bedoelde document gaat als bijlage.

          Regelgeving
          • het Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen;
          Feiten, context en motivering

          Het syntheseverslag m.b.t. de activiteiten in 2022 van Iverlek wordt voor kennisgeving voorgelegd aan de gemeenteraad.

          Besluit

          Enig artikel
          De gemeenteraad neemt kennis van het syntheseverslag 2022 m.b.t. de activiteiten van Iverlek.

        • CVBA-SO CNUZ: buitengewone algemene vergadering op 20 december 2022 - goedkeuring van de agenda en bepaling van het mandaat van de vertegenwoordiger

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad hecht zijn goedkeuring aan de agenda van de buitengewone algemene vergadering van cvba Cnuz op 20.12.2022. De raad draagt de vertegenwoordiger van de stad Aarschot op zijn stemgedrag hierop af te stemmen.

          Toelichting

          Stad Aarschot is aandeelhouder van de cvba Cnuz.

           

          Op dinsdag 20 december 2022 om 19u00 organiseert cvba Cnuz een buitengewone algemene vergadering die zal plaatsvinden in het Sociaal Huis, Kabbeekvest 110 te Tienen met volgende agendapunten

          1. Proces-verbaal van de algemene vergadering van 13 mei 2022;
          2. Goedkeuring intern reglement Woonmaatschappij
          3. Kennisname aanstelling directeur en stafmedewerker van de Woonmaatschappij
          4. Verder verloop vorming Woonmaatschappij
          5. Varia
           

          De gemeenteraad in vergadering van 25.04.2019 stelde de heer Guy Van den Broeck aan als volmachtdrager van de stad Aarschot in de algemene vergaderingen van de cvba Cnuz.

           

          De gemeenteraad wordt verzocht zijn goedkeuring te hechten aan de agenda en de aangeduide vertegenwoordiger op te dragen om namens het bestuur alle akten en bescheiden met betrekking tot de buitengewone algemene vergadering van de cvba Cnuz op 20.12.2022, te onderschrijven en zijn stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van voormelde algemene vergadering.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen;
          • de statuten van de cvba Cnuz inzonderheid artikel 32 betreffende de vertegenwoordiging voor de algemene vergadering.
          Feiten, context en motivering

          Stad Aarschot is aandeelhouder van de cvba Cnuz.

           

          Gelet op de uitnodiging van cvba Cnuz voor een buitengewone algemene vergadering op 20.12.2022 om 19u00 die zal plaatsvinden in het Sociaal Huis, Kabbeekvest 110 te Tienen met volgende agendapunten:

          1. Proces-verbaal van de algemene vergadering van 13 mei 2022;
          2. Goedkeuring intern reglement Woonmaatschappij
          3. Kennisname aanstelling directeur en stafmedewerker van de Woonmaatschappij
          4. Verder verloop vorming Woonmaatschappij
          5. Varia

           

          Gelet op de gemeenteraad in vergadering van 25.04.2019 houdende aanstelling van de heer Guy Van den Broeck als volmachtdrager van de stad Aarschot in de algemene vergaderingen van de cvba Cnuz.

           

          De gemeenteraad wordt verzocht zijn goedkeuring te hechten aan de agenda en de aangeduide vertegenwoordiger op te dragen om namens het bestuur alle akten en bescheiden met betrekking tot de buitengewone algemene vergadering van de cvba Cnuz op 20.12.2022, te onderschrijven en zijn stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van voormelde algemene vergadering.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Artikel 1

          De gemeenteraad beslist goedkeuring te verlenen aan voormelde agendapunten van de buitengewone algemene vergadering van cvba Cnuz op 20.12.2022.

           

          Artikel 2

          De gemeenteraad draagt de aangeduide vertegenwoordiger op om namens het bestuur alle akten en bescheiden met betrekking tot de buitengewone algemene vergadering van cvba Cnuz op 20.12.2022 te onderschrijven en zijn stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van voormelde buitengewone algemene vergadering.

        • Interleuven: kennisname ontslag bestuurder en voordracht kandidaat-bestuurder

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad draagt mevrouw Isabelle Dehond, voorzitter van de gemeenteraad, Testeltsesteenweg 116, 3201 Aarschot voor als kandidaat-bestuurder voor de dienstverlenende vereniging Interleuven.

          Toelichting

          Op 17 september 2020 droeg de gemeenteraad mevrouw Gwendolyn Rutten, burgemeester, voor als kandidaat-bestuurder voor de dienstverlenende vereniging Interleuven.

          Mevrouw Rutten wenst ontslag te nemen als bestuurder bij Interleuven.

          In toepassing van artikel 18 en 20 van de statuten van Interleuven kan een lid van de raad van bestuur worden vervangen na ontslag.

          Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld mevrouw Isabelle Dehond voor te dragen als kandidaat-bestuurder ter vervanging van mevrouw Gwendolyn Rutten.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen;
          • de gecoördineerde statuten van 02.01.2019 van de dienstverlenende vereniging voor de ruimtelijke ordening en de economisch-sociale expansie van het arrondissement Leuven opgericht onder de benaming Interleuven.
          Feiten, context en motivering

          Gelet op

          • de beslissing van de gemeenteraad van 17 september 2020 waarbij mevrouw Gwendolyn Rutten, burgemeester, Diestsesteenweg 320, 3202 Aarschot werd voorgedragen als kandidaat-bestuurder voor de dienstverlenende vereniging Interleuven;
          • het ontslag van mevrouw Gwendolyn Rutten als bestuurder bij Interleuven.

           

          In toepassing van artikel 18 en 20 van de statuten van Interleuven kan een lid van de raad van bestuur worden vervangen na ontslag.


          Artikel 18 (bestuur -benoeming)

          "18.1.1. De vereniging wordt bestuurd door een raad van bestuur, op voordracht van de gemeentelijke deelnemers benoemd door de algemene vergadering en door haar afzetbaar.

          Het aantal leden van de raad van bestuur bedraagt vijftien.

          18.1.2. De mandaten worden verdeeld als volgt: één bestuurder voor Leuven, één bestuurder voor de cluster Tienen/Hoegaarden, één bestuurder voor de cluster Aarschot/Linter, één bestuurder voor de cluster Rotselaar/Begijnendijk, één bestuurder voor de cluster Tremelo/Keerbergen, één bestuurder voor de cluster Haacht/Boortmeerbeek, één bestuurder voor de cluster Herent/Kortenberg, één bestuurder voor de cluster Tervuren/Huldenberg, één bestuurder voor de cluster Bertem/Oud-Heverlee, één bestuurder voor de cluster Bierbeek/Boutersem, één bestuurder voor de cluster Lubbeek/Holsbeek, één bestuurder voor de cluster Landen/Zoutleeuw, één bestuurder voor de cluster Geetbets/Kortenaken/Glabbeek, één bestuurder voor de cluster Bekkevoort/Tielt-Winge en één bestuurder voor de cluster Diest/Scherpenheuvel-Zichem.

          Indien er in een cluster van gemeenten geen akkoord is en er voor elke gemeente een kandidaat bestuurder wordt voorgedragen, beslist de algemene vergadering.

          De deelnemers niet-gemeenten worden vertegenwoordigd door de voorzitter van de raad van bestuur tot aan de eerste algemene vergadering waarop ze een andere bestuurder uit de lijst van bestuurders als hun vertegenwoordiger kunnen aanduiden.

          18.2. Maximaal twee derde van de leden van de raad van bestuur zijn van hetzelfde geslacht.

          Indien het totaal van de door de gemeenten voorgedragen kandidaten niet beantwoordt aan deze voorwaarde, worden de voordrachten gerangschikt in volgorde van de datum van voordracht van de gemeenteraad. Voor de kandidaten die voorgedragen worden door meer dan één gemeente, geldt, de datum van de voordracht door de gemeenteraad waarvan zij zelf deel uitmaken.

          De kandidaten die het maximum van twee derde van hetzelfde geslacht overschrijden, en die als laatsten zijn voorgedragen door hun gemeenteraad, worden niet aanvaard. De gemeenten die behoren tot de groep waaruit deze kandidaat is voorgedragen, worden verzocht een kandidaat van het andere geslacht voor te dragen.

          18.3. De kandidaturen worden voorgelegd aan de algemene vergadering die besluit met een eenvoudige meerderheid der uitgebrachte stemmen. Zo een kandidaat de vereiste meerderheid niet behaalt, wijst de voordragende deelnemer of cluster van deelnemers een andere kandidaat aan. De nieuwe kandidaat woont als waarnemer de vergaderingen van de raad van bestuur bij tot de eerstvolgende algemene vergadering waaraan de benoeming wordt voorgelegd.

          De benoeming van bestuurders gebeurt bij geheime stemming.

          De bestuurders worden benoemd voor een hernieuwbare periode van 6 jaar. Hun mandaat kan te allen tijde worden herroepen door de algemene vergadering.

          Het mandaat van de bestuurders dat ingaat bij de oprichting van de vereniging neemt van rechtswege een einde bij de afloop van de lopende bestuursperiode."

           

          Artikel 20 (vervanging van bestuurders)

          "Ingeval van overlijden of ontslag van een bestuurder, voorziet de raad van bestuur in zijn vervanging op voordracht van de deelnemer die hij vertegenwoordigde.
          De plaatsvervanger blijft in functie tot de algemene vergadering die dan voorziet in zijn definitieve vervanging.
          De aldus benoemde bestuurder beëindigt het mandaat van de overleden of ontslaggevende bestuurder, die hij vervangt."

           

          Gelet op het verzoek van het college van burgemeester en schepenen om mevrouw Isabelle Dehond voor te dragen voor het mandaat van kandidaat-bestuurder ter vervanging van mevrouw Gwendolyn Rutten;

          Geheime stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Gestemd: Dries Van Horebeek, Martine Verlinden, Mattias Paglialunga, Marleen Verhaegen, Petra Vanlommel, Koen Nijs, Cindy Symons, Nico Creces, Isabelle Dehond, Betty Kiesekoms, Ronny De Ryck, Julia Mellaerts, Gerry Vranken, Bart Dehaes, Bert Van der Auwera, Nele Pelgrims, Gwendolyn Rutten, Annick Geyskens, Wendy De Rijck, Hannelore Castelein, Nele Weckhuyzen, Nicole Van Emelen, Stef Van Calster, Leo Janssens, André Peeters, Kurt Lemmens
          Stemmen voor: 25
          Stemmen tegen: 0
          Onthoudingen: 1
          Resultaat:

          Gelet op het resultaat van de geheime stemming:

          Met 25 stemmen voor, 0 stemmen tegen, 1 stem onthouden.

          Besluit

          Artikel 1

          De gemeenteraad neemt kennis van het ontslag van mevrouw Gwendolyn Rutten, burgemeester, Diestsesteenweg 320, 3202 Aarschot als bestuurder voor de dienstverlenende vereniging Interleuven.

           

          Artikel 2

          De gemeenteraad draagt mevrouw Isabelle Dehond, voorzitter van de gemeenteraad, Testeltsesteenweg 116, 3201 Aarschot voor als kandidaat-bestuurder voor de dienstverlenende vereniging Interleuven.

           

          Artikel 3

          Een afschrift van deze beslissing zal worden overgemaakt aan Interleuven, Brouwersstraat 6 te 3000 Leuven.

        • Bekrachtiging van de besluiten van de burgemeester van 28.11.2022 houdende bevel tot gecontroleerde afbraak van het pakhuis gelegen achter het gebouw aan de Th. De Beckerstraat 25 in 3200 Aarschot, tijdelijke sluiting van het winkelpand op dit adres en bijkomende maatregelen in het belang van de veiligheid

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad neemt kennis van de besluiten burgemeester van 28.11.2022:

          • Bevel tot sluiting van de pop up kerstwinkel Woauw, Th. De Beckerstraat 25, 3200 Aarschot en bijkomende maatregelen in het belang van de veiligheid;
          • Bevel tot gecontroleerde afbraak van het pakhuis gelegen achter het gebouw aan de Th. De Beckerstraat 25, 3200 Aarschot

          en bekrachtigt deze. 

          Toelichting

          Het burgemeestersbesluit van van 28.11.2022 houdende bevel tot gecontroleerde afbraak van het pakhuis gelegen achter het gebouw aan de Th. De Beckerstraat 25, 3200 Aarschot wordt ter bekrachtiging voorgelegd aan de gemeenteraad.

          Regelgeving
          • het decreet van 22.12.2017 over het lokaal bestuur en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7.12.2018;
          • het Besluit van de Vlaamse Regering d.d. 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen;
          • het decreet lokaal bestuur, artikelen 63 tot en met 67, en de artikelen 133, 134ter en 135 van de nieuwe Gemeentewet;
          Feiten, context en motivering

          Gelet op de bijgevoegde besluiten burgemeester van 28.11.2022:

          • Bevel tot sluiting van de pop up kerstwinkel Woauw, Th. De Beckerstraat 25, 3200 Aarschot en bijkomende maatregelen in het belang van de veiligheid;
          • Bevel tot gecontroleerde afbraak van het pakhuis gelegen achter het gebouw aan de Th. De Beckerstraat 25, 3200 Aarschot.


          Overwegend dat artikel 134 §1 van de Nieuwe Gemeentewet aan de burgemeester de bevoegdheid toekent om in geval van ernstige stoornis van de openbare rust of andere onvoorziene gebeurtenissen, waarbij het geringste uitstel gevaar of schade zou kunnen opleveren voor de inwoners, politieverordeningen te maken onder verplichting om daarvan onverwijld aan de gemeenteraad kennis te geven; dat het in het voorliggende geval in het belang van de veiligheid noodzakelijk was dat onmiddellijk maatregelen werden getroffen om te voorkomen dat er verdere schade of gevaar zou ontstaan;

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Bart Dehaes, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Met 20 stemmen voor, 6 niet gestemd
          Besluit

          Enig artikel

          De gemeenteraad neemt kennis van de bijgevoegde besluiten burgemeester van 28.11.2022:

          • Bevel tot sluiting van de pop up kerstwinkel Woauw, Th. De Beckerstraat 25, 3200 Aarschot en bijkomende maatregelen in het belang van de veiligheid;
          • Bevel tot gecontroleerde afbraak van het pakhuis gelegen achter het gebouw aan de Th. De Beckerstraat 25, 3200 Aarschot

          en bekrachtigt deze. 

        • Kennisgeving van de gewijzigde interne werkverdeling tussen de leden van het college van burgemeester en schepenen

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad neemt kennis van de gewijzigde interne werkverdeling tussen de leden van het college van burgemeester en schepenen.

          Toelichting

          De gemeenteraad neemt kennis van de gewijzigde interne werkverdeling tussen de leden van het college van burgemeester en schepenen.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7 december 2018;
          • het Besluit van de Vlaamse Regering d.d. 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten;
          Feiten, context en motivering

          Overwegend dat:

          • artikel 52 van het decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat het college van burgemeester en schepenen collegiaal beslist;
          • het onverminderd deze bepaling aangewezen is tussen de leden van het college van burgemeester en schepenen een interne werkverdeling af te spreken waarbij de bijzondere werkzaamheden in verband met het dagelijks beheer van de gemeente, namelijk studies, onderzoeken en verslagen ter voorbereiding van de beslissingen van de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen, het toezicht op de uitvoering van de overheidsvoorschriften en van de besluiten van de gemeenteraad en van het college, worden opgedragen aan de leden van het college zoals onderstaand aangeduid;
          • het aangewezen is de bevoegdheid OCMW over te dragen van de burgemeester naar schepen Van Emelen omdat dit aanleunt bij haar bevoegdheden;
          • de nieuwe interne werkverdeling er daardoor als volgt zal uitzien:


          mevrouw Gwendolyn Rutten, burgemeester, bevoegd voor

          • veiligheid en brandweer
          • communicatie
          • inspraak, participatie, wijk en buurtwerking
          • financiën, begroting, AGB
          • cultuur, toerisme, onroerend erfgoed en evenementen
          • externe relaties


          de heer Bert Van der Auwera, eerste schepen, bevoegd voor

          • economie en investeringen
          • patrimonium
          • kerkfabrieken
          • ruimtelijke ordening
          • stadsvernieuwing
          • wonen
          • energie en klimaat
          • leefmilieu

          mevrouw Nicole Van Emelen, tweede schepen, bevoegd voor
          • onderwijs (incl. kunstonderwijs)
          • werk (reguliere en sociale tewerkstelling)
          • welzijn, gezin en senioren
          • armoedebestrijding
          • gelijke kansen, diversiteit en integratie
           
          mevrouw Annick Geyskens, derde schepen, bevoegd voor:
          • burgerzaken
          • administratieve vereenvoudiging (ICT en digitalisering)
          • openbaar ambt en vorming
          • personeel
          • onthaal
          • dierenwelzijn

          de heer Gerry Vranken, vierde schepen, bevoegd voor:
          • openbare werken
          • waterbeheersing
          • technische zaken
          • groenonderhoud
          • landbouw
          • afval
          • begraafplaatsen
           
          de heer Stef Van Calster, vijfde schepen, bevoegd voor:
          • mobiliteit (incl. verkeersveiligheid, parkeerbeleid)
          • toegankelijkheid
          • jeugd
           
          de heer Kurt Lemmens, zesde schepen/voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst, bevoegd voor:
          • kermissen en carnaval
          • sport
          • ontwikkelingssamenwerking
          • OCMW
          Besluit

          De gemeenteraad neemt kennis van de gewijzigde interne werkverdeling tussen de leden van het college van burgemeester en schepenen.

        • Huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de gemeenteraadscommissies - aanpassing artikel 32 m.b.t. de interne werkverdeling tussen de gemeenteraadscommissies

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad actualiseert artikel 32 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en gemeenteraadscommissies m.b.t. de interne werkverdeling tussen de gemeenteraadscommissies.

          Toelichting

          Artikel 38 van het Decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat de gemeenteraad bij de aanvang van de zittingsperiode een huishoudelijk reglement vaststelt waarin aanvullende maatregelen worden opgenomen voor de werking van de raad.

          Naar aanleiding van de verschuiving in de bevoegdheden, dient artikel 32 "Gemeenteraadscommissies" aangepast te worden.

          Aan de gemeenteraad wordt een aangepast ontwerp van huishoudelijk reglement voorgelegd dat overeenstemt met de desbetreffende bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017.

          Regelgeving
          • het decreet van 22.12.2017 over het lokaal bestuur en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het Besluit van de Vlaamse Regering d.d. 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen;
          Feiten, context en motivering

          Gelet op:

          • de beslissing van de gemeenteraad van 20 januari 2022 houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de gemeenteraadscommissies;


          Overwegend dat:
          • artikel 32 van voornoemd reglement voorziet in de oprichting van volgende gemeenteraadscommissies:

            1. Gemeenteraadscommissie voor veiligheid, communicatie, inspraak en participatie, wijk- en buurtwerking, OCMW, financiën en begroting, cultuur, toerisme, onroerend erfgoed en evenementen
            2. Gemeenteraadscommissie voor economie en investeringen, patrimonium, kerkfabrieken, ruimtelijke ordening, stadsvernieuwing, wonen, leefmilieu, energie en klimaat
            3. Gemeenteraadscommissie voor onderwijs (incl. kunstonderwijs), werk, sport, welzijn, gezin en senioren
            4. Gemeenteraadscommissie voor burgerzaken, administratieve vereenvoudiging, ICT en digitalisering, openbaar ambt en vorming, personeel, onthaal, dierenwelzijn
            5. Gemeenteraadscommissie voor openbare werken, waterbeheersing, technische zaken, begraafplaatsen, groenonderhoud, landbouw, afval
            6. Gemeenteraadscommissie voor mobiliteit (incl. verkeersveiligheid en parkeerbeleid), toegankelijkheid en jeugd
            7. Gemeenteraadscommissie voor gelijke kansen, diversiteit en integratie, armoedebestrijding, ontwikkelingssamenwerking, kermissen en carnaval
          • de interne werkverdeling tussen de leden van het college werd aangepast en ter kennis gebracht van de gemeenteraad;
          • het raadzaam is ook de gemeenteraadscommissies in dezelfde zin aan te passen en artikel 32 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de gemeenteraadscommissies op dit vlak te actualiseren;
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Ter vervanging van het besluit van 20.01.2022

           

          het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de gemeenteraadscommissies vast te stellen als volgt:

          BIJEENROEPING GEMEENTERAAD

          Artikel 1
          (art. 18, 19, 20 en 67 DLB)

          §1. De gemeenteraad vergadert zo dikwijls als de zaken die tot zijn bevoegdheid behoren het vereisen en ten minste tienmaal per jaar.

          §2. De voorzitter van de gemeenteraad beslist tot bijeenroeping van de gemeenteraad en stelt de agenda van de vergadering op.

          §3. De voorzitter van de gemeenteraad moet de gemeenteraad bijeenroepen op verzoek van:

          1. een derde van de zittinghebbende leden;
          2. een vijfde van de zittinghebbende leden als zes weken na de datum van de vorige gemeenteraad nog geen bijeenroeping is gebeurd. De periode van zes weken wordt geschorst van 11 juli tot en met 15 augustus;
          3. het college van burgemeester en schepenen;
          4. de burgemeester voor zover het verzoek uitsluitend betrekking heeft op de eigen bevoegdheden van de burgemeester.

           

          Bij een verplichte bijeenroeping als vermeld in §3 moeten de aanvragers in hun schriftelijke aanvraag aan de algemeen directeur de agenda vermelden, met voor elk punt een toegelicht voorstel van beslissing, en de datum en het uur van de beoogde vergadering. De algemeen directeur bezorgt vervolgens de voorstellen aan de gemeenteraadsvoorzitter. Dit verzoek tot bijeenroeping moet uiterlijk de negende dag om 9.00 uur voor de datum van de beoogde vergadering worden overhandigd aan de algemeen directeur zodat de voorzitter de oproepingstermijnen bepaald in artikel 2 van dit reglement kan nakomen.

          De voorzitter roept de vergadering bijeen op de voorgestelde datum en het aangewezen uur en met de voorgestelde agenda, na overleg met het college van burgemeester en schepenen.

          De agenda bevat in ieder geval de punten die door het college van burgemeester en schepenen aan de voorzitter worden meegedeeld.

          De oproeping wordt tenminste acht dagen vóór de dag van de vergadering bezorgd aan de gemeenteraadsleden.

          Op verzoek van de voorzitter van de gemeenteraad stelt het college van burgemeester en schepenen jaarlijks de lijst op van de data voor de gemeenteraadsvergaderingen van het komende jaar. Deze data worden dan door de voorzitter van de gemeenteraad meegedeeld aan de raadsleden in de loop van het laatste kwartaal van het lopende jaar. Enkel onvoorziene omstandigheden kunnen een afwijking van deze planning toelaten. De voornoemde informatie wordt dan ook gepubliceerd op de website van de stad: www.aarschot.be

           

          TERMIJN EN WIJZE VAN OPROEPING

          Artikel 2
           (art. 19,20 DLB)

          §1. De oproeping gebeurt tenminste acht dagen vóór de dag van de vergadering en wordt aan elk gemeenteraadslid per mail bezorgd. De termijn van acht dagen wordt berekend door terug te tellen vanaf de vergadering. De dag van de vergadering wordt in de termijn begrepen. De dag van de oproeping is niet in de termijn begrepen. In spoedeisende gevallen kan gemotiveerd van deze oproepingsperiode worden afgeweken.

          §2. De oproeping vermeldt in elk geval de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda van de vergadering en bevat een toegelicht voorstel van beslissing bij elk agendapunt. De agendapunten moeten voldoende duidelijk omschreven zijn. De toegelichte voorstellen van beslissing en de bijhorende dossiers worden voor elk agendapunt ter beschikking gesteld vanaf de verzending van de agenda. Deze stukken worden aan de raadsleden ter beschikking gesteld in de vergadersoftware, die hen door de stad wordt aangeboden.

          TOEVOEGEN VAN PUNTEN AAN DE AGENDA

          Artikel 3
          (art. 21 DLB)

          §1.  Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda van de gemeenteraad toevoegen. Hiertoe bezorgen ze hun toegelicht voorstel van beslissing aan de algemeen directeur, die de voorstellen bezorgt aan de gemeenteraadsvoorzitter. Noch een lid van het college van burgemeester en schepenen, noch het college als orgaan, kan van deze mogelijkheid gebruik maken.

          §2.
          De algemeen directeur deelt de aanvullende agendapunten zoals vastgesteld door de voorzitter van de gemeenteraad onmiddellijk mee aan de gemeenteraadsleden, samen met de bijbehorende toegelichte voorstellen.

          De aanvullende agendapunten en de bijhorende voorstellen en toelichtende nota's worden aan de gemeenteraadslid bezorgd per mail.

          De voorzitter van de raad is verplicht elk tijdig en regelmatig ingediend verzoek tot aanvulling van de agenda te respecteren zonder te oordelen over de opportuniteit van voorlegging aan de raad.

          OPENBARE OF BESLOTEN VERGADERING

          Artikel 4
          (art. 28, 249 DLB)

          §1. De vergaderingen van de gemeenteraad zijn in principe openbaar.

          §2.De vergadering is niet openbaar als:

          1° het om aangelegenheden gaat die de persoonlijke levenssfeer raken. Zodra een dergelijk punt aan de orde is, beveelt de voorzitter de behandeling in besloten vergadering;

          2° de gemeenteraad met twee derde van de aanwezige leden en op gemotiveerde wijze beslist tot behandeling in besloten vergadering, in het belang van de openbare orde of op grond van ernstige bezwaren tegen de openbaarheid.

           

          §3. De vergaderingen over de beleidsrapporten (=het meerjarenplan, de aanpassingen van het meerjarenplan en de jaarrekening) zijn in elk geval openbaar.

          §4. De vergadering is ook openbaar wanneer

          1° gemeenteraadsleden en schepenen de eed afleggen

          2° het organogram, de personeelsformatie en rechtspositieregeling worden behandeld.

           

          Artikel 5 (art. 28 §2 DLB)

          De besloten vergadering kan enkel plaatsvinden na de openbare vergadering, uitgezonderd in tuchtzaken.

          Als tijdens de openbare vergadering van de gemeenteraad blijkt dat de behandeling van een punt in besloten zitting moet worden voortgezet, kan de openbare vergadering van de gemeenteraad, enkel met dit doel, worden onderbroken.

          Als tijdens de besloten vergadering van de gemeenteraad blijkt dat de behandeling van een punt in openbare zitting moet gebeuren, dan wordt dat punt opgenomen op de agenda van de eerstvolgende gemeenteraad. In geval van dringende noodzakelijkheid van het punt, of in geval van de eedaflegging van een personeelslid kan de besloten zitting, enkel met dat doel, worden onderbroken.

          Artikel 6 (art. 29 § 4 DLB)

          De gemeenteraadsleden, alsmede alle andere personen die krachtens de wet of het decreet de besloten vergaderingen van de gemeenteraad bijwonen, zijn tot geheimhouding verplicht.

          INFORMATIE VOOR RAADSLEDEN EN PUBLIEK

          Artikel 7
          (art. 22 DLB)

          §1. Plaats, dag en uur van de gemeenteraadsvergadering en de agenda worden openbaar bekend gemaakt door publicatie op de webstek van de gemeente. Dit gebeurt uiterlijk acht dagen voor de vergadering.

          Indien raadsleden punten aan agenda toevoegen, wordt de aangepaste agenda binnen de 24 uur nadat hij is vastgesteld, op dezelfde wijze bekendgemaakt.

          In spoedeisende gevallen wordt de agenda uiterlijk 24 uur nadat hij is vastgesteld, en uiterlijk vóór de aanvang van de vergadering, op dezelfde wijze bekendgemaakt.

          Artikel 8

          §1. De gemeente maakt, aan iedere natuurlijke persoon en aan iedere rechtspersoon of groepering die erom verzoekt, de agenda van de gemeenteraad en de stukken die erop betrekking hebben, openbaar door er inzage in te verlenen, er uitleg over te verschaffen of er een afschrift van te overhandigen overeenkomstig de regels in verband met openbaarheid van bestuur.

          §2. De beslissingen van de gemeenteraad worden door de burgemeester bekendgemaakt op de webstek van de gemeente zoals bepaald in art. 285 tot 287 van het decreet over het lokaal bestuur.

          Artikel 9
          (art. 249, art. 20 DLB)

          §1. Voor elk agendapunt worden de dossiers, in het bijzonder de verklarende nota's, de feitelijke gegevens, de eventueel verleende adviezen en de ontwerpen van beslissing betreffende de op de agenda ingeschreven zaken, vanaf de verzending van de oproeping, via de vergadersoftware ter beschikking gehouden van de raadsleden.

          §2.Elk ontwerp van meerjarenplan, aanpassingen van het meerjarenplan en jaarrekening, worden op zijn minst veertien dagen vóór de vergadering waarop het ontwerp besproken wordt aan ieder lid van de gemeenteraad bezorgd.  Deze stukken kunnen op eenvoudig verzoek op papier of op digitale wijze bezorgd worden.

          Vanaf het ogenblik dat het ontwerp van het beleidsrapport bezorgd is aan de raadsleden, wordt aan hen ook de bijbehorende documentatie ter beschikking gesteld.

          §3.
          Aan de raadsleden moet, op hun verzoek, door de algemeen directeur of de door hem aangewezen personeelsleden technische toelichting worden verstrekt over de stukken in de dossiers voor de vergadering van de gemeenteraad.

          Onder technische toelichting wordt verstaan het verstrekken van inlichtingen ter verduidelijking van de feitelijke gegevens die in de dossiers voorkomen en van het verloop van de procedure.

          Artikel 10(art. 29 §1, §2, §3 en §5, art. 50 DLB)

          §1.
          De gemeenteraadsleden hebben het recht van inzage in alle dossiers, stukken en akten, ongeacht de drager, die het bestuur van de gemeente betreffen.

          §2. 1° De notulen van de vergaderingen van het college van burgemeester en schepenen worden, uiterlijk op dezelfde dag als de vergadering van het college volgend op deze waarop de notulen werden goedgekeurd, verstuurd aan de gemeenteraadsleden.  Dit gebeurt via een link naar de vergadersoftware.

          2° De goedgekeurde verslagen van de raad van bestuur en het directiecomité van de autonome gemeentebedrijven liggen ter inzage bij het secretariaat van de gemeente. Raadsleden die hierom verzoeken kunnen deze verslagen elektronisch ter beschikking krijgen.

          §3.
          De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad en die bestemd is voor de gemeenteraad, wordt meegedeeld aan de gemeenteraadsleden.

          §4. De raadsleden kunnen zonder voorafgaande aanvraag tijdens de dagen en uren dat de diensten van het gemeentebestuur geopend zijn volgende documenten inzien:

          • de begrotingen van vorige dienstjaren van de gemeente en de gemeentelijke extern verzelfstandigde agentschappen
          • de rekeningen van vorige dienstjaren van de gemeente, de gemeentelijke extern verzelfstandigde agentschappen, de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden waarvan de gemeente lid is
          • de jaarverslagen van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden waarvan de gemeente lid is
          • de goedgekeurde notulen van de vergaderingen van de gemeenteraad
          • de goedgekeurde notulen van de vergaderingen van het college van burgemeester en schepenen, wat de delen betreft die aan het inzagerecht onderworpen zijn
          • de adviezen uitgebracht door gemeentelijke adviesraden
          • de gemeentelijke toelagereglementen, algemene politieverordeningen, belasting- en retributiereglementen.

           

          §5. Alle andere documenten en dossiers dan die in art. 9 en art. 10, § 2 tot § 4, die betrekking hebben op het bestuur van de gemeente, kunnen door de raadsleden geraadpleegd worden.

          Het college zal de dagen en uren bepalen waarop de raadsleden deze andere documenten kunnen raadplegen.

          Om het college in de mogelijkheid te stellen te onderzoeken of de gevraagde stukken of akten betrekking hebben op het bestuur van de gemeente, delen de raadsleden aan het college schriftelijk mee welke documenten zij wensen te raadplegen.

          Aan de raadsleden wordt uiterlijk binnen acht werkdagen na de ontvangst van de aanvraag meegedeeld waar en wanneer de stukken kunnen worden ingezien.

          Het raadslid, dat de in deze § bedoelde stukken niet is komen raadplegen tijdens de week volgend op  het tijdstip waarop hem is meegedeeld dat ze ter inzage liggen, wordt geacht af te zien van inzage.

          §6. De gemeenteraadsleden kunnen een afschrift verkrijgen van die dossiers, stukken en akten. De vergoeding die eventueel wordt gevraagd voor het afschrift stemt overeen met de gemeentelijke retributie voor het opzoeken, het samenstellen en het afleveren van administratieve stukken, inlichtingen en bestuursdocumenten. Deze vergoeding mag in geen geval meer bedragen dan de kostprijs.

          De raadsleden doen hun aanvraag tot het verstrekken van een afschrift schriftelijk en met een duidelijke omschrijving van de bedoelde akten en stukken.

          De gemotiveerde beslissing van het college tot weigering van de aflevering van een afschrift moet uiterlijk tien werkdagen na ontvangst van de aanvraag aan het betrokken raadslid worden meegedeeld.

          §7. De gemeenteraadsleden hebben het recht de gemeentelijke instellingen en diensten die de gemeente opricht en beheert te bezoeken, ook de autonome gemeentebedrijven.

          Om het college in de mogelijkheid te stellen het bezoekrecht praktisch te organiseren, delen de raadsleden minstens acht werkdagen vooraf schriftelijk mee welke instelling zij willen bezoeken en op welke dag en welk uur.

          Tijdens het bezoek van een gemeentelijke inrichting mogen de raadsleden zich niet mengen in de werking. De raadsleden zijn op bezoek en gedragen zich als een bezoeker.

          Artikel 11
          (art. 31 DLB)

          De gemeenteraadsleden hebben het recht aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen. Daarvoor is geen toegelicht voorstel van beslissing nodig.

          Op schriftelijke vragen van raadsleden wordt binnen de maand na ontvangst schriftelijk geantwoord.

          Na afhandeling van de agenda van de openbare vergadering van de gemeenteraad kunnen de raadsleden en het publiek mondelinge vragen stellen over gemeentelijke aangelegenheden, die niet op de agenda van de gemeenteraad staan. Op deze mondelinge vragen wordt ten laatste tijdens de volgende zitting geantwoord.

          Vragen en antwoorden maken niet het onderwerp uit van een stemming in de gemeenteraad.

          Deze vragen mogen niet peilen naar de persoonlijke intenties van de leden van het college van burgemeester en schepenen en mogen niet verplichten tot het doorvoeren van kostelijke studies of opzoekingen, tot het opmaken van dure statistische gegevensbestanden of het houden van enquêtes en dergelijke.

          QUORUM

          Artikel 12


          Vooraleer aan de vergadering van de gemeenteraad deel te nemen, tekenen de leden de aanwezigheidslijst. De namen van de leden die deze lijst tekenden, worden in de notulen vermeld.

          Artikel 13 (art. 26 DLB)

          §1. De gemeenteraad kan enkel beraadslagen of beslissen als de meerderheid van de zittinghebbende leden van de gemeenteraad aanwezig is.

          De voorzitter kan een academisch kwartier respecteren en de zitting uiterlijk een kwartier na het vastgestelde duur openen. Indien de meerderheid van de zittinghebbende leden op dat ogenblik aanwezig is, kan de gemeenteraad geldig beraadslagen of beslissen.

          Indien een kwartier na het vastgestelde uur niet voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, stelt de voorzitter vast dat de vergadering niet kan doorgaan. Als in de loop van de vergadering het aantal aanwezige raadsleden afneemt tot minder dan de helft van de zittinghebbende leden plus één, stelt de voorzitter vast dat de vereiste meerderheid niet meer bereikt wordt en sluit hij derhalve de vergadering.

          §2. De gemeenteraad kan echter, als hij eenmaal bijeengeroepen is zonder dat het vereiste aantal leden aanwezig is, na een tweede oproeping, ongeacht het aantal aanwezige leden, op geldige wijze beraadslagen en beslissen over de onderwerpen die voor de tweede maal op de agenda voorkomen.

          In de oproep wordt vermeld dat het om een tweede oproeping gaat. In de tweede oproeping worden de bepalingen van artikel 26 van het decreet over het lokaal bestuur overgenomen.

           

          WIJZE VAN VERGADEREN

          Artikel 14
          (art. 24 DLB)

          §1. De voorzitter zit de vergaderingen van de gemeenteraad voor, en opent en sluit de vergaderingen.

          §2. Het laten deelnemen van derde personen aan de vergadering is slechts toegelaten in de gevallen voorzien in het decreet over het lokaal bestuur. Buiten deze gevallen kunnen derden bij de behandeling van een bepaald agendapunt slechts toegelaten worden met het oog op het verstrekken van informatie, toelichtingen en/of technische adviezen inzake materies, waarin zij uit hoofde van hun vorming, kwalificatie en /of beroepservaring als deskundig worden erkend. Bovendien dienen zij door de voorzitter uitgenodigd te worden. Zij kunnen in geen geval deelnemen aan de besluitvorming.

          Artikel 15 (art. 23 DLB)

          §1. De voorzitter van de gemeenteraad geeft kennis van de tot de raad gerichte verzoeken en doet alle mededelingen die de raad aanbelangen.

          De gemeenteraad vat daarna de behandeling aan van de punten die vermeld staan op de agenda, in de daardoor bepaalde volgorde, tenzij de raad er anders over beslist.

          Voor de mogelijke toelichting bij de agendapunten verwijst de voorzitter naar de indiener van het agendapunt, namelijk het college, de burgemeester of het raadslid. Punten die hijzelf op de agenda geplaatst heeft, licht hij desgevraagd zelf toe.

          §2. Een punt dat niet op de agenda van de gemeenteraad voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen.

          Tot spoedbehandeling kan enkel worden besloten door ten minste twee derde van de aanwezige leden. De namen van die leden en de motivering van de spoedeisendheid worden in de notulen vermeld.

          Artikel 16

          §1. Nadat het agendapunt werd toegelicht, vraagt de voorzitter van de gemeenteraad welk lid aan het woord wenst te komen over het voorstel.

          De voorzitter verleent het woord naar de volgorde van de aanvragen en, ingeval van gelijktijdige aanvraag, naar de rangorde van de raadsleden.


          §2. Indien de gemeenteraad deskundigen wenst te horen, bepaalt de voorzitter van de raad wanneer ze aan het woord komen.

          De voorzitter kan aan de algemeen directeur of aan een door hem gekozen deskundige vragen om toelichtingen te geven.

          Artikel 17

          Het woord kan door de voorzitter niet geweigerd worden voor een rechtzetting van beweerde feiten.

          In de volgende gevallen en volgorde wordt het woord verleend bij voorrang op de hoofdvraag, waarvan de bespreking aldus wordt geschorst :

          1° om te vragen dat men niet zal besluiten;

          2° om de verdaging te vragen;

          3° om een punt te verwijzen naar een gemeenteraadscommissie;

          4° om voor te stellen dat een ander dan het in bespreking zijnde probleem bij voorrang zou behandeld worden;

          5° om te eisen dat het voorwerp van de beslissing concreet zou omschreven worden;

          6° om naar het reglement te verwijzen.

           

          Artikel 18

          De amendementen worden vóór de hoofdvraag en de subamendementen vóór de amendementen ter stemming gelegd.

          Artikel 19

          Niemand mag onderbroken worden wanneer hij spreekt, behalve voor een verwijzing naar het reglement of voor een terugroeping tot de orde.

          Als een gemeenteraadslid, aan wie het woord werd verleend, afdwaalt van het onderwerp, kan alleen de voorzitter hem tot de behandeling van het onderwerp terugbrengen. Indien na een eerste verwittiging het lid verder van het onderwerp blijft afdwalen, kan hem het woord door de voorzitter ontnomen worden. Elk lid, dat in weerwil van de beslissing van de voorzitter, tracht aan het woord te blijven, wordt geacht de orde te verstoren.

          Dit geldt eveneens voor hen, die het woord nemen zonder het te hebben gevraagd en bekomen, en die aan het woord blijven in weerwil van het bevel van de voorzitter.

          Elk scheldwoord, elke beledigende uitdrukking en elke persoonlijke aantijging worden geacht de orde te verstoren.

          Artikel 20 (art. 25 DLB)

          §1. De voorzitter is belast met de handhaving van de orde in de raadsvergadering.

          Van de handelingen die hij in dit verband stelt, wordt melding gemaakt in de notulen.

          Elk raadslid dat de orde verstoort, wordt door de voorzitter tot de orde teruggeroepen. Elk lid dat tot de orde werd teruggeroepen, mag zich verantwoorden, waarna de voorzitter beslist of de terugroeping tot de orde gehandhaafd of ingetrokken wordt. Desnoods kan de voorzitter de zitting schorsen of opheffen.

          §2. De voorzitter kan, na een voorafgaande waarschuwing, elke toehoorder die openlijk tekens van goedkeuring of van afkeuring geeft of die op enigerlei wijze wanorde veroorzaakt, uit de zaal doen verwijderen.

          De voorzitter kan bovendien een proces-verbaal opmaken tegen die persoon en dat proces-verbaal bezorgen aan het openbaar ministerie met het oog op de eventuele vervolging van de betrokkene.

          Artikel 21

          Geen enkel raadslid mag meer dan tweemaal het woord nemen over hetzelfde onderwerp, tenzij de voorzitter er anders over beslist.

          Artikel 22

          Wanneer de vergadering rumoerig wordt, zodat het normale verloop van de bespreking in het gedrang wordt gebracht, kondigt de voorzitter aan dat hij, bij voortzetting van het rumoer, de vergadering zal schorsen of sluiten.

          Indien de wanorde toch aanhoudt, schorst of sluit hij de vergadering. De leden van de raad moeten dan onmiddellijk de zaal verlaten.

          Van deze schorsing of sluiting wordt melding gemaakt in de notulen.

          Artikel 23


          Nadat de leden voldoende aan het woord zijn geweest en indien hij oordeelt dat het agendapunt voldoende werd besproken, sluit de voorzitter de bespreking onverminderd de bepalingen opgenomen in artikel 19 en artikel 21 en vraagt hij over te gaan tot de stemming.

          WIJZE VAN STEMMEN

          Artikel 24
          (art. 33 DLB)

          §1. Voor elke stemming in de gemeenteraad omschrijft de voorzitter het voorwerp van de bespreking waarover de vergadering zich moet uitspreken

          §2. De beslissingen worden bij volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen genomen. De volstrekte meerderheid is gelijk aan meer dan de helft van de stemmen, onthoudingen, blanco en ongeldige stemmen niet meegerekend. Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen.

          Artikel 25 (art. 249 §3 - §4 DLB)

          §1.  De gemeenteraad stemt over het eigen deel van elk beleidsrapport.

          Nadat zowel de gemeenteraad als de OCMW-raad elk hun deel van het beleidsrapport hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport goed zoals vastgesteld door de OCMW-raad. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn. De gemeenteraad kan het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de OCMW-raad niet goedkeuren als dat de financiële belangen van de gemeente bedreigt. In dat geval vervalt de eventuele vaststelling van het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de gemeenteraad.

          §2. De gemeenteraad stemt telkens over het geheel van het eigen deel van het beleidsrapport.

          In afwijking daarvan kan elk gemeenteraadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen die hij aanwijst in het gemeentelijke deel van het beleidsrapport.  In dat geval mag de gemeenteraad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming.

          Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de gemeenteraad. Als de OCMW-raad voordien zijn deel van het beleidsrapport al had vastgesteld, vervalt die vaststelling en stelt de OCMW-raad het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.

          Artikel 26 (art. 33 en 34 DLB)

          §1. De leden van de gemeenteraad stemmen niet geheim, behalve in de gevallen bedoeld in § 4.

          §2. Er zijn vier mogelijke werkwijzen van stemmen:

          1° de stemming bij handopsteking

          2° de elektronische stemming

          3° de mondelinge stemming

          4° de geheime stemming

           

          §3. De gemeenteraadsleden stemmen elektronisch behalve:

          • wanneer dit technisch of organisatorisch niet mogelijk is. In dat geval wordt gestemd bij handopsteking
          • als een derde van de aanwezige leden de mondelinge stemming vraagt; in dat geval bevestigen de raadsleden hun mondelinge stem ook elektronisch.
           
          §4.Over de volgende aangelegenheden wordt geheim gestemd:

          1° de vervallenverklaring van het mandaat van gemeenteraadslid en van schepen;

          2° het aanwijzen van de leden en het beëindigen van deze aanwijzing van de gemeentelijke bestuursorganen en van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen;

          3° individuele personeelszaken.

           

          §5. De elektronische stemming gebeurt als volgt:

          Nadat de voorzitter het voorwerp van de stemming heeft omschreven zoals bepaald in artikel 24 §1 van dit huishoudelijk reglement, kondigt hij aan dat de stemming over het agendapunt wordt geopend. De raadsleden kunnen ja (voor) stemmen, neen (tegen) stemmen of zich onthouden door op de corresponderende druktoets van het elektronisch stemsysteem op hun zitplaats (elk raadslid neemt plaats op de hem of haar toegewezen zitplaats) te drukken.

          Tot de stemronde wordt beëindigd, kan een raadslid zijn stemgedrag nog wijzigen door gebruik te maken van de druktoetsen. De laatst gekozen druktoets wordt geregistreerd als de definitieve stem van het raadslid.

          §5 bis. De stemming bij handopsteking gebeurt als volgt:

          Nadat de voorzitter het voorwerp van de stemming heeft omschreven zoals bepaald in artikel 24 §1 van dit huishoudelijk reglement, vraagt hij achtereenvolgens welke gemeenteraadsleden ja (voor) stemmen, neen (tegen) stemmen of zich onthouden.

          Elk gemeenteraadslid kan slechts éénmaal zijn hand opsteken om zijn keuze duidelijk te maken.

          §6. De mondelinge stemming gebeurt als volgt:

          Nadat de voorzitter het voorwerp van de stemming heeft omschreven zoals bepaald in artikel 24 §1 van dit huishoudelijk reglement, laat hij elk raadslid in de volgorde zoals hierna bepaald ja (voor), neen (tegen) of onthouding uitspreken. Tegelijk bevestigt het raadslid zijn stemgedrag elektronisch door de corresponderende druktoets in te drukken.

          De stemming begint met de schepenen in volgorde van hun rangorde. Daarna stemmen de raadsleden in volgorde van de ranglijst.

          §6 bis. De voorzitter stemt het laatst, behalve bij geheime stemming.

          Wanneer er na de stem van de voorzitter evenveel stemmen voor als tegen het voorstel zijn, dan is er staking van stemmen en is het voorstel verworpen (behalve in de gevallen van art. 27 van dit reglement). De stem van de voorzitter is niet doorslaggevend bij staking van stemmen.

          §7.  De geheime stemming gebeurt elektronisch op de wijze zoals bepaald in §5, tenzij dit technisch of organisatorisch niet mogelijk is.

          In dat laatste geval worden voor een geheime stemming vooraf gemaakte stembriefjes gebruikt en wordt eenvormig schrijfgerief ter beschikking gesteld.

          De raadsleden stemmen ‘ja’, ‘neen’ of onthouden zich. De onthouding gebeurt door het afgeven van een blanco stembriefje.

          Voor de stemming en de stemopneming is het bureau samengesteld uit de voorzitter en de algemeen directeur, tenzij anders wordt bepaald door de toepasselijke wetgeving. Ieder raadslid is gemachtigd de regelmatigheid van de stemopnemingen na te gaan.

          Vooraleer tot de stemopneming over te gaan, wordt het aantal stembriefjes geteld. Stemt dit aantal niet overeen met het aantal raadsleden, die aan de stemming hebben deelgenomen, dan worden de stembriefjes vernietigd en wordt elk raadslid uitgenodigd opnieuw te stemmen. Een raadslid dat bewust geen stembriefje afgeeft en dit meldt, heeft niet deelgenomen aan de stemming. In dat geval is er geen reden om opnieuw te stemmen.

          Artikel 27 (art. 35 DLB)

          Voor elke benoeming tot ambten, elke contractuele aanstelling, elke verkiezing en elke voordracht van kandidaten wordt tot een afzonderlijke stemming overgegaan. Als bij de benoeming, de contractuele aanstelling, de verkiezing of de voordracht van kandidaten de vereiste meerderheid niet wordt verkregen bij de eerste stemming, wordt opnieuw gestemd over de twee kandidaten die de meeste stemmen hebben behaald.

          Als bij de eerste stemming sommige kandidaten een gelijk aantal stemmen behaald hebben, dan wordt de jongste kandidaat tot de herstemming toegelaten. Personen worden benoemd, aangesteld, verkozen of voorgedragen bij volstrekte meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen heeft de jongste kandidaat de voorkeur.

          NOTULEN - ZITTINGSVERSLAG EN ONDERTEKENING

          Artikel 28
          (art. 278 §1 DLB)

          §1. De notulen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat gegeven werd aan die punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen.

          Zij maken eveneens duidelijk melding van alle beslissingen.

          Behalve bij geheime stemming vermelden de notulen voor elk raadslid of hij voor of tegen het voorstel heeft gestemd of zich onthield. Het stemgedrag van de leden wordt in de notulen niet nominatief weergegeven maar aan de hand van de vermelding van het stemgedrag van elke fractie. Wanneer binnen eenzelfde fractie verdeeld wordt gestemd, wordt in de notulen wel het individuele stemgedrag van de raadsleden nominatief weergegeven. Een raadslid kan vragen om in de notulen de rechtvaardiging van zijn stemgedrag op te nemen.

          §2. De zittingsverslagen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden. De gemeenteraad beslist om het zittingsverslag te vervangen door een audio- of audiovisuele opname van de openbare zitting van de gemeenteraad. Alleen wanneer dergelijke opname niet beschikbaar is (bv. omwille van technische problemen) wordt een zittingsverslag opgesteld. De gemeenteraad kan beslissen om de openbare zitting van de gemeenteraad eveneens te streamen.

          Een raadslid kan vragen om in het zittingsverslag de rechtvaardiging van zijn stemgedrag op te nemen.

          §3.
          Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 4, §2 en artikel 5 van dit reglement in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.

          Artikel 29
            (art. 32 DLB)

          §1.De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 277 en 278 van het decreet over het lokaal bestuur.


          §2. Behalve in spoedeisende gevallen liggen de notulen en desgevallend het zittingsverslag van de vorige vergadering ter inzage van de raadsleden, vanaf de verzending van de oproepingsbrief van de vergadering, waarin ze ter goedkeuring aan de raad zullen worden voorgelegd.

          De notulen en desgevallend het zittingsverslag worden via de vergadersoftware ter beschikking gesteld van de raadsleden.


          Daardoor vervalt de verplichting om bij het openen van de vergadering voorlezing te doen van de notulen van de vorige vergadering(en).

          §3.Elk gemeenteraadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering.

          Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast en legt de algemeen directeur in de eerstvolgende vergadering een nieuwe redactie voor, die in overeenstemming is met de beslissing van de raad.Indien opmerkingen worden gemaakt over de redactie van de notulen, wordt over ieder van deze opmerkingen gestemd.

          Als er geen opmerkingen worden gemaakt, worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur ondertekend.

          In het geval de gemeenteraad bij spoedeisendheid werd samengeroepen, kan de gemeenteraad beslissen om opmerkingen toe te laten op de eerstvolgende vergadering.

          (art. 279 §6 DLB)

          §1. De reglementen, beslissingen, akten, brieven en alle andere stukken worden ondertekend zoals bepaald in artikel 279 tot 283 van het decreet over het lokaal bestuur.

          §2.De stukken, die niet vermeld worden in artikel 279, §1 tot §3 en §5 van het decreet over het lokaal bestuur, worden ondertekend door de burgemeester en medeondertekend door de algemeen directeur. Zij kunnen deze bevoegdheid overdragen conform artikel 280 en artikel 283 van het decreet over het lokaal bestuur.

          FRACTIES

          Artikel 31 (art. 17 §3 DLB en art. 36 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 6.07.2018 houdende het statuut van de lokale mandataris)

          Het gemeenteraadslid of de gemeenteraadsleden die op eenzelfde lijst verkozen zijn, vormen één fractie. Een onderlinge vereniging tot één fractie of de vorming van twee fracties is mogelijk, uiterlijk op de installatievergadering, in de gevallen en op de wijze vastgelegd in art. 36, §2 van het decreet over het lokaal bestuur.

          GEMEENTERAADSCOMMISSIES

          Artikel
          32 (art. 37 §1, §3 , §4DLB)


          De gemeenteraad richt 7 commissies op, die elk zijn samengesteld uit 8 gemeenteraadsleden.

          De commissies hebben als taak het voorbereiden van de besprekingen in de gemeenteraadszittingen, het verlenen van advies en het formuleren van voorstellen over de wijze waarop vorm wordt gegeven aan de inspraak van de bevolking telkens als dat voor de beleidsvoering wenselijk wordt geacht. De commissies kunnen steeds deskundigen en belanghebbenden horen.

          De bevoegdheden van deze commissies worden als volgt bepaald :

          1. Gemeenteraadscommissie voor veiligheid, communicatie, inspraak en participatie, wijk- en buurtwerking, financiën en begroting, cultuur, toerisme, onroerend erfgoed en evenementen
          2. Gemeenteraadscommissie voor economie en investeringen, patrimonium, kerkfabrieken, ruimtelijke ordening, stadsvernieuwing, wonen, leefmilieu, energie en klimaat
          3. Gemeenteraadscommissie voor onderwijs (incl. kunstonderwijs), werk, welzijn, gezin en senioren, armoedebestrijding, gelijke kansen, diversiteit en integratie
          4. Gemeenteraadscommissie voor burgerzaken, administratieve vereenvoudiging, ICT en digitalisering, openbaar ambt en vorming, personeel, onthaal, dierenwelzijn
          5. Gemeenteraadscommissie voor openbare werken, waterbeheersing, technische zaken, begraafplaatsen, groenonderhoud, landbouw, afval
          6. Gemeenteraadscommissie voor mobiliteit (incl. verkeersveiligheid en parkeerbeleid), toegankelijkheid en jeugd
          7. Gemeenteraadscommissie voor sport, ontwikkelingssamenwerking, kermissen, carnaval en OCMW


          De mandaten in iedere commissie worden door de gemeenteraad evenredig verdeeld over de fracties waaruit de gemeenteraad is samengesteld. Deze verdeling gebeurt volgens het systeem D'Hondt. Deze berekeningswijze geldt voor alle commissies.

          Tot de eerstvolgende volledige vernieuwing van de gemeenteraad wordt een fractie geacht eenzelfde aantal leden in de commissies te behouden. Indien één of meerdere leden verklaren niet meer te behoren tot de fractie kan dit lid niet meer zetelen, noch als lid van deze fractie, noch als lid van een andere fractie. Niettemin behouden deze fracties het oorspronkelijke aantal leden in de commissie.

          De evenredigheid vereist in ieder geval dat de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de fracties waarvan leden deel uitmaken van het college van burgemeester en schepenen steeds hoger is dan de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de andere fracties. Elke fractie wijst de mandaten toe, die haar overeenkomstig deze berekeningswijze toekomen, door middel van een voordracht, gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad. Als de voorzitter van de gemeenteraad voordrachten ontvangt voor meer kandidaten dan er mandaten te begeven zijn voor een fractie, dan worden de mandaten toegewezen volgens de volgorde van voorkomen op de akte van voordracht.

          §3. Om ontvankelijk te zijn moet de akte van voordracht voor elk van de kandidaat-commissieleden ten minste ondertekend zijn door een meerderheid van de leden van de fractie waarvan het kandidaat-commissielid deel van uitmaakt. Indien de fractie van het kandidaat-commissielid slechts uit twee verkozenen bestaat, volstaat de handtekening van een van hen. Niemand kan meer dan een akte ondertekenen per beschikbaar mandaat voor de fractie.


          §4. Als ten gevolge van de toepassing van de evenredige vertegenwoordiging een fractie niet vertegenwoordigd is in een commissie, kan de fractie een raadslid aanwijzen dat als lid met raadgevende stem in de commissie zetelt.

          §5. Elke commissie wordt voorgezeten door een gemeenteraadslid. De leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen geen voorzitter zijn van een commissie. De gemeenteraad duidt de voorzitters van de andere commissies aan.

          §6. De commissies worden door hun voorzitter bijeengeroepen. De voorzitter zal het vergaderritme en de agenda bepalen in overleg met het college van burgemeester en schepenen of met de functioneel bevoegde schepen.

          Een derde van de leden van de commissie kan de voorzitter vragen de commissie bijeen te roepen. De oproepingsbrief vermeldt de agenda en wordt minstens 2 weken vooraf, na overleg met het departement secretariaat, naar alle raadsleden gemaild. Deze informatie wordt eveneens bekendgemaakt aan het publiek door publicatie op de webstek van de gemeente.

          Er zijn maximaal 3 bezoldigde gemeenteraadscommissies per bevoegdheid per jaar.  Indien er per bevoegdheid meer zittingen zijn dan zijn deze onbezoldigd.


          De commissies kunnen geldig vergaderen, ongeacht het aantal aanwezige leden.

          De vergaderingen van de commissies  zijn in principe openbaar onder dezelfde voorwaarden als voor de gemeenteraad (zie art. 4 t/m 6 van dit reglement).

          De leden van de commissies stemmen, zoals in de gemeenteraad, nooit geheim, behalve in de gevallen zoals in art. 26 §4 van dit reglement.

          De raadsleden kunnen, weliswaar zonder stemrecht, de vergaderingen van de commissies, waarvan zij geen deel uitmaken, bijwonen.

          Vooraleer aan de vergadering deel te nemen, tekenen de leden van elke commissie een aanwezigheidslijst, die wordt bewaard door de secretaris van de commissie.

          Het ambt van secretaris van elke raadscommissie wordt waargenomen door een of meer personeelsleden van de gemeente, op voorstel van de algemeen directeur, aangewezen door het college van burgemeester en schepenen.

          Artikel 32 bis

          Er wordt een conferentie van de voorzitters van de gemeenteraadscommissies in het leven geroepen, die minstens 1 keer per jaar samenkomt op voorstel van de voorzitter van de gemeenteraad of van minstens 2 voorzitters van gemeenteraadscommissies die het hem vragen.

          De voorzitter van de gemeenteraad verstuurt de agenda minstens 2 weken vooraf, na overleg met het departement secretariaat. Hij zit deze conferentie voor.

          De conferentie van de voorzitters van de gemeenteraadscommissies dient een coördinerende rol te vervullen en de werking van de commissies te evalueren.

          Artikel 32 ter

          De wijze van vergaderen van de gemeenteraad (artikelen 14 tot 23) is van overeenkomstige toepassing op de gemeenteraadscommissies, behoudens voor wat betreft de bepalingen die specifiek op de gemeenteraad betrekking hebben.

          VERGOEDINGEN RAADSLEDEN

          Artikel 33
          (art. 17 §1 - §5 DLB en art. 15 lid 1 - Hfst 9 van het besluit van de Vlaamse regering van 6.07.2018 houdende het statuut van de lokale mandataris)

          §1.  Aan de gemeenteraadsleden, met uitzondering van de burgemeester en de schepenen, wordt presentiegeld verleend voor volgende vergaderingen waarop zij aanwezig zijn:

          1° de vergaderingen van de gemeenteraad

          2° de vergaderingen van de gemeenteraadscommissies (incl. deze waarvoor raadsleden overeenkomstig art. 37, §3, vierde lid van het decreet over het lokaal bestuur zijn aangewezen als leden met raadgevende stem) met een maximum van 3 bezoldigde commissies per jaar

          3° de vergaderingen van het overlegcomité

          4° de vergaderingen die slechts gedeeltelijk werden bijgewoond.

           

          §2. Het presentiegeld bedraagt 124,98 euro. Dit bedrag is gekoppeld aan de spilindex 138,01.

          §3. De voorzitter van de gemeenteraad ontvangt een dubbel presentiegeld voor de vergaderingen van de gemeenteraad die hij voorzit met uitzondering indien een lid van het college van burgemeester en schepenen voorzitter is.

          Artikel 34
          (art. 17, §3 DLB en art. 35 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris)


          §1. Conform de dienstverlening, zoals bepaald in dit reglement, hebben de gemeenteraadsleden op het gemeentehuis toegang tot telefoon en internet, en kunnen ze kopieën bekomen van gemeentelijke bestuursdocumenten. In een daartoe voorbehouden lokaal kunnen de diverse gemeenteraadsfracties alle nodige informatie inkijken.


          Alle raadsleden krijgen ook een beveiligde toegang tot het notulenbeheerssysteem.


          §2.
          Gemeenteraadsleden kunnen de kosten van studiedagen of vormingscursussen, (ingericht door overheidsinstanties, onderwijsinstellingen of de VVSG), terugvorderen van het gemeentebestuur, voor zover deze cycli of studiedagen noodzakelijk zijn voor de uitoefening van hun mandaat. Deze kosten moeten worden verantwoord met bewijsstukken.

          De terugvorderbare kosten mogen niet buitensporig zijn en moeten vergelijkbaar zijn met deze van vormingsinitiatieven voor gemeente- en OCMW-personeel. Ze betreffen in principe enkel vormingscycli of studiedagen in het binnenland. Er worden geen kosten vergoed voor het behalen van bijkomende diploma’s.

          De relevantie en de kostprijs van de vorming worden beoordeeld door de algemeen directeur in overleg met de vormingsambtenaar.

          §3.
          Jaarlijks wordt een overzicht gemaakt van de terugbetaling van de kosten van de mandatarissen. Dat document is openbaar.


          §4.De gemeente sluit een verzekering af om de burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van de rechtsbijstand, te dekken die bij de normale uitoefening van hun mandaat persoonlijk ten laste komt van de gemeenteraadsleden. De gemeente sluit daarnaast ook een verzekering af voor ongevallen die de gemeenteraadsleden overkomen in het kader van de normale uitoefening van hun ambt.

          VOORSTELLEN VAN BURGERS

          Artikel 35

          Inwoners hebben het recht om zelf voorstellen over de gemeentelijke beleidsvoering en dienstverlening op de agenda van de gemeenteraad te laten opnemen.

          Artikel 36

          Zij dienen een verzoek in door middel van een formulier, dat ter beschikking wordt gesteld via de officiële website van de stad Aarschot. Bij dit formulier wordt een nota gevoegd houdende de nadere omschrijving en motivering van de voorstellen. Daarbij worden ook alle nuttige stukken gevoegd die de gemeenteraad kunnen voorlichten.

          Het verzoek moet worden gesteund door ten minste 1% van het aantal inwoners oude dan 16 jaar. Het formulier vermeldt de naam, voornamen, geboortedatum en woonplaats van iedereen die dit verzoek heeft ondertekend. Op elke bladzijde van dit formulier wordt de stelling van de petitie vermeld.

          Dit formulier en de bijbehorende stukke worden met een aangetekende brief verstuurd aan de stad.

          Artikel 37

          Na controle van de handtekeningen door de bevoegde diensten, onderzoekt de voorzitter van de gemeenteraad of voldaan is aan hoger gestelde voorwaarden.

          Zo het verzoek niet ontvankelijk is, neemt de voorzitter van de gemeenteraad een gemotiveerde beslissing in die zin en blijft het verzoek zonder gevolg.

          Is het verzoek ontvankelijk, dan stuurt de voorzitter dit door naar de gemeenteraadscommissie.

          De voorzitter onderzoekt eveneens of de gemeenteraad bevoegd is. Zo de gemeenteraad niet bevoegd is, neemt hij een gemotiveerde beslissing in die zin en wordt de behandeling van het punt stopgezet.

          Artikel 38

          De indiener neemt bij de aanvang van de gemeenteraadscommissieplaats op de publieksbanken. Wanneer de voorzitter het voorstel van burgers op de agenda oproept, wordt de indiener door de voorzitter in het halfrond uitgenodigd. De indiener beschikt over een spreektijd van vijftien minuten om het voorstel of de vraag toe te lichten. De commissieleden kunnen nadien vragen stellen. Na de toelichting en het beantwoorden van mogelijke vragen neemt de indiener opnieuw plaats op de publieksbanken.

          Artikel 39

          Na behandeling door de commissie wordt het verzoek op de agenda van de eerstvolgende mogelijke gemeenteraad geagendeerd. Indien hij dit noodzakelijk acht voor het goede verloop van de raad, kan de voorzitter gemotiveerd beslissen dat een voorstel op een latere raad wordt behandeld. Deze beslissing wordt ter bekrachtiging voorgelegd aan de raad. Alleszins wordt elk verzoek uiterlijk de derde raad na behandeling aan de raad ter bespreking voorgelegd.

          Elke fractie krijgt de mogelijkheid om tussen te komen. De verzoeker kan niet deelnemen aan de debatten.

          Daarop beslist de gemeenteraad desgevallend om over te gaan tot het stemmen over het ingediende voorstel. Tevens beslist de gemeenteraad over de wijze waarop deze beslissing wordt bekendgemaakt.


          VERZOEKSCHRIFTEN


          Artikel 40  (art. 304 §2 DLB)


          Iedere burger heeft het recht verzoekschriften, door een of meer personen ondertekend, schriftelijk bij de gemeenteraad in te dienen.

          Een verzoek is een vraag om iets te doen of te laten. Uit de tekst van het verzoekschrift moet de vraag duidelijk zijn.

          Verzoekschriften die een onderwerp betreffen dat niet tot de bevoegdheid van de gemeente behoort, zijn onontvankelijk.

          Verzoekschriften die duidelijk tot de bevoegdheid van het OCMW behoren, worden overgemaakt aan het bevoegde orgaan van het OCMW. De indiener wordt daarvan op de hoogte gebracht.


          Een schriftelijke vraag wordt niet als verzoekschrift beschouwd als:

          1° de vraag onredelijk is of te vaag geformuleerd;

           

          2° het louter een mening is en geen concreet verzoek;

           

          3° de vraag anoniem, d.w.z. zonder vermelding van naam, voornaam en adres, werd ingediend;

           

          4° het taalgebruik ervan beledigend is.

           

          De voorzitter van de gemeenteraad maakt deze beoordeling. Hij kan de indiener om een nieuw geformuleerd verzoekschrift vragen dat wel aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden voldoet.


          Artikel 41

          De voorzitter van de gemeenteraad plaatst het verzoekschrift op de agenda van de eerstvolgende gemeenteraad indien het minstens 14 dagen vóór de vergadering werd ontvangen.  Wordt het verzoekschrift later ingediend, dan komt het op de agenda van de volgende vergadering.


          De gemeenteraad kan de bij hem ingediende verzoekschriften naar het college van burgemeester en schepenen of naar een gemeenteraadscommissie verwijzen met het verzoek om over de inhoud ervan uitleg te verstrekken.

          De verzoeker of, indien het verzoekschrift door meerdere personen ondertekend is, de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift, kan worden gehoord door de gemeenteraad of de gemeenteraadscommissie. In dat geval heeft de verzoeker of de eerste ondertekenaar van een verzoekschrift het recht zich te laten bijstaan door een persoon naar keuze.

          De gemeente verstrekt, binnen drie maanden na de indiening van het verzoekschrift, een gemotiveerd antwoord aan de verzoeker of, indien het verzoekschrift door meer personen ondertekend is, aan de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift.

        • Brief van Tielt-Winge over mogelijke interesse in een vrijwillige fusie tussen gemeenten

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad neemt kennis van het schrijven en van de bijgaande beslissing van de gemeenteraad van Tielt-Winge.

          Regelgeving
          • het decreet van 22.12.2017 over het lokaal bestuur en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • Het Besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen;
          Feiten, context en motivering

          Met een brief van 25 oktober 2022 - gericht aan het college van burgemeester en schepenen - polst de gemeente Tielt-Winge naar een mogelijke interesse van de stad Aarschot in een vrijwillige fusie met Tielt-Winge. De brief werd gelijktijdig gericht aan de lokale besturen van Bekkevoort, Kortenaken, Geetbets, Holsbeek, Lubbeek, Aarschot en Scherpenheuvel-Zichem.

          De burgemeester geeft de gemeenteraad kennis van de brief en van de bijgaande beslissing van de gemeenteraad van Tielt-Winge. Beide documenten zijn als bijlage toegevoegd aan dit agendapunt en werden eerder al gedeeld met de leden van de gemeenteraad. 

          De raad gaat over tot bespreking.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          De gemeenteraad neemt kennis van het schrijven en van de bijgaande beslissing van de gemeenteraad van Tielt-Winge. Na bespreking neemt de raad volgend standpunt in: ...

        • Ontwerpakte houdende grondafstand van het perceel (ID kadastraal perceel 24652H0122/0H000) met een oppervlakte van 17m² in de Klein Opperstraat

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad geeft goedkeuring aan de ontwerpakte, opgesteld door het notariskantoor Geerinckx en Callewaert houdende gratis grondafstand - perceel (ID kadastraal perceel 24652H0122/0H000) met een oppervlakte van 17m² in de Klein Opperstraat.

          Toelichting

          De beslissing van de gemeenteraad van 23.06.2022 'Gratis grondaanschaf - perceel (ID kadastraal perceel 24652H0122/0H000) met een oppervlakte van 17m² in de Klein Opperstraat'

           

          Door het notariskantoor Geerinckx en Callewaert werd een ontwerpakte opgemaakt.

           

          VOORSTEL aan de gemeenteraad om akkoord te gaan met de ontwerpakte.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen;
          • de omzendbrief KB/ABB 2019/3 van 03.05.2019 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende erediensten;
          • het burgerlijk wetboek meer bepaald de artikelen 1582 t/m 1701.
          Feiten, context en motivering

          Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 23.06.2022 'Gratis grondaanschaf - perceel (ID kadastraal perceel 24652H0122/0H000) met een oppervlakte van 17m² in de Klein Opperstraat'.

           

          Door het notariskantoor Geerinckx en Callewaert werd een ontwerpakte opgemaakt.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Artikel 1

          De gemeenteraad geeft goedkeuring aan de ontwerpakte, opgesteld door het notariskantoor Geerinckx en Callewaert houdende gratis grondafstand - perceel (ID kadastraal perceel 24652H0122/0H000) met een oppervlakte van 17m² in de Klein Opperstraat.


          Artikel 2

          Bij het verlijden van de notariële akte zal de stad Aarschot vertegenwoordigd worden door de algemeen directeur en de voorzitter van de gemeenteraad (of hun afgevaardigden).

           

          Artikel 3

          Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de verdere dossiervorming.

      • Lokale economie

        • Belasting op de terrassen 2020-2025 - verlenging van de wijziging n.a.v. de coronacrisis (aanslagjaar 2023 en 2024)

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De belastingen op horecaterrassen wordt kwijtgescholden voor aanslagjaar 2023 en 2024.

          Toelichting

          De stad Aarschot wil ook in 2023 en 2024 de horeca-uitbaters een hart onder de riem steken, gezien de moeilijke situatie voor de horeca sinds de pandemie en de huidige energiecrisis.

          Aan de gemeenteraad wordt daarom voorgesteld te beslissen dat Voor het aanslagjaar 2023 en 2024 de belasting op de terrassen niet wordt geheven.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering; 
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen; 
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018; 
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen; 
          • het decreet van 30.05.2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen; 
          • de omzendbrief KB/ABB2019/2 van 15.02.2019 betreffende de gemeentefiscaliteit.
          Feiten, context en motivering
          • de beslissing van de gemeenteraad van 12.12.2019 houdende goedkeuring van de belasting op de terrassen 2020- 2025; 
          • de beslissing van de gemeenteraad van 23.04.2020 'belasting op de terrassen 2020-2025 - verlenging van de wijziging n.a.v. de coronacrisis' (geen belasting op de terrassen voor het aanslagjaar 2020) 

           

          De gemeenteraad keurde in zitting van 10.03.2022 n.a.v. de coronacrisis een wijziging goed van het belastingreglement op de terrassen nl.

          • voor het aanslagjaar 2022 wordt de belasting op de terrassen niet geheven. 
          • voor de aanslagjaren 2022-2025 heeft het besluit van de gemeenteraad van 12.12.2019 houdende goedkeuring van de belasting op de terrassen wel uitwerking. 

           

          De stad Aarschot wil ook in 2023 en 2024 de horeca-uitbaters een hart onder de riem steken, gezien de moeilijke situatie voor de horeca sinds de pandemie en de huidige energiecrisis.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Artikel 1

          Voor het aanslagjaar 2023 en 2024 wordt de belasting op de terrassen niet geheven.

          Voor het aanslagjaar 2025 heeft het besluit van de gemeenteraad van 12.12.2019 houdende goedkeuring van de belasting op de terrassen wel uitwerking.


          Artikel 2

          De gemeenteraadsbeslissing van 12.12.2019 houdende goedkeuring van de belasting op de terrassen 2020-2025 wordt gewijzigd als volgt:

          Artikel 1

          Er wordt voor het aanslagjaar 2025 een belasting gevestigd op de terrassen.

          Artikel 2

          De belasting is verschuldigd door de persoon voor wiens rekening de uitbating geschiedt en aan wie de vergunning tot aanwending van het openbaar domein zoals vermeld, wordt toegestaan.

          Artikel 3

          De belasting bedraagt

          o 16,5 euro/m² per jaar (winterterras)

          o 11,1 euro/m² per jaar (zomerterras)

          rekening houdende met het feit dat de gedeelten der oppervlakten die geen volledige vierkante meter bedragen toch voor een volledige zullen aangerekend worden. De belasting is volledig verschuldigd, welke ook de datum van aflevering, de verzaking of de intrekking van de toelating is.

          De bedragen zijn gekoppeld aan de evolutie van de gezondheidsindex en stemmen overeen met de gezondheidsindex van de maand oktober 2019. Deze bedroeg 108,98 (gezondheidsindex 2013 = 100). Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het gezondheidsindexcijfer van de maand oktober die aan de aanpassing voorafgaat. Het bedrag na indexering zal worden afgerond naar de hogere tien cent.

          Artikel 4

          Vrijstelling van de belasting kan toegestaan worden bij feestelijkheden waaraan de stad haar medewerking verleent en die officieel door het college van burgemeester en schepenen zijn vastgesteld. 

          Een gedeeltelijke vrijstelling van de belasting wordt niet toegestaan. Nochtans in geval van overname van een zaak, zal de belasting voor het lopende jaar geen tweede maal moeten betaald worden.

          Indien de inname van het openbaar domein voor horecaterrassen door de ligging eveneens vergund dient te worden door derden, zoals Agentschap Wegen en Verkeer of De Vlaamse Waterweg, en deze instanties retributie heffen, wordt de oppervlakte - aangerekend in de vergunning van deze derden - vrijgesteld voor de gemeentelijke retributie.

          Artikel 5

          De belasting wordt contant betaald bij de aflevering van de vergunning tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting.

          Artikel 6

          De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend en worden gemotiveerd. De indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van de contante inning.

          Bezwaarschriften kunnen onder zelfde voorwaarden en binnen dezelfde termijn worden ingediend via een duurzame drager.

          Het college van burgemeester en schepenen of een personeelslid dat speciaal daarvoor is aangewezen, stuurt binnen vijftien kalenderdagen na de indiening van het bezwaarschrift een ontvangstmelding enerzijds naar de belastingschuldige en, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger en anderzijds naar de financieel directeur van de stad. De ontvangstmelding kan via een duurzame drager worden gestuurd.

          Artikel 7

          Zonder afbreuk te doen aan het huidige decreet van 30 mei 2008, zijn van overeenkomstige toepassing op de provincie- en gemeentebelastingen:

          1. de bepalingen van titel VII, hoofdstuk 1, 3, 4, 6, 7 en 8 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, voor zover deze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen;

          2. het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen van 13 april 2019, met uitzondering van artikel 43 tot en met 48.

      • Financiën

        • Kennisgeving van het besluit van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant van 10.11.2022 houdende goedkeuring van de jaarrekening 2021 van de stad en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van Aarschot

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad neemt kennis van het besluit van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant van 10.11.2022.

          Toelichting

          Het besluit van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant van 10.11.2021 houdende goedkeuring van de jaarrekening 2021 van de stad en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn Aarschot wordt voor kennisneming aan de gemeenteraad overgemaakt.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen.
          Feiten, context en motivering
          • de jaarrekening 2021 van de stad en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van de stad Aarschot, zoals vastgesteld door de gemeenteraad in vergadering van 23.06.2022;
          • het bijgevoegd besluit van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant van 10.11.2022 houdende goedkeuring van de jaarrekening 2021 van de stad en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van de stad Aarschot.
          Besluit

          Enig artikel

          De gemeenteraad neemt kennis van bovengenoemd besluit van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant van 10.11.2022.

        • Kennisgeving van het besluit van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant van 17.11.2022 houdende goedkeuring van de begrotingswijziging 2-2022 politiezone Aarschot

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad neemt kennis van de beslissing van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant van 17.11.2022 houdende goedkeuring van de begrotingswijziging 2-2022 van de politiezone Aarschot.

          Toelichting

          De gemeenteraad wordt kennis gegeven van de beslissing van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant van 17.11.2022 houdende goedkeuring van de begrotingswijziging 2-2022 van de politiezone Aarschot.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen.
          Feiten, context en motivering

          Gelet op

          • de begroting 2022 van de politiezone Aarschot, zoals vastgesteld door de gemeenteraad in vergadering van 25.01.2022;
          • het bijgevoegd besluit van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant van 17.11.2022 houdende goedkeuring van de begrotingswijziging 2-2022 van de politiezone Aarschot.
          Besluit

          Enig artikel

          De gemeenteraad neemt kennis van bovengenoemd besluit van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant van 17.11.2022.

        • Goedkeuring van aanpassing meerjarenplan AGB Aarschot 2020-2025 en krediet 2023 AGB Aarschot

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad keurt de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Aarschot, die door de raad van bestuur van het AGB Aarschot werd vastgesteld op 15 december 2022, goed. Hierdoor is de aanpassing van het meerjarenplan, in bijlage, in zijn geheel definitief vastgesteld. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor 2023.

          Toelichting

          De raad van bestuur van het AGB Aarschot heeft de beleids- en financiële planning vastgelegd in een meerjarenplan voor de periode 2020 tot 2025. Gelet op de noodzaak tot wijziging van het meerjarenplan wordt het ontwerp van aanpassing van het meerjarenplan, zie bijlage, eerst vastgesteld door de raad van bestuur en vervolgens voorgelegd aan de gemeenteraad ter goedkeuring. Na goedkeuring door de gemeenteraad is de aanpassing van het meerjarenplan definitief vastgesteld.

          Het meerjarenplan vormt de basis voor het beleid van het bestuur. Het budget is geen afzonderlijk beleidsrapport meer, maar wordt geïntegreerd in het meerjarenplan. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor dat jaar.

          Het meerjarenplan van het AGB Aarschot is financieel in evenwicht als het geraamd beschikbaar budgettair resultaat in geen enkel jaar negatief is.

          In toepassing van de bepalingen van het decreet lokaal bestuur werd het ontwerp van de aanpassing van het meerjarenplan op 30 november 2022 aan de raadsleden bezorgd. 

          Voorstel van besluit:

          De gemeenteraad keurt de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Aarschot, die door de raad van bestuur van het AGB Aarschot werd vastgesteld op 15 december 2022, goed. Hierdoor is de aanpassing van het meerjarenplan, in bijlage, in zijn geheel definitief vastgesteld. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor 2023.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen (BVR BBC);
          • het ministerieel besluit van 26.06.2018 tot vaststelling van de modellen en nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (MB BBC);
          • de omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18.09.2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- & beheerscyclus.
          Feiten, context en motivering

          Gelet op

          • de vaststelling van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad van bestuur in zitting van 12 december 2019;
          • de goedkeuring van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Aarschot door de gemeenteraad in zitting van 12 december 2019;
          • de vaststelling van aanpassing 1 van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad van bestuur in zitting van 17 september 2020;
          • de goedkeuring van aanpassing 1 van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Aarschot door de gemeenteraad in zitting van 17 september 2020;
          • de vaststelling van aanpassing 2 van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad van bestuur in zitting van 10 december 2020;
          • de goedkeuring van aanpassing 2 van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Aarschot door de gemeenteraad in zitting van 10 december 2020;
          • de vaststelling van aanpassing 3 van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad van bestuur in zitting van 24 juni 2021;
          • de goedkeuring van aanpassing 3 van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Aarschot door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2021;
          • de vaststelling van aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad van bestuur in zitting van 16 december 2021;
          • de goedkeuring van aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Aarschot door de gemeenteraad in zitting van 16 december 2021;
          Het meerjarenplan vormt de basis voor het beleid van het bestuur. Gelet op de noodzaak tot wijziging van het meerjarenplan wordt het ontwerp van aanpassing van het meerjarenplan, zie bijlage, eerst voorgelegd aan de raad van bestuur ter vaststelling en vervolgens voorgelegd aan de gemeenteraad ter goedkeuring. Na goedkeuring door de gemeenteraad is de aanpassing van het meerjarenplan definitief vastgesteld. Het budget is geen afzonderlijk beleidsrapport meer, maar wordt geïntegreerd in het meerjarenplan. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor 2023.

          De aanpassing van het meerjarenplan, zie bijlagen, bestaat uit 5 onderdelen:

          • De wijzigingen van de strategische nota: de doelstellingen, actieplannen en acties, met een inhoudelijke toelichting per actie
          • De financiële nota bestaat uit de wettelijk opgelegde schema’s:
            • het aangepast financieel doelstellingenplan (schema M1)
            • de aangepaste staat van het financieel evenwicht (schema M2), waarin aangetoond wordt dat aan alle evenwichtsvoorwaarden voldaan wordt
            • het aangepast overzicht van de kredieten (M3)
          • De aangepaste toelichting bestaande uit:
            • het overzicht van de ontvangsten en uitgaven naar functionele aard (T1)
            • het overzicht van de ontvangsten en uitgaven naar economische aard (T2)
            • de investeringsprojecten (T3)
            • de evolutie van de financiële schulden (T4)
            • de financiële risico's
            • de beschrijving van grondslagen en assumpties die gehanteerd werden voor de opmaak van het aangepaste meerjarenplan
            • plaats waar de documentatie beschikbaar is
          • De motivering van de wijzigingen
          • De documentatie:
            • de beleidsvisie 'Plan Nieuw Aarschot'
            • het overzicht van doelstellingen, actieplannen en acties
            • de samenstelling van de beleidsdomeinen
            • overzicht investeringsprojecten
            • overzicht van de verbonden entiteiten
            • de omgevingsanalyse 

          De kerncijfers van het meerjarenplan, zoals terug te vinden in het document M2 (staat van het financieel evenwicht):

           

          Budgettair resultaat

           

          2020

          2021

          2022

          2023

          2024

          2025

          Exploitatiesaldo

          -29.511 1.600 458.947 612.876 615.715 642.262

          Investeringssaldo

          -915.083 -203.544 -3.747.068 -546.803 -272.707 -394.443

          Financieringssaldo

          516.920 213.080 3.140.841 -13.236 -320.618 -211.679

          Budgettair resultaat van het boekjaar

          -427.675 11.136 -147.280 52.838 22.390 36.140

           

           

           

           

           

           

           

          Beschikbaar budgettair resultaat

          181.458 192.594 45.314 98.151 120.542 156.682

           

           

           

           

           

           

           

          Autofinancieringsmarge

          -427.675 -372.163 -21.244 50.288 19.789 33.485

           

           

           

           

           

           

           

          Gecorrigeerde autofinancieringsmarge

          -790.351 -800.180 -359.879 -433.217 -429.320 -377.123

          Het meerjarenplan van een autonoom gemeentebedrijf is financieel in evenwicht als het geraamd beschikbaar budgettair resultaat in geen enkel jaar negatief is.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, Bart Dehaes, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Martine Verlinden
          Onthouders: André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Met 15 stemmen voor, 11 onthoudingen
          Besluit

          Enig artikel

          De gemeenteraad keurt de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Aarschot, die door de raad van bestuur van het AGB Aarschot werd vastgesteld op 15 december 2022, goed. Hierdoor is de aanpassing van het meerjarenplan, in bijlage, in zijn geheel definitief vastgesteld. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor 2023.

        • Vaststelling van aanpassing meerjarenplan stad/OCMW 2020-2025 en krediet 2023, deel stad

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad stelt haar deel van de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 vast, zoals in bijlage toegevoegd. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor 2023.

          Toelichting

          De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn hebben op 12 december 2019 hun beleids- en financiële planning vastgelegd in een meerjarenplan voor de periode 2020 tot 2025. Gelet op de noodzaak tot wijziging van het meerjarenplan wordt het ontwerp van aanpassing van het meerjarenplan, zie bijlage, voorgelegd aan de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn moet eerst het eigen deel van de aanpassing van het meerjarenplan vaststellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van de aanpassing van het meerjarenplan, die de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de aanpassing van het meerjarenplan definitief is vastgesteld. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel definitief vastgesteld.

          Het meerjarenplan vormt de basis voor het beleid van het bestuur. Het budget is geen afzonderlijk beleidsrapport meer, maar wordt geïntegreerd in het meerjarenplan. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor dat jaar.

          Vermits elke rechtspersoon (stad en OCMW) voor de eigen verplichtingen en verbintenissen blijft instaan, blijft in het meerjarenplan wel een duidelijk onderscheid tussen de kredieten van de stad en die van het OCMW. Dat komt tot uiting in het schema met het overzicht van de kredieten (M3), waarin de kredieten voor de stad en het OCMW apart worden opgenomen.

          Omdat de stad en het OCMW een geïntegreerd meerjarenplan maken, wordt het financieel evenwicht voor de twee besturen als één geheel gepresenteerd en beoordeeld. Het meerjarenplan is financieel in evenwicht als het voldoet aan de volgende voorwaarden:

          • het geraamd beschikbaar budgettair resultaat is in geen enkel jaar negatief;
          • de geraamde autofinancieringsmarge voor 2025 is minstens gelijk aan nul.

          De twee bovenvermelde normen worden aangevuld met indicatoren over het geconsolideerd financieel evenwicht en de gecorrigeerde autofinancieringsmarge. Dit zijn evenwel geen afdwingbare normen.

          In toepassing van de bepalingen van het decreet lokaal bestuur werd het ontwerp van aanpassing van het meerjarenplan op 30 november 2022 aan de raadsleden bezorgd. 

          Voorstel van besluit:

          De gemeenteraad stelt haar deel van de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 vast, zoals in bijlage toegevoegd. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor 2023.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen (BVR BBC);
          • het ministerieel besluit van 26.06.2018 tot vaststelling van de modellen en nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (MB BBC);
          • de omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18.09.2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- & beheerscyclus.
          Feiten, context en motivering

          Gelet op

          • de vaststelling van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 12 december 2019;
          • de vaststelling en goedkeuring van het meerjarenplan 2020-2025 door de gemeenteraad in zitting van 12 december 2019;
          • de vaststelling van de aanpassing 1 van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 17 september 2020;
          • de vaststelling en goedkeuring van de aanpassing 1 van het meerjarenplan 2020-2025 door de gemeenteraad in zitting van 17 september 2020;
          • de vaststelling van de aanpassing 2 van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 10 december 2020;
          • de vaststelling en goedkeuring van de aanpassing 2 van het meerjarenplan 2020-2025 door de gemeenteraad in zitting van 10 december 2020;
          • de vaststelling van de aanpassing 3 van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 24 juni 2021;
          • de vaststelling en goedkeuring van de aanpassing 3 van het meerjarenplan 2020-2025 door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2021;
          • de vaststelling van de aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 16 december 2021;
          • de vaststelling en goedkeuring van de aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 door de gemeenteraad in zitting van 16 december 2021;

          Het meerjarenplan vormt de basis voor het beleid van het bestuur. Gelet op de noodzaak tot wijziging van het meerjarenplan wordt het ontwerp van aanpassing van het meerjarenplan, zie bijlage, voorgelegd aan de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn. Het budget is geen afzonderlijk beleidsrapport meer, maar wordt geïntegreerd in het meerjarenplan. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor 2023.

          De aanpassing van het meerjarenplan, zie bijlage, bestaat uit 5 onderdelen:

          • De wijzigingen van de strategische nota: de doelstellingen, actieplannen en acties, met een inhoudelijke toelichting per actie
          • De financiële nota bestaat uit de wettelijk opgelegde schema’s:
            • het aangepast financieel doelstellingenplan (schema M1)
            • de aangepaste staat van het financieel evenwicht (schema M2), waarin aangetoond wordt dat aan alle evenwichtsvoorwaarden voldaan wordt
            • het aangepast overzicht van de kredieten (M3)
          • De aangepaste toelichting bestaande uit:
            • het overzicht van de ontvangsten en uitgaven naar functionele aard (T1)
            • het overzicht van de ontvangsten en uitgaven naar economische aard (T2)
            • de investeringsprojecten (T3)
            • de evolutie van de financiële schulden (T4)
            • de financiële risico's
            • de beschrijving van grondslagen en assumpties die gehanteerd werden voor de opmaak van het aangepaste meerjarenplan
            • de plaats waar documentatie beschikbaar is
          • De motivering van de wijzigingen
          • De documentatie:
            • beleidsnota 'Plan Nieuw Aarschot'
            • het overzicht van doelstellingen, actieplannen en acties
            • de samenstelling van de beleidsdomeinen
            • overzicht investeringsprojecten
            • het overzicht van de verbonden entiteiten
            • de lijst van de toegestane subsidies
            • de jaarlijkse opbrengt per belastingsoort
            • het overzicht van de personeelsinzet
            • de omgevingsanalyse

          De kerncijfers van het meerjarenplan, zoals terug te vinden in het document M2 (staat van het financieel evenwicht):

           

          Budgettair resultaat

           

          2020

          2021

          2022

          2023

          2024

          2025

          Exploitatiesaldo

          6.122.851 5.346.188 -1.617.712 670.657 808.556 2.991.529

          Investeringssaldo

           -3.619.895 -6.366.810 -8.880.914 -18.882.821 -14.196.477 -18.130.156

          Financieringssaldo

           2.386.731 -1.302.768 105.020 18.212.163 13.387.921 15.138.626

          Budgettair resultaat van het boekjaar

           4.889.687 -2.323.391 -10.393.605

          0

          0 0

           

           

           

           

           

           

           

          Beschikbaar budgettair resultaat

           12.716.880 10.393.489 0 0 1 1

           

           

           

           

           

           

           

          Autofinancieringsmarge

           4.538.617 3.942.045 -3.074.046 -933.639 -1.187.435 293.080

           

           

           

           

           

           

           

          Gecorrigeerde autofinancieringsmarge

          4.327.902

          3.402.549

          -3.402.888 -1.240.527 -2.534.766 -1.395.085

          Het meerjarenplan is financieel in evenwicht als het voldoet aan de volgende voorwaarden:

          • het geraamd beschikbaar budgettair resultaat is in geen enkel jaar negatief;
          • de geraamde autofinancieringsmarge voor 2025 is minstens gelijk aan nul.
          De twee bovenvermelde normen worden aangevuld met indicatoren over de gecorrigeerde autofinancieringsmarge en het geconsolideerd financieel evenwicht (stad, OCMW en AGB Aarschot samen). Dit zijn evenwel geen afdwingbare normen.
           
          Het geconsolideerd financieel evenwicht (stad, OCMW en AGB Aarschot samen) bedraagt:

           

          Geconsolideerd financieel evenwicht

           

           2020

           2021

           2022

           2023

           2024

           2025

           Totaal beschikbaar budgettair resultaat

          12.898.338 10.586.083 45.314 98.152 120.543

          156.683

           

           

           

           

           

           

           

           Totale autofinancieringsmarge

          4.110.942

          3.569.883 -3.095.290 -883.351 -1.167.646 326.565

           

           

           

           

           

           

           

           Totale gecorrigeerde autofinancieringsmarge

          3.537.552

          2.602.369

          -3.762.767 -1.673.744 -2.964.086 -1.772.209
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, Bart Dehaes, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Martine Verlinden
          Onthouders: André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Met 15 stemmen voor, 11 onthoudingen
          Besluit

          Enig artikel

          De gemeenteraad stelt haar deel van de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 vast, zoals in bijlage toegevoegd. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor 2023.

        • Schorsing van de vergadering van de gemeenteraad en herneming ervan na de behandeling van het agendapunt "Vaststelling van aanpassing meerjarenplan stad/OCMW 2020-2025 en krediet 2023, deel OCMW" door de raad voor maatschappelijk welzijn

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De voorzitter schorst de vergadering van de gemeenteraad en opent de raad voor maatschappelijk welzijn voor de behandeling van het agendapunt "Vaststelling van jaarrekening 2020, deel OCMW Aarschot".

          Na de behandeling van dit agendapunt door de raad voor maatschappelijk welzijn wordt de vergadering van de gemeenteraad opnieuw geopend voor de verdere bespreking en stemming van de voorliggende agendapunten.

          Tussenkomsten

          De voorzitter schorst de vergadering van de gemeenteraad en opent de raad voor maatschappelijk welzijn voor de behandeling van het agendapunt "Vaststelling van aanpassing meerjarenplan stad/OCMW 2020-2025 en krediet 2023, deel OCMW".

          Na de behandeling van dit agendapunt door de raad voor maatschappelijk welzijn wordt de vergadering van de gemeenteraad opnieuw geopend voor de verdere bespreking en stemming van de voorliggende agendapunten.

        • Vaststelling van aanpassing meerjarenplan stad/OCMW 2020-2025 en krediet 2023, deel stad en deel OCMW

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad keurt de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025, die de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld op 15 december 2022, goed, zoals in bijlage toegevoegd. Hierdoor is de aanpassing van het meerjarenplan in zijn geheel definitief vastgesteld. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor 2023.

          Toelichting

          De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn hebben op 12 december 2019 hun beleids- en financiële planning vastgelegd in een meerjarenplan voor de periode 2020 tot 2025. Gelet op de noodzaak tot wijziging van het meerjarenplan wordt het ontwerp van aanpassing van het meerjarenplan, zie bijlage, voorgelegd aan de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn moet eerst het eigen deel van de aanpassing van het meerjarenplan vaststellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van de aanpassing van het meerjarenplan, die de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de aanpassing van het meerjarenplan definitief is vastgesteld. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel definitief vastgesteld.

          Het meerjarenplan vormt de basis voor het beleid van het bestuur. Het budget is geen afzonderlijk beleidsrapport meer, maar wordt geïntegreerd in het meerjarenplan. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor dat jaar.

          Vermits elke rechtspersoon (stad en OCMW) voor de eigen verplichtingen en verbintenissen blijft instaan, blijft in het meerjarenplan wel een duidelijk onderscheid tussen de kredieten van de stad en die van het OCMW. Dat komt tot uiting in het schema met het overzicht van de kredieten (M3), waarin de kredieten voor de stad en het OCMW apart worden opgenomen.

          Omdat de stad en het OCMW een geïntegreerd meerjarenplan maken, wordt het financieel evenwicht voor de twee besturen als één geheel gepresenteerd en beoordeeld. Het meerjarenplan is financieel in evenwicht als het voldoet aan de volgende voorwaarden:

          • het geraamd beschikbaar budgettair resultaat is in geen enkel jaar negatief;
          • de geraamde autofinancieringsmarge voor 2025 is minstens gelijk aan nul.

          De twee bovenvermelde normen worden aangevuld met indicatoren over het geconsolideerd financieel evenwicht en de gecorrigeerde autofinancieringsmarge. Dit zijn evenwel geen afdwingbare normen.

          In toepassing van de bepalingen van het decreet lokaal bestuur werd het ontwerp van aanpassing van het meerjarenplan op 30 november 2022 aan de raadsleden bezorgd. 

          Voorstel van besluit:

          De gemeenteraad keurt de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025, die de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld op 15 december 2022, goed, zoals in bijlage toegevoegd. Hierdoor is de aanpassing van het meerjarenplan in zijn geheel definitief vastgesteld. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor 2023.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen (BVR BBC);
          • het ministerieel besluit van 26.06.2018 tot vaststelling van de modellen en nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (MB BBC);
          • de omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18.09.2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- & beheerscyclus.
          Feiten, context en motivering

          Gelet op

          • de vaststelling van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 12 december 2019;
          • de vaststelling en goedkeuring van het meerjarenplan 2020-2025 door de gemeenteraad in zitting van 12 december 2019;
          • de vaststelling van de aanpassing 1 van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 17 september 2020;
          • de vaststelling en goedkeuring van de aanpassing 1 van het meerjarenplan 2020-2025 door de gemeenteraad in zitting van 17 september 2020;
          • de vaststelling van de aanpassing 2 van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 10 december 2020;
          • de vaststelling en goedkeuring van de aanpassing 2 van het meerjarenplan 2020-2025 door de gemeenteraad in zitting van 10 december 2020;
          • de vaststelling van de aanpassing 3 van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 24 juni 2021;
          • de vaststelling en goedkeuring van de aanpassing 3 van het meerjarenplan 2020-2025 door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2021;
          • de vaststelling van de aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 16 december 2021;
          • de vaststelling en goedkeuring van de aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 door de gemeenteraad in zitting van 16 december 2021;

          Het meerjarenplan vormt de basis voor het beleid van het bestuur. Gelet op de noodzaak tot wijziging van het meerjarenplan wordt het ontwerp van aanpassing van het meerjarenplan, zie bijlage, voorgelegd aan de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn. Het budget is geen afzonderlijk beleidsrapport meer, maar wordt geïntegreerd in het meerjarenplan. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor 2023.

          De aanpassing van het meerjarenplan, zie bijlage, bestaat uit 5 onderdelen:

          • De wijzigingen van de strategische nota: de doelstellingen, actieplannen en acties, met een inhoudelijke toelichting per actie
          • De financiële nota bestaat uit de wettelijk opgelegde schema’s:
            • het aangepast financieel doelstellingenplan (schema M1)
            • de aangepaste staat van het financieel evenwicht (schema M2), waarin aangetoond wordt dat aan alle evenwichtsvoorwaarden voldaan wordt
            • het aangepast overzicht van de kredieten (M3)
          • De aangepaste toelichting bestaande uit:
            • het overzicht van de ontvangsten en uitgaven naar functionele aard (T1)
            • het overzicht van de ontvangsten en uitgaven naar economische aard (T2)
            • de investeringsprojecten (T3)
            • de evolutie van de financiële schulden (T4)
            • de financiële risico's
            • de beschrijving van grondslagen en assumpties die gehanteerd werden voor de opmaak van het aangepaste meerjarenplan
            • de plaats waar documentatie beschikbaar is
          • De motivering van de wijzigingen
          • De documentatie:
            • beleidsnota 'Plan Nieuw Aarschot'
            • het overzicht van doelstellingen, actieplannen en acties
            • de samenstelling van de beleidsdomeinen
            • overzicht investeringsprojecten
            • het overzicht van de verbonden entiteiten
            • de lijst van de toegestane subsidies
            • de jaarlijkse opbrengt per belastingsoort
            • het overzicht van de personeelsinzet
            • de omgevingsanalyse

          De kerncijfers van het meerjarenplan, zoals terug te vinden in het document M2 (staat van het financieel evenwicht):

           

          Budgettair resultaat

           

          2020

          2021

          2022

          2023

          2024

          2025

          Exploitatiesaldo

          6.122.851 5.346.188 -1.617.712 670.657 808.556 2.991.529

          Investeringssaldo

           -3.619.895 -6.366.810 -8.880.914 -18.882.821 -14.196.477 -18.130.156

          Financieringssaldo

           2.386.731 -1.302.768 105.020 18.212.163 13.387.921 15.138.626

          Budgettair resultaat van het boekjaar

           4.889.687 -2.323.391 -10.393.605

          0

          0 0

           

           

           

           

           

           

           

          Beschikbaar budgettair resultaat

           12.716.880 10.393.489 0 0 1 1

           

           

           

           

           

           

           

          Autofinancieringsmarge

           4.538.617 3.942.045 -3.074.046 -933.639 -1.187.435 293.080

           

           

           

           

           

           

           

          Gecorrigeerde autofinancieringsmarge

          4.327.902

          3.402.549

          -3.402.888 -1.240.527 -2.534.766 -1.395.085

          Het meerjarenplan is financieel in evenwicht als het voldoet aan de volgende voorwaarden:

          • het geraamd beschikbaar budgettair resultaat is in geen enkel jaar negatief;
          • de geraamde autofinancieringsmarge voor 2025 is minstens gelijk aan nul.
          De twee bovenvermelde normen worden aangevuld met indicatoren over de gecorrigeerde autofinancieringsmarge en het geconsolideerd financieel evenwicht (stad, OCMW en AGB Aarschot samen). Dit zijn evenwel geen afdwingbare normen.
           
          Het geconsolideerd financieel evenwicht (stad, OCMW en AGB Aarschot samen) bedraagt:

           

          Geconsolideerd financieel evenwicht

           

           2020

           2021

           2022

           2023

           2024

           2025

           Totaal beschikbaar budgettair resultaat

          12.898.338 10.586.083 45.314 98.152 120.543

          156.683

           

           

           

           

           

           

           

           Totale autofinancieringsmarge

          4.110.942

          3.569.883 -3.095.290 -883.351 -1.167.646 326.565

           

           

           

           

           

           

           

           Totale gecorrigeerde autofinancieringsmarge

          3.537.552

          2.602.369

          -3.762.767 -1.673.744 -2.964.086 -1.772.209
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, Bart Dehaes, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Martine Verlinden
          Onthouders: André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Met 15 stemmen voor, 11 onthoudingen
          Besluit

          Enig artikel

          De gemeenteraad keurt de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025, die de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld op 15 december 2022, goed, zoals in bijlage toegevoegd. Hierdoor is de aanpassing van het meerjarenplan in zijn geheel definitief vastgesteld. De ramingen, die voor het boekjaar 2023 in het meerjarenplan zijn ingeschreven voor de exploitatie, investeringen en financiering, zijn ook de kredieten voor 2023.

        • Vaststelling van de nominatieve werkings- en investeringstoelagen

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad stelt de lijst van nominatieve werkings- en investeringstoelagen 2022 en 2023 vast.

          Toelichting

          In toepassing van artikel 41, 23° van het decreet lokaal bestuur kan de gemeenteraad haar bevoegdheid voor het toekennen van nominatieve subsidies niet toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen. De bevoegdheid voor de toekenning van nominatieve subsidies ligt dus volledig bij de gemeenteraad. Tot en met 2019 was de lijst met nominatieve subsidies een verplichte bijlage bij het budget, de goedkeuring van het budget impliceerde automatisch ook de goedkeuring van de nominatieve subsidies. Vanaf BBC 2020 bestaat het beleidsrapport 'budget' en haar verplichte bijlagen niet meer. De nominatieve subsidies nemen vanaf BBC 2020 de vorm aan van een afzonderlijk besluit van de gemeenteraad.

          Aan de gemeenteraad wordt daarom de lijst van nominatieve werkings- en investeringstoelagen 2022 en 2023 voorgelegd, zoals bepaald in het document in bijlage.

          Ontwerp besluit:

          De gemeenteraad stelt de lijst van nominatieve werkings- en investeringstoelagen 2022 en 2023 vast, zoals bepaald in het document in bijlage.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen;
          • het ministerieel besluit van 26.06.2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen;
          • de wet van 14.11.1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen.
          Feiten, context en motivering

          Gelet op

          • de beslissing van de gemeenteraad van 13.12.1990 houdende goedkeuring van een gemeentelijk reglement "Controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen";
          • de beslissing van de gemeenteraad van 29.02.1996 houdende aanpassing van het gemeentelijk reglement "Controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen" van 13.12.1990;
          • de beslissing van de gemeenteraad van 10.03.2022 houdende aanpassing van het gemeentelijk reglement 'Controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen'


          Naar aanleiding van de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 wordt aan de gemeenteraad voorgesteld om de nominatieve werkings- en investeringstoelagen van 2022 en 2023 vast te stellen zoals opgenomen in de lijst in bijlage.

          Financiële Impact/budget

          In het ontwerp van meerjarenplan 2020-2025, zoals goedgekeurd door de raad op 15 december 2022, zijn de nominatieve toelagen opgenomen.

          Amendement

          Amendement op verzoek van het college van burgemeester en schepenen:

          in de lijst met nominatieve subsidies wordt de benaming ‘Dierenvoedselbank’ gewijzigd in ‘SOS Huisdieren Aarschot vzw’ en het bedrag van de eraan toegekende subsidies wordt opgetrokken van 750 naar 2500 euro.

          In het meerjarenplan is een jaarlijks krediet van 2.500 euro opgenomen voor een toelage via regelement voor dierenwelzijn gebonden vzw’s. Dit krediet zal verschoven worden naar een raming voor een nominatieve toelage aan SOS Huisdieren Aarschot vzw. De wijziging is dus budgetneutraal.

          Amendement
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, Bart Dehaes, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Martine Verlinden
          Onthouders: André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Met 15 stemmen voor, 11 onthoudingen
          Besluit

          Artikel 1

          De gemeenteraad stelt de lijst van nominatieve werkings- en investeringstoelagen 2022 en 2023 vast, zoals bepaald in het document in bijlage.


          Artikel 2

          Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de verdere uitvoering conform het gemeentelijk reglement 'Controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen' zoals vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 10.03.2022.

        • Prijssubsidiereglement 2023 voor de exploitatie van de infrastructuur van het AGB Aarschot

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad keurt het prijssubsidiereglement goed op basis waarvan de stad Aarschot het AGB Aarschot een prijssubsidie toekent voor het recht op toegang tot de infrastructuur van het Autonoom Gemeentebedrijf Aarschot in 2023.

          Toelichting

          Met beslissing ET.129.288 van 19 januari 2016 heeft de BTW administratie haar visie op het BTW-statuut van autonome gemeentebedrijven uiteengezet.

          Van belang is onder meer dat werkingssubsidies (waarop geen BTW moet worden aangerekend) die door de gemeente aan het AGB worden toegekend, in principe niet in aanmerking mogen worden genomen voor de beoordeling van het winstoogmerk. Prijssubsidies (waarop wel BTW moet worden aangerekend) die door de gemeente aan het AGB worden toegekend, komen daarentegen wel in aanmerking voor de beoordeling van het winstoogmerk.

          Het AGB Aarschot heeft haar inkomsten en uitgaven geraamd voor het kalenderjaar 2023 voor de exploitatie van de infrastructuur, zoals vastgelegd in het op 15 december 2022 goedgekeurd meerjarenplan 2020-2025. Op basis van deze ramingen (rekening houdende met de impact van de sterk gestegen energieprijzen en de hoge inflatie) heeft het AGB Aarschot vastgesteld dat voor het kalenderjaar 2023 de inkomsten uit prijssubsidies voor het verlenen van het recht op toegang tot de door het AGB geëxploiteerde infrastructuur minstens 1.981.836,62 euro (exclusief btw) moeten bedragen om economisch rendabel te zijn.

          Aan de gemeenteraad wordt het prijssubsidiereglement voor 2023 voorgelegd ter goedkeuring.

          Ontwerp besluit:

          De gemeenteraad keurt het prijssubsidiereglement goed op basis waarvan de stad Aarschot het AGB Aarschot een prijssubsidie toekent voor het recht op toegang tot de infrastructuur van het Autonoom Gemeentebedrijf Aarschot in 2023.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen.
          Feiten, context en motivering

          Met beslissing van ET.129.288 van 19 januari 2016 heeft de BTW administratie haar visie op het BTW-statuut van autonome gemeentebedrijven uiteengezet, nl.:

          1. Een AGB is in principe een gewone BTW-plichtige met recht op aftrek van BTW. Dat impliceert dus dat een AGB de BTW op de exploitatiekosten en de investeringskosten volgens de normale regels in aftrek kan brengen.
          2. Voorwaarde daartoe is wel dat het AGB een winstoogmerk heeft en dat dus statutair is bepaald dat eventueel gemaakte winsten moeten worden uitgekeerd en dat ook effectief gebeurt.
          3. Om te beoordelen of er winstoogmerk is, moet de globale activiteit van het AGB in aanmerking worden genomen.
          4. De administratie kan onderzoeken of die statutaire bepalingen niet louter theoretisch zijn. Dat zal het geval zijn wanneer systematisch tekorten voorkomen in hoofde van het AGB omdat de aan de bezoekers van de inrichting aangerekende prijzen niet volstaan om de exploitatiekosten van het AGB te dekken
          5. Werkingssubsidies waarop geen BTW moet worden aangerekend die door de gemeente aan het AGB worden toegekend, mogen in principe niet in aanmerking worden genomen voor de beoordeling van het winstoogmerk. Men kan hierbij wel niet terugkomen op beslissingen die de Rulingdienst in het verleden heeft genomen en die het tegenovergestelde zouden beweren.
          6. Prijssubsidies waarop wel BTW moet worden aangerekend die door de gemeente aan het AGB worden toegekend, komen daarentegen wel in aanmerking voor de beoordeling van het winstoogmerk.
          7. In de loop van het boekjaar is het mogelijk om het bedrag van de prijssubsidies aan te passen naar de toekomst toe.


          Verder vermeldt voorgaande beslissing van de BTW-administratie:

          De kwalificatie van een autonoom gemeentebedrijf als belastingplichtige met recht op aftrek van BTW belet niet dat de administratie later kan onderzoeken of de statutaire bepalingen niet louter theoretisch zijn.

          Dit zal het geval zijn wanneer systematische tekorten voorkomen in hoofde van het autonoom gemeentebedrijf omdat de aan de bezoekers van de inrichting aangerekende prijzen niet volstaan tot dekking van de exploitatiekosten van het autonoom gemeentebedrijf. In dat verband kunnen de werkingssubsidies die door de gemeente aan het autonoom gemeentebedrijf worden ter beschikking gesteld, gelet op de nauwe band de tussen het autonoom gemeentebedrijf en de gemeente, niet worden aangemerkt als ontvangsten uit een bepaalde activiteit. De werkingssubsidies mogen bijgevolg niet als bijkomende ontvangsten worden aangemerkt en mogen evenmin in mindering worden gebracht van de gedane kosten voor het bepalen van het boekhoudkundig resultaat.

          De door de gemeente aan het autonoom gemeentebedrijf toegekende subsidies die rechtstreeks verband houden met de prijs behoren tot de maatstaf van heffing van de BTW en mogen dan ook gevoegd bij de overige ontvangsten uit een bepaalde activiteit om te bepalen of de statutaire bepalingen inzake winstoogmerk en het doel winsten uit te keren al dan niet theoretisch zijn.

          Van een rechtstreeks verband met de prijs is slechts sprake indien de subsidie specifiek aan het gesubsidieerde orgaan wordt betaald om een welbepaald goed te leveren of een welbepaalde dienst te verrichten. Dit verband tussen de subsidie en de prijs moet duidelijk blijken uit een onderzoek van de concrete omstandigheden die aan de basis van de betaling van de tegenprestaties liggen. Daarentegen is het niet nodig dat de prijs van het goed of de dienst, of een deel ervan, bepaald zou zijn. Het volstaat dat hij bepaalbaar is.

          Voor het bepalen van de winst moet rekening gehouden worden met het boekhoudkundig resultaat (met inbegrip van afschrijvingen, aanleggen van provisies, …) en mag met niet louter vergelijken tussen het boek voor inkomende facturen enerzijds en het boek voor uitgaande facturen/dagboek voor ontvangsten anderzijds.

          Het resultaat van de globale activiteit (dus niet activiteit per activiteit) van de instelling dient in aanmerking te worden genomen. Er wordt evenwel geen rekening gehouden met uitzonderlijke opbrengsten (vb. de inkomsten uit onroerende en financiële transacties). De winst/verliespositie moet structureel zijn en onafhankelijk van toevallige gebeurtenissen langs inkomsten- of uitgavenzijde.

          Het AGB Aarschot heeft haar inkomsten en uitgaven geraamd voor het kalenderjaar 2023 voor de exploitatie van de infrastructuur, zoals vastgelegd in het op 15 december 2022 goedgekeurd meerjarenplan 2020-2025. Op basis van deze ramingen (rekening houdende met de impact van de sterk gestegen energieprijzen en de hoge inflatie) heeft het AGB Aarschot vastgesteld dat voor het kalenderjaar 2023 de inkomsten uit prijssubsidies voor het verlenen van het recht op toegang tot de door het AGB geëxploiteerde infrastructuur minstens 1.981.836,62 euro (exclusief btw) moeten bedragen om economisch rendabel te zijn.

          Financiële Impact/budget

          De nodige kredieten voor de betaling van de prijssubsidies zijn voorzien in de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025, zoals goedgekeurd door de raad op 15 december 2022.


          Visum toekenning prijssubsidie 2023 aan AGB Aarschot – 2.100.746,82 euro (incl. 6% BTW)

          Visum – Component ‘Voorafgaande kredietcontrole’

          In het meerjarenplan 2020-2025 is in 2023 het benodigde krediet voorzien voor de prijssubsidie aan het AGB Aarschot, BBC–actie AC000089 ‘9.2.1. We bepalen de kerntaken van de stad en bekijken of we die zelf doen of uitbesteden’,–  ARK 64950000 ‘prijssubsidies’, nl.

          • raming MJP101393 : 929.672,89 euro (incl. 6% BTW) - Prijssubsidie sport
          • raming MJP105269 : 643.086,18 euro (incl. 6% BTW) - Prijssubsidie cultureel centrum
          • raming MJP105270 : 310.307,23 euro (incl. 6% BTW) - Prijssubsidie bibliotheek
          • raming MJP105271 : 217.680,52 euro (incl. 6% BTW) -  Prijssubsidie museum

          Er is dus voldoende krediet beschikbaar voor de uitbetaling van de prijssubsidie 2023 aan het AGB Aarschot.

          Visum – Component ‘Wetmatigheidscontrole die voorafgaat aan de verbintenis’

          Uit het onderzoek van de documenten blijken geen strijdigheden met de wettelijke voorschriften.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Artikel 1

          De gemeenteraad geeft de goedkeuring aan het onderstaand prijssubsidiereglement voor het kalenderjaar 2023 ten voordele van het Autonoom Gemeentebedrijf Aarschot:

           

          PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT EXPLOITATIE BIBLIOTHEEK AARSCHOT

          Rekening houdend met de socio-culturele en sociale functie van de door het AGB Aarschot geëxploiteerde bibliotheek en om de leesmotivatie te stimuleren en de toegang tot de bibliotheekinfrastructuur en haar collectie zo laagdrempelig mogelijk te maken, wenst de stad Aarschot de kosten voor de toegang van de door AGB Aarschot geëxploiteerde bibliotheekinfrastructuur op zich te nemen, nl. 292.742,67 euro (excl. btw) in 2023.

          Het aantal bezoekers vanaf 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023 wordt geraamd op 66.764. De kostprijs per bezoeker voor het gebruik van de infrastructuur van de bibliotheek gedurende de periode 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023 wordt bepaald op 4,385 euro (exclusief 6% BTW), zijnde een kost die de stad Aarschot op zich zal nemen. 

           

          PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT EXPLOITATIE MUSEUM AARSCHOT
          Rekening houdend met de socio-culturele en sociale functie van het door het AGB Aarschot geëxploiteerd museum en om de toegang tot de museuminfrastructuur en haar collectie zo laagdrempelig mogelijk te maken, wenst de stad Aarschot de kosten voor de toegang van de door AGB Aarschot geëxploiteerde museuminfrastructuur op zich te nemen, nl. 205.358,98 euro (excl. btw), in 2023.

          Het aantal bezoekers vanaf 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023 wordt geraamd op 3.750. De kostprijs per bezoeker voor het gebruik van de infrastructuur van de bibliotheek gedurende de periode 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023 wordt bepaald op 54,763 euro (exclusief 6% BTW), zijnde een kost die de stad Aarschot op zich zal nemen. 

           

          PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT EXPLOITATIE CC HET GASTHUIS
          Rekening houdend met de socio-culturele en sociale functie van het door het AGB Aarschot geëxploiteerd CC Het Gasthuis en om de toegang tot de voorstellingen in de theaterinfrastructuur zo laagdrempelig mogelijk te maken, wenst de stad Aarschot de tickets tot het theater van het CC Het Gasthuis te subsidiëren middels de toekenning van een prijssubsidie per toegangsticket.

          De totale kost in 2023 wordt geraamd op 606.685,07 euro. Het aantal bezoekers aan de theaterinfrastructuur van het CC Het Gasthuis, gedurende de periode vanaf 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023, wordt geraamd op 49.000. De prijssubsidie per bezoeker voor het gebruik van de theaterinfrastructuur van het CC Het Gasthuis gedurende de periode 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023 wordt bepaald op 12,382 euro (exclusief 6% BTW).

            

          PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT EXPLOITATIE SPORTCOMPLEX

          Rekening houdend met de sportieve en sociale functie van het door het AGB Aarschot geëxploiteerde sportinfrastructuur en om de toegang tot het zwembad zo laagdrempelig mogelijk te maken, wenst de stad Aarschot de tickets tot het zwembad te subsidiëren middels de toekenning van een prijssubsidie.

          De totale kost m.b.t de exploitatie van het sportcomplex in 2023 wordt geraamd op 877.049,90 euro. De omzet van het zwembad, gedurende de periode vanaf 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023, wordt geraamd op 342.893,00 (excl. btw). De prijssubsidie voor het gebruik van het zwembad gedurende de periode 1 januari 2023 t.e.m. 31 december 2023 wordt bepaald op basis van de omzet van die periode vermenigvuldigd met een factor 2,558.

           

          Artikel 2

          Het AGB Aarschot deelt op 31 december 2023 het aantal bezoekers/omzet mee van het voorafgaande jaar en stelt een nota op met vermelding van het jaarlijks verschuldigd bedrag van de prijssubsidie. De Stad Aarschot dient de prijssubsidie te betalen aan AGB Aarschot binnen de 30 kalenderdagen na ontvangst. 



          Artikel 3

          De stad Aarschot heeft de nodige kredieten voor de betaling van de prijssubsidies voorzien in de aanpassing van haar meerjarenplan 2020-2025, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 15 december 2022.

        • Overeenkomst tussen de stad Aarschot en het AGB Aarschot m.b.t. de terbeschikkingstelling en het gebruik van het Dienstencentrum (incl. Capucienenklooster)

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De overeenkomst tussen de stad Aarschot en het AGB Aarschot voor de terbeschikkingstelling en het gebruik van het Dienstencentrum (incl. Capucienenklooster) wordt goedgekeurd.

          Toelichting
          De gemeenteraad keurde op 14 maart 2019 de overeenkomst tussen de stad Aarschot, het Autonoom Gemeentebedrijf Aarschot en Autonoom Gemeentebedrijf Het Gasthuis tot terbeschikkingstelling en gebruik van het Dienstencentrum goed.
           
          Sinds 1 januari 2022 werden verschillende lokalen van het Capucienenklooster ingericht als kantoorruimte voor de personeelsdienst. De facto wordt het Capucienenklooster gebruikt als dienstencentrum. Vandaar dat er een aangepaste overeenkomst werd opgemaakt voor het gebruik van het dienstencentrum (incl. Capucienenklooster)

          Ontwerp besluit:
           
          De bijgevoegde overeenkomst tussen de stad Aarschot en het AGB Aarschot voor de terbeschikkingstelling en het gebruik van het Dienstencentrum (incl. Capucienenklooster) wordt goedgekeurd.
          Regelgeving
          • het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse Regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 7 december 2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen;
          • het ministerieel besluit van 26.06.2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen;
          Feiten, context en motivering

          Gelet op

          • de Circulaire nr. AOIF-39/2005 (E.T.108.816 van 27.09.2005) van de BTW-administratie, houdende richtlijnen die een dienstencentrum moet naleven;
          • het akkoord van de BTW-administratie dd. 05.04.2016 met betrekking tot de btw-plicht van het AGB Aarschot inzake de renovatie en exploitatie van het administratief centrum als bedrijvencentrum;
          • het besluit van de gemeenteraad, d.d. 14 maart 2019, houdende goedkeuring van de overeenkomst tussen de stad Aarschot, het Autonoom Gemeentebedrijf Aarschot en Autonoom Gemeentebedrijf Het Gasthuis tot terbeschikkingstelling en gebruik van het dienstencentrum goed.

          Overwegende dat  
          • sinds begin januari 2022 verschillende lokalen van het Capucienenklooster werden ingericht als kantoorruimte voor de personeelsdienst en het Capucienenklooster sindsdien de facto wordt gebruikt als dienstencentrum.

          Gelet op het ontwerp van overeenkomst tussen de stad Aarschot en het Autonoom Gemeentebedrijf Aarschot m.b.t. de terbeschikkingstelling en het gebruik van het dienstencentrum (incl. Capucienenklooster) in bijlage. Deze overeenkomst is een overeenkomst voor de levering van een complexe dienstprestatie door een dienstencentrum als bedoeld in de BTW-Circulaire nr. AOIF 39/2005 (E.T. 108.816) van 27.09.2005, bestaande uit de basisdienst eventueel gecombineerd met een of meerdere bijkomende facultatieve diensten.
          Financiële Impact/budget

          Visum ‘overeenkomst m.b.t. de terbeschikkingstelling en het gebruik van het dienstencentrum (incl. Capucienenklooster)’

          Component  ‘Voorafgaande kredietcontrole’

          In het meerjarenplan 2020-2025 van stad en OCMW Aarschot is vanaf 2022 jaarlijks een krediet voorzien van 789.896,12 euro, op raming MJP104229 (OCMW) en raming MJP101761 (stad), BBC–actie AC000090 – ARK 61507000 ‘Gebruiksvergoeding dienstencentrum’.

          De gebruiksvergoeding, zoals aangegeven in de overeenkomst, bedraagt, 6.463,43 euro (excl. BTW) per jaar en per toegewezen werkplek. Uitgaande van 101 werkplekken voor stad en OCMW bedraagt de kost voor de terbeschikkingstelling en het gebruik van het dienstencentrum (incl. Capucienenklooster) 652.806,43 euro (excl. BTW), zijnde 789.895,78 euro.

          Er is dus voldoende krediet beschikbaar voor het aangaan van de overeenkomst m.b.t. de terbeschikkingstelling en het gebruik van het dienstencentrum (incl. Capucienenklooster).

          Component ‘ Wetmatigheidscontrole die voorafgaat aan de verbintenis’

          Uit het onderzoek van de documenten blijken er geen strijdigheden met de wettelijke voorschriften.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Artikel 1

          De bijgevoegde overeenkomst tussen de stad Aarschot en het AGB Aarschot voor de terbeschikkingstelling en het gebruik van het Dienstencentrum (incl. Capucienenklooster) wordt goedgekeurd.

           

          Artikel 2

          Het College van Burgemeester en Schepenen, voor wie optreden mevrouw Gwendolyn Rutten, burgemeester en mevrouw Christi Van Calster, algemeen directeur, wordt gemachtigd de overeenkomst tot terbeschikkingstelling en gebruik van het Dienstencentrum (incl. Capucienenklooster) rechtsgeldig te ondertekenen.

      • Museum en Dienst Toerisme

        • Toekenning ereburgerschap van de stad Aarschot aan dhr. Luc Sels, rector KULeuven

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad kent het ereburgerschap van de stad Aarschot toe aan de heer Luc Sels, rector van KU Leuven.

          Toelichting

          Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld het ereburgerschap van de stad Aarschot toe te kennen aan dhr. Luc Sels omwille van zijn betekenis als rector van de KU Leuven met Aarschotse 'roots' en de positieve uitstraling hiervan voor de stad. 

           

          Regelgeving
          • het Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7.12.2018;
          • Het Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen;
          Feiten, context en motivering
          Gelet op het positieve advies van de Hertogelijke Aarschotse Kring voor Heemkunde in zitting van 21.06.2017 en van de Stedelijke Museumcommissie in zitting van 05.07.2017 over het voorstel om het ereburgerschap van de stad Aarschot toe te kennen aan de heer Luc Sels, rector van de KULeuven;

          Gelet op de principiële instemming van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 31.07.2017 om het ereburgerschap van de stad Aarschot toe te kennen aan de heer Luc Sels;

          De heer Luc Sels, rector van de KULeuven, heeft Aarschotse/ Langdorpse roots. Van 1967 tot 1980 bracht hij in Aarschot een groot deel van zijn jeugd door. Hij liep er school in het Sint-Jozefscollege en was actief in het verenigingsleven zoals in de KSA en de basketbalsport. Hij studeerde af aan de KU Leuven in 1989 als licentiaat sociale wetenschappen en promoveerde tot doctor in de sociale wetenschappen in 1995. In 1996 werd hij docent aan de faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen. Sinds 2004 is hij gewoon hoogleraar. Hij is titularis van de Acerta Leerstoel Talent Management & Employability. Van 2009 tot 2017 was hij decaan van de faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen, met 8.788 studenten de grootste faculteit van de KU Leuven.  Sinds 2017 is hij rector van de KU Leuven. De toekenning van het ereburgerschap is een erkenning voor zijn jarenlange inzet en het mede bepalen van het beleid van de KU Leuven en zijn impact op de uitbouw van de universiteit. 

          De toekenning van het ereburgerschap is een erkenning voor de wijze waarop de heer Luc Sels heeft bijgedragen tot de uitstraling van onze stad. 
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Enig artikel

          De gemeenteraad kent het ereburgerschap van de stad Aarschot toe aan de heer Luc Sels, rector van KU Leuven.

        • Toekenning ereburgerschap van de stad Aarschot aan dhr. Roland Liboton, voormalig veldrijder

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad kent het ereburgerschap van de stad Aarschot toe kennen aan de heer Roland Liboton.

          Toelichting

          Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld het ereburgerschap van de stad Aarschot toe te kennen aan dhr. Roland Liboton als erkenning voor zijn zeer indrukwekkend palmares als veldrijder.

          Regelgeving
          • het Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7.12.2018;
          • Het Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen;
          Feiten, context en motivering
          Gelet op
          • het positief advies van de Hertogelijke Aarschotse Kring voor Heemkunde in zitting van 19.10.2022 en van de Stedelijke Museumcommissie in zitting van 20.10.2022 over het voorstel om het ereburgerschap van de stad Aarschot toe te kennen aan de heer Roland Liboton, voormalig veldrijder;
          • het positief advies van de sportraad in vergadering van 08.11.2022 over het voorstel om het ereburgerschap van de stad Aarschot toe te kennen aan de heer Roland Liboton, voormalig veldrijder;
          • de principiële beslissing van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 21.10.2022 om het ereburgerschap van de stad Aarschot toe te kennen aan de heer Roland Liboton
           
          Rillaarnaar Roland Liboton verzamelde als veldrijder een zeer indrukwekkend palmares. In totaal won hij 156 wedstrijden waarvan 21 wedstrijden voor de Superprestige, een klassement dat hij driemaal won (1985, 1986, 1988). Hij werd vijfmaal wereldkampioen veldrijden: in 1978 (amateurs), 1980, 1982 1983 en 1984. In 1981 werd hij tweede op het wereldkampioenschap. Verder werd hij tienmaal opeenvolgend Belgisch kampioen, van 1980 tot 1989.

          De toekenning van het ereburgerschap van de stad Aarschot is een erkenning voor de wijze waarop hij heeft bijgedragen tot de uitstraling van onze stad. 
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Enig artikel

          De gemeenteraad kent het ereburgerschap van de stad Aarschot toe kennen aan de heer Roland Liboton.

        • Toekenning ereburgerschap van de stad Aarschot aan dhr. Jos Verbeeck, voormalig topjockey

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad kent het ereburgerschap van de stad Aarschot toe aan de heer Jos Verbeeck, voormalig topjockey.

          Toelichting

          Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld het ereburgerschap van de stad Aarschot toe te kennen aan dhr. Jos Verbeeck als erkenning voor zijn indrukwekkende carrière als (voormalig) topjockey.

          Regelgeving
          • het Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7.12.2018;
          • Het Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen;
          Feiten, context en motivering
          Gelet op
          • het positief advies van de Hertogelijke Aarschotse Kring voor Heemkunde in zitting van 19.10.2022 en van de Stedelijke Museumcommissie in zitting van 20.10.2022 over het voorstel om het ereburgerschap van de stad Aarschot toe te kennen aan de heer Jos Verbeeck, voormalig topjockey;
          • het positief advies van de sportraad in vergadering van 08.11.2022 over het voorstel om het ereburgerschap van de stad Aarschot toe te kennen aan de heer Jos Verbeeck, voormalig topjockey;
          • de beslissing van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 21.10.2022 om het ereburgerschap van de stad Aarschot toe te kennen aan de Jos Verbeeck, voormalig topjockey.

          Jos Verbeeck (Wolfsdonk), voormalig topjockey, begon zijn indrukwekkende carrière op jonge leeftijd. Zijn talent werd snel opgemerkt. Omstreeks zijn veertiende reed hij al grote koersen (Waregem, Tongeren, Oostende, Kuurne, Sterrebeek). In totaal won hij zowat 8.000 wedstrijden, waarvan ongeveer 3.300 in Frankrijk. Hij won onder meer viermaal de Prix d'Amérique (1994, 1997, 1998 en 2003), viermaal de Sulky d'or (1995, 1996, 1997 en 1999) en tweemaal de Grote Prijs van Wallonië. Zijn vele overwinningen maakten van hem een van de meest gewilde Europese coureurs. 


          De toekenning van het ereburgerschap van de stad Aarschot is een erkenning voor de wijze waarop hij heeft bijgedragen tot de uitstraling van onze stad. 
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Enig artikel

          De gemeenteraad kent het ereburgerschap van de stad Aarschot toe aan de heer Jos Verbeeck, voormalig topjockey.

      • Kerkfabrieken

        • Akteneming van het budget 2023 van de Evangelische Kerk de Shelter te Aarschot

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad neemt kennis van de beslissing van de bestuursraad houdende het budget 2023 van de Evangelische Kerk de Shelter te Aarschot.

          Toelichting

          De beslissing van de bestuursraad houdende het budget 2023 van de Evangelische Kerk de Shelter te Aarschot wordt voor akteneming voorgelegd aan de gemeenteraad.

          Regelgeving
          • het decreet van 22.12.2017 over het lokaal bestuur, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het decreet van 26.03.2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen;
          • het decreet van 07.05.2004 houdende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten.
          Feiten, context en motivering

          Overwegende dat het budget 2023 binnen de grenzen van het gewijzigd meerjarenplan 2020-2025 past en bijgevolg zonder gemeentelijke bijdragen opgemaakt wordt, neemt de gemeenteraad akte van het budget 2023.

          Besluit

          Artikel 1 

          De gemeenteraad neemt akte van het budget 2023 van de voornoemde kerkgemeente zonder toelagen vanwege de gemeenteoverheid.

          Artikel 2  

          Dit besluit wordt overgemaakt aan de provinciegouverneur (Diestsepoort 6 bus 1, 3000 Leuven).

        • Akteneming van het budget 2023 van de kerkfabriek H.H. Maria, Pieter en Antonius (Aarschot)

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad neemt kennis van het budget 2023 van de kerkfabriek H.H. Maria, Pieter en Antonius (Aarschot)

          Toelichting

          De beslissing van de  kerkraad houdende het budget 2023 en de eraan verbonden gemeentelijke exploitatie- en investeringstoelage wordt voor akteneming voorgelegd aan de gemeenteraad.

          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen;
          • het decreet van 07.05.2004 houdende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten;
          • de beslissing van de gemeenteraad van 12.12.2019 houdende de goedkeuring van het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek H.H. Maria, Pieter en Antonius (Aarschot);
          • de beslissing van 19.10.2022 van de kerkraad houdende de goedkeuring van het budget 2023 van de kerkfabriek H.H. Maria, Pieter en Antonius (Aarschot).
          Feiten, context en motivering

          Overwegende dat de gemeentelijke bijdrage in het budget binnen de grenzen blijft van het in het meerjarenplan opgenomen bedrag, neemt de gemeenteraad enkel akte van het budget.

          Besluit

          Artikel 1
          De gemeenteraad neemt akte van het budget 2023 van de kerkfabriek H.H. Maria, Pieter en Antonius (Aarschot).


          Artikel 2
          Een afschrift van deze beraadslaging wordt naar de betreffende kerkfabriek, het centraal kerkbestuur, het erkend representatief orgaan en de provinciegouverneur verzonden. Deze instanties zullen dit document aan het reeds ontvangen exemplaar van het budget hechten.

      • Hoogdringendheid openbare vergadering

        • Toevoeging agendapunt in toepassing van artikel 23 van het decreet over het lokaal bestuur

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          Aan de agenda wordt volgend punt bij hoogdringendheid toegevoegd:

          • IGO div: algemene vergadering op 16 december 2022: goedkeuring agenda en bepalen van het mandaat
          Toelichting

          Aan de gemeenteraad wordt gevraagd volgend punt toe te voegen aan de agenda:

          • IGO div: algemene vergadering op 16 december 2022: goedkeuring agenda en bepalen van het mandaat
          Regelgeving
          • het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, zoals gewijzigd en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • het bestuursdecreet van 07.12.2018;
          • het besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen.
          Feiten, context en motivering

          Het verzoek van de voorzitter om volgend punt bij hoogdringendheid toe te voegen aan de agenda:

          • IGO div: algemene vergadering op 16 december 2022: goedkeuring agenda en bepalen van het mandaat


          De uitnodiging voor deze vergadering heeft de stad laattijdig bereikt.

          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Enig artikel

          Aan de agenda wordt volgend punt bij hoogdringendheid toegevoegd:

          • IGO div: algemene vergadering op 16 december 2022: goedkeuring agenda en bepalen van het mandaat
        • IGO div: algemene vergadering op 16 december 2022 - goedkeuring agenda en bepalen van het mandaat

          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

          De gemeenteraad hecht goedkeuring aan de agenda van de algemene vergadering van IGO div op 16.12.2022 en draagt de vertegenwoordiger van de stad op zijn stemgedrag hierop af te stemmen.

          Toelichting

          IGO div organiseert op 16.12.2022 een algemene vergadering met volgende agendapunten:

          1. Goedkeuring verslag AV 24.06.2022
          2. Goedkeuring begroting 2023 (document 1)
          3. Goedkeuring jaarprogramma en toelichting bij begroting (document 2)
          4. Aanstelling nieuw lid van het algemeen comité
            • Carine Winnen (OCMW Zoutleeuw) - vervangt Ilse Beelen
            • Tim Timmermans (gemeente en OCMW Haacht) - vervangt Steven Swiggers
          5. Aanstelling nieuwe bestuurder cluster Holsbeek - Lubbeek voor de periode april 2023 - maart 2025
            • Anne Vangoidsenhoven (gemeente Holsbeek) ter vervanging van Hugo Simoens
          6. Varia


          De gemeenteraad in vergadering van 14.03.2019 stelde de heer Kurt Lemmens en mevrouw Wendy De Rijck aan als respectievelijk afgevaardigd vertegenwoordiger en plaatsvervangend afgevaardigde van de stad Aarschot in de algemene vergaderingen van IGO en dit voor de duur van de legislatuur.

          Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld de agenda goed te keuren.

          Regelgeving
          • het Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering;
          • de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen;
          • de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur;
          • het bestuursdecreet van 7.12.2018;
          • het Besluit van de Vlaamse Regering d.d. 30.03.2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen;
          Feiten, context en motivering

          Gelet op

          • het besluit van de gemeenteraad van Aarschot, waarbij werd beslist akkoord te gaan met de oprichting van en deelname aan de dienstverlenende vereniging IGO Leuven;
          • de oprichting van de dienstverlenende vereniging IGO Leuven op 10.03.2004, die als rechtsopvolger optreedt van de vzw IGO Leuven;
          • artikel 427 van het decreet over het lokaal bestuur dat bepaalt dat de wijzigingen in de statuten en in de bijlagen artikelsgewijs worden aangebracht door de algemene vergadering met een drievierde meerderheid, zowel voor het geheel van de geldig uitgebrachte stemmen, als voor de geldig uitgebrachte stemmen van de vertegenwoordigde gemeenten, en op voorwaarde dat de gewone meerderheid van het aantal deelnemende gemeenten haar instemming betuigt;
          • de beslissing van de gemeenteraad van 14.03.2019 om de heer Kurt Lemmens en mevrouw Wendy De Ryck, raadsleden, aan te duiden als respectievelijk afgevaardigd vertegenwoordiger en plaatsvervangend afgevaardigde van de stad Aarschot in de algemene vergaderingen van IGO en dit voor de duur van de legislatuur;
          • artikel 432, 3° van het decreet over het lokaal bestuur dat bepaalt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering;
          • de uitnodiging van IGO div voor de algemene vergadering op 16.12.2022 om 17u30 met volgende agendapunten:
            1. Goedkeuring verslag AV 24.06.2022
            2. Goedkeuring begroting 2023 (document 1)
            3. Goedkeuring jaarprogramma en toelichting bij begroting (document 2)
            4. Aanstelling nieuw lid van het algemeen comité
              • Carine Winnen (OCMW Zoutleeuw) - vervangt Ilse Beelen
              • Tim Timmermans (gemeente en OCMW Haacht) - vervangt Steven Swiggers
            5. Aanstelling nieuwe bestuurder cluster Holsbeek - Lubbeek voor de periode april 2023 - maart 2025
              • Anne Vangoidsenhoven (gemeente Holsbeek) ter vervanging van Hugo Simoens
            6. Varia
          Publieke stemming
          Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
          Voorstanders: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen
          Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
          Besluit

          Artikel 1

          De gemeenteraad keurt de agenda van de algemene vergadering van IGO div op 16.12.2022 goed.

           

          Artikel 2

          Raadslid Kurt Lemmens en raadslid Wendy De Rijck worden aangeduid als respectievelijk afgevaardigd vertegenwoordiger en plaatsvervangend afgevaardigde om namens het bestuur alle akten en bescheiden met betrekking tot deze algemene vergadering van IGO div te onderschrijven en hun stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van voormelde algemene vergadering.

    • Vragen van raadsleden

      • Vlaams Belang: vraag over aanleggen van een 'troostmuur' op de stedelijke begraafplaatsen

        Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
        Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

        Dit agendapunt werd besproken. Voor de volledige bespreking verwijzen we naar het audioverslag van deze vergadering.

        Tussenkomsten

        Nico Creces

        De stad Leuven heeft als enige in Vlaanderen een 'troostmuur' aangelegd op de stedelijke begraafplaats. Een troostmuur geeft de overleden stadsgenoten zo een plaats, langer dan de looptijd van hun graf. 

        Er komt geen naam of datum op de muur, enkel een foto.

        Concreet gaat het om een initiatief waarbij de stad Leuven de foto’s van de grafzerken waarvan de concessie ten einde is en die worden verwijderd, aanbrengt op een muur van de begraafplaats. 

        Op deze manier wordt de herinnering aan overleden inwoners levend gehouden, ook na de looptijd van de grafconcessie en hebben de overledenen een nieuwe, vaste rustplek op de begraafplaats. 

        Bijkomend kunnen ook foto’s van overledenen die werden gecremeerd worden aangebracht op de troostmuur. Families kunnen in zo'n geval een foto afgedrukt op keramische achtergrond bezorgen aan de medewerkers van de begraafplaats.
         
        Het spreekt voor zich dat zo'n troostmuur een grote emotionele meerwaarde kan hebben voor familieleden, vrienden en kennissen van de overledenen. 

        Bovendien kan het ook een rustpunt creëren op de begraafplaats. Tot slot vergt dit een minimale kost: iedere begraafplaats heeft immers wel een muur die geschikt is om er foto’s op keramische achtergrond op te bevestigen.
         
        Onze vragen hieromtrent:

        • Is het bestuur bereid om het principe van een troostmuur in te voeren op de gemeentelijke begraafplaatsen?
        • Indien ja, wanneer zullen deze troostmuren ingehuldigd worden?
        • Indien nee, waarom niet?

         

        Gevolg dat aan dit punt is gegeven

        Dit agendapunt werd besproken. Voor de volledige bespreking verwijzen we naar het audioverslag van deze vergadering.

      • Groen: vraag naar gecoördineerde aanpak om te ontharden en vergroenen

        Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
        Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

        Dit agendapunt werd besproken. Voor de volledige bespreking verwijzen we naar het audioverslag van deze vergadering.

        Tussenkomsten

        Petra Vanlommel

        De stad Aarschot roept inwoners op om te ontharden en te vergroenen. 

        Waarom ontharden en vergroenen?
        Terecht dat jullie hiertoe oproepen, want een groene, ontharde omgeving heeft bewezen voordelen: planten en bomen filteren fijn stof uit de lucht, zorgen voor meer biodiversiteit (ook in de stad!), planten dempen geluid, geven verkoeling in warme periodes, temperen temperatuurschommelingen, zorgen voor waterberging, een groene omgeving maakt ons weerbaarder tegen klimaatverandering.

         

        Mensen willen een groenere straat en buurt
        Een heel aantal mensen die in een grijze omgeving wonen, willen zeker gehoor geven aan deze oproep tot ontharding. Steeds meer mensen willen graag een groenere straat, een groener plein, een groenere buurt. Wij kregen onlangs vragen van inwoners om het Kapitein Gilsonplein, Koemarkt en Bekaflaan en de gevels van appartementen in een nieuwe wijk in Ourodenberg groener te maken. Januari 2022 vroeg iemand uit de Statiestraat aan de stad of er een initiatief ‘Minder verharding en meer groen’ bestaat in Aarschot waarbij bewoners terreinen kunnen opgeven om te ontharden.

         

        Wat kan ik als burger doen?
        De oproep in Arend begint met ‘Kijk eens even rondom jou. In je eigen tuin en in die van de buren.’ Kleine initiatieven van burgers maken een verschil: een plantje op de vensterbank, een mooie klimmer tegen de gevel… Maar zelfs zulke kleine ingrepen zijn niet altijd evident. Hoe begin je hier aan? Wat mag, wat niet? Niet iedereen heeft een eigen (voor)tuin. Ook mensen zonder tuin willen groen in hun buurt. Hoe kunnen zij hun omgeving toch helpen vergroenen? 

         

        Wat kan de stad doen?

        Als we rondom kijken, zien we ook veel verhard openbaar domein. De stad heeft plannen om Parking Centrum te ontharden. Het hemelwaterplan is ook goede stap vooruit. Dit juichen we echt toe!


        Stad en burgers samen
        Een gecoördineerde aanpak waar zowel de stad als burgers hoofdrolspelers zijn, vergroot de kans op succes. Een participatief traject waarbij mensen, beleidsvoerders, kennis, ideeën en voorstellen worden samengebracht. Dit kan bv resulteren in de opmaak van een onthardingskaart en vergroeningsplan met kleine en grote acties, quick wins en lange termijn planning. Om een concrete onthardings- of vergroeningsactie te laten slagen is het eveneens belangrijk om mensen te begeleiden en tips te geven.

         

        Vraag
        Is een gecoördineerde aanpak van stad en burgers samen om te ontharden en te vergroenen mogelijk?


        Gevolg dat aan dit punt is gegeven

        Dit agendapunt werd besproken. Voor de volledige bespreking verwijzen we naar het audioverslag van deze vergadering.

      • Schorsing van de vergadering van de gemeenteraad en herneming ervan na de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn

        Aanwezig: Isabelle Dehond, Gwendolyn Rutten, Bert Van der Auwera, Nicole Van Emelen, Annick Geyskens, Gerry Vranken, Stef Van Calster, Kurt Lemmens, André Peeters, Betty Kiesekoms, Nico Creces, Mattias Paglialunga, Nele Pelgrims, Bart Dehaes, Julia Mellaerts, Leo Janssens, Ronny De Ryck, Koen Nijs, Cindy Symons, Marleen Verhaegen, Wendy De Rijck, Petra Vanlommel, Hannelore Castelein, Martine Verlinden, Dries Van Horebeek, Nele Weckhuyzen, Christi Van Calster
        Verontschuldigd: Dries Vandenbroeck, Bart Den Hondt, Hanne Goossens

        De voorzitter schorst de vergadering van de gemeenteraad om de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn af te werken vooraleer over te gaan tot de besloten vergadering van de gemeenteraad.

        Tussenkomsten

        De voorzitter schorst de vergadering van de gemeenteraad om de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn af te werken vooraleer over te gaan tot de besloten vergadering van de gemeenteraad.

Notulen en zittingsverslag vergadering 10.11.2022

Notulen

Gelet op het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de gemeenteraadscommissies, goedgekeurd door de gemeenteraad  in vergadering van 20 januari 2022, inzonderheid artikel 29 §3;

Aangezien verder tijdens de vergadering geen bezwaren tegen de notulen van de vergadering van 10.11.2022 werden ingebracht;

zijn de notulen van de vergadering van 10.11.2022 goedgekeurd.

 

Zittingsverslag
In toepassing van artikel 278 §1 van het decreet over het lokaal bestuur en artikel 28 §2 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en de gemeenteraadscommissies is het zittingsverslag vervangen door de integrale audio-opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.