De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de tijdelijke verhindering van de heer Thomas Salaets om studieredenen/ verblijf in het buitenland.
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de installatie van rechtswege van mevrouw Nele Weckhuyzen als vervangend lid van de raad voor maatschappelijk welzijn voor de duur van de verhindering van de heer Thomas Salaets.
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de tijdelijke verhindering van de heer Thomas Salaets om studieredenen/ verblijf in het buitenland.
Artikel 2
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de installatie van rechtswege van mevrouw Nele Weckhuyzen als vervangend lid van de raad voor maatschappelijk welzijn voor de duur van de verhindering van de heer Thomas Salaets.
De raad voor maatschappelijk welzijn stelt haar deel van de jaarrekening 2021 vast, zoals in bijlage toegevoegd. Een afschrift van de vastgestelde jaarrekening wordt onmiddellijk in een digitaal bestand bezorgd aan de Vlaamse Regering.
De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn hebben op 12 december 2019 hun beleids- en financiële planning vastgelegd in een meerjarenplan voor de periode 2020 tot 2025. De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn hebben in zitting van 17 september 2020, 10 december 2020, 24 juni 2021 en 16 december 2021 de aanpassingen van het meerjarenplan goedgekeurd.
Op basis van de resultaten van het boekjaar 2021 werd de jaarrekening voor de stad Aarschot en het OCMW Aarschot opgemaakt. Vermits elke rechtspersoon (stad en OCMW) voor de eigen verplichtingen en verbintenissen blijft instaan, wordt de jaarrekening, zie bijlage, voorgelegd aan de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn moet eerst het eigen deel van de jaarrekening vaststellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van de jaarrekening, dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de jaarrekening definitief is vastgesteld.
In toepassing van de bepalingen van het decreet lokaal bestuur werd het ontwerp van de jaarrekening op 8 juni 2022 aan de raadsleden bezorgd.
Voorstel van besluit:
De raad voor maatschappelijk welzijn stelt haar deel van de jaarrekening 2021 vast, zoals in bijlage toegevoegd.
Gelet op het ontwerp van jaarrekening over het dienstjaar 2021 van stad & OCMW Aarschot. De jaarrekening van het boekjaar 2021 sluit af met de volgende resultaten:
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn stelt haar deel van de jaarrekening 2021 vast, zoals in bijlage toegevoegd.
Artikel 2
Een afschrift van de vastgestelde jaarrekening wordt onmiddellijk in een digitaal bestand bezorgd aan de Vlaamse Regering.
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de beslissingen van het vast bureau in toepassing van artikels 269 en 273 van het Decreet Lokaal Bestuur in het licht van de dwingende en onvoorziene nood aan extra ondersteuning van de administratie van de sociale dienst tijdens de zomer van 2022 in het kader van de oorlog in Oekraïne en de bijhorende vluchtelingenstroom.
Volgens artikels 269 en 273 van het Decreet Lokaal bestuur kan de raad voor maatschappelijk welzijn zonder de nodige kredieten over de uitgaven beslissen die door dwingende en onvoorziene omstandigheden vereist zijn, op voorwaarde dat hij daarvoor een met redenen omkleed besluit neemt. In dezelfde omstandigheden en als het geringste uitstel onbetwistbare schade zou veroorzaken, kan het vast bureau op eigen verantwoordelijkheid over de uitgaven beslissen. Het vast bureau brengt de raad voor maatschappelijk welzijn daarvan onmiddellijk op de hoogte. De financiële gevolgen worden opgenomen in de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan.
Het vast bureau besliste in het kader van de nopende ondersteuningsnood van de sociale dienst om de continuïteit van de dienstverlening in de zomer van 2022 te garanderen en de uitvoering van de kerntaken binnen de sociale dienst te waarborgen in het licht van de vluchtelingencrisis naar aanleiding van de oorlog in Oekraïne in dit verband op 22.04.2022 tot vacantverklaring van vier voltijdse jobstudentbetrekkingen van administratief medewerker en het opstarten van de selectieprocedure terzake ter ondersteuning van de sociale dienst tijdens de zomer van 2022, in concreto 2 jobstudenten voor tewerkstelling op maandbasis tussen 1 juli 2022 en 31 juli 2022 en 2 jobstudenten voor tewerkstelling op maandbasis tussen 1 augustus en 31 augustus 2022, waarvan de kostprijs - aan de huidige index - geraamd kan worden op 8.974 euro. In het meerjarenplan 2020-2025 van het OCMW Aarschot zijn hiervoor geen kredieten voorzien. De aanstelling van vier jobstudenten biedt een antwoord op de nood aan ondersteuning van de sociale dienst tijdens de zomer van 2022 in het kader van de oorlog in Oekraïne en de bijhorende vluchtelingenstroom.
De oorlog in Oekraïne en de bijhorende vluchtelingenstroom zijn onvoorziene omstandigheden waardoor extra ondersteuning van de administratie in de sociale dienst tijdens de zomer van 2022 dwingend en noodzakelijk is. De stad Aarschot voorziet 18 eigen opvangplaatsen voor vluchtelingen uit Oekraïne waar momenteel 40 personen worden opgevangen. Daarnaast worden er op dit ogenblik een 50-tal mensen opgevangen in gastgezinnen. De toestroom van vluchtelingen in de eigen opvang en bij gezinnen brengt naast tal van praktische problemen (scholen voor kinderen regelen, aankoop van meubels, mensen wegwijs maken in de stad...) een bijkomende administratieve last mee voor de medewerkers van de sociale dienst o.a. door de toename van het aantal dossiers leefloon. De jobstudenten zullen tijdens de zomer van 2022 de administratie van de sociale dienst die belast is met extra taken ondersteunen en daarbij zowel de praktische zaken voor hun rekening nemen alsook de ondersteuning voorzien van de maatschappelijk werkers en het departementshoofd. Er wordt verwacht dat de toestroom van vluchtelingen nog zal toenemen waarbij voor de stad Aarschot rekening wordt gehouden met de mogelijke opvang van een 130-tal personen in totaal, waardoor de beschikbaarheid van extra administratieve ondersteuning van de sociale dienst tijdens de zomer van 2022 omwille van de noodzakelijke continuïteit in de hulpverlening en het onvoorspelbaar en dwingend karakter van de vluchtelingenopvang, onontbeerlijk is.
Gelet op:
Volgens artikels 269 en 273 van het Decreet Lokaal bestuur kan de raad voor maatschappelijk welzijn zonder de nodige kredieten over de uitgaven beslissen die door dwingende en onvoorziene omstandigheden vereist zijn, op voorwaarde dat hij daarvoor een met redenen omkleed besluit neemt. In dezelfde omstandigheden en als het geringste uitstel onbetwistbare schade zou veroorzaken, kan het vast bureau op eigen verantwoordelijkheid over de uitgaven beslissen. Het vast bureau brengt de raad voor maatschappelijk welzijn daarvan onmiddellijk op de hoogte. De financiële gevolgen worden opgenomen in de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan. Het vast bureau besliste in het kader van de nopende ondersteuningsnood van de sociale dienst om de continuïteit van de dienstverlening in de zomer van 2022 te garanderen en de uitvoering van de kerntaken binnen de sociale dienst te waarborgen in het licht van de vluchtelingencrisis naar aanleiding van de oorlog in Oekraïne in dit verband op 22.04.2022 tot vacantverklaring van vier voltijdse jobstudentbetrekkingen van administratief medewerker en het opstarten van de selectieprocedure terzake ter ondersteuning van de sociale dienst tijdens de zomer van 2022, in concreto 2 jobstudenten voor tewerkstelling op maandbasis tussen 1 juli 2022 en 31 juli 2022 en 2 jobstudenten voor tewerkstelling op maandbasis tussen 1 augustus en 31 augustus 2022, waarvan de kostprijs - aan de huidige index - geraamd kan worden op 8.974 euro. In het meerjarenplan 2020-2025 van het OCMW Aarschot zijn hiervoor geen kredieten voorzien. De aanstelling van vier jobstudenten biedt een antwoord op de nood aan ondersteuning van de sociale dienst tijdens de zomer van 2022 in het kader van de oorlog in Oekraïne en de bijhorende vluchtelingenstroom.
De oorlog in Oekraïne en de bijhorende vluchtelingenstroom zijn onvoorziene omstandigheden waardoor extra ondersteuning van de administratie in de sociale dienst tijdens de zomer van 2022 dwingend en noodzakelijk is. De stad Aarschot voorziet 18 eigen opvangplaatsen voor vluchtelingen uit Oekraïne waar momenteel 40 personen worden opgevangen. Daarnaast worden er op dit ogenblik een 50-tal mensen opgevangen in gastgezinnen. De toestroom van vluchtelingen in de eigen opvang en bij gezinnen brengt naast tal van praktische problemen (scholen voor kinderen regelen, aankoop van meubels, mensen wegwijs maken in de stad...) een bijkomende administratieve last mee voor de medewerkers van de sociale dienst o.a. door de toename van het aantal dossiers leefloon. De jobstudenten zullen tijdens de zomer van 2022 de administratie van de sociale dienst die belast is met extra taken ondersteunen en daarbij zowel de praktische zaken voor hun rekening nemen alsook de ondersteuning voorzien van de maatschappelijk werkers en het departementshoofd. Er wordt verwacht dat de toestroom van vluchtelingen nog zal toenemen waarbij voor de stad Aarschot rekening wordt gehouden met de mogelijke opvang van een 130-tal personen in totaal, waardoor de beschikbaarheid van extra administratieve ondersteuning van de sociale dienst tijdens de zomer van 2022 omwille van de noodzakelijke continuïteit in de hulpverlening en het onvoorspelbaar en dwingend karakter van de vluchtelingenopvang, onontbeerlijk is.
De financiële impact, die momenteel niet voorzien is het meerjarenplan 2020-2025 van het OCMW Aarschot, kan - aan de huidige index - geraamd worden op 8.974 euro. Artikels 269 en 273 bieden de mogelijkheid aan de raad om zonder de nodige kredieten te beslissen over de uitgaven die door dwingende en onvoorziene omstandigheden vereist zijn, op voorwaarde dat daarvoor een met redenen omkleed besluit wordt genomen. De financiële gevolgen zullen worden opgenomen in de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan. In het besluit wordt het onvoorzien en dwingend karakter van de beslissing gemotiveerd.
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van onderstaande beslissingen van het vast bureau in toepassing van artikels 269 en 273 van het Decreet Lokaal Bestuur in het licht van de dwingende en onvoorziene nood aan extra ondersteuning van de administratie van de sociale dienst tijdens de zomer van 2022 in het kader van de oorlog in Oekraïne en de bijhorende vluchtelingenstroom:
Artikel 2
§1. De raad voor maatschappelijk welzijn machtigt het vast bureau om, na het doorlopen van de voorziene selectieprocedure, tot aanstelling van vier jobstudenten over te gaan voor de zomer van 2022 in het licht van de dwingende en onvoorziene nood aan extra ondersteuning van de administratie van de sociale dienst tijdens de zomer van 2022 in het kader van de oorlog in Oekraïne en de bijhorende vluchtelingenstroom, conform de beslissing van het vast bureau van 10.06.2022 houdende de resultaten van de aanwervingsprocedure voor vier voltijdse jobstudentbetrekkingen van administratief medewerker ter ondersteuning van de sociale dienst (zomer 2022): kennisname verslag en toelichting.
§2. Bij de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 van het OCMW Aarschot zullen de nodige kredieten, die - aan de huidige index - geraamd kunnen worden op 8.974 euro opgenomen worden ter financiering van de aanstelling van vier jobstudenten (administratief medewerker) ter ondersteuning van de sociale dienst tijdens de zomer van 2022 in het kader van de oorlog in Oekraïne en de bijhorende vluchtelingenstroom.
De raad voor maatschappelijk welzijn beroept zich hiervoor op artikels 269 en 273 van het Decreet Lokaal Bestuur en beschouwt de hieraan verbonden uitgaven als dwingend en onvoorzien.
In toepassing van het decreet over het lokaal bestuur rapporteert de algemeen directeur jaarlijks rapporteert aan de raad voor maatschappelijk welzijn over de organisatiebeheersing. De raad neemt kennis van de bijgaande rapportering over de organisatiebeheersing met betrekking tot het jaar 2021.
Artikel 219 van het decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat de algemeen directeur jaarlijks rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing.
Artikel 217 van hetzelfde decreet definieert organisatiebeheersing als het geheel van maatregelen en procedures die ontworpen zijn om een redelijke zekerheid te verschaffen dat men:
1. de vastgelegde doelstellingen bereikt en de risico’s om deze te bereiken kent en beheerst;
2. wetgeving en procedures naleeft;
3. over betrouwbare financiële en beheersrapportering beschikt;
4. op een effectieve en efficiënte wijze werkt en de beschikbare middelen economisch inzet;
5. de activa beschermt en fraude voorkomt.
Het bijgaande rapport geeft uitvoering aan de voormelde verplichting. Het behandelt de organisatiebeheersing bij het lokaal bestuur in 2021 en de eerste helft van 2022.
Artikel 219 van het decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat de algemeen directeur jaarlijks rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing.
Artikel 217 van hetzelfde decreet definieert organisatiebeheersing als het geheel van maatregelen en procedures die ontworpen zijn om een redelijke zekerheid te verschaffen dat men:
1. de vastgelegde doelstellingen bereikt en de risico’s om deze te bereiken kent en beheerst;
2. wetgeving en procedures naleeft;
3. over betrouwbare financiële en beheersrapportering beschikt;
4. op een effectieve en efficiënte wijze werkt en de beschikbare middelen economisch inzet;
5. de activa beschermt en fraude voorkomt.
Het bijgaande rapport geeft uitvoering aan de voormelde verplichting. Het behandelt de organisatiebeheersing bij het lokaal bestuur in 2021 en de eerste helft van 2022.
Enig artikel
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de bijgaande rapportering over de organisatiebeheersing met betrekking tot het jaar 2021.
Notulen en zittingsverslag vergadering 12.05.2022
Notulen
Gelet op het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, goedgekeurd door de raad van maatschappelijk welzijn in vergadering van 14 februari 2019, inzonderheid artikel 29 §3;
Aangezien verder tijdens de vergadering geen bezwaren tegen de notulen van de vergadering van 12.05.2022
Zittingsverslag
In toepassing van artikel 278 §1 van het decreet over het lokaal bestuur en artikel 28 §2 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn is het zittingsverslag vervangen door de integrale audio-opname van de openbare zitting van de raad voor openbaar welzijn.